7
Zodra hij achter het stuur zat, pakte hij de balpen die altijd in de asbak stond, schreef Lilly Quinlans adres in zijn handpalm en haalde het dollarbiljet uit zijn broekzak. Hij bekeek het eens goed. Toen hij het onder het vloeiblad had zien liggen, had het met de beeltenis van George Washington naar beneden gelegen, maar nu zag hij dat er een woord op 's mans hoofd was geschreven. Arbadacarba, las hij.
'Abracadabra, ' zei hij toen hij het woord van achter naar voren las. Hij gokte erop dat het de gebruikersnaam en het wachtwoord van het computersysteem van het bedrijf waren. Hoewel hij tevreden was met de vorderingen die hij had gemaakt, wist hij niet of hij er wel iets aan had nu hij Lilly Quinlans naam en adres in de map had gevonden.
Hij startte de auto en reed terug in richting van Santa Monica. Lilly's appartement was aan Willshire Boulevard, niet ver van Third Street Promenade. Toen hij in de buurt was en de straatnummers op de gebouwen las, realiseerde hij zich dat er in die wijk helemaal geen flats stonden. Hij vond het straatnummer en zag dat het van een klein postkantoor was. Het nummer waarvan hij dacht dat het van een appartement was, moest dat van een postbus zijn. Pierce zette de auto voor de deur, maar hij wist niet precies hoe hij het verder moest aanpakken. Het leek erop dat het spoor hier ophield. Hij dacht even na en stapte uit.
Hij liep het postkantoor in en ging rechtstreeks naar de ruimte waar de postbussen waren. Hij hoopte dat ze glazen deurtjes hadden, maar ze waren van aluminium en hij kon niet zien of er post voor haar was. Ze had als adres nummer 333 opgegeven, dus zocht hij de postbus met dat nummer. Nadat hij hem had gevonden, bleef hij er even naar staan kijken, alsof hij hem iets zou vertellen. Er gebeurde niets.
Hij liep naar de balie, waarachter een jongeman met pukkelige wangen stond. Hij had een naambordje op met: curt - hoe kan ik u helpen?
'Ik heb een wat vreemde vraag, ' zei Pierce. 'Ik wil een postbus huren, maar ik wil een bepaald nummer dat slaat op de naam van mijn zaak. '
De jongen keek hem verward aan. 'Welk nummer is dat?'
'Mijn bedrijfje heet 3x3x3 producties en ik zie net dat er een postbus is met nummer 333. Is die vrij?' Het was de beste smoes die hij had kunnen verzinnen toen hij bij de postbus stond.
Curt reikte onder de balie en legde een blauwe ordner voor zich. Hij sloeg de ordner open en keek op een lijst met postbussen. Hij liet zijn vinger langs de rij gaan en stopte. 'Deze. '
Pierce probeerde te lezen wat er stond, maar het was ondersteboven en de afstand was te groot. 'Nou?'
'Hij is momenteel in gebruik, maar daar komt misschien verandering in. '
'Hoe bedoelt u?'
'Ik bedoel dat hij al van iemand is, maar die persoon heeft de huur deze maand niet betaald. Dat houdt in dat we haar voorlopig het voordeel van de twijfel gunnen. Heeft ze voor het eind van de maand niet betaald, dan kunt u hem krijgen. Als u tot dan kunt wachten. '
Pierce keek bedenkelijk. 'Dat duurt me te hing. Ik wil het allemaal wat eerder geregeld zien. Hebt u misschien een adres of een telefoonnummer van die persoon, zodat u contact met haar kunt opnemen en kunt vragen of ze hem nog wil of niet?'
'Ik heb haar al twee herinneringen gestuurd en één daarvan in haar postbus gelegd. Normaal gesproken bellen we de klanten niet. '
Pierce werd opgewonden van wat hij hoorde, maar liet niets merken. In feite had Curt gezegd dat ze een ander adres van haar hadden, maar zodra Pierce besefte dat hij geen idee had hoe hij het de jongen moest ontfutselen, werd zijn enthousiasme getemperd. 'Hebt u een telefoonnummer van die klant? Als u haar nu voor me belt en uitzoekt hoe of wat, dan ben ik bereid de postbus hier ter plekke te huren. Ik betaal een jaar vooruit. '
'Dan moet ik het even opzoeken. Momentje. '
'Rustig aan. Ik heb liever dat het in één keer goed wordt geregeld dan dat ik moet terugkomen. '
Curt ging aan een bureau zitten dat tegen de muur achter de balie stond. Hij deed een la open en pakte er een dikke hangmap uit. De afstand was te groot voor Pierce om met de jongen mee te kunnen lezen. Curt ging weer met zijn vinger langs een lijst en toen hij gevonden had wat hij zocht, pakte hij met zijn andere hand de hoorn van telefoon. Nog voor hij het nummer kon intoetsen, werd hij gestoord door een andere klant.
'Ik wil graag een fax naar New York versturen, ' zei een vrouw.
Curt stond op, liep naar de balie en pakte een formulier. Hij zei haar dat ze het moest invullen en liep terug naar het bureau. Hij zette zijn vinger weer op de lijst en pakte de telefoon.
'Als dit wordt meegefaxt, moet ik daar dan ook voor betalen?' vroeg ze.
'Nee, mevrouw. U betaalt alleen voor de pagina's die u wilt faxen. ' Het klonk alsof hij die tekst al honderden keren had uitgesproken. Eindelijk toetste hij een nummer in. Pierce probeerde te zien welke toetsen het waren, maar het ging te snel. Na even gewacht te hebben, sprak Curt een boodschap in. 'Dit is een bericht voor Lilly Quinlan. Zou u zo vriendelijk willen zijn het postkantoor aan Willshire te bellen? De huur van uw postbus is niet voldaan, en als we niet spoedig van u horen, geven we hem aan een ander. Ik heet Curt. Dank u. ' Hij gaf het telefoonnummer van het kantoor op en verbrak de verbinding.
De vrouw zwaaide nu met de papieren die ze wilde faxen en zei: 'Ik heb nogal haast. '
'Ik kom zo bij u, mevrouw, ' zei hij, waarbij hij Pierce hoofdschuddend aankeek. 'Meneer, wat u betreft: ik heb een bericht ingesproken, en op dit moment kan ik niets voor u doen. Ik moet wachten tot ik iets van haar hoor en als ze geen contact opneemt, kan ik pas aan het eind van de maand iets voor u regelen. Zo zijn de voorschriften. '
'Ik begrijp het. Bedankt voor de moeite. '
Curt liet zijn vinger weer langs de lijst gaan en zei: 'Wilt u uw telefoonnummer misschien achterlaten, zodat ik u kan bereiken als ik wat meer weet?'
'Nee, ik neem wel contact op, ' zei Pierce. Hij pakte een kaartje waarop het adres en telefoonnummer van het kantoor stonden en toen hij bij de uitgang was, riep Curt hem na: 'Nummer 27 anders?'
Pierce draaide zich om en zei: 'Pardon?'
'Zevenentwintig. Driemaal drie maal drie, toch?'
Pierce knikte. Curt was slimmer dan hij eruitzag.
'Die is vrij. '
'Ik denk er even over na. Bedankt. ' Pierce stak zijn hand op en liep weer richting uitgang. Achter zich hoorde hij de vrouw tegen
Curt zeggen dat het niet netjes was dat hij betalende klanten liet wachten.
In de auto keek Pierce op zijn horloge. Het was bijna twaalf uur. Hij moest naar huis om de deur voor Monica, zijn secretaresse, open te doen. Het nieuwe meubilair zou tussen twaalf en vier worden bezorgd, en zij had beloofd er bij hem thuis op te wachten. Vrijdagochtend had hij bedacht dat hij liever iemand betaalde om op de spullen te wachten en zelf de presentatie voor Goddard voor te bereiden. Hij wist nu niet zo zeker of hij wel naar het lab zou gaan, maar hij wilde in elk geval van Monica's diensten gebruikmaken. Bovendien had hij nog een klusje voor haar. Toen hij de lobby in kwam, zat ze daar al op hem te wachten. De portier liet bezoekers zonder toestemming van de bewoner niet naar de verdiepingen gaan.
'Sorry dat ik een beetje laat ben, ' zei Pierce. 'Zit je hier al lang?'
'Een paar minuten maar. '
Ze liepen naar de lift en moesten even wachten. Monica was lang, slank en blond, met een huid zo doorzichtig dat je bang was haar een blauwe plek te bezorgen als je haar alleen maar aanraakte. Ze was een jaar of vijfentwintig en was nog maar een halfjaar zijn rechterhand. Charlie Condon had haar na vijf jaar trouwe arbeid gepromoveerd tot Pierce' privé-secretaresse en hij had ervaren dat haar frêle bouw en haar bijna doorschijnende huid een vertekend beeld gaven. Monica kon uitstekend organiseren, stak haar mening niet onder stoelen en banken, had een ijzeren wil en kreeg veel voor elkaar.
De liftdeur ging open en ze stapten in. Pierce drukte op 12 en de lift ging snel omhoog.
'Weet je zeker dat je hier wilt wonen als de aardbeving zich aandient?' vroeg ze.
'Het gebouw kan er een van acht op de schaal van Richter hebben, ' antwoordde hij. 'Ik heb het nagevraagd voor ik de flat huurde. Ik heb vertrouwen in de wetenschap. '
'Omdat je zelf wetenschapper bent?'
'Dat zal wel. '
'In feite vertrouw je dus op de aannemers die de wetenschap in praktijk hebben gebracht. ' Die zat. Daar had hij geen antwoord op. De deur gleed open en ze liepen de gang door naar zijn appartement.
'Waar moeten ze de meubels neerzetten?' vroeg ze.' Heb jeeen plattegrond of zo waarop ik kan zien waar je de spullen wilt '
'Niet echt. Zeg jij hun maar waar je ze wilt hebben, waar je denkt dat ze een beetje leuk staan. O ja. Voor ik ga, wil ik je nog om een kleine gunst vragen. '
'Zoals?' vroeg ze achterdochtig.
Pierce besefte dat ze misschien dacht dat hij haar wilde versieren, nu het uit was tussen hem en Nicole. Hij kreeg de indruk dat alle vrouwen die er goed uitzagen dachten dat alle mannen iets met hen wilden. Hij moest er bijna om lachen, maar hield zich in.
'Eén telefoontje maar. Wacht, ik geef je het nummer. ' Hij liep naar de zitkamer en pakte de telefoon. Hij luisterde zijn voicemail af en hoorde alleen het bericht van Curt. Hij wiste het, en verder stond er niets op. Hij liep met het toestel naar de bank, ging zitten en schreef de naam Lilly Quinlan op een blanco velletje van zijn notitieblokje. Hij diepte het kaartje van het postkantoor op en zei: 'Ik wil graag dat je dit nummer belt en zegt dat je Lilly Quinlan heet. Vraag naar Curt en zeg dat je zijn boodschap hebt ontvangen. Zeg dat je voor het eerst hoort dat de huur niet is betaald en vraag hem waarom hij je geen aanmaning over de post heeft gestuurd. '
'Waarom... Wat is dit allemaal?'
'Ik kan het je niet uitleggen, maar het is belangrijk. '
'Ik weet nog zo net niet of ik me voor iemand anders wil uitgeven. Het is niet... '
'Het heeft niets om het lijf. Hackers noemen het "netwerken". Die Curt gaat je vertellen dat hij je wel degelijk per brief heeft aangemaand. Dan zeg je: "Gut, naar welk adres dan wel?" Als hij je dat adres opgeeft, schrijf je het op. Meer heb ik niet nodig, alleen het adres. Zodra je het hebt, mag je het gesprekje afronden. Zeg maar dat je zo snel mogelijk naar het kantoor komt om te betalen en dan hang je op. Ik heb alleen dat adres maar nodig. '
Ze keek hem aan op een manier zoals ze hem in de zes maanden dat ze voor hem had gewerkt nog nooit had aangekeken.
'Kom op, Monica. Kleinigheidje. Niemand wordt er slechter van. Misschien help je er wel iemand mee. Eerlijk gezegd weet ik dat wel zeker. ' Hij legde het notitieblokje en de balpen op haar schoot. 'Ben je zover? Ik draai het nummer wel. '
'Doctor Pierce... Ik geloof niet dat ik... '
'Noem me toch niet zo. Je zegt nooit "doctor Pierce". '
'Henry dan. Ik voel er weinig voor. Niet als ik niet weet waar het voor is. '
'Goed. Ik zal het uitleggen. Je weet dat je een nieuw telefoonnummer voor me hebt aangevraagd... '
Ze knikte.
'Nou, vóór mij was het van een vrouw die verdwenen is of zo. Er is iets met haar aan de hand. Ik krijg steeds maar telefoontjes voor haar en ik probeer uit te vissen wat er precies met haar is gebeurd. Snap je? Als je dit voor me doet, kan ik achter haar adres komen. Meer vraag ik niet van je. Ik wil erheen en kijken of alles in orde is. Dat is alles. Oké, wil je het doen?'
Ze schudde haar hoofd alsof ze te veel informatie tegelijk had ontvangen. Ze keek hem zo verbaasd aan dat het leek alsof Pierce haar zojuist had verteld dat hij door een ruimteschip was ontvoerd en was verkracht door een marsmannetje. 'Ik vind het idioot! Hoe ben je hierin verzeild geraakt? Ken je die vrouw? Hoe weet je dat ze verdwenen is?'
'Ik ken haar niet. Het is allemaal puur toeval. Ik heb een verkeerd nummer toegewezen gekregen. Ik heb genoeg informatie om te weten dat ik móét uitzoeken waar ze zit en dat alles kits is. Wil je hetalsjeblieft voor me doen?'
'Waarom verander je je nummer niet?'
'Dat ben ik ook van plan. Maandagochtend zodra je op kantoor bent moet je een ander aanvragen. '
'In de tussentijd kun je toch de politie waarschuwen?'
'Ik weet nog niet genoeg om er de politie mee lastig te vallen. Wat moet ik zeggen? Ze zullen denken dat ik geschift ben. '
'Daar hebben ze dan misschien wel gelijk in. '
'Nou, doe je het of niet?'
Ze knikte gelaten. 'Als het je gelukkig maakt en ik mijn baan niet kwijtraak. '
'Hé, wacht even. Ik dreig je nergens mee, oké? Als je het niet wilt doen, goed. Ik vind wel iemand anders. Het heeft niets met het werk te maken. Daar bestaat geen misverstand over, hoop ik?'
'Nee, oké. Maak je maar niet druk, ik doe het wel. Hoe eerder ik er vanaf ben... '
Hij herhaalde nogmaals wat hij van haar verlangde en toetste het nummer van het postkantoor in. Hij gaf het toestel aan Monica en ze vroeg naar Curt. Ze draaide haar lesje af en ze stuntel de maar twee keer. Pierce keek toe toen ze een adres in het notitieblokje schreef. Hij was opgetogen, maar liet niets merken Toen ze had opgehangen, gaf ze hem het toestel en het notitieblokje terug. Hij las het adres en zag dat het in Venice was'. Hij
scheurde het blaadje af, vouwde het op en stak het in zijn zak.
'Die Curt leek me een aardige vent, ' zei ze. 'Ik vind het naar dat ik tegen hem heb gelogen. '
'Ga bij hem langs en vraag hem mee uit. Ik weet hoe hij eruitziet. Geloof me, als jij hem mee uitvraagt, is hij de rest van zijn leven dolgelukkig. '
'Dus je weet hoe hij eruitziet? Dan had hij het over jou... Hij zei dat er iemand langs was geweest die mijn postbus wilde hebben. Ik bedoel Lilly Quinlans postbus. '
'Ja, dat was ik. Zo ben ik achter... '
De telefoon ging en hij nam op. Er was al opgehangen. Pierce keek naar de nummerweergave en zag dat er vanuit het Ritz Carlton was gebeld.
'Oké, ' zei hij. 'Je moet de telefoon aan laten staan omdat de portier beneden je moet kunnen bereiken als die meubels er zijn. Ondertussen krijg je een zwik telefoontjes voor ene Lilly. Als er een vrouw opneemt, zullen ze denken dat jij Lilly bent. Misschien is het verstandig als je meteen iets roept van: "Ik ben Lilly niet. Verkeerd nummer" of zo. Anders krijg je... '
'Misschien moet ik juist wel net doen of ik Lilly ben, zodat ik meer voor je te weten kan komen. '
'Nee, dat lijkt me niet verstandig. ' Hij ritste zijn rugzakje open en haalde er de print van Lilly's foto uit. 'Dit is ze. Gezien het soort telefoontjes dat je zult krijgen, denk ik niet dat je je voor haar wilt uitgeven. '
'Mijn hemel!' riep Monica uit terwijl ze naar de foto keek. 'Is het een callgirl of zo?'
'Ik denk het. '
'Waarom ga je de gangen van een callgirl na terwijl je eigenlijk... ' Ze zweeg abrupt. Pierce keek haar aan en wachtte op het vervolg, maar er kwam niets.
'Wat?' vroeg hij. 'Eigenlijk wat?'
'O niks. Het gaat me niets aan. '
'Heb je het met Nicki over mij gehad?'
'Nee, laat maar. Ik weet niet eens wat ik wilde gaan zeggen. Ik vind het gewoon raar dat je je bezighoudt met het wel en wee van een callgirl. Ik vind dat nou eenmaal vreemd. '
Pierce ging op de bank zitten. Hij wist dat ze loog wat Nicki betrof. De twee vrouwen waren bevriend geraakt en gingen tussen de middag, als Pierce niet uit het lab weg kon - en dat was vrijwel elke dag het geval - vaak samen lunchen. Nu Nicki en hij uit elkaar waren, zou dat niet anders zijn. Ze spraken elkaar waarschijnlijk elke dag en hadden het dan vast over hem. Aan de andere kant wist hij dat ze gelijk had in wat ze zojuist had gezegd, maar hij was al te ver op streek om ermee te kappen. Zijn leven en werk waren op nieuwsgierigheid gebaseerd. Tijdens zijn laatste jaar op Stanford had hij een college bijgewoond over de volgende generatie microchips. De professor had het over nanochips gehad, die zo klein waren dat je een computer zou kunnen maken die niet groter was dan een dubbeltje. Sinds die dag was Pierce geobsedeerd door dat concept en deed hij niet anders dan zijn nieuwsgierigheid op dat gebied bevredigen.
'Ik ga alleen nog even naar dat adres in Venice, ' zei hij. 'Ik ga poolshoogte nemen, en daar laat ik het bij. '
'Beloof je dat?'
'Ja. Bel me maar op het lab als het meubilair er is en je hier de deur uit gaat. '
Hij stond op en hing zijn rugtasje over zijn schouder. 'Mocht je Nicki spreken, hou hier dan verder je mond over, oké?'
'Afgesproken, Henry. Geen punt. '
Hij wist dat hij er maar beter niet op kon rekenen, maar hij kon er toch niet veel aan doen. Hij ging naar de voordeur en liep de gang op. Terwijl hij naar de lift liep, dacht hij aan Monica's woorden, aan het verschil tussen iets onderzoeken en door iets geobsedeerd zijn. Ergens liep de scheidslijn, maar waar precies, dat wist hij niet.