8

Janet lag weer op haar bed toen Emma terugkwam. Ze wilde slapen. Ze had haar dag niet. De extra medicijnen leken aanvankelijk aan te slaan, maar ze voelde zich toch te somber om op te staan. “Laat me maar,” verzocht ze. “Morgen ben ik er weer. Het is momenteel toch allemaal een beetje te heftig. Ik kan niet goed nadenken. Slapen helpt altijd het beste.”

Emma liet haar alleen en ging in de woonkamer zitten. Ze constateerde dat het beter was om vandaag nog niet tot actie over te gaan. Ze was zelf ook re gespannen. Het bezoek aan haar huis had emoties naar boven gehaald die haar onrustig maakten. Ze wilde eigenlijk alleen maar SMS-berichten naar Cees sturen. Dreigende berichten. Ze had zin om obscene taal te gebruiken. Vunzige details te melden uit het verleden, om hem daarmee de stuipen op het lijf te jagen. Ze opende verschillende keren een nieuw bericht maar bedacht zich steeds. Overkill zou juist het tegenovergestelde kunnen bereiken. Er zit altijd een grens aan angst. Het zou niet verstandig zijn om zijn grens te overschrijden en hem kwaad te maken. Hij moest niet kwaad worden. Hij moest bang zijn. Overal achteromkijken. Met gespitste oren lopen, snel schrikken. Hij moest de hele dag zijn mobieltje in de gaten houden. Ze moest de berichten doseren. Hem ermee overvallen op de momenten dat hij begon te denken dat ze ermee was opgehouden. Hij moest zich onzeker voelen.

Ze besloot de stad in te gaan om nog meer kinderkleren te kopen. Meisjeskleren. Voor haar eigen meisje.

Het was heerlijk lenteweer. Het goede weer om buiten te zijn. Ze besloot naar het centrum te lopen. De buitenlucht werkte ontspannend. Ze had zin om te zingen. Om mensen vriendelijk gedag te zeggen. Om te flirten. In een flits herinnerde ze zich de uren met Edo. De eerste snelle seks. Daarna de tweede keer. Zo anders. Zo ontspannen. Zo goed.

Zo leugenachtig. Hij had haar gebruikt. En zij had hem terugbetaald. Ze wilde verder niet meer aan Edo denken. Edo was passé. Afgeserveerd. Het maakte haar niets uit wat er verder met hem gebeurde. Ze zou zich alleen nog maar druk maken om Edo als hij het in zijn hoofd haalde om haai’ te benaderen. Maar daar zou hij wel te laf voor zijn.

Er liep een man voor haar. Ze zag dat hij iets liet vallen. Zijn zonnebril. Ze raapte het ding op en ging sneller lopen, tot ze hem had ingehaald. “U hebt uw zonnebril laten vallen,” zei ze glimlachend. Hij reageerde verrast. Hij lachte. Het was een mooie man. Knappe kop. Stevige neus, volle lippen, heldere ogen. Slimme ogen.

Sensuele ogen.

Hij bekeek haar. “Ik woon hier om de hoek,” zei hij. “Heb je zin in koffie? Of in iets sterkers?”

Ze werd geil van hem. “Ik heb zin in heel iets anders,” antwoordde ze.

Zodra de voordeur achter hen dichtviel, greep hij haar vast. Hij trok haar gezicht naar zich toe en drukte zijn lippen op de hare. Zijn tong drong snel haar mond binnen en bewerkte die van haar. Ze voelde zijn onderlijf tegen haar buik schuren. Hij had een stevige erectie. Ze maakte zijn broek los en dook op zijn dikke penis. Ze likte. Ze zoog. Hij hijgde. En trok haar hoofd weer naar boven. “Kleed je helemaal uit,” gebood hij. “Alsjeblieft. Ik wil je lijf zien. Ik ga je likken. Ik wil je beffen tot je sterretjes ziet. Je gaat klaarkomen zoals je nog nooit hebt meegemaakt.”

Ze gehoorzaamde. Hij duwde haar op de trap en spreidde met zijn handen haar benen. Hij knielde voor haar en ze voelde zijn tong. Binnen een paar minuten hoorde ze alleen nog haar eigen gehijg dat langzaam overging in gekerm en explodeerde in een langgerekte schreeuw. Hij drukte haar knieën ver naar achteren en drong bij haar binnen. Iedere stoot ging dieper. Ze spoorde hem aan om harder te gaan. Het was heftig. Maar ze wilde niet dat hij ophield. Ze wilde het gevoel hebben dat ze doormidden werd gescheurd. Ze spoorde hem aan om te stoten.

En ze dacht aan Cees.

Nadat de man was klaargekomen, lagen ze nog een paar minuten na te hijgen. Emma duwde hem voorzichtig van zich af. “Kan ik me even ergens wassen?” vroeg ze.

Hij wees naar boven. “De badkamer is links. Ik schenk even iets in. Wil je rode wijn? Witte? Bier?”

“Liever koffie.” Ze liep de trap op. In de badkamer greep ze snel een handdoek, maakte hem nat en wreef haar onderlijf schoon. Daarna trok ze haar kleren weer aan. In de keuken hoorde ze een koffieapparaat pruttelen. “Ik ben in de achterkamer,” riep de man. Ze glipte de voordeur uit.

Ze ging terug naar de Groningerstraatweg en schrobde zichzelf uitgebreid schoon onder de douche. Ze grinnikte. “Dat was niet mis,” zei ze tegen haar eigen spiegelbeeld. “Die kon er wat van. En dat had ik even hard nodig. Wat zou Cees aan het doen zijn?”

