9
Exit vakbondslid
Rond dit tijdstip, waarschijnlijk toen Siri door het dorp liep, op weg naar het huis van Wilaiwan, reed Chanmee, een onderwijzeres op de lagere school, op haar fiets langs Khouvieng. De oude stierenbal-lenbomen bogen zich over de smalle weg heen en hielden het licht van de maan tegen. Er was geen straatverlichting, en alleen door haar witte blouse viel ze op dit donkere stuk weg op.
Ze had een hekel aan fietsen in het donker, maar de vergaderingen van de Lao Vrouwenvakbond waren altijd op woensdag. En ze moest erheen, hoe eng ze de rit elke keer ook vond. Af en toe verlichtten de koplampen van een auto even een stuk weg, maar daarna werd alles weer in het duister gehuld.
Ze spande haar vermoeide ogen in om uit te kunnen wijken voor boomwortels en gaten in de weg. Er waren al een paar minuten geen auto’s voorbijgekomen en het was zo donker dat ze besloot af te stappen en haar fiets aan de hand te nemen. Het was eng stil op dit stuk, en het piepen van haar voorwiel was het enige wat haar een beetje geruststelde.
En toen, opeens, een ander geluid. Het kwam van achter haar, ergens tussen de frangipanistruiken. Ze bleef heel even staan om te luisteren. Het was een diep en constant geluid, iets tussen grommen en snurken in. Ze nam aan dat het een hond was. Zou hij gewond zijn? Ze was nog nooit een agressieve hond tegengekomen, maar er was iets sinisters aan dit geluid. Ze vond het zo eng dat ze besloot om weer op te stappen.
De struiken ritselden en een tak knapte en ze zette te haastig te veel kracht op de trapper om op snelheid te komen. De strakke phasin-rok belemmerde haar in haar bewegingen en haar schoen schoot van de trapper. De fiets zwalkte naar rechts, kwam in een diepe geul terecht en zakte opzij.
Ze reageerde te langzaam en viel op de harde grond. De fiets landde boven op haar. Ze hijgde een beetje, maar probeerde zo weinig mogelijk geluid te maken en naar het grommen te luisteren. Ze keek om zich heen naar de schaduwen. Niets bewoog. Niets maakte geluid. Ze lachte hardop om haar eigen malle gedrag.
Ze werkte zich onder de fiets vandaan en wilde net overeind komen toen het wezen bij haar was. De eerste grote hap smoorde haar gil. Het bloed doorweekte de witte blouse. In nog geen dertig seconden was ze dood.