Naschrift

Kalief Abd al-Rahman III al-Nasir stierf in het jaar 961 nadat hij zich herhaaldelijk tegenover de kroonprins had verontschuldigd dat hij zo lang bleef leven. Gedurende zijn laatste jaren was hij somber en verbitterd. Al-Hakam regeerde van 961 tot 976. Hij had een hekel aan geweld maar schuwde het niet als dat nodig was om zijn vijanden de baas te blijven. Zijn regeringsperiode was stabiel, het was een bloeitijd van kunsten en wetenschappen. Zijn zoon Hisham II was niet meer dan een marionet die opgesloten zat in zijn eigen paleis, in handen van grootvizier al-Mansur, de dictator die het grootste deel van de bibliotheek van al-Hakam in vlammen deed opgaan.
Na de dood van al-Mansur (1004) volgde een turbulente tijd met opstanden en een bloedige opvolgingsstrijd. Al-Andalus viel ten slotte uiteen in een aantal stadstaatjes die elk de pracht en culturele standaard van Cordoba trachtten te evenaren. Na de invallen van de Almoraviden en Almohaden, fanatieke moslimstrijders uit Noord-Afrika, werd Cordoba in het jaar 1236 heroverd door de christenen. Ahmad al-Razi (887/9-955) wordt algemeen erkend als een van de belangrijkste historiografen van zijn tijd. Zijn zoon Isa zou nooit zijn hoogte bereiken. Geen van beiden hadden echter de vrijheid de donkere kanten van de Umayyaden te belichten. Toen al-Hakam oud en ziekelijk was durfden historiografen als Ibn al-Qutiyyah (†977) en al-Khatib (anonieme kroniek ca 975) voorzichtig over de gebeurtenissen te berichten waarover deze roman vertelt, zij het dat ook door hen de feiten nog werden verdraaid. Pas nadat de laatste Umayyaden van de troon verdwenen waren, werd de waarheid onthuld, o.a. in de Muqtabis van Ibn Hayyan (9871076) en in werken van ibn Hazm (994-1065). Helaas zijn vrijwel al deze boeken verloren gegaan. Fragmenten van hun geschriften zijn echter teruggevonden in de Kitab al- Bayan al-Maghrib van ibn Idhari (ca 1312).

Woordenlijst

alif, lam, ba, ayn, dal, ya en nun – enkele letters van het Arabische alfabet

al-raqqaaq – de perkamentmaker

dinar, dirhem – Andalusische munteenheden

djihad – heilige oorlog

djinn – geest

fakih – theologische juristen uit aristocratische families met invloed op de regering

Hadith – mondelinge overleveringen uit de tijd van de profeet Mohammed hamam – badhuis

kadi – rechter

Ifriqiya – ongeveer Tunesië

Maghrib, centrale – ongeveer Algerije en Libië

Maghrib, extreme of westelijke – ongeveer Marokko Malikieten – volgelingen van de rechtsschool van Malik ibn Anas (ca 708-795)

mihrab – gebedsnis in een moskee

minbar – preekgestoelte in een moskee

moaxaha – dichtvorm

mozaraben – christenen in het islamitische Spanje muezzin – geestelijke die vanaf de minaret de gelovigen oproept voor het gebed munya – villa of buitenhuis omgeven door een grote tuin of een park

musalla – groot terrein voor preken in de buitenlucht muwalladen – autochtone, tot de islam bekeerde christenen in het islamitische Spanje rak’a – islamitische gebedseenheid

sahib al-suk – marktrechter

Shafi’iten – volgelingen van de rechtsschool van al-Shafi (767-820)

zandaqa – ketterij

Alfabetische lijst van personen

Abd Allah – zoon van Muhammad I en emir van al-Andalus van 888 tot 912

Abd Allah, bijgenaamd al-Zahid (de vrome) – zoon van Abd al-Rahman III

Abd al-Rahman III, bijgenaamd al-Nasir – emir, later kalief van al-Andalus van 912 tot 961

Abd al-Rahman ibn Umar ibn Hafsun – derde zoon van Umar ibn Hafsun

Ahmad ibn Abd al-Barr – biograaf en vriend van prins Abd Allah al-Zahid

Ahmad al-Razi – historiograaf in Cordoba

Aisha – echtgenote van Fadl

Djidar al-Raqqaaq – Djidar de perkamentmaker, vader van Fadl

Fadl Allah – kopiist in dienst van historiograaf Ahmad alRazi, gehuwd met Aisha Fatima – dochter van emir al-Mundhir en vrouw van Abd al-Rahman III

