***
'Mijn god, wat is er met jou gebeurd?' 'Dus jij vindt het ook niet mooi?'
Dokter Mel Segal stond op vanachter zijn grote houten bureau en liep naar Donna toe.
'Victor noemt het mijn vroege Auschwitz-periode.' Mel glimlachte. 'Hij weet het toch altijd zo aardig te formuleren.'
'Maar jij vindt het evenmin mooi?'
Mel zweeg lange tijd. ik ben er niet kapot van, nee.'
Donna slaakte een diepe zucht. 'Ik heb het zelf gedaan,' zei ze, terwijl ze haar hand haalde door wat er nog van haar haar was overgebleven. 'Gisteravond.'
'Hoe kwam dat zo?'
'Victor zei dat ik weer een beetje op de oude Donna begon te lijken. Als ik het lef had gehad, had ik me helemaal kaalgeschoren.'
'Het scheelt anders niet veel.'
'Victor zegt dat ik eruitzie als Peter Pan in doodsnood.' 'Laat Victor toch lullen.'
'Ga je me nu vertellen dat ik bij hem moet weggaan?' 'Nee.'
'Waarom niet?'
'Dat heb ik je gezegd bij je eerste bezoek hier. Je bent een volwassen vrouw. Ik geloof niet dat ik je iets vaker dan één keer hoef te zeggen. En dan moet je verder zelf maar weten wat je ermee doet.'
'Ach, toe nou,' zei ze plagend, 'zeg nou dat ik hij hem moet weggaan.'
Zijn gezicht stond plotseling heel ernstig. 'Dat kan ik niet.' Donna draaide zich om naar de deur. 'Verdomme,' zei ze. 'Waarom zijn de mannen met wie ik iets heb toch altijd zo integer?'
'Met wie ik iets heb?'
Donna draaide zich weer om en keek Mel aan. Ze was van haar stuk gebracht door haar eigen woordkeus. 'Nu ja, je weet wel wat ik bedoel.'
Hij zei dat hij het begreep, maar ze kon aan zijn gezicht zien dat hij er niets van snapte. Zijzelf trouwens evenmin. 'Ik vind het echt erg aardig van je dat je me zonder afspraak wilde ontvangen.'
'Sinds wanneer moet jij een afspraak hebben om me te kunnen spreken?'
'Je hebt een wachtkamer vol mensen.'
'Waarom ben je gekomen?'
'Dat weet ik eigenlijk niet precies.'
'Alles goed met de kinderen?'
'Prima.'
'En met jou?'
'Prima. Ik voel me... prima. Ik voel me net zo goed als ik eruitzie.' Ze lachte. 'Denk je dat er in het dichtstbijzijnde ziekenhuis een bed voor me vrij is?' 'Zo slecht zie je er nu ook weer niet uit.' 'Jawel.'
'Persoonlijk heb ik Peter Pan eigenlijk altijd wel schattig gevonden.'
Donna glimlachte en liep naar hem toe. 'Hij heeft ook altijd erg hoog van jou opgegeven,' zei ze. Ze strekte haar hand uit naar Mels gezicht en voelde zijn baard langs haar hand strijken.
'Hoe is het met Annie?' vroeg ze en ze trok haar hand terug.
'Geweldig. Die is tegenwoordig druk aan het masturberen.'
Ze lachten allebei.
'En wat doe je eraan?' vroeg Donna.
'Wat ik eraan doe? Niets. Laat het kind maar genieten.'
Donna en Mel staarden elkaar secondenlang zwijgend aan.
Toen hoorde Donna dar de stilte door een stem werd verbroken.
ik kan maar beter gaan,' zei de stem zacht. 'Oké,' antwoordde Mel , nog zachter.
'Ik wil zo vreselijk graag dat je me kust dat ik het gewoon niet verdraag...' vervolgde de stem. 'O, mijn god,' zei Donna luidkeels. Ze draaide zich snel om en liep de kamer uit. Hij kwam meteen achter haar aan. Ze hoorde hoe hij zich gehaast verontschuldigde tegenover zijn wachtende patiënten - hij was zó terug, een spoedgeval - en enkele tellen later hoorde ze zijn voetstappen op de trap. Toen ze beneden was aangekomen, had hij haar ingehaald.
