10
Seldon beende onaangekondigd Amaryls kantoor binnen. 'Yugo,' zei hij abrupt, 'het gesprek met generaal Tennar is uitgesteld.' Hij ging nogal humeurig zitten.
Het kostte Amaryl, zoals gebruikelijk, even tijd om zijn gedachten van zijn werk los te rukken. Uiteindelijk keek hij op en zei: Wat voor reden gaf hij?'
'Hij heeft het niet gedaan. Een paar van onze wiskundigen hebben een week uitstel geregeld, zodat het niet tijdens het verjaardagsfeest zou plaatsvinden. Ik vind dit allemaal uiterst vervelend.'
'Waarom heb je het hun laten doen?'
'Dat heb ik niet gedaan. Ze zijn gewoon hun gang gegaan en hebben het geregeld.' Seldon haalde zijn schouders op. 'In feite is het mijn schuld. Ik heb zolang lopen klagen dat ik zestig werd, dat iedereen vindt dat hij me met een feest moet opvrolijken.'
Amaryl zei: We kunnen die week natuurlijk wel gebruiken.'
Seldon leunde naar voren, meteen gespannen. 'Is er iets mis?'
'Nee, voor zover ik kan zien niet, maar het kan geen kwaad het project verder te bestuderen. Kijk, Hari, dit is voor het eerst in bijna dertig jaar dat de psychohistorie het punt heeft bereikt waarop zij echt een voorspelling kan doen. Veel is het niet, slechts een klein snufje van de enorme mensheid, maar het is het beste dat we tot nu toe hebben. Goed. Daar willen we gebruik van maken, kijken hoe het werkt, tegenover onszelf bewijzen dat de psychohistorie is wat we denken dat zij is: een voorspellende wetenschap. Het kan dus geen kwaad om ervoor te zorgen dat we niets over het hoofd hebben gezien. Zelfs dit hele kleine voorspellinkje is zeer complex en ik begroet een extra week om het te bestuderen met open armen.'
'Uitstekend dan. Voordat ik naar de generaal ga, spreek ik je hier nog over, zodat we eventueel nog wat laatste aanpassingen kunnen aanbrengen. Laat intussen, Yugo, geen enkele informatie hierover naar de anderen uitlekken... naar niemand. Ik wil niet dat de mensen van het Project moedeloos worden als het mislukt. Jij en ik zullen de mislukking zelf opvangen en het blijven proberen.'
Een zeldzame, droefgeestige glimlach streek over Amaryls gezicht. 'Jij en ik. Herinner je je nog toen het echt alleen nog maar wij tweeën waren?'
'Dat herinner ik me heel goed en denk niet dat ik die dagen niet mis. We hadden niet veel waarmee we aan de slag konden...'
'Zelfs de primaire radiant niet, laat staan de elektrozuiveraar.'
'Maar dat waren fijne tijden.'
'Heel fijn,' zei Amaryl met zijn hoofd knikkend.