Al-Hakam II – zoon van Abd al-Rahman III en kalief van 961 tot 976

Hasday ibn Shaprut – joodse arts en diplomaat in dienst van Abd al-Rahman III

Ibrahim – joodse arts

Isa al-Razi, – zoon van de historiograaf Ahmad al-Razi en eveneens historiograaf

Ishaq – joodse arts, vader van Musa, grootvader van Ibrahim Kasim al-Asbagh – historiograaf

Lubna – assistente van de bibliothecaris van de bibliotheek van al-Hakam

Al-Mamoun – kalief der Abbasiden van Bagdad (814-833), beschermer van letteren en wetenschappen.
Een uitspraak van hem wordt geciteerd in hoofdstuk 33

Marwan al Quraysh – neefje van kalief Abd al-Rahman III

Maryam – vrouw van kalief Abd al-Rahman III

al-Muhadjdjabah – slavin van kalief Abd al-Rahman III Muhammad I – emir van al-Andalus (852-886)

Muhammad al-Razi – slavenhandelaar en spion uit Rayy Al-Mutarrif – zoon van emir Abd Allah

Al-Mundhir – zoon van Muhammad I en emir van al-Andalus (886-888) Al-Shafi – rechtsgeleerde (767-820)

Musa – joodse arts, vader van Ibrahim

Quraysh – Arabische stam waaruit de profeet Mohammed afkomstig was, evenals de dynastie der Umayyaden Rayy – thans verdwenen handelsstad in Perzië, ten noorden van het huidige Teheran

Recemundis – bisschop van Cordoba

Saffiya – slavin van Abd al-Rahman III

El Royol – boekhandelaar

Teresia – christelijke kopiiste

Umayyaden – dynastie van emirs en kaliefen in al-Andalus, voormalige dynastie van Damascus

Umar ibn Hafsun – rebellenleider

Yakut – slaaf

Yasir – kopiist bij Ahmad al-Razi

image

image

Aardrijkskundige namen bij de kaart van al-Andalus ca 950

Plaatsen:

Al-Hama – Alhama de Granada

Al-Djazira al-Khadra – Algeciras

Al-Ushbuna – Lissabon

Baja – Beja

Bajjana – Pechina (havenstad die later werd overvleugeld door het nabijgelegen Almería)

Balansiya – Valencia

Batayaws – Badajoz

Bayyana – Baena

Bubashtir – Bobastro

Daniya – Dénia

Ilbira – Elvira (later Granada)

Ishbilija – Sevilla

Istija – Ecija

Jayyan – Jaén

Madinat Salim – Medinaceli

Malaqa – Malaga

Marida – Merida

Mursiya – Murcia

Poley – Aguilar de la Frontera

Qabra – Cabra

Qadis – Cádiz

Qarmuna – Carmona

Qunka – Cuenca

Quriya – Coria

Qurtuba – Córdoba

Runda – Ronda

Saraqusta – Zaragoza

Shatiba – Játiva

Shilb – Silves

Tulaytula – Toledo

Turjala – Trujillo

Turtusha – Tortosa

Yabura – Evora


Rivier:

Al-Wadi l-Qibr – Guadalquivir

Wegen:

al-Rasif

Al-Sikka al-Uzma (Via Augusta)

Wijken:

Medina

Vicus Tiraceorum (christelijke wijk)

Joodse wijk

Al-Raqqaqin

Balat Mughith

Makbarat al-Rabad – Begraafplaats van de buitenwijk Secunda

Stadspoorten:

Bab Ishbiliya (poort van Sevilla) ook Bab al-Attarin (poort van de specerijenverkopers)

Bab al-Djawz (poort van de notenbomen) ook Bab alBatalyaws (poort van Badajoz) Bab Amir

Bab Liyun (poort van León) ook Bab al-Yahud

Bab Abd al-Djabbar

Bab al Djadid (nieuwe poort)

Bab al-Kantara (brugpoort) ook Bab al-Wadi (rivierpoort) ook Bab al-Djazira (poort van Algeciras)