Hoofdstuk 25
Goov stapte de grot uit, knipperde tegen het zonlicht, wreef
in zijn ogen en rekte zich uit. Hij zag Mog-ur ineengedoken op een
boomstam naar de grond zitten staren. Er zijn zoveel lampen en
toortsen uitgegaan, dacht hij, er zou wel eens iemand een verkeerde
gang in kunnen slaan en verdwalen. Ik zal Mog-ur vragen of ik de
lampen moet bijvullen en nieuwe toortsen ophangen. De leerling
stapte energiek op de tovenaar af, maar bleef staan toen ze het
afgetrokken gezicht en de somber gebogen schouders van de oude man
zag. Misschien kan ik hem maar beter niet lastig vallen en het
gewoon doen.
Mog-ur wordt oud, dacht Goov toen hij de grot weer in liep met
een blaas vol berevet, nieuwe lonten, en extra toortsen. Ik vergeet
altijd hoe oud hij eigenlijk al is. De reis hierheen zal hem niet
gemakkelijk zijn gevallen, en de ceremonieën eisten ook veel van
hem. En dan straks de terugreis weer. Vreemd, peinsde de jonge
tovenaarsleerling, ik heb hem nooit eerder oud gevonden. Enkele
andere mannen kwamen zich slaperig in de ogen wrijvend de grot uit,
en staarden naar de her en der verspreid liggende vrouwen, zich als
altijd afvragend waar ze toch zo uitgeput van waren. De eerste
vrouwen die wakker werden, zochten haastig hun omslag op en
begonnen daarop de anderen te wekken voor er nog meer mannen naar
buiten kwamen. Ayla,' riep Oeba, de vrouw heen en weer schuddend.
'Ayla, word wakker.'
Mnmmff,' mompelde Ayla en rolde zich op haar andere zij.
'Ayla! Ayla!' zei Oeba weer, haar pogingen verdubbelend. Ebra, ik
kan haar niet wakker krijgen.'
Ayla!' zei de vrouw, luider, en schudde haar ruw dooreen. Ayla
opende haar ogen en probeerde een antwoord te seinen, sloot ze dan
weer en rolde zich tot een bal ineen.
' Ayla! Ayla!' riep Ebra opnieuw. Nogmaals opende de jonge
vrouw haar ogen.
<'.i maar in de grot verder slapen, Ayla. Je kunt hier niet
blijven liggen, de mannen zijn al op,' beval Ebra. De jonge vrouw
kwam overeind en wankelde naar de grot. Een ogenblik later was ze
weer buiten, nu klaarwakker en spierwit. Wat heb je?' gebaarde
Oeba. 'Je ziet zo bleek. Je kijkt alsof je een geest hebt
gezien.'
Oeba. Oh Oeba. De kom.' Ayla zakte op de grond en begroef haar
gezicht in haar handen.
'De kom? Welke kom, Ayla? Ik begrijp je niet.'
'Hij is gebroken,' slaagde Ayla erin te gebaren.
'Gebroken?' herhaalde Ebra. 'Waarom trekje het je zo aan
als
er een kom breekt? Je kunt toch een andere maken?'
'Nee, dat kan ik niet. Niet zo een. Het is Iza's kom, de kom
die ze
van haar moeder heeft gekregen.'
'Moeders kom? Moeders speciale kom voor de ceremonie?' vroeg
Oeba met een ontdaan gezichtje.
Het droge, broze hout van de oude relikwie had na zoveel
generaties lang gebruikt te zijn alle veerkracht verloren. Er had
zich een haarscheurtje gevormd dat onder de witte laag patina
onopgemerkt was gebleven. De val uit Ayla's hand op de harde stenen
vloer van de grot was te veel geweest voor de oude kom. Hij was in
tweeën gebroken.
Ayla had Creb niet zien opkijken toen ze de grot uit rende.
Het nieuws dat de eerbiedwaardige kom gebroken was, gaf zijn
gedachten een grimmig definitief tintje. Daar heb je het al. Nooit
zal de toverij van die wortels meer worden gemaakt. Ik zal er geen
ceremonie meer mee houden, en ik zal Goov niet meer leren hoe ze
vroeger gebruikt werden. De Stam zal ze vergeten. De gebrekkige
oude man leunde zwaar op zijn staf en hees zich op terwijl zijn
reumatische gewrichten pijnlijk staken. Ik heb lang genoeg in koude
grotten gezeten; het wordt tijd dat Goov het overneemt. Hij is er
nog wat jong voor, maar ik ben te oud. Als ik er een beetje vaart
achter zet, kan hij over een jaar of twee klaar zijn. Misschien zal
hij ook wel móeten. Wie weet hoe lang ik nog mee ga?
Brun merkte een uitgesproken verandering in de oude tovenaar
op. Hij dacht dat Mog-urs neerslachtigheid een natuurlijke reactie
was na de opwinding, vooral waar dit zijn laatste Stambijeenkomst
zou zijn. Toch maakte Brun zich zorgen hoe hij de thuisreis zou
doorstaan en hij was er zeker van dat Creb hen op zou houden. Brun
besloot zijn jagers nog op één laatste stroop tocht mee te nemen en
dan het verse vlees in te ruilen voor hel een en ander van de
opgeslagen voorraden van de gastheerstam om hun voedselpakket voor
onderweg aan te vullen. Na de geslaagde jacht kreeg Brun haast om
te vertrekken. EnkeIe stammen hadden de thuisreis al aanvaard. Nu
de festiviteiten achter de rug waren, gingen zijn gedachten weer
uit naar de thuisgrot en de mensen die daarin achtergebleven waren.
Mam hij was zeer opgewekt. Nog nooit was zijn positie zo ernstig
bedreigd geweest als deze keer; zijn overwinning was er des te
zoeter door. Hij was tevreden; over zichzelf, over zijn stam, en
over Ayla. Ze was een goede medicijnvrouw; hij had dat al eens
eerder opgemerkt. Wanneer iemands leven in gevaar was, vergat al
het andere, net als Iza. Brun wist dat Mog-ur zich had ingespannen
om de andere magiërs te overtuigen, maar Ayla zelf had zijn
beweringen gestaafd toen ze de jonge jager het Ieven redde. Hij en
zijn gezellin zouden bij de gastheerstam blijven tot hij sterk
genoeg was om te reizen, en zouden er waarschijnlijk wel
overwinteren.
Mog-ur zei niets meer over Ayla's clandestiene bezoek aan dat
kleine vertrek diep in de berg behalve één keer. Ze was aan het
pakken en alles in gereedheid aan het brengen om de volgende morgen
te kunnen vertrekken, toen Creb de tweede grot binnenschuifelde.
Tot groot verdriet van de jonge vrouw die zoveel van hem hield, had
hij haar sinds haar vergrijp ontweken. Hij bleef met een ruk staan
toen hij haar zag en wendde zich om om weer weg te gaan, maar ze
sneed hem de pas af door op hem af te schieten en zich aan zijn
voeten te werpen. Hij keek neer op haar gebogen hoofd, slaakte een
zucht en tikte haar op de schouder.
