De sluwe oplichter
De grote tegenspeler van ABN Amro in Italië, Gianpiero
Fiorani (1959), heeft de reputatie sympathiek en intelligent te
zijn. Totdat hij wordt gearresteerd vanwege zijn rol in de
overnamestrijd om Banca Antonveneta. Sindsdien staat hij vooral
bekend als een sluwe oplichter.
Fiorani werkt zich snel op in de Italiaanse
bankwereld dankzij een uitgebreid sociaal netwerk. Na een studie
politicologie en een kortstondige carrière als journalist treedt
hij in dienst bij de bank uit de regio waar hij is opgegroeid. Bij
Banca Popolare di Lodi begint hij een carrière die hem al snel in
de bestuurskamer brengt. Daarbij maakt hij handig gebruik van de
contacten die hij opdoet binnen de Katholieke Kerk. Zo komt hij
uiteindelijk op goede voet te staan met Fazio, die evenals Fiorani
bekendstaat als toegewijd katholiek.
Fiorani bouwt Lodi door fusies en overnames
uit tot de elfde bank van Italië. Financieel heeft de van oorsprong
arme plattelandsbank daarvoor nauwelijks de middelen. Maar dankzij
de vriendschap met Fazio maakt de centrale bank nooit bezwaren
tegen de verzwakking van de balans. Fazio deelt de visie van
Fiorani om een landelijke coöperatieve bank op te bouwen.
Fiorani onderhoudt zijn vriendschappen door
links en rechts kostbare cadeaus uit te delen aan politici en
andere invloedrijke figuren. Ook Fazio en zijn kinderen worden
rijkelijk bedeeld. Zo doet Fiorani de dochters van de bankpresident
kostbare kettingen cadeau. De bankpresident zelf krijgt onder meer
een gouden horloge en zeldzame werken van Sint-Augustinus en Thomas
van Aquino. De schenkingen komen in de openbaarheid door zijn
arrestatie. Uit justitieel onderzoek blijkt dat Fiorani nauwgezet
lijsten bijhield van de cadeaus die hij opvoerde als zakelijke
onkosten.
Fiorani belandt direct na de overnamestrijd
om Antonveneta in voorarrest. Enkele weken voor kerst 2005 zet
justitie hem vast wegens verdenking van handel met voorkennis en
fraude. Een halfjaar later wordt hij op vrije voeten gesteld.
Fiorani profiteert van een amnestiewet die in Italië vaker wordt
aangegrepen om ruimte te creëren in de overvolle
gevangenissen.
Het onderzoek van justitie naar de
misstanden bij de overname van Antonveneta leidt tot de ontdekking
van een hele reeks aan frauduleuze handelingen. Fiorani blijkt zijn
bestuursvoorzitterschap van Lodi stelselmatig te hebben misbruikt
voor zelfverrijking. Illegale winsten uit handel met voorkennis in
verschillende beursgenoteerde ondernemingen werden met een
60/40-verhouding verdeeld tussen bevriende rekeninghouders en de
top van Lodi. Als er onverhoopt verliezen werden geleden, werden
deze in de schoenen geschoven van nietsvermoedende rekeninghouders
in de vorm van gefingeerde kosten en commissies.
Na zijn vrijlating probeert Fiorani zijn
naam te zuiveren en een nieuw bestaan op te bouwen. In een
interview met de krant La Repubblica
verklaart hij dat hij een ander mens is geworden en dat hij zich
wil inzetten voor de gewone man. ‘Met al mijn ervaring wil ik
consumenten gaan beschermen tegen de hoogmoed van banken’, zegt
hij. Het komt hem op een hoop spot te staan.
Bij het lanceren van zijn nieuwe imago
maakt Fiorani gebruik van nieuwe contacten die hij opdoet in de
showbusiness. De zomer van 2007 brengt hij door in een villa van
Lele Mora aan de exclusieve Esmeralda-kust van Sardinië, niet ver
van het buitenhuis van Silvio Berlusconi. Mora is in Italië een
bekend manager van tv-persoonlijkheden en filmacteurs. Eerder werd
hij gearresteerd op verdenking aankomende sterren te hebben
aangezet tot prostitutie. Het verblijf van Fiorani op Sardinië
krijgt landelijke bekendheid door een foto waarop hij een jonge
actrice kust. Het huwelijk met zijn vrouw komt daardoor op losse
schroeven te staan.
Justitie blijft Fiorani in 2007 op de
hielen zitten en weet te voorkomen dat hij zijn bezittingen in het
buitenland overdraagt aan zijn zoon. De totale waarde van zijn
huizen, waaronder een villa aan de Franse Rivièra, wordt geschat op
70 miljoen euro. Fiorani heeft alle reden te vrezen dat hij zijn
bezittingen moet afstaan: behalve justitie achtervolgt ook zijn
oude werkgever Lodi hem met claims. Een ruime meerderheid van de
leden van de coöperatieve bank besluiten hem na de overnamestrijd
persoonlijk aansprakelijk te stellen voor de schade die hij heeft
aangericht. De uitkomst van de strafzaak en de civiele vordering
zijn bij het ter perse gaan van dit boek nog niet
bekend.