35

Ik werd op de bank van Induma wakker, met de Egyptische katoenen lakens om me heen gedraaid. Heet. Gisteravond had ik de ramen, die uitzicht boden op de tuin en het kanaal erachter, dichtgedaan en afgesloten. Door mijn nachtelijke angsten was ik weer om 2.18 uur wakker geworden, maar nu leek alle onrust als een vergeten droom te zijn weggezakt.

Op het mobieltje, dat vlak bij mijn gezicht lag, stonden geen nieuwe berichten. Ik merkte dat ik graag wilde dat Steve nu eindelijk eens met nieuws over Baby Everett kwam. De club van Bilton had alle reden om met man en macht naar haar op zoek te gaan. Als ze haar inmiddels al niet gevonden hadden.

Ik douchte in de badkamer beneden, kleedde me aan en plakte een nieuwe pleister op mijn wang. Toen ik op de wc zat, met de rugzak op de grond, haalde ik vijf honderdjes uit mijn geldclip en frommelde ze onder het paarse elastiek, het geld dat ik aan Homer had gegeven. Het had me gisteren de hele dag al dwarsgezeten, en ik was blij dat ik het nu kon terugstoppen. Want degene van wie het was, wilde ik liever niets schuldig zijn.

Ik keek een tijdje naar mijn mobieltje. Geen gemiste oproepen. Als de handlangers van Bilton inderdaad op zoek waren naar Baby Everett, zouden ze elke minuut dichter bij hun doel kunnen komen.

Ik draaide een nummer.

Toen ik uit de badkamer kwam, stond Induma achter het fornuis. In één pan lagen eieren met spek te spetteren, en sojaworstjes in de andere. Op het barretje stonden een fles jus en een indrukwekkende stapel pannenkoeken.

‘Zijn dat eieren uit Bangalore?’ vroeg ik.

‘Vanmorgen binnengevlogen.’

‘En het spek?’

‘Familierecept van de Mahatma himself.’

‘Ik dacht dat hij vegetariër was.’

‘Ga nou maar eten, bleekscheet.’

‘Ik dacht dat alleen negers “bleekscheet” mochten zeggen.’

‘Hoe mogen Indiase mensen je dan noemen?’

‘Een niet- ict ’er.’

‘Best wel gevat voor een voortvluchtige.’ Ze schoof een bord naar me toe.

Toen we hadden ontbeten, hielp ik met afruimen. Daarna deed ik mijn rugzak om. Ze sloeg het met een bezorgd gezicht gade.

Ik zei: ‘Ik hou het niet meer uit. Ik moet Baby Everett zien op te sporen – om haar te waarschuwen, of weet ik veel.’

‘Denk je niet dat Steve haar kan opsporen?’

‘Misschien is het dan al te laat.’ Ik haalde diep adem. ‘Daarom heb ik Caruthers gebeld.’

‘Heb je Carúthers gebeld?!’

‘Zijn naaste medewerker, Alan Lambrose, de man met het vlinderstrikje. Caruthers vliegt net terug vanuit Sacramento en kan over een uur met me praten. Hij bood me tijdens ons eerste gesprek al aan om me te helpen. Als er iemand een onbekende kan opsporen…’

‘Maar we weten niet zeker of Caruthers hier ook niet op de een of andere manier bij betrokken is. Omdat hij bijvoorbeeld meer geld voor de echo heeft geboden dan Bilton.’

‘Daar komen we dan snel genoeg achter, denk ik. Als ik door zijn medewerkers word opgepakt, weten we dat hij er inderdaad iets mee te maken heeft.’

‘Nick, je wordt gezocht. Caruthers zou zijn beveiligingspersoneel hoe dan ook de opdracht moeten geven je op te pakken.’

‘Alan heeft het even nagekeken. Hij zei dat er geen opsporingsbevel tegen me is uitgevaardigd.’

Toen ze dat hoorde, zakte haar mond een stukje open.

Ik zei: ‘Bilton stelt alles in het werk om me op te sporen, maar probeert dat buiten de normale kanalen om te doen. Je snapt vast wel waarom.’

Ze blies een lok voor haar gezicht weg en bleef me aankijken. ‘Je wordt gezocht wegens terroristische activiteiten, Nick. Als ze je te pakken krijgen, heb je geen enkel recht. Durf jij je hand voor Caruthers in het vuur te steken?’

‘Om Everett te waarschuwen? Wat moet ik anders doen?’

‘Straks geef je alle bewijsmateriaal aan Caruthers en is dat precies waar hij op uit is.’

‘Ik waag het erop. Het maakt me niet uit of Caruthers een politiek spelletje speelt, zolang ik maar met dat meisje kan praten.’

Induma legde haar handen op haar hoofd. Keek me zwijgend aan.

Ik zei: ‘Als je contact met me wilt opnemen, moet je niet je vaste telefoon gebruiken.’ Ik haalde het andere wegwerpmobieltje tevoorschijn en gaf dat aan haar.

Ze zei nog steeds niets.

‘Ik zal goed uitkijken.’

Ze wierp me de autosleuteltjes toe. ‘Dat kan wel zijn, maar je bent maar een klein radartje in het grote geheel.’

Vertrouw niemand / druk 1
titlepage.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_0.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_1.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_2.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_3.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_4.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_5.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_6.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_7.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_8.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_9.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_10.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_11.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_12.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_13.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_14.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_15.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_16.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_17.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_18.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_19.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_20.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_21.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_22.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_23.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_24.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_25.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_26.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_27.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_28.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_29.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_30.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_31.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_32.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_33.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_34.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_35.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_36.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_37.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_38.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_39.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_40.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_41.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_42.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_43.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_44.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_45.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_46.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_47.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_48.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_49.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_50.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_51.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_52.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_53.xhtml
awb_-_vertrouw_niemand_split_54.xhtml