Ze keek naar hem op en schrok toen ze zag hoeveel ouder hij in
slechts enkele dagen was geworden. Het ontsierende litteken en het
losse vel over zijn lege oogkas waren verschrompeld en dieper in de
schaduw van zijn zware wenkbrauwoog weggezonken. Zijn grijze baard
hing slap van zijn vooruitstekende kaken omlaag en zin lage
terugwijkende voorhoofd werd geaccentueerd door een toenemende
kaalheid; maar wat haar het sterkste aangreep was
de peilloze droefheid in zijn vochtige diepbruine oog. Wat had
ze hem aangedaan? Ze wenste vurig dat ze haar tocht van die nacht
de berg in ongedaan kon maken. De pijn die ze om Creb voelde
wanneer ze zijn lichamelijk lijden zag, was niets vergeleken bij
haar brandend verdriet om de pijn in Mog-urs ziel.
Wat is er Ayla?' gebaarde hij.
Mog-ur, ik … ik …' hakkelde ze, barstte dan los. 'Oh, Creb, ik
kan er gewoon niet tegen als je zo verdrietig bent. Hoe kan ik je
toch helpen? Ik zal naar Brun gaan, als je dat wilt, ik zal alles
doen wat je wilt zeg me alleen wat ik moet doen.' Wat je kan doen,
dacht hij. Kun je veranderen wie je bent? Kun je de schade ongedaan
maken die je hebt aangericht? De Stam zal sterven, alleen jij en je
soort zullen overblijven. Wij zijn een oud volk. We hebben onze
tradities in ere gehouden, de geesten en de Grote Ursus geëerd,
maar voor ons is het uit, afgelopen.
Misschien moest het zo zijn. Misschien komt het niet door jou,
Ayla, maar door je soort. Werd je daarom naar ons toegeleid? Om het
me te laten weten? De aarde die we gaan verlaten, is mooi en rijk;
ze heeft ons alle generaties dat we hebben bestaan alles gegeven
wat we nodig hadden. Hoe zal jij haar achterlaten wanneer het jouw
beurt is? Wat kun je doen? 'Ja, er is één ding dat je kunt doen,
Ayla,' gebaarde dé Mog-ur traag, iedere beweging benadrukkend. Er
kwam een koude blik in zijn oog. 'Er nooit meer over spreken.' Hij
stond zo rechtop als zijn goede been hem wilde toestaan en
probeerde niet te zwaar op zijn staf te leunen. Toen, met al de
trots die hij voor zichzelf en zijn Volk bijeen kon rapen, wendde
hij zich stijfjes en waardig om en liep de grot uit.
'Broud!'
De jonge man stapte op de man die hem begroet had toe. De
vrouwen van Bruns stam waren gehaast bezig het ochtendmaal te
bereiden, ze wilden dadelijk na het eten vertrekken, en de mannen
namen de laatste gelegenheid waar om nog even een praatje te maken
met mensen die ze pas weer over zeven jaar terug zouden zien.
Sommigen zouden ze nooit meer terugzien. Ze namen nog eens
uitgebreid de details van de opwindende bijeenkomst door, om haar
nog een beetje langer te laten duren. 'Je hebt een heel goed figuur
geslagen bij deze bijeenkomst, Broud, en bij de volgende zul je
leider zijn.' 'De volgende keer zul jij misschien een even goed
figuur slaan,' gebaarde Broud, een hoge borst opzettend van trots.
'We hebben gewoon geluk gehad.'
'Geluk hebben jullie zeker. Jullie stam is eerste, jullie
Mog-ur is eerste, zelfs jullie medicijnvrouw is eerste. Weetje,
Broud, jullie hebben het getroffen met Ayla. Niet veel
medicijnvrouwen zouden een holebeer trotseren om een jager te
redden.' Broud trok een enigszins zuur gezicht, kreeg dan Voord in
het oog en liep op hem toe.
'Voord!' riep hij, een begroetingsgebaar makend. 'Je hebt je
goed geweerd deze keer. Ik was blij toen ze jou kozen in plaats van
Nouz. Hij was wel goed, maar jij was beslist beter.' 'Maar jij
verdiende het de eerste keus te zijn, Broud. Jij hebt ook een
prachtige wedren gelopen. Jullie hele stam verdient haar eerste
plaats; zelfs jullie medicijnvrouw is de beste, hoewel ik eerst
mijn twijfels had. Ze zal een goede medicijnvrouw zijn om in de
buurt te hebben als je de leider bent. Ik hoop alleen dat ze
niet nog langer wordt. Onder ons gezegd, ik vind het maar
een
gek gevoel om tegen een vrouw op te moeten kijken.'
'Ja, de vrouw is te lang,' zei Broud met stijve gebaren.
'Maar wat doet het er toe, als ze maar een goede medicijnvrouw
is, niet?'
Broud knikte flauwtjes, wuifde dan verdere ontboezemingen weg
en liep door. Ayla, Ayla, ik krijg genoeg van Ayla, dacht hij, de
open ruimte voor de grot overstekend.
Broud, ik wou je graag nog even spreken voor jullie
weggingen,' zei een man die hem halverwege tegemoet kwam lopen. 'Je
weet dat ik een vrouw in mijn stam heb met een dochtertje dat net
zo mismaakt is als de zoon van jullie medicijnvrouw. Ik heb met
Brun gesproken en hij heeft erin toegestemd haar op te nemen, maar
hij wilde dat ik er ook met jou over sprak. Jij zult tegen die tijd
hoogst waarschijnlijk de leider zijn. De moeder heeft beloofd haar
dochter tot een goede vrouw op te voeden, die de eerste stam en de
zoon van de eerste medicijnvrouw waardig is. Je hebt toch geen
bezwaar, Broud? 't Is een logische koppeling.' Nee,' gebaarde Broud
kortaf en draaide zich op zijn hielen om. Als hij niet zo
geïrriteerd was geweest, zou hij misschien wél bezwaar hebben
gemaakt, maar hij had geen zin om in een discussie over Ayla
verwikkeld te raken.
Tussen twee haakjes, dat was een mooie wedloop, Broud.'
De jonge man zag de opmerking niet meer, hij had de ander al
de rug toegewend. Toen hij op de grot toebeende, zag hij twee
vrouwen druk met elkaar staan praten. Hij wist dat hij weg zou
moeten kijken om niet te zien wat ze zeiden, maar hij bleef gewoon
recht voor zich uit staren, alsof hij hen niet zag ik kon gewoon
niet geloven dat ze een vrouw van de Stam was, toen ik haar kleine
zag . . . Maar zoals ze recht op Ursus afging net alsof ze van de
gastheerstam was, helemaal niet bang of zo. Ik had het niet
gekund.'
Ik heb even met haar gepraat, ze is echt aardig, en ze doet
heel gewoon. Maar ik vraag me toch af, zal ze ooit een
metgezel
vinden Ze is zo lang, welke man zal een vrouw willen hebben
die langer is dan hij? Ook al is ze de hoogst geplaatste
medicijnvrouw.
