22
Hij ontwaakte uit een vage droom over een schijnbaar eindeloze vrije val die hij geblinddoekt had gemaakt. Toen hij eindelijk op de grond terecht was gekomen, deed hij zijn ogen open. Rechercheur Renner zat hem met een scheve grijns aan te kijken.
'U weer, ' zei Pierce.
'Ja, ik weer. Hoe gaat het nou, meneer Pierce?'
'Best. '
'Zo te zien had u een nachtmerrie. U was nogal wild bezig. '
'Misschien droomde ik wel van u. '
'Wat is de bende van Wickerham?'
'Pardon?'
'U had het erover toen u sliep. Wickerham. '
'Dat zijn apen uit het oerwoud. De ongelovigen. '
'Dat volg ik niet helemaal. '
'Laat maar zitten. Wat doet u hier? Wat wilt u van me? Het - wat het ook is - is in Santa Monica gebeurd en ik heb al met de politie daar gesproken. Ik herinner me er niets van. Ik heb een hersenschudding, ziet u. '
Renner knikte. 'Ik weet precies wat u allemaal hebt. Ik hoorde van de verpleegkundige dat u gisterochtend honderdzestig hechtingen bij uw neus en ogen hebt gehad. Hoe het ook zij, ik ben hier uit hoofde van mijn functie in Los Angeles. Misschien moeten de korpsen van LA en Santa Monica de koppen maar eens bij elkaar steken. '
Pierce bracht zijn hand naar de brug van zijn neus. Er zal geen verband op. Hij voelde de reeks hechtingen en de zwelling.Hij probeerde zich er iets van te herinneren. Het laatste wat hij wist was dat de plastisch chirurg over hem heen hing en dat er felle lampen op hem gericht waren. Daarna was hij weggezakt en weer wakker geworden, zwevend in de duisternis.
'Hoe laat is het?'
'Kwart over drie. '
Er scheen helder licht door de zonwering. Hij wist dat het geen nacht was en dat hij in een kamer alleen lag.
'Is het maandag? Nee, het is dinsdag. '
'Ja, dat stond vandaag op de krant. Als je die heden ten dage nog kunt geloven. '
Pierce voelde zich goed. Hij had waarschijnlijk meer dan vijftien uur achtereen geslapen en alleen de droom had hem uit de slaap gehaald. Plus Renners aanwezigheid, misschien.
'Wat wilt u van me?'
'Eerst moet ik u uw rechten even snel voorlezen, zodat u en ik door de wet beschermd zijn. ' De rechercheur draaide het voorzettafeltje bij zodat het voor Pierce' neus stond en haalde een cassetterecordertje tevoorschijn.
'Hoe bedoelt u, dat we beiden beschermd zijn? Wat valt er te beschermen? Wat een nonsens. Renner. '
'Integendeel. Ik doe dat om een eerlijk onderzoek te kunnen verrichten. Vanaf nu wordt elk woord dat we wisselen opgenomen. ' Hij drukte een knop in en er ging een rood lichtje branden. Hij zei wie hij was, het tijdstip en welke dag, plus de plaats van de opname. Hij verklaarde dat hij tegenover Henry Pierce zat en las hem zijn rechten voor, die hij opdreunde van een kaartje dat hij uit zijn portefeuille had gehaald. 'U begrijpt wat ik zojuist heb voorgelezen?' vroeg hij.
'Alsof ik dat in mijn jonge jaren niet genoeg heb gehoord, ' antwoordde Pierce.
Renner trok een wenkbrauw op.
'Op tv en in films, ' zei Pierce.
'Geeft u nou maar antwoord op mijn vragen en hang niet de slimmerik uit. '
'Oké. Ja, ik weet wat mijn rechten zijn. '
'Mooi. Mag ik u nu misschien een paar vragen stellen?'
'Word ik ergens van verdacht?'
'Waar zouden we u van kunnen verdenken?'
'Geen idee. Zegt u het maar. '
'Daar gaat het nou juist om, niet? We weten niet precies wat we nou hebben. '
'Toch vindt u dat u mij die rechten moet voorlezen. Om mij te beschermen, zegt u?'
'Dat klopt. '
'Wat voor soort vragen? Hebt u Lilly Quinlan gevonden?'
'We zijn ermee bezig. U weet niet waar ze is, toch?'
