71
Tijdens de rit terug naar Zeeland was het lange tijd stil in de auto.
Ter hoogte van Goes ging Leenderts telefoon.
“Kun je nog even langs bij de zoon van Duijker?” riep Elly Wille, zo luid dat het leek of ze de afstand tot Goes ook in werkelijkheid moest overbruggen: “Hij vraagt naar je en beweert dat het niet tot morgen kan wachten. Hij heeft een brief gekregen.”
“Is goed!”
“Nog wat, Vosmeer. Ik krijg net een melding van collega’s in Zierikzee. Ze hebben daar een auto onbeheerd aangetroffen. Hij is van iemand die hier woont!”
“Kom nou, Elly! Dat is toch geen werk voor de recherche? Kun je dat niet naar een ander doorschuiven? Ik zit tot over mijn oren in…”
“Dat lijkt me niet, Vosmeer. Het is de Renault Mégane van de juffrouw die voor jou die mooie foto’s in de Westpoortflat heeft gemaakt!”
Leendert vloekte binnensmonds en klikte Elly Wille uit. Hij zocht Tanja’s nummer op en drukte het groene logo aan.
Opnieuw kreeg hij haar niet te pakken.