'Mijn auto staat op het parkeerterrein,' zei hij. Hij pakte haar bij de elleboog en trok baar mee naar zijn auto. Ze herkende de kleine witte MG. 'Verdomme, hij zit op slot,' zei hij en hij rommelde in zijn zak naar de sleutels. 'Hier zijn ze.' Na wat gemorrel vond hij de juiste en deed hij de beide portieren open. Donna stapte in en Mel ging achter het stuur zitten. Ze deden de portieren dicht. 'Waar gaan we heen?' vroeg ze.
'Nergens,' antwoordde hij en meteen waren zijn armen om haar heen en lagen zijn lippen op de hare. Donna had nog nooit een man met een baard gekust. Ze vond het heerlijk. Ze vond alles aan hem heerlijk.
'Dit is ongelooflijk onprofessioneel,' zei hij, terwijl zijn lippen van haar mond naar haar ogen dwaalden, ik zou me geen betere behandeling kunnen wensen.' Hun lippen keerden terug bij hun beginpunt. Zo bleven ze minutenlang in innige omhelzing zitten, hartstochtelijk kussend, elkaar betastend en eikaars wangen strelend. Totdat ze zich uiteindelijk uit hun omarming losmaakten en elkaar in de ogen staarden, alsof ze elkaar voor het eerst zagen. Hij bracht zijn rechterhand naar haar hoofd en streelde haar kortgeknipte haar. 'Hoe kun je een vrouw met zo'n legerkapsel kussen?' vroeg ze. 'Dat zal ik je laten zien,' zei hij. En hij kuste haar. 'Ik snap wel wat mij in je aantrekt. Maar ik zal nooit begrijpen, wat jij in mij aantrekkelijk vindt.'
'Je ogen,' zei hij teder. 'Je neus, je mond.' Hij kuste ze stuk voor stuk. 'Je oren.' Ze lachten allebei toen hij een kus op elk oor drukte. 'Je nek.' Hij boog zich voorover.
'Voorzichtig, volgens mij biedt deze auto niet voldoende ruimte om nog meer aan me te waarderen.' 'Waar zijn je kinderen?'
'Adam is naar het peuterklasje. En Sharon is bij mevrouw Adilman.'
'Kun je hier wachten, terwijl ik boven mijn spreekuur afmaak?' 'Ja.'
Hij boog zich weer naar haar toe. ik wil je al kussen sinds ik je op dat feestje van Susan heb leren kennen,' zei hij. 'Toen zag je eruit als een zwangere wandelstok.'
Ze moest lachen. 'O, ja. Dat was mijn Biafraanse periode. Een van mijn favoriete.' Ze keek hem ernstig aan. 'Ik vraag me af hoe je me zou vinden wanneer je ooit mijn ware ik leert kennen.' 'Laat me eens zien,' zei hij en hij trok een onzichtbare lijn over haar wang. 'Ik hield van je toen je zwanger was, toen je je haar half geblondeerd, helemaal geblondeerd en blond geverfd had. Mager en met huilogen. Zelfs mager en vrolijk vond ik je liet. Ik vond je lief met rood, met worteltjesrood en pikzwart haar. Ik vond zelfs je eigen kleur mooi, wat daar dan nog van over is tenminste. Ik heb zo'n vermoeden dat ik ook nog van je zal houden wanneer je oud en grijs bent; als ik tenminste het geluk heb dan nog bij je te zijn.'
'Dan ben ik de gelukkige,' zei ze en er kwamen tranen in haar ogen. Hij kuste ze prompt weg en drukte toen zijn mond opnieuw op de hare. 'Mijn god,' zei ze plotseling en ze schoof van hem weg. 'Wie is dat in godsnaam?'
Mel deed vlug het portier open. Donna keek en verwachtte half en half Victor te zien, maar in plaats daarvan keek ze in het gezicht van een lange, blonde, enigszins slordig uitziende man, die bijna met zijn neus tegen het raampje naar hen stond te gluren. 'Neem me niet kwalijk,' zei de man, terwijl hij een stap achteruit deed, zijn blik op Donna gevestigd, ik stond alleen de auto maar te bewonderen. Ik realiseerde me niet dat er iemand in zat.'