Pierce schudde zijn hoofd, en dat voelde hij. Hij wachtte even tot de pijn was weggeëbd en zei: 'Nee, ik wou dat ik het wist. '
'Het zou inderdaad het een en ander oplossen als ze hier zo zou binnenstappen, is het niet?'
'Ja. Was dat haar bloed op dat matras?'
'We zijn ermee bezig. Voorlopige tests hebben uitgewezen dat het menselijk bloed is, maar we hebben geen monster van haar bloed om het te kunnen vergelijken. We hebben contact met haar huisarts en het is even afwachten wat voor materiaal hij van haar heeft. Een vrouw als zij liet haar bloed waarschijnlijk regelmatig controleren. '
Pierce vermoedde dat Renner het had over de seksueel overdraagbare aandoeningen waar een vrouw als zij op bedacht moest zijn. Toch vond hij het vervelend te horen dat het bloed dat ze hadden gevonden menselijk bloed was.
'Laat mij de vragen nou maar stellen, ' zei Renner. 'Wie is die Robin over wie u het had? Hebt u haar nog gezien?'
'Nee, ik was hier. '
'Gesproken?'
'Nee. U wel?'
'Nee, we hebben haar niet kunnen vinden. We hebben uw advies opgevolgd en haar nummer van de site gehaald. Het enige wat we krijgen, is haar voicemail. We hebben zelfs iemand van het bureau laten bellen. Hij heeft net gedaan of hij... u weet wel, een klant was. '
'Netwerken. '
'Ja, netwerken, maar ze heeft hem niet teruggebeld. '
Pierce voelde zich nog naarder worden. Hij wist dat Nicole haar herhaaldelijk had gebeld, met hetzelfde resultaat. Misschien had Wentz Robin al aangepakt, of hield hij haar gevangen. Hij begreep dat hij een beslissing moest nemen. Hij kon met Renner een spelletje blijven spelen en zich verschuilen achter een web van leugens om zichzelf te beschermen, maar hij kon ook proberen Lucy te helpen.
'Hebt u het nummer nagetrokken?'
'Het is een mobiel nummer. '
'Waar gaan de rekeningen heen?'
'De telefoon staat op naam van een van haar vaste klanten. Volgens hem doet hij het om haar te helpen. Hij betaalt de telefoonrekening en de huur van de flat zodat hij elke zondagmiddag, als zijn vrouw aan het winkelen is, een gratis wip kan maken. Vol gens mij helpt Robin hém en niet andersom. Het is een dikke griezel. Hoe het ook zij, zondagmiddag was ze niet op het werk. Ze heeft een flatje bij de jachthaven. Wij waren er wel, want we zijn er met die vent heen gegaan, maar ze kwam niet opdagen. '
'Weet hij niet waar ze woont?'
'Nee, dat heeft ze hem nooit verteld. Hij betaalt voor het mobieltje en de flat en komt elke zondag langs. Het staat allemaal op zijn onkostenrekening. '
'Shit. ' Hij zag Lucy al in de klauwen van Wentz en de Lange. Hij bracht zijn hand naar de hechtingen in zijn gezicht. Hij hoopte maar dat ze ontkomen was en dat ze zich ergens verschool.
'Shit? Dat zeiden wij nou ook. Het vervelende is dat we niet weten hoe ze vanachteren heet. We hebben die foto van de website, als ze dat ook echt is, en de naam Robin. Meer niet, en ik heb zo'n idee dat geen van beide echt is. '
'Waarom gaat u niet naar die website?'
'Ik zei toch al dat we daar... '
'Nee, ik bedoel het kantoor. Het kantoor waar ze die websites regelen. In Hollywood. '
'Daar zijn we geweest, en we stuitten er op een advocaat. Ze willen niet meewerken. Pas als we met een gerechtelijk bevel komen aanzetten, willen ze ons iets over de clientèle vertellen. Wat Robin betreft hebben we niet genoeg gronden om de rechter te vragen daaraan mee te werken. '
Weer dacht Pierce aan de keuze die hij moest maken: zichzelf beschermen of Lucy helpen? Als het al niet te laat was.
'Wilt u dat ding even afzetten?'
'Wat? De cassetterecorder? Dit is een ondervraging. Ik heb u toch verteld dat het zou worden opgenomen?'
'Dan zijn wc uitgepraat. Als u dat ding afzet, denk ik dat ik u wel het een en ander kan vertellen waarmee u verder kunt. '
Renner deed net of hij het overwoog, maar Pierce had de indruk dat dit gesprek goed ingestudeerd was en dat het exact zo verliep als de rechercheur wilde. Hij drukte op een knop en het rode lichtje doofde. Hij liet het apparaatje in zijn binnenzak glijden en zei: 'Goed. Wat hebt u te zeggen?'
'Zij heet geen Robin. Ze heeft me verteld dat ze Lucy LaPorte heet en ze komt uit New Orleans. U móét haar vinden. Haar leven is in gevaar. Misschien is het al te laat. '
'Hoezo in gevaar?'
Pierce antwoordde niet. Hij dacht aan Wentz' dreigement dat hij niet naar de politie moest gaan en aan de waarschuwing die Glass hem had meegegeven.
'Billy Wentz, ' zei hij.
'Wentz weer, ' zei Renner. 'De grote boze boeman?'
'Luister eens. U kunt me geloven of niet, maar doe uw best om Robin, ik bedoel Lucy, in veiligheid te brengen. '
'Dat is alles? Meer hebt u niet voor me?'
'Die foto op de website, dat is ze echt. Ik heb haar gezien. '
Renner knikte alsof hij dat al die tijd al had geweten. 'Het wordt nu allemaal een beetje duidelijker, ' zei hij. 'Wat weet u nog meer over haar? Wanneer hebt u haar gezien?'
'Zaterdagavond. Ze heeft me Lilly's appartement gewezen, maar ze is weggegaan voor ik daar naar binnen ben gegaan. Ze heeft niets gezien, dus daarom heb ik geprobeerd haar erbuiten te houden. Dat had ik met haar afgesproken. Ze was bang dat Wentz erachter zou komen. '
'Goed werk van u. Betaalt u haar?'
'Ja, maar doet dat er iets toe?'
'Het doet ertoe omdat mensen door geld worden beïnvloed. Hoeveel?'
'Rond de zevenhonderd dollar. '
'Dat is heel wat voor een ritje naar Venice. Hebt u daarvoor met haar nog een ander soort rit je mogen maken?'
'Nee, rechercheur. '
'Dus als dat verhaal van u waar is, dat die Wentz de grote gemene digitale pooier is, dan zou het feit dat zij u de weg naar Lilly's appartement heeft gewezen haar in gevaar brengen?'
Pierce knikte, en deze keer deed het minder pijn. Zolang hij zijn hoofd verticaal bewoog, was er geen vuiltje aan de lucht. De horizontale bewegingen deden hem de das om.
'Verder nog iets?' bleef Renner aandringen.
'Ze heeft dat appartement bij de jachthaven samen met een ander meisje, ene Cleo. Ze moet op dezelfde website te vinden zijn, maar ik heb het nooit geverifieerd. Misschien kunt u eens met die Cleo gaan praten?'
'Misschien. Misschien ook niet. Dat is het?'
'Nog één ding. Zaterdagavond heb ik haar op Speedway in een groen-gele taxi zien stappen. Misschien kunt u de taxichauffeur traceren en achter haar adres komen?'
Renner keek bedenkelijk. 'Zo gaat het in films, maar in werkelijkheid vrijwel nooit. Trouwens, ze is waarschijnlijk weer teruggegaan naar dat peeskamertje van haar. Zaterdagen zijn druk.'
De deur ging open en Monica Purl kwam binnen. Toen ze Renner zag, bleef ze op de drempel staan. 'O, sorry. Stoor... '
'Ja, u stoort. Recherche. Wilt u even op de gang wachten?'
'Ik kom wel een andere keer terug. ' Ze keek naar Pierce en het was duidelijk dat ze schrok van wat ze zag. Hij probeerde te glimlachen en stak zijn hand op.
'Ik bel je nog, ' zei Monica. Ze deed de deur dicht en was verdwenen.
'Wie is dat? Alweer een vriendinnetje?'
'Dat is mijn secretaresse. '
'Wilt u me nu vertellen wat er gisteren op dat balkon is voorgevallen?'
Pierce zei niets. Hij overdacht de consequenties als hij die vraag zou beantwoorden. Hij voelde er veel voor om Wentz' naam te noemen en aangifte te doen. Pierce was diep vernederd door wat Wentz en die reus hem hadden aangedaan. Zelfs als de chirurg goed werk had verricht en er geen zichtbare littekens zouden achterblijven, dan nog, zo wist hij, zou hij last blijven houden van de aanslag. Er zou blijvend letsel zijn. Aan de andere kant, het dreigement aan zijn adres, plus aan dat van Robin en zelfs aan dat van Nicole, was maar al te echt. Als het Wentz was gelukt zijn woning te vinden en er binnen te dringen, dan zou hem dat bij Nicole ook wel lukken. Na een tijdje antwoordde hij: 'Dit is een zaak voor de politie van Santa Monica. Waar maakt u zich druk over?'
'Het is een en dezelfde zaak. Wat kan dat u verder schelen?'
'Ik wil er liever niet over praten. Ik herinner me niet eens wat er precies is gebeurd. Ik weet dat ik met boodschappen kwam aanlopen en toen ik wakker werd, waren de mensen van de ehbo met me bezig. '
'Grappig hè, zoals hersenen werken? Vaak worden nare dingen gewoon verdrongen. '
Het klonk sarcastisch, en Pierce zag aan Renner dat hij er geen snars van geloofde. Ze keken elkaar even aan, waarna de rechercheur in de binnenzak van zijn jasje voelde. 'En dit hier? Als u dit ziet, weet u dan weer wat meer?' Hij had een foto in zijn hand en liet die aan Pierce zien. Het was een korrelige vergroting van een foto van zijn flatgebouw. De opname was van ver genomen, vanaf het strand. Hij bracht de foto dichter bij zijn gezicht en zag wat minuscule figuurtjes op een van de bovenste balkons. Het was inderdaad de twaalfde verdieping en hij wist dat hij zichzelf zag, met Wentz en de Lange. Pierce werd bij zijn enkels vastgehouden, maar de figuurtjes waren te vaag en te klein om precies te zien wie het waren. Hij gaf de foto terug en zei: 'Nee, ik weet er niets meer van.'
'Op het ogenblik hebben we geen betere foto, maar zodra we de media vragen ruchtbaarheid te geven aan het feit dat we foto's, videobeelden of wat dan ook zoeken, dan reken ik erop dat er wel iets beters boven water zal komen. Het was daar redelijk druk en ik neem maar aan dat iemand wel een betere opname heeft gemaakt. '
'Succes. '
Renner zweeg, keek Pierce even onderzoekend aan en ging verder: 'Kijk, als hij u heeft gedreigd, dan kunnen we u bescherming bieden. '
'Ik heb u al gezegd dat ik me niets herinner. Ik weet er helemaal niets meer van. '
Renner knikte. 'Nou, nou. Laten we die balkonscène dan maar even laten voor wat die is. Een andere vraag: waar hebt u Lilly's lichaam gelaten?'
Pierce' ogen werden zo groot als schoteltjes. Renner had hem volkomen onverwacht een mokerslag toegebracht. 'Wat? Bent u nou helemaal... '
'Waar is het lichaam, Pierce? Wat hebt u met haar gedaan? Wat hebt u met Lucy LaPorte gedaan?'
Pierce voelde het angstzweet op zijn borst uitbreken. Hij keek Renner aan en zag dat de rechercheur doodserieus was. Hij wist nu dat hij niet zomaar een verdachte was, maar dé verdachte. 'Maakt u nou een geintje of zo? U had niet eens van de zaak geweten als ik u niet had benaderd. Ik was de enige die zich er druk om maakte. '
'Ja, en misschien waren dat telefoontje naar ons, dat door haar huis banjeren en dat op de plaats delict zijn wel gewoon afleidingsmanoeuvres. Misschien is wat er met uw hoofd is gebeurd wel afgesproken met Wentz of een van uw kornuiten. Misschien was dat óók wel doorgestoken kaart. Zo van: ach, die arme man. Zijn hoofd ligt in de kreukels omdat hij zijn neus in andermans zaken dacht te kunnen steken. Ik geef er geen cent voor, meneer Pierce. '
Pierce staarde hem sprakeloos aan. Renner zag alles wat hij had gedaan of wat hem was aangedaan van de andere kant
'Ik zal u eens iets vertellen, ' ging Renner verder. 'Toen ik nog in de buitenwijken werkte, werd er een meisje vermist. Ze was twaalf jaar, kwam uit een gegoed gezin en we wisten dat het geen weglopertje was. Dat soort dingen voel je soms gewoon aan. We hebben buren en vrijwilligers opgetrommeld en zijn gaan zoeken in de heuvels van Encino. En ja hoor, een van haar buurjongens vindt haar: verkracht, gekeeld en verborgen in een oud stuk rioolbuis. Het zag er niet best uit allemaal. En weet u wat? De jongen die haar had gevonden, was de dader. Het duurde even voor we het plaatje rond hadden, maar het is ons gelukt en de jongen heeft bekend. Een dader die zogenaamd het lijk vindt? Dat noemen wc het Barmhartige Samaritaan-complex. De vinder is de dader. Het gebeurt zo vaak. De dader vindt het gewoon lekker om mee te helpen aan het politieonderzoek. Hij denkt beter te zijn dan de politie, en dat doet hem goed. '
Het kostte Pierce moeite in te zien dat alles zich zo tegen hem had gekeerd. 'U hebt het bij het verkeerde eind, ' zei hij rustig, maar met trillende stem. 'Ik heb het niet gedaan. '
'O nee? Ik heb het bij het verkeerde eind? Vertel me dan maar eens wat u weet. Ik zit met een vermiste vrouw en een bebloed matras, maar ik zit ook met een heleboel leugens en uw vingerafdrukken zowel in haar huis als in haar peeskamertje. '
Pierce deed zijn ogen dicht. Hij dacht aan het appartement bij Speedway en aan de bungalow. Hij wist dat hij veel had aangeraakt. Hij had overal aangezeten: het parfumflesje, haar bureautje, de post.
'Néé... ' Meer wist Pierce niet te zeggen.
'Nee, wat?'
'Het is één groot misverstand. Ik heb niet meer gedaan dan... Ik bedoel... Ik heb per ongeluk haar telefoonnummer gekregen en ik wilde alleen even zien of... Ik wilde haar helpen... Het is allemaal mijn schuld, en ik dacht dat als ik... ' Hij maakte zijn zin niet af. Heden en verleden lagen nog te dicht bij elkaar. Ze werden één en het beeld werd wazig. Het ene schoof voor het andere, alsof het een zonsverduistering was. Hij deed zijn ogen open en keek Renner aan.
'Maak uw zin af. Wat dacht u?'
'Ik weet het niet. Ik wil er verder niet over praten. '
'Kom op nou. U was zo goed op dreef, maak het dan ook af. U moet er niet mee blijven zitten. Dat doet een mens geen goed. Het is allemaal mijn schuld, zei u. Wat bedoelde u daarmee? Is het per ongeluk gebeurd? Vertel me nou maar hoe het gegaan is. Misschien is het allemaal zo erg nog niet en kunnen we het met de officier van justitie op een akkoordje gooien.'
Pierce voelde dat zijn brein werd overspoeld door gevoelens van angst en gevaar. Hij kon bijna ruiken hoe ze door zijn poriën naar buiten kwamen. Het leken we! chemicaliën, elementen die gemeenschappelijke moleculen bezaten, die naar de oppervlakte kwamen om te ontsnappen.
'Waar hebt u het over? Lilly? Dat is mijn schuld niet. Ik kende haar niet eens. Ik wilde haar alleen maar helpen. '
'Door haar te wurgen? Door haar keel door te snijden? Hebt u misschien de Jack de Ripper-methode gebruikt? Ik geloof dat die Ripper ook wetenschapper was. Een arts of zo. Bent u de nieuwe Ripper, Pierce? Is dat uw trip?'
'Ga toch weg, man. Je lijkt wel gek. '
'Ik geloof niet dat ik hier de gek ben. Waarom is het uw schuld?'
'Pardon?'
'U zei dat het allemaal uw schuld was. Waarom? Wat heeft ze gedaan? Heeft ze uw mannelijke trots gekrenkt? Hebt u misschien een klein pikkie, meneer Pierce?'
