43

Hayward slingerde haar overvaluitrusting om haar schouder, stelde het lantaarnvizier rond haar hoofd bij en keek naar de blauwe massa die door de onderste verdiepingen van metrostation 59th Street liep. Ze moest op zoek naar patrouille vijf, onder leiding van ene luitenant Miller, maar het was een chaos in de gigantische ruimte, en iedereen was op zoek naar alle anderen en kon dus niemand vinden. Ze zag korpschef Horlocker arriveren, vers van de inspectie der patrouilles die zich onder het museum verzameld hadden, op het metrostation van 81st Street. Horlocker stelde zich op aan de overkant van de promenade, naast het hoofd van de afdeling tactiek, Jack Masters, een magere kerel met een zuur gezicht. Masters lange armen, die meestal op aapachtige wijze langs zijn lijf bungelden, maaiden nu in het rond terwijl hij praatte tegen een groep luitenants. Hij sloeg op een stapel kaarten, hij zette denkbeeldige lijnen uit. Horlocker stond erbij te kijken. Hij knikte en hield een aanwijsstok vast die wel een knuppel leek, en af en toe tikte hij daarmee op een kaart om een bijzonder belangrijk punt te benadrukken. Terwijl Hayward toekeek zond Horlocker de luitenants weg en pakte Masters een megafoon. 'Attentie!' blafte hij met raspende stem. 'Zijn de patrouilles verzameld?' Hayward moest sterk denken aan een padvinderskamp. Een ongelijkmatig gemompel dat 'nee' zou kunnen zijn, steeg op. 'Patrouille nummer één, hier, dan,' zei Masters terwijl hij naar de voorste rand van de promenade wees. 'Patrouille twee, verzamelen op het centrumniveau.' Hij ging verder met de andere patrouilles en wees diverse secties van de promenade toe. Hayward ging op weg naar het verzamelpunt voor patrouille vijf. Toen ze daar aankwam, was luitenant Miller bezig een grote kaart uit te spreiden waarop het gebied waarvoor zijn ploeg verantwoordelijk was, blauw ingekleurd was.

Miller droeg een lichtgrijs militair uniform waarvan de loshangende plooien een grote hoeveelheid vetweefsel niet konden verbergen. 'Ik wil geen heldendaden, geen confrontaties,' zei Miller. 'Oké? Dit is in feite een klus voor de verkeerspolitie, niets exotisch. Als ze zich verzetten, heb je je masker en je traangas. Geen spelletjes; meteen laten zien dat je het meent. Maar ik verwacht geen problemen. Als jullie je werk goed doen, zijn we met een uurtje weg.'

Hayward opende haar mond maar hield zich in. Ze had het idