20
Het ontbrak Seldon aan Demerzels bedaardheid, want hij was wat hij was, slechts vlees en bloed. De oproep in zijn kantoor en de plotselinge vage gloed en schittering van het veld van de scrambler gaven al in voldoende mate aan dat er iets ongewoons aan de hand was. Hij had eerder via afgeschermde lijnen gesproken, maar die afscherming was nooit zo krachtig geweest als die van de keizerlijke beveiliging.
Hij verwachtte dat een regeringsbeambte de weg vrij zou maken voor Demerzel zelf. Gezien de langzaam groeiende onrust van het robotpamflet had hij niets minder verwacht.
Maar hij had ook niets meer verwacht en toen het beeld van de keizer zelf, met de vage glinstering van het scrambleveld eromheen, zijn kantoor binnenstapte (bij wijze van spreken), zakte Seldon met open mond achterover in zijn stoel, waarna hij vruchteloos probeerde om weer overeind te komen.
Cleon gebaarde hem ongeduldig dat hij moest blijven zitten. 'U zult wel weten wat er aan de hand is, Seldon.'
'Bedoelt u het robotpamflet, sire?'
'Dat bedoel ik precies. Wat moeten we daaraan doen?'
Ondanks de toestemming om te blijven zitten kwam Seldon uiteindelijk toch overeind. 'Er is nog meer, sire. Joranum organiseert over heel Trantor bijeenkomsten over de robotkwestie. Dat hoor ik althans in het nieuws.'
'Dat heeft mij nog niet bereikt. Natuurlijk niet. Waarom zou de keizer weten wat er aan de hand is?'
'Het is niet aan de keizer om zich ongerust te maken, sire. Ik weet zeker dat de premier...'
'De premier doet niets. Hij houdt me zelfs niet op de hoogte. Ik wend me tot u en uw psychohistorie. Zeg me wat ik moet doen!'
'Sire?'
'Ik speel uw spelletje niet mee, Seldon. U hebt acht jaar aan psychohistorie gewerkt. De premier zegt dat ik geen juridische actie tegen Joranum moet ondernemen. Wat moet ik dan doen?'
Seldon stotterde: 'S-sire! Niets!'
'Hebt u me niets te vertellen?'
'Nee, sire. Dat bedoel ik niet. Ik bedoel dat u niets moet doen. Niets! De premier heeft volkomen gelijk wanneer hij u zegt dat u geen juridische actie moet ondernemen. Dat maakt de dingen alleen erger.'
'Mooi zo. En wat maakt de dingen beter?'
'Dat u niets doet. Dat de premier niets doet. Dat de regering Joranum gewoon laat doen waar hij zin in heeft.'
'Wat heeft dat voor zin?'
Terwijl hij probeerde de toon van wanhoop in zijn stem te onderdrukken, zei Seldon: 'Dat zullen we binnenkort vanzelf merken.'
De keizer scheen plotseling leeg te lopen, alsof alle kwaadheid en verontwaardiging uit hem weg was getrokken. Hij zei: 'Ah! Ik begrijp het. U hebt de situatie goed in de hand!'
'Sire! Ik heb niet gezegd dat...'
'Dat hoeft u niet te zeggen. Ik heb genoeg gehoord. U hebt de situatie goed in de hand, maar ik wil resultaten zien. Ik beschik nog steeds over de Keizerlijke Garde en het leger. Die zullen loyaal zijn en als het op onrust aankomt zal ik niet aarzelen. Maar ik geef u eerst een kans.'
Zijn beeld flitste uit en daar zat Seldon dan, domweg naar de lege ruimte starend waar het beeld had gehangen.
Sinds dat eerste vervelende moment waarop hij het op het Tienjaarlijkse Congres acht jaar geleden over psychohistorie had gehad, had hij het hoofd moeten bieden aan het feit dat hij niet beschikte over datgene waarover hij zo onvoorzichtig had gesproken.
Het enige dat hij had waren wilde spookbeelden van enkele gedachten... en wat Yugo Amaryl intuïtie noemde.