Pierce schudde zijn hoofd om een opkomende duizeligheid te weren. Hij deed zijn ogen dicht. 'Zo bedoelde ik het niet. Het is mijn schuld niet. '
'Ik hoorde het u zelf zeggen. '
'Nee. U probeert me woorden in de mond te leggen. Het is mijn schuld niet. Ik heb er niks mee te maken. ' Hij deed zijn ogen weer open en zag Renner in zijn binnenzak naar het cassetterecordertje zoeken. Het rode lichtje brandde nog. Pierce begreep dat het een ander apparaatje was dan wat hij eerder had gezien en dat was afgezet. De rechercheur had het hele gesprek opgenomen. Renner drukte op de terugspoelknop en na een paar pogingen had hij de uitspraken die hij zocht. Hij speelde de door Pierce afgelegde verklaring af. 'Het is één groot misverstand, Ik heb niet meer gedaan dan... Ik bedoel... Ik heb per ongeluk haar telefoonnummer gekregen en ik wilde alleen even zien of... Ik wilde haar helpen... Het is allemaal mijn schuld, en ik dacht dat als ik... ' De rechercheur zette de recorder uit en keek Pierce zelfvoldaan aan. Renner had hem tuk, had hem erin geluisd. Zijn gezond verstand en zijn intuïtie zeiden hem dat hij geen woord meer moest zeggen, maar om de een of andere reden kon hij niet stoppen. 'Nee, ' zei hij. 'Ik had het niet over haar. Niet over Lilly Quinlan. Ik had het over mijn zusje. Ik was... '
'We hadden het over Lilly Quinlan en u zei dat het uw schuld was. Dat noemen we een bekentenis, vriend. '
'Nee, ik had het over... '
'Ik weet waar u het over had. Hang maar geen smoesjes op. '
'Het zijn geen smoesjes. '
'Nou, weet u wat? Dan praat u maar niet. Ik denk dat ik zodra het lichaam is gevonden wel weet wat ik moet zeggen. U bent de klos en ik heb mijn werk gedaan. ' Renner bracht zijn gezicht vlak bij dat van Pierce en ging verder: 'Waar is ze, Pierce? U weet dat het onvermijdelijk is. We vinden haar heus wel. Laten we het nu maar meteen regelen. Vertel me maar waar u haar hebt gelaten. '
Ze staarden elkaar aan. Pierce hoorde dat de knop van het recordertje werd ingedrukt. 'Wegwezen. '
'Als ik u was, zou ik praten. De tijd begint te dringen. Zodra ik dit hier inlever en de heren van het parket ermee aan de slag gaan, dan kan ik niets meer voor u doen. Vertel op, Henry. Kom, gooi het er maar uit. '
'Wegwezen, zei ik. Ik wil een advocaat. '
Renner ging rechtop zitten en grijnsde veelbetekenend. Hij hield het recordertje op en zette het met een overdreven gebaar af. 'Natuurlijk wilt u een advocaat, ' zei hij, 'en u hebt er eentje nodig ook. Ik ga hiermee naar de officier van justitie, Pierce. Ik weet dat ik u al kan pakken op inbraak en tegenwerking van politieonderzoek. Dat is geen kunst, maar daar gaat het me natuurlijk niet om. Ik ben op zoek naar de hoofdzaken. ' Hij hield het apparaatje weer op alsof het een kostbaar kleinood was. 'Zodra we haar hebben gevonden, is het spelletje uit. '
Pierce luisterde al niet meer. Hij draaide zijn hoofd weg en staarde in de ruimte. Hij dacht aan de dingen die zouden komen en opeens besefte hij dat hij alles kon verliezen. De zaak, alles. In een fractie van een seconde vielen de dominostenen om en de laatste steen was Goddard, die zich terugtrok en een ander bedrijf zou kiezen. Bronson Tech, Midas Moleculair of een ander. Goddard zou zich terugtrekken en er kwam geen ander voor in de plaats. Niet als er een politieonderzoek gaande was en er een rechtszaak in het verschiet lag. Dat zou hen voorgoed buitenspel zetten. Hij keek Renner aan en zei: 'Ik heb u toch gezegd dat ik niet meer met u praat? Ik wil dat u weggaat. Ik moet een advocaat spreken. '
Renner knikte. 'Dan raad ik u aan een goede in te huren. ' De rechercheur reikte naar een tafeltje en pakte een hoed die Pierce nog niet eerder had zien liggen. Het was een bruine vilten herenhoed waarvan de rand naar beneden was geslagen. Pierce wist niet dat er in Los Angeles nog iemand was die dat soort hoeden droeg. Zonder nog een woord te zeggen liep Renner de kamer uit.