Donna deed het portier open en stapte uit. Mel deed hetzelfde. Mel wachtte tot Donna om de auto heen was gelopen en nam haar hij de arm. Donna zag dat de blonde man nog altijd naar haar keek, terwijl Mel en zij wegliepen. Toen ze op het punt stonden de kliniek binnen te gaan, keek ze nog één keer om. Hij stond hen nog altijd na te staren.
In bed werd het een ramp. Dat kwam misschien omdat ze zo nerveus waren. Misschien doordat ze zo vurig hun best deden om de ander te laten genieten. Wat de reden ook was, ze slaagden er gewoon niet in om de vonk te doen overslaan. Ze zweetten meer van inspanning dan van hartstocht. En hoewel ze er alle moderne technieken bij haalden, leek alles wat ze deden geforceerd, alsof ze nog met één oog in het boek keken. Er werd veel gekreund, veel bewogen, maar ze beleefden er erg weinig plezier aan.
Hij kreeg met moeite een erectie en toen dat eenmaal gelukt was, slaagde hij er niet in die te handhaven. Ze was te droog, te gevoelig, te bang. Ze waren allebei erg gespannen. Ze rommelden aan eikaars lichaam als spelers van twee strijdende rugbyteams. Uiteindelijk lieten ze de bal vallen. 'Sorry. Maar ik ben zo droog,' zei ze en ze probeerde niet te huilen. 'Het komt gewoon, omdat ik al bijna anderhalf jaar niet meer met Victor naar bed ben geweest. En volgens mij ben ik daar vanbinnen erg gevoelig sinds Sharons geboorte. Dcx>r gebrek aan oefening.' ik heb het gevoel dat ik spastisch ben,' zei hij. 'Je weet wel wat ik bedoel. Net als toen je het voor het eerst deed en doodsbang was dat je niet zou weten waar je 'm in moest steken.' Hij keek naar zijn slappe lid. 'Niet, dat ik op dit moment iets heb om ook maar ergens in te steken.' Plotseling moesten ze allebei lachen. 'God, wat een vreselijke vertoning,' zei ze. 'Waardeloos,' zei hij instemmend.
Ze begonnen steeds harder te lachen en uiteindelijk schaterden ze het uit.
'Denk je dat het ooit beter zal gaan?' vroeg ze. 'Och, slechter kan het niet worden.' 'Wanneer komt Annie thuis?'
Mel keek naar de klok op het tafeltje aan het voeteneind van het bed. 'Over een uur. Ze heeft vandaag balletles na school.' 'Denk je dat we er tegen die tijd iets van gemaakt kunnen hebben?'
'Ik zou het in ieder geval wel willen proberen.' Donna keek naar zijn kruis. 'Volgens mij begint er verbetering in de toestand te komen,' zei ze en ze voelde zich erg verdorven, omdat ze zoiets zei. (Victor had het nooit prettig gevonden, wanneer ze probeerde een oordeel te geven over hun seksleven, en dit soort opmerkingen had hij ook nooit kunnen waarderen.) Donna glimlachte naar Mei, die boven op haar kwam liggen. En terwijl de vertrouwde prikkels zich naar alle lekkere plekjes verspreidden, rijpte in Donna het gevoel dat er uiteindelijk misschien toch nog hoop voor haar was.
Met haar koffers gepakt zat ze op de bank te wachten tot Victor thuiskwam. Hij keek de woonkamer rond, zag haar koffers en liep naar de bar om zich een borrel in te schenken. 'Wil jij er ook één?' vroeg hij. 'Nee, dank je wel.'
Hij schonk zich een groot glas whisky in en liep terug naar de bank waar Donna zat. ik veronderstel dat dit een soort afscheidsscène moet verbeelden,' zei hij. Donna's stem klonk kalm toen ze zei: ik ga bij je weg.' ik dacht al dat je dat zou gaan zeggen.' Hij nam een flinke slok. 'En de kinderen?' 'Die zijn bij Susan.'
'Susan?' Hij schudde het hoofd, ik had kunnen weten dat die hierachter zat.'
'Susan heeft er niets mee te maken gehad. Ik heb haar vanmiddag gebeld, toen ze uit haar werk kwam, en haar gevraagd om een paar uur op de kinderen te passen rot ik met jou gesproken had.' Ze zweeg even. 'Ze was erg verbaasd.' 'Maar vast en zeker dolblij.'
ik heb geen zin om ruzie te maken over Susan, Victor.'
ik wil helemaal geen ruzie maken.'