Iemand vertelde me dat één stam wel overwoog haar op te nemen
er was niet genoeg tijd om alles te regelen en ik denk dat ze er
nog over willen praten. Ze zeiden dat ze een boodschapper zouden
sturen als ze haar wilden hebben.' Maar hebben ze niet een nieuwe
grot? Ze zeggen dat zij hem gevonden heeft en dat hij heel groot is
en hen ook al veel geluk heeft gebracht.'
"t Schijnt dicht bij de zee te zijn, en de paden zijn goed
platgetreden. Ik denk dat een goede loper hen wel zou kunnen
vinden.'
Broud liep de twee vrouwen voorbij en weerstond de neiging om
de twee kletskousen een draai om de oren te geven. Maar ze waren
niet van zijn stam, en hoewel hij het recht had elke willekeurige
vrouw terecht te wijzen, was het niet zo verstandig er een van een
andere stam een oorvijg te geven zonder toestemming van metgezel of
leider, tenzij er duidelijk van een vergrijp sprake was. Hun
vergrijp was voor hém duidelijk genoeg, maar voor een ander
misschien niet.
'Onze medicijnvrouw zegt dat ze heel bedreven is,' merkte Norg
op, net toen Broud de grot betrad.
'Ze is Iza's dochter,' gebaarde Brun, 'en Iza heeft haar goed
opgeleid.'
'Spijtig dat zij niet kon komen. Ze is ziek, heb ik gehoord.'
'Ja, dat is een van de redenen waarom ik voort wil maken. We moeten
nog een heel eind reizen. Je hebt ons zeer gastvrij ontvangen,
Norg, maar iemands eigen grot is zijn thuis. Dit is een van de
beste Stambijeenkomsten geweest. We zullen er nog lang aan
terugdenken,' zei Brun.
Broud wendde zich met gebalde vuisten af, voor hij het
compliment kon zien dat Norg de zoon van Bruns gezellin maakte.
Ayla, Ayla, Ayla. Iedereen heeft het over Ayla. Je zou denken dat
niemand anders iets bij deze Stambijeenkomst gedaan heeft dan
alleen zij. Is zij als eerste uitgekozen? Wie zat er op de kop van
de beer terwijl zij veilig en wel op de grond stond? Wat is er nou
zo geweldig aan dat ze die jager het leven heeft gered, hij zal
waarschijnlijk toch nooit meer kunnen lopen. Ze is lelijk, ze is te
lang, en haar zoon is mismaakt, en ze moesten eens weten hoe
onbeschaamd ze thuis is.
Net op dat moment rende Ayla hem met allerlei bundels in haai
armen voorbij. Brouds blik vol haat was zo kwaadaardig dat zier van
schrok. Wat heb ik nu weer misdaan? dacht ze. Ik heb Broud al die
tijd dat we hier zijn nauwelijks gezien. ~ Broud was een volgroeide
en krachtig gebouwde man van do Stam, maar hij was in een ander
opzicht nog veel bedreigend dan alleen in lichamelijk opzicht. Hij
was de zoon van de gezellin van de leider en voorbestemd om eens
zelf leider te zijn. Dam dacht hij nu ook aan, terwijl hij toekeek
hoe Ayla haar bundel buiten de grot neerzette.
Na het eten pakten de vrouwen vlug de weinige voorwerpen in
die ze voor het bereiden van het ochtendmaal hadden gebruikt. Brun
wilde nu snel weg, en zij ook. Ayla wisselde nog een paar laatste
gebaren met enkele van de medicijnvrouwen, Norgs gezellin en nog
een of twee andere vrouwen, wikkelde haar zoon in haar draagmantel
en nam haar plaats aan het hoofd van de vrouwenrij in. Brun gaf een
teken en daar gingen ze over het nut boste terrein voor de grot op
weg. Voor ze de bocht in het pad rondden, bleef Brun staan en ze
keken allen nog een laatste keer KIN. Norg en zijn stam stonden bij
de ingang van de grot.
Ga met Ursus,' seinde Norg.
Brun knikte en liep weer door. Het zou zeven jaar duren voor
ze Norg terug zouden zien of misschien zouden ze hem wel nooit
terugzien. Alleen de Geest van de Grote Holebeer wist het.
Zoals Brun wel had verwacht, viel de thuisreis Creb zwaar. Nu
hij niet langer door vreugdevolle verwachtingen op de been werd
gehouden en sombere gedachten over de wetenschap die hij voor zich
had gehouden hem terneer drukten, liet het lichaam van de oude man
liet keer op keer afweten. Bruns bezorgdheid groeide; hij had de
grote tovenaar nooit zo terneergeslagen gezien. Hij bleef steeds
achter. Telkens weer moest Brun een jager terugsturen om hem te
gaan zoeken terwijl de anderen wachtten. De leider verlaagde het
tempo in de hoop dat Creb hen dan gemakkelijker zou kunnen
bijhouden, maar het scheen Creb gewoon niet te kunnen schelen. De
enkele avondceremonieën die op Bruns instigatie werden gehouden,
misten bezieling. Mog-ur scheen ze met tegenzin en met houterige
gebaren uit te voeren, alsof zijn hart er niet bij was. Brun merkte
op dat Creb en Ayla elkaar ontweken, en hoewel zij geen moeite had
het tempo bij te houden had Ayla's tred haar veerkracht verloren.
Er is iets mis tussen die twee, dacht hij.
Sinds halverwege de morgen waren ze door hoog, dor gras
voortgetrokken Brun keek achterom; Creb was nergens te zien. Hij
wilde al een van de mannen een wenk geven, maar bedacht zich en
liep plaats daarvan naar Ayla terug. Ga Mog-ur eens zoeken,'
gebaarde hij. Ze keek verrast op, knikte dan. Na Durc aan Oeba te
hebben overhandigd, haastte ze zich terug over het spoor van
geknakt en
platgetreden gras. Ze vond hem een heel eind terug, langzaam
lopend en zwaar op zijn staf leunend. Hij scheen pijn te hebben.
Ayla was zo verpletterd geweest door zijn reactie op haar
liefdevolle betuigingen van spijt, dat ze daarna niet meer geweten
had wat ze tegen hem moest zeggen. Ze was er zeker van dat zijn
reumatische gewrichten hem veel pijn bezorgden, maar hij had
geweigerd haar hem iets voor de pijn te laten geven. Na de eerste
kortaffe weigeringen had ze het niet meer aangeboden, hoewel haar
hart voor hem bloedde. Hij bleef staan toen hij haar zag. 'Wat doe
je hier?' vroeg hij. 'Brun heeft me teruggestuurd om je te zoeken.'
Creb knorde wat en zette zich weer in beweging. Ayla ging achter
hem lopen. Ze keek naar zijn langzame pijnlijke schuifelgang tot ze
het niet langer kon aanzien. Ze liep om hem heen en liet zich voor
hem op de grond vallen, zodat hij wel moest blijven staan. Creb
keek lang op de jonge vrouw neer voor hij haar op de schouder
tikte.
'Deze vrouw zou graag willen weten waarom de Mog-ur vertoornd
is.'
'Ik ben niet vertoornd, Ayla.'
'Waarom wil je me dan niet laten helpen?' vroeg ze smekend.
'Je hebt nooit eerder geweigerd.' Ayla deed haar best kalm te
blijven. 'Deze vrouw is een medicijnvrouw. Ze werd ervoor opgeleid
om hen die pijn lijden te helpen. Dat is haar werk, haar
bestemming. Het doet deze vrouw pijn Mog-ur te zien lijden, en hem
niet te kunnen helpen.' Ayla kon de formele spreektrant niet langer
volhouden. 'Oh, Creb, laat me je toch helpen. Weetje niet meer dat
ik van je hou? Voor mij ben je als de metgezel van mijn moeder. Je
hebt voor me gezorgd, voor me gepleit, ik heb mijn leven aan je te
danken. Ik weet niet waarom je bent opgehouden van mij te houden,
maar ik ben niet opgehouden van jou te houden.' De tranen stroomden
haar over het wanhopig gezicht. Waarom komt er toch altijd water in
haar ogen als ze denkt dat ik niet van haar houd? En waarom roepen
haar zwakke ogen altijd het verlangen in me op iets voor haar te
doen? Hebben al de Anderen die kwaal? Ze heeft gelijk, ik heb er
vroeger nooit bezwaar tegen gehad dat ze me hielp, wat zou het dan
nu nog voor verschil maken? Ze is geen vrouw van de Stam. Wat De
anderen ook denken, ze is bij de Anderen geboren, en ze zal altijd
een van hen zijn. Ze weet het zelf niet eens. Ze denkt dat /<•
een vrouw van de Stam is, dat ze een medicijnvrouw is. Ze is ook
een medicijnvrouw. Ze is dan misschien niet van Iza's geslacht,
maar ze is een medicijnvrouw en ze heeft echt geprobeerd een vrouw
van de Stam te worden, hoe moeilijk het soms ook voor haar was. Ik
vraag me af hóe moeilijk het voor haar is? Dit is niet de eerste
keer dat er water in haar ogen staat, maar hoe vaak heeft ze niet
uit alle macht geprobeerd het tegen te houden? Ze kan ze alleen
niet tegenhouden wanneer ze denkt dat ik niet meer van haar houd.
Kan haar dat werkelijk zo veel verdriet doen? Hoeveel verdriet zou
't mij doen als ik dacht dat ze niet meer van mij hield? Meer dan
ik mezelf graag zou bekennen. Als zij op dezelfde manier liefheeft
als wij, kan ze dan zo anders zijn? Creb probeerde haar als een
vreemdelinge, als een vrouw van de Anderen te zien. Maar ze was nog
steeds Ayla, nog steeds het kind van de gezellin die hij nooit had
gehad. 'We moesten maar eens doorlopen, Ayla. Brun staat op ons te
wachten. Veeg je ogen af en als we halt houden kun je me wat
wilgebastthee maken, medicijnvrouw.'
Een glimlach brak door haar tranen heen. Ze krabbelde overeind
en stelde zich weer achter hem op, maar na enkele stappen kwam ze
naast hem lopen, aan zijn zwakke kant. Hij bleef even staan, knikte
dan en liet zich door haar ondersteunen.
Brun bemerkte onmiddellijk een verbetering op en verhoogde
weldra het tempo, hoewel ze nog steeds niet zo snel vorderden als
lui wel had gewild. De oude man straalde nog steeds iets
droefgeestigs uit, maar hij scheen zich meer moeite te geven. Ik
wist wel dat er iets met die twee aan de hand was, dacht Brun, maar
ze schenen het opgelost te hebben. Hij was blij dat hij op het idee
was gekomen Creb door Ayla te laten ophalen. Creb liet zich
inderdaad door Ayla helpen, maar toch bleef er nog steeds een
zekere afstand tussen hen bestaan, een kloof die hij niet kon
overbruggen. Hij kon de discrepantie tussen hen beider bestemmingen
niet vergeten en dat schiep een gespannen sfeer die de gemakkelijke
warme relatie van vroeger dagen belette terug te keren.
Hoewel het overdag nog warm was tijdens de reis, werden de
nachten al koel. Het eerste verschijnen van met sneeuw bedekte
bergtoppen ver in het westen gaf de stamleden nieuwe moed, maar
toen de afstand met het verstrijken der dagen nauwelijks kleiner
leek te worden, werd de bergketen op de zuidpunt van het
schiereiland gewoon een onderdeel van het landschap. De afstand
werd echter kleiner, hoe onmerkbaar ook. Terwijl ze dag na lange
dag in westelijke richting bleven voorttrekken, gaven
blauwe kloven en spleten de gletsjers ieder hun eigen gezicht
en nam het vage purper onder de ijzige bergtoppen de vorm van
pieken en richels aan.
De laatste nacht op de steppe sjouwden ze tot donker door voor
ze hun kamp opsloegen, en iedereen was bij het krieken van de dag
wakker. De vlakte ging over in een heuvelachtig landschap met veel
gras en hoge bomen en de aanblik van een grazende neushoorn uit de
gematigde zone gaf het iets vertrouwds, vooral toen hij verder liep
zonder zich te verwaardigen hen op te merken. Ze versnelden hun pas
toen ze bij een pad kwamen dat de uitlopers van de bergen inliep.
Dan rondden ze een bekende richel en zagen hun grot, en aller
harten sloegen een slag over. Ze waren thuis.
Daar kwamen Aba en Zoug hen al tegemoet snellen. Aba begroette
haar dochter en Droeg vol vreugde, omhelsde de oudere kinderen,
sloot dan Groeb in haar armen. Zoug knikte Ayla toe terwijl hij
zich Grod en Oeka, en dan naar Ovra en Goov haastte.
'Waar is Dorv?' gebaarde Ika.
'Dorv wandelt nu in de wereld der geesten,' antwoordde Zoug.
'Zijn ogen werden zo slecht dat hij niet meer zien kon wat je zei.
Ik denk dat hij de moed opgaf en niet meer op jullie terugkomst
wilde wachten. Toen de geesten hem kwamen halen, ging hij met hen
mee. We hebben hem begraven en de plek gemarkeerd zodat Mog-ur hem
zal kunnen vinden voor de doodsriten.' Ayla keek om zich heen,
plotseling ongerust. 'Waar is Iza?' 'Ze is erg ziek, Ayla,' zei
Aba. 'Ze is al sinds de vorige maan niet meer uit bed
geweest.'
'Iza! Niet Iza! Nee! Nee!' riep Ayla, naar de grot rennend.
Toen ze bij Crebs vuurplaats kwam wierp ze haar bundels neer en
vloog op de vrouw af die daar op haar bontvachten lag. 'Iza! Iza!'
riep de jonge vrouw. De oude medicijnvrouw sloeg de ogen op.
'Ayla,' zei ze, haar schorre stem was nauwelijks hoorbaar. 'De
geesten hebben mijn wens verhoord,' gebaarde ze zwakjes, 'jullie
zijn terug.' Iza strekte haar armen uit. Ayla omhelsde haar en
voelde hoe mager en broos haar lichaam was, nauwelijks meer dan
beenderen met gerimpelde huid erover. Haar haar wan sneeuwwit; de
huid van haar gezicht spande als dor perkament over het bot rond de
holle wangen en de diepliggende ogen. ze leek wel duizend jaar oud.
En ze was nog maar net zesentwintig
Ayla kon nauwelijks zien door de tranen die haar over hol
gezicht stroomden. 'Waarom ben ik toch naar de Stambijeenkomst
gegaan? Ik had hier moeten blijven en voor jou moeten zorgen. Ik
wist toch dat je ziek was; waarom ben ik weggegaan en heb ik je in
de steek gelaten?'
'Nee, nee, Ayla,' wenkte Iza af. 'Je moet jezelf er niet de
schuld van geven. Je kunt niet veranderen wat zo moet zijn. Ik wist
dat ik stervende was toen jullie weggingen. Je had me niet kunnen
helpen, niemand had me kunnen helpen. Ik wilde jullie alleen nog
één keer zien voor ik me bij de geesten voegde.' Mc mag niet
sterven! Ik laatje gewoon niet sterven! Ik zal voor je zorgen. Ik
zal je beter maken,' gebaarde Ayla wild. 'Ayla, Ayla. Er zijn nu
eenmaal dingen waar zelfs de beste medicijnvrouw niets aan kan
verhelpen.'
I De inspanning van het spreken deed een hoestbui opkomen.
Ayla hield Iza ondersteund tot het hoesten afnam. Ze schoof de
vrouw haar bontvacht in de rug om haar meer rechtop te laten
zitten, zodat ze gemakkelijker ademde, en begon dan in de
medicijnvoorraden bij haar bed te rommelen.
Waar is de alantswortel? Ik kan de alantswortel niet vinden.'
Ik denk niet dat er nog is,' gebaarde Iza zwakjes. De hoestaanval
had haar uitgeput. 'Ik heb er een heleboel van gebruikt en kon het
zelf niet meer van gaan halen. Aba is ervoor uitgegaan, maar ze
kwam met zonnebloemen terug.'
II Ik had niet weg moeten gaan,' zei Ayla en rende de grot
uit. Bij de ingang kwam ze Oeba met Durc en Creb tegen.
Iza is ziek,' gesticuleerde Ayla wanhopig, 'en ze heeft zelfs
helemaal geen alantswortel meer. Ik ga wat halen. Er is geen vuur
in
de vuurplaats, Oeba. Waarom ben ik toch naar De
Stambijeenkomst gegaan? Ik had hier bij haar moeten blijven. Waarom
ben
ik toch weggegaan?' Ayla's ontstelde gezicht, smoezelig van
het
reizen was helemaal streperig van de tranen, maar ze
bemerkte
het niet en het zou haar ook niet hebben kunnen schelen.
ze
rende helling af terwijl Creb en Oeba zich de grot in
haastten.
Ayla In holde pletsend door de stroom en dan regelrecht naar
de wei waar de planten groeiden en groef daar de wortels met haar
blote handen op, ze onbeheerst uit de grond rukkend. Ze bleef net
lang genoeg bij de rivier staan om ze te wassen en snelde daarop
terug naar De grot.
Oeba had een vuur gemaakt, maar het water dat ze was begonnen
te verhitten, was nog maar nauwelijks warm. Creb stond over Iza
heen gebogen en maakte met meer vuur dan hij vele dagen gevoeld
formele gebaren, waarmee hij alle geesten die hij kende te hulp
riep om haar levensgeesten te versterken, en hen smeekte haar nog
niet mee te nemen. Oeba had Durc opeen matje gelegd. Hij was juist
begonnen te kruipen en richtte zich op zijn handen en knieën op.
Hij schoof naar zijn moeder toe die bezig was een wortel in kleine
stukjes te snijden, maar ze duwde hem weg toen hij probeerde bij
haar te drinken. Ayla had geen tijd voor haar zoon. Hij begon te
jengelen toen ze de wortel in het water gooide en er vol ongeduld
hete stenen bij deed om het sneller te laten koken.
'Laat me Durc eens zien,' gebaarde Iza. 'Hij is zo gegroeid.'
Oeba nam hem op en bracht hem bij haar moeder. Ze legde De baby bij
Iza op schoot, maar hij was niet in de stemming om zich door een
oude vrouw die hij zich niet herinnerde te laten knuffelen en
spartelde hevig om weer van haar schoot af te komen. 'Hij is sterk
en gezond,' zei Iza, 'en heeft er helemaal geen moei te mee zijn
hoofd rechtop te houden.'
'Hij heeft zelfs al een gezellin,' zei Oeba, 'of tenminste,
een meisje dat hem is toegezegd.'
'Al een gezellin? Welke stam zou hem nu een meisje beloven?
Hij is nog zo jong, en dan die mismaaktheid.' 'Er was een vrouw bij
de Stambijeenkomst met een mismaakt dochtertje. Ze kwam de eerste
dag naar ons toe,' legde Oeba uil 'Haar kleine ziet er net zo uit
als Durc, wat haar hoofd betreft ten minste. Haar gezichtje is een
beetje anders. De moeder vroeg of ze misschien aan Durc gekoppeld
kon worden. Oda was zo bang dat haar dochter nooit een metgezel zou
vinden. Brun en De leider van haar stam hebben het allemaal
geregeld. Ik denk dal ze na de volgende Bijeenkomst wel hier bij
ons zal komen wonen zelfs als ze dan nog geen vrouw is. Ebra heeft
gezegd dat ze wel bij haar kon wonen tot ze beiden oud genoeg
zouden zijn om gekoppeld te worden. Oda was zo blij, vooral nadat
Ayla *)«
drank voor de ceremonie had gemaakt.' 'Ze hebben Ayla dus
inderdaad als medicijnvrouw uit mijn geslacht geaccepteerd. Ik
vroeg me nog af of ze dat zouden doen,' gebaarde Iza, dan legde ze
haar handen in haar school Spreken vermoeide haar, maar het zien
van haar dierbaren om haar heen schonk haar geest nieuwe kracht,
zij het niet haar lichaam. Ze rustte even en vroeg dan: 'Hoe heet
het meisje?' 'Oera,' antwoordde Iza's dochter.
'Een aardige naam, hij ligt goed in het gehoor.' Iza rustte
weer enkele ogenblikken en stelde dan een andere vraag. 'En Ayla
Heeft zij nog een metgezel bij de Stambijeenkomst gevonden '
De stam van Zougs verwanten overweegt haar op te nemen. Eerst
weigerden ze haar, maar toen ze als medicijnvrouw was geaccepteerd,
besloten ze er nog eens over na te denken. Er was geen tijd om iets
definitiefs af te spreken voor we weggingen. Misschien zullen ze
Ayla wel nemen, maar ik denk niet dat ze Durc willen.'
Iza knikte alleen en sloot haar ogen.
Ayla was vlees aan het fijnstampen om er vleesnat voor Iza van
te trekken. Ze proefde telkens het kokende water met de wortel erin
om te kijken of de kleur en smaak al goed waren, vol ongeduld
wachtend tot het zover was. Durc kroop opnieuw drenzerig naar haar
toe, maar ook nu duwde ze hem weg.
Geef hem mij maar, Oeba,' gebaarde Creb. Het jongetje was een
tijdje stil toen hij op Crebs schoot zat en geïnteresseerd zijn
baard bekeek. Maar ook daar kreeg hij vlug genoeg van. Hij wreef in
zijn oogjes en maakte zich los uit de arm die hem omsloot, en kroop
toen hij vrij was weer regelrecht naar zijn moeder. Hij was moe, en
hij had honger. Ayla stond over het vuur gebogen en scheen het
nauwelijks op te merken toen hij zich op wankele beentjes aan haar
been probeerde op te trekken. Creb hees zich op, liet zijn staf
vallen en wenkte Oeba hem de jongen op de arm te geven. Zwaar
hinkend zonder zijn stok schuifelde hij naar Brouds vuurplaats en
gaf Durc aan Oga.
Durc heeft honger en Ayla is druk bezig medicijnen voor Iza te
maken. Wil jij hem voeden, Oga?'
Oga knikte, nam de baby van hem over en legde hem aan haar
borst. Broud trok een zuur gezicht, maar een donkere blik van
Mog-ur deed hem snel zijn boosheid wegfrommelen. Zijn haat jegens
Ayla strekte zich niet uit tot de man die haar beschermde en voor
haar zorgde. Broud vreesde Mog-ur te zeer om hem te haten, Hij had
echter al jong ontdekt dat de grote heilige man zich zelden met het
wereldlijk leven van de stam bemoeide en zijn activiteiten tot de
wereld der geesten beperkte. Mog-ur had
Broud nooit belet de baas te spelen over de jonge vrouw die
bijzijn vuurplaats woonde maar de jonge man had er geen behoefte
aan rechtstreeks degens met de magiër te kruisen. De oude man
schuifelde terug naar zijn vuurplaats en begon in de onordelijke
neergeworpen bundels naar de blaas met holebeervet te zoeken, zijn
aandeel van het gesmolten vet van het ritueel geslachte dier. Oeba
zag hem bezig en schoot hem te hulp. Creb nam de blaas mee naar de
plek van de geesten. Hoewel hij van het hopeloze van de situatie
overtuigd was, zou hij ook het kleinste beetje magie dal tot zijn
beschikking stond aanwenden om Ayla te helpen bij haar pogingen Iza
in leven te houden. De wortel had lang genoeg gekookt en Ayla
schepte een kommetje vol van de vloeistof, nu weer ongeduldig
wachtend tot die afkoelde. Het warme vleesnat dat Ayla haar al
eerder had gevoerd, met kleine teugjes, terwijl ze Iza's hoofd
ondersteunde, net als Iza voor haar had gedaan toen ze vijf jaar
oud en de dood nabij was, had ervoor gezorgd dat de oude
medicijnvrouw weer wat opknapte. Ze had weinig gegeten sinds ze op
bed was gaan liggen en daarvóór ook al niet veel. Het voedsel dat
haar gebracht werd, bleef vaak onaangeroerd. Het was een
troosteloze, eenzame zomer geweest voor Iza. Met niemand om haar
heen om op haar te letten en ervoor te zorgen dat ze at, vergat ze
het dikwijls of nam gewoon de moeite niet. De drie anderen hadden
allen geprobeerd haar te helpen toen ze zagen dat ze achteruit
ging, maar ze wisten niet hóe ze moesten helpen. Iza had zich
vermand toen Dorvs einde nabij was, maar het oudste lid van de stam
ging snel heen en ze kon weinig anders doen dan proberen hem het
sterven te verlichten. Zijn dood had een sombere schaduw over de
anderen geworpen. De grot scheen veel leger zonder hem en het
gebeurde deed hen alle drie beseffen hoe dicht ze de volgende
wereld waren genaderd. Hij was de eerste dode na de
aardbeving.
Ayla zat naast Iza op het vocht in het benen kommetje te
blazen, het zo nu en dan proevend om te kijken of het al voldoende
was afgekoeld. Ze was zo volledig op Iza geconcentreerd dat ze niet
merkte dat Creb met Durc wegging en ze zag hem evenmin de kleine
grot binnengaan, en ze was zich er ook niet van bewust dal Brun
naar haar stond te kijken. Ze hoorde de zachte pruttelende
geluidjes van Iza's ademhaling en wist dat ze stervende was, maar
wilde het niet geloven. Koppig zocht ze haar geheugen al naar
mogelijke behandelingswijzen.
Een nat verband van de onderbast van de moerasden? Ja, en een
thee van duizendblad, 't Zou ook moeten helpen als ze de stoom
inademt. Bramen en hertshooi, en venushaar. Nee, dat is alleen voor
een lichte kou. Kliswortels? Misschien. Stijfselkruid' Natuurlijk,
en de wortel is in de herfst het best. Ayla was vastbesloten Iza
met allerlei soorten thee vol te gieten, met vochtige doeken te
overdekken en haar zonodig in stoom te verdrinken als het maar
hielp. Alles, alles wilde ze doen om het leven vim haar moeder, de
enige moeder die ze kende, te verlengen. Ze kun de gedachte dat Iza
zou sterven niet verdragen.
Hoewel Oeba zich de ernst van haar moeders ziekte scherp
bewust was, had ze Bruns aanwezigheid wel degelijk opgemerkt. Het
was niet gebruikelijk dat een man de vuurplaats van een andere man
in diens afwezigheid bezocht, en Brun maakte Oeba nerveus. Ze
schoot gehaast toe om de links en rechts bij de vuurplaats
neergeworpen pakken en bundels te verzamelen om het er wat netter
te laten uitzien, steeds van Brun naar Ayla en van Ayla weer naar
haar moeder kijkend. Daar er niemand was om haar leiding en iets
duidelijks te doen te geven, wist ze niet wat ze met Bruns bezoek
aan moest. Niemand reageerde op hem, niemand heette hem welkom, wat
verwachtte men van haar? Brun sloeg de drie vrouwen gade de oude
medicijnvrouw, de verbeten werkende jonge medicijnvrouw die geen
gelijkenis met de Stam vertoonde en toch hun hoogst geplaatste
genezeres was, en Oeba, die eveneens voorbestemd was om
medicijnvrouw te worden. Hij was altijd op zijn bloedverwante
gesteld geweest. Zij was het kleine meisje dat geknuffeld en
vertroeteld werd en o zo welkom was toen er eenmaal een gezonde
jongen geboren was "in het leiderschap over te nemen. Hij had
altijd de neiging gehad haar te beschermen. Hij zou nooit de man
die haar metgezeI was geweest voor haar hebben gekozen, Brun had
hem nooit gemogen, een opschepper die zijn gebrekkige broeder
bespotte. I /,i had geen keus, maar ze had zich goed gehouden. Toch
was ze na de dood van haar metgezel gelukkiger geweest dan ooit
tevoren Ze was een goede vrouw, en een goede medicijnvrouw. De stam
zou haar missen.
Iza's dochter wordt ook al groot, dacht hij, het meisje
gadeslaand. Oeba zal weldra een vrouw zijn. Ik zou eigenlijk eens
over een metgezel voor haar moeten nadenken. Het moet een goede
metgezel zijn, iemand met wie ze goed overweg kan. 't is trouwens
ook beter voor een jager als zijn gezellin hem toegewijd is. Maar
wie is er anders dan Vorn? Ik moet ook aan Ona denken en zij kan
Vorns gezellin niet worden, ze zijn bloedverwanten. Ze zal moeten
wachten tot Borg een man is. Als ze vroeg vrouw wordt, zou ze al
een kind kunnen hebben voor Borg zo ver is dat hij gekoppeld kan
worden. Misschien zou ik er wat vaart achter moeten zetten, hij is
ouder dan Ona. Als hij oud genoeg is om zich verlichten is hij ook
oud genoeg om een man te worden. Zou Vorn een goede metgezel voor
Oeba zijn? Droeg heeft een gunstige invloed op hem gehad, en hij
doet wel graag flink als ze in de buurt is. Hij ziet misschien wel
wat in haar. Brun borg zijn overpeinzingen in zijn ordelijk brein
weg om er later op
terug te kunnen komen.
De alantswortelthee was afgekoeld en Ayla wekte de oude vrouw
die nu ingedommeld was en ondersteunde haar hoofd teder terwijl ze
haar de medicijn liet drinken. Ik denk niet dat je haar er deze
keer doorheen sleept, Ayla, zei Brun bij zichzelf, naar de broze
vrouw kijkend. Hoe heeft ze zo snel zo oud kunnen worden? Ze was de
jongste van ons; nu ziet ze er ouder uit dan Creb. Ik herinner me
nog dat ze mijn gebroken arm zette. Ze was toen niet veel ouder dan
Ayla toen die Bracs arm zette, maar een vrouw en al gekoppeld. Ze
heeft 't ook keurig gedaan. Ik heb er nooit meer last van gehad,
afgezien van wat scheuten de laatste tijd. Ik word ook al oud. Mijn
dagen als jager zullen weldra voorbij zijn en dan zal ik het
leiderschap aan Broud over moeten dragen.
Is hij er wel klaar voor? Hij deed 't zo goed bij de
Stambijeenkomst, ik heb hem toen al bijna tot leider gemaakt. Hij
is dapper, iedereen vertelde me steeds wat een geluksvogel ik was.
Dat ben ik ook; ik was bang dat die misschien uitverkoren zou
worden om met Ursus mee te gaan. 't Zou een eer zijn geweest, maar
ik was deze keer blij dat hij ons niet te beurt viel. Gom was een
goede kerel, het was een hard gelag voor Norgs stam. Dat is het
altijd wanneer Ursus iemand uitkiest. Soms kan je eerder van geluk
spreken als de eer je neus voorbij gaat; de zoon van mijn gezellin
wandelt nog in deze wereld. En hij is onbevreesd. Misschien té
onbevreesd. Een beetje overmoed en roekeloosheid is best voor een
jonge man, maar een leider moet bedachtzamer zijn. Hij moet om zijn
mannen denken. Hij moet denken en plannen maken zodat de jacht zal
slagen, maar toch zijn mannen niet nodeloos in gevaar brengen.
Misschien zou ik hem eens enkele jachten moeten laten leiden. Hem
het eens laten meemaken. Hij moet leren dat leider zijn meer omvat
dan het tentoonspreiden van veel durf. Je hebt er ook nog
verantwoordelijkheidsgevoel en zelfbeheersing voor nodig.
Wat is het toch aan Ayla dat altijd het slechtste in hem naai
buiten brengt? Waarom verlaagt hij zich tot rivaliteit met haar '
Ze mag er dan wat anders uitzien, ze is nog steeds maar een vrouw.
Maar wel dapper voor een vrouw, wilskrachtig. Ik vraag me af of
Zougs verwanten haar nog zullen willen nemen? ’t Zou vreemd zijn
zonder haar, nu ik aan haar gewend ben. En ze is een goede
medicijnvrouw, een waardevol lid voor elke stam Ik zal doen wat ik
kan om ervoor te zorgen dat ze haar nam waarde schatten. Kijk haar
nu eens zelfs haar zoon, de zoon die ze bereid was naar de volgende
wereld te volgen, kan haar gedachten niet van Iza afleiden. Er zijn
er niet veel die een holebeer zouden trotseren om iemand het leven
te redden. Ze kan ook onbevreesd zijn, en ze heeft geleerd zich te
beheersen. Ze heeft zich bij de Bijeenkomst goed gedragen, in elk
opzicht als
een fatsoenlijke vrouw, niet zoals toen ze jonger was. Niemand
sprak anders dan lovend over haar toen de Bijeenkomst afgelopen
was.
'Brun!' riep Iza met zwakke stem. 'Oeba, breng de leider wat
thee,' gebaarde ze, en probeerde wat meer rechtop te gaan zitten.
Nog steeds was zij de meesteres van Crebs vuurplaats. 'Ayla, breng
Brun een vacht om op te zitten. Deze vrouw betreurt dat ze de
leider niet zelf kan bedienen.'
Iza, doe geen moeite. Ik ben niet voor thee gekomen, ik ben
voor jou gekomen,' gebaarde Brun terwijl hij bij haar bed ging
zitten. Hoe lang sta je daar al?' vroeg Iza.
'Niet lang Ayla was druk, ik wilde har niet storen, en jou ook
niet, voor ze klaar was. Men heeft je gemist bij de
Stambijeenkomst.'
Was het een geslaagde bijeenkomst?'
Deze stam is nog steeds de beste. De jagers hebben zich
goed
geweerd; Broud werd als eerste voor de Beerceremonie
gekozen.
Ook Ayla heeft een goed figuur geslagen. Ze heeft veel
complimenten gekregen.'
Complimenten! Wat heb je aan complimenten? Te veel
complimenten maken de geesten jaloers. Als ze het maar goed
heeft
i" 'I i in, als ze de stam eer heeft aangedaan, dat is
genoeg.' Ze heeft het goed gedaan. Ze is geaccepteerd, ze
heeft zich als een fatsoenlijk vrouw gedragen. Ze is jouw dochter,
Iza. Hoe zou iemand iets anders kunnen verwachten?'
Ja, ze is mijn dochter, net als Oeba mijn dochter is. Ik heb
geluk gehad, de geesten hebben mij verkozen mij met twee dochters
te begunstigen, en ze zullen beiden goede medicijnvrouwen zijn.
Ayla kan Oeba's opleiding afmaken.'
Nee! Ayla haar in de rede. 'Jij zult Oeba's opleiding afmaken.
Je zult weer beter worden, wacht maar af,' gebaarde ze in
een wanhopig optimisme. 'Je móet beter worden, moeder.'
Ayla kindje.. De geesten wachten al op me, ik zal weldra met
hen mee moeten gaan. Ze hebben mijn laatste wens vervuld, om mijn
dierbaren nog te zien voor ik ga, maar ik kan hen niet veel langer
laten wachten.'Het vleesnat en de medicijn hadden de laatste
reserves van de zieke vrouw gemobiliseerd. Haar temperatuur steeg
in nog één heldhaftige poging van haar lichaam om de ziekte die
haar levenskrachten had ondermijnd te verslaan. De glans in haar
koortsig starende ogen en de hoge kleur op haar wangen verleenden
haar een valse schijn van gezondheid. Maar er lag een
doorschijnende gloed over Iza's gezicht alsof het van binnenuit
werd verlicht. Het was geen blos van gezondheid. Het onaardse
schijnsel werd de gloed des doods genoemd, en Brun had het al eens
eerder gezien. Het was het laatste opgloeien van het leven voor het
het lichaam verliet.
Oga hield Durc lang bij Brouds vuurplaats en bracht het
slapende kind pas terug lang nadat de zon was ondergegaan. Oeba
legde hem neer op Ayla's bontvachten, die ze op de grond had
uitgespreid. Het meisje voelde zich angstig en verloren. Ze kon
zich tot niemand wenden om steun; ze was bang Ayla te storen bij
haar pogingen Iza te redden, en ook bang haar moeder te storen.
Creb was alleen lang genoeg terug geweest om met een pasta van rode
oker en berevet symbolen op Iza's lichaam te schilderen, terwijl
hij zijn gebaren over haar maakte. Daarna was hij meteen weer naar
de kleine grot teruggegaan en er niet meer uit teruggekeerd.
Oeba had alles uitgepakt en de vuurplaats aan kant gemaakt,
een avondmaal bereid dat niemand at, en het weer opgeruimd. Toen
ging ze stil naast de slapende baby zitten, wensend dat ze iets te
doen kon vinden, het gaf niet wat, als ze maar bezig was. Het zou
weliswaar de angst in haar hart niet verminderen, maar het leidde
haar ten minste af. Het was beter dan maar te zitten toekijken hoe
haar moeder stierf. Tenslotte ging ze op Ayla's bed liggen, legde
haar arm om de baby heen en kroop dicht tegen hem aan in een
verloren poging althans bij iemand een beetje warmte en
geborgenheid te vinden.
Ayla was voortdurend met Iza in de weer, en probeerde elke
medicijn en behandelingswijze die ze maar kon bedenken. Ze bleef
onafgebroken aan haar zijde, bang om haar ook maar even te
verlaten, bang dat de vrouw weg zou glippen als ze haar een
ogenblik alleen liet. Ze was niet de enige die die nacht een wake
hield. Alleen de kleine kinderen sliepen. Bij elke vuurplaats in de
verduisterde grot staarden mannen en vrouwen in de rode kooltjes
van omwalde vuurtjes of lagen met wijd open ogen op hun
bontvachten.
Buiten was de hemel bedekt en de sterren onzichtbaar. De
duisternis in de grot ontmoette bij de wijde grotingang een nog
dieper zwart, zodat elk blijk van leven achter de smeulende sintels
van het grotvuur aan het oog werd onttrokken. In de stilte van de
vroege morgen, toen de nacht op haar diepst en donkerst was, hief
Ayla met een ruk het hoofd uit een korte dommeling. 'Ayla,' zei Iza
opnieuw in een schorre fluister. 'Wat is er, Iza?' gebaarde Ayla.
De ogen van de oude medicijnvrouw glansden in het zwakke licht van
het rood gloeiend houtskool in de vuurplaats.
'Ik wil je nog iets zeggen voor ik ga,' gebaarde Iza, liet dan
haar handen weer vallen. Het kostte haar grote inspanning ze te
bewegen.
'Probeer maar niet te praten, moeder. Rust nu maar.
Morgenochtend zul je sterker zijn.'
'Nee, kind, ik moet het nu zeggen. Ik zal de ochtend niet
halen.'
'O jawel. Je moet. Je mag niet doodgaan,' gebaarde Ayla.
'Ayla, ik ga, je moet het aanvaarden. Laat me uitspreken; ik heb
niet veel tijd meer.' Iza rustte opnieuw, terwijl Ayla in stomme
wanhoop afwachtte.
'Ayla, ik heb van jou altijd het meest gehouden. Ik weet niet
waarom, maar het is zo. Ik wou je bij me houden, wilde dat je bij
De stam bleef. Maar ik zal er gauw niet meer zijn. Creb zal over
niet te lange tijd ook zijn weg naar de wereld der geesten vinden,
en Brun wordt al oud. Dan zal Broud leider worden. Ayla, je Kunt
hier niet blijven wanneer Broud de leider is. Hij zal een manier
bedenken om je kwaad te doen.' Weer rustte Iza, waarbij tv haar
ogen sloot en vocht om adem en kracht om verder te spreken.
Ayla, mijn dochter, mijn vreemd, gedreven kind dat altijd zo
haar best deed, ik heb je tot medicijnvrouw opgeleid zodat je
genoeg aanzien zou hebben om bij de stam te blijven, zelfs als je
nooit een metgezel vond. Maar je bent een vrouw, je hebt een
metgezel nodig, een man voor jezelf. Je behoort niet tot de Stam,
Ayla Je bent bij de Anderen geboren, je hoort bij hen. Je moet hier
weggaan, kind, je moet je eigen soort zoeken.' Weggaan?' gebaarde
Ayla ontsteld. 'Waar zou ik heen moeten, Iza Ik ken helemaal geen
Anderen, ik zou niet eens weten waar ik ze moest zoeken.'Er zijn er
velen ten noorden van hier, Ayla, op het vasteland achter het
schiereiland. Mijn moeder vertelde me dat de man die haar moeder
genas uit het noorden kwam.' Weer zweeg Iza even, dwong zich dan
verder te spreken. 'Je kunt niet hier blij ven, Ayla. Ga ze zoeken,
mijn kind. Zoek je eigen volk, je eigen
metgezel.'
Toen vielen Iza's handen neer en haar ogen sloten zich. Haar
ademhaling ging stotend en oppervlakkig. Ze spande zich nog eenmaal
in diep adem te halen en sloeg haar ogen weer op. 'Zeg Oeba dat ik
van haar houd, Ayla. Maar jij was mijn eerste kind, de dochter van
mijn hart. Hield altijd van jou . . . van jou het
meest. . .'
Iza's adem ontsnapte in een beverige zucht. Ze ademde niet
meer in.
'Iza! Iza!' gilde Ayla. 'Moeder, ga niet weg, laat me niet
alleen! Oh, moeder, ga niet weg!'
Oeba ontwaakte door Ayla's jammerkreten en ze rende op hen af.
'Moeder! Oh nee! Mijn moeder is dood, mijn moeder is
dood!'
Het meisje en de jonge vrouw staarden elkaar aan. 'Ik moest je
van haar zeggen dat ze van je hield, Oeba,' zei Ayla. Haar ogen
waren droog, de schok was nog niet helemaal tot haar doorgedrongen.
Creb schuifelde op hen af. Hij was zijn grot al uit voor Ayla
schreeuwde. Met een hoge snik strekte Ayla haar armen naar de beide
anderen uit en ze klemden zich gedrieën in hun gezamenlijke smart
en wanhoop aan elkaar vast. Ayla's tranen bevochtigden hen allen.
Oeba en Creb hadden geen tranen, maar hun verdriet was er niet
minder om.