Janet sliep diep. Emma sloot voorzichtig de deur van haar slaapkamer. In de keuken maakte ze twee tosti’s. Ze had honger. En zin in actie.

Ze keek een paar uur televisie en probeerde enkele tijdschriften te lezen. Maar ze bleef ongedurig. Ze wilde weg. Naar Cees. Haar gedachten schoten heen en weer. Ze waren het ene moment gefocust op seks met Cees en het andere moment op afrekenen met hem. Ze werd er verdrietig van.

Eenzaam.

Tegen middernacht hield ze het niet langer uit. Ze besloot haar eigen auto te nemen. Die voelde toch veiliger. Ze reed naar Schagen en parkeerde bij Cees om de hoek. Er liep een man langs die zijn hond uitliet. Emma bleef doodstil zitten. De man lette niet op haar. Ze stapte uit.

Er brandde nog licht in het huis van Cees. De gordijnen van de ramen aan de voorzijde waren gesloten. Ze sloop om het huis. Bij de schuifpui aan de achterkant waren de gordijnen ook dicht. Ze luisterde met haar oor tegen het glas of ze binnen iets hoorde. Het was doodstil in huis. Daar moest maar eens verandering in komen. Met een superieure glimlach viste ze haar mobieltje uit haar zak en maakte een nieuw SMS-bericht.

Ze draagt nu toch maatje 80?

Het leek alsof er voetstappen in de richting van de pui kwamen. Ze vloog de tuin in, rende naar de zijkant van het huis en verschool zich achter een dichte struik. Ze moest hier weg.

Toen Emma op dinsdagochtend wakker werd, hoorde ze Janet zingen in de badkamer. Ze luisterde en stelde vast dat ze een mooie stem had. Een hogere stem dan ze verwacht zou hebben.

Janet liep zingend naar beneden en toen Emma een kwartier later de trap afkwam, rook ze weer de geur van verse broodjes.

“Ik ben weer helemaal in orde,” begroette Janet haar. “Ik had gewoon slaap nodig. De laatste tijd liep ik mezelf nogal voorbij. En op die manier krijg ik mijn dochter natuurlijk nooit te zien. Ik ga het anders doen. Niet meer stressen. Goed slapen. Mijn kop erbij houden. Hoe staat het met ons plan?”

Emma maakte een lijst met namen en adressen waar Cees zou kunnen zijn, als hij niet thuis was. Ze overhandigde de lijst aan Janet met een wee gevoel in haar borst. “Ik zou het liefst samen met jou achter hem aan gaan,” zei ze. “Het klinkt misschien raar, maar ik ben een beetje jaloers op je.”

“Ik ben geen indringer,” Janet begreep direct de lading van Emma’s boodschap. “Ik ben je maatje. Wat ga je doen als ik weg ben?”

“Wachten op je telefoontjes. En me ergens mee vermaken.”

“Mijn vriendin heeft twee seizoenen Grey’s Anatomy op dvd staan. De box ligt in de kast waar de televisie op staat. Kijk je daar wel eens naar? Ga lekker op de bank liggen. Je zult zien dat de tijd voorbijvliegt.”

Emma besloot haar advies op te volgen en toen Janet vertrokken was, zette ze de televisie aan. Maar het verhaal van Meredith en dokter McDreamy kon haar niet boeien. Ze controleerde iedere vijf minuten haar telefoon. Stond het ding wel aan? Had ze misschien een oproep gemist? Had Janet iets ingesproken? Het bleef veel te lang stil. Wat was er gebeurd? Zou Cees in de gaten hebben gekregen dat hij werd gevolgd?

Ze had zin in een borrel. Maar ze moest haar hoofd koel houden. Geen drank. Gewoon eten en drinken. Tegen een uur of twee probeerde ze een boterham naar binnen te werken, maar het lukte niet om te eten. Ze perste een paar sinaasappels uit en dronk een glas melk. En ze bleef haar mobieltje in de gaten houden. Toen het eindelijk begon te rinkelen, greep ze het zo snel van de tafel dat het uit haar handen glipte. Ze vloekte luid en dook naar beneden.

“Hoi, met mij.” Janet klonk bedaard. “Ik heb eerst een tijd bij zijn huis gestaan maar daar was hij blijkbaar niet. Toen ben ik naar het huis van je ouders gegaan. Daar was ook geen mens te bekennen. Maar inmiddels is er leven in de brouwerij. Je dochter is bij haar oma gebleven en je ex is naar iemand die ook op de Westfriese Dijk woont. Een meter of driehonderd voorbij jouw huis. Daar zit hij nu. Wat zal ik doen? Ik sta hier voor mijn gevoel een beetje opvallend. Maar als ik verder rij, kan ik misschien niet meer in de gaten houden of hij weggaat.”

Emma probeerde te begrijpen wat Janet haar vertelde. “Een meter of driehonderd voorbij jouw huis.” Ze trommelde met haar vingers op de tafel. Er was geen twijfel mogelijk. Cees zat bij Edo.

De woede kwam vanuit haar tenen. Hoe haalde hij het in zijn botte hersens? Wat had hij daar te zoeken? En wat vertelde Edo hem nu allemaal? Ze bedacht een nieuwe tekst die ze hem nu zou kunnen sturen. Daar ging hij zich ongetwijfeld een ongeluk van schrikken. Hij zou denken dat de muren oren en ogen hadden in dat huis. Maar hij zou ook zeker extra alert worden op zijn omgeving. Ze deed het niet. Ze ging hem nu niet opjagen.

Ze ging de aanval voorbereiden.

“Kom maar terug,” zei ze kalm tegen Janet. “Ik weet genoeg. We gaan fase twee in.”