'Prima.' Donna stond op.
ik bel een taxi.'
'Nee.'
Hij zette zijn glas op de glazen salontafel. 'Mag ik dan niets meer voor je doen?'
Je hebt al genoeg gedaan, wilde ze zeggen, maar ze deed het niet. ik kan mijn eigen boontjes wel doppen.'
'Dat heb ik ook helemaal niet ontkend.'
Je begrijpt er ook helemaal niets van, hè, Victor? Je hebt er geen idee van waarom jou dit overkomt.
'Kunnen we er niet over praten?' vroeg hij.
ik heb niets meer te zeggen.'
'Vind je jezelf nu wel eerlijk?'
'Ja, volgens mij wel.'
'Na zes jaar huwelijk beweer jij dat je niets meer te zeggen hebt?' ik weet zeker dat we alles wat er te zeggen viel al gezegd hebben, Victor.'
Ze liep naar de telefoon. Hij greep haar hand. 'Donna, toe nou. Wat moer ik zeggen?' 'Niets, Victor, je kunt niets zeggen.'
'Ik heb je gezegd dat het me speet. Jezus, hoe vaak heb ik niet gezegd dat het me speet? Ik zou alles willen doen om die nacht ongedaan te maken...'
'Het gaat niet om die nacht, Victor.' Hij keek verrast, ik heb heel lang gedacht dat dat het was. Maar die nacht is maar een onderdeeltje van alles. En misschien nog wel het minst belangrijke, ik weet het niet.'
Het was duidelijk, dat hij er geen idee van had waar ze over praatte. 'Heb je een ander?'
Donna keek Victor in zijn blauwe ogen en zag daar Mei. 'Nee,' zei ze. Mel en zij hadden elkaar al maanden niet meer gezien. Ze waren samen tot de slotsom gekomen dat ze, als zij een einde aan haar huwelijk wilde maken, dat moest doen omdat dat huwelijk geen bestaansrecht meer had, en om geen andere reden. Mel had de zaken wel in een stroomversnelling gebracht, maar hij was beslist niet de oorzaak.
Ze keerde haar huwelijk de rug toe, omdat er sinds die eerste middag met Mel in haar een nieuwe hoop ontwaakt was, die zich eenvoudig niet meer liet begraven onder Sisyphus' machtige rotsblok. Als Sisyphus de hem resterende eeuwigheid zinvol meende te besteden aan een nooit eindigende, hopeloze opgave, dan vond ze dat prima. Ieder zijn meug. Maar ze was tot het besef gekomen dat zij bij lange na nog niet dood was. En dus liet ze de hel voor wat die was.
'Ik zal het je laten weten, zodra ik ergens woonruimte heb,' zei ze. 'Dan kun je de kinderen komen opzoeken. We moeten proberen er voor ons allemaal het beste van te maken.' 'Het is het beste voor ons allemaal dat we bij elkaar blijven.' 'Nee. Dat is niet het beste.' Ze belde een taxi. Victor was verrassend kalm. 'Je zult het niet gemakkelijk krijgen, wanneer je helemaal op jezelf bent aangewezen,' zei hij ten slotte. 'Dat weet ik.'
'Volgens mij weet je het niet.' Donna haalde de schouders op.
'Je kunt nog op je besluit terugkomen,' zei hij. 'Denk er nog maar eens over na. En als je besluit dat je terug wilt...' Donna knikte, maar zei niets. 'Bel je me gauw?' vroeg hij. ik zal je morgen bellen.' 'Ik hou van mijn kinderen, Donna.' Ze voelde tranen in haar ogen komen. 'Dat weet ik.' ik vind gewoon dat we niets overhaasts of ondoordachts moeten doen...' 'Dat doe ik ook niet.' 'Je belt me.' 'Ja.'
Ze hoorden dat er buiten een auto stopte en toeterde.
ik hou van je, Donna,' zei Victor snel.
Donna boog het hoofd. 'Dat weet ik, Victor.' Ze haalde diep adem. Hij liep naar haar koffers. 'Nee, toe,' zei ze en bij de klank van haar stem hield hij de pas in. ik doe het wel.'
'Ze zijn zwaar,' waarschuwde hij.
Ze liep naar de twee koffers en pakte ze op. 'Nee, hoor,' antwoordde ze. Een minuut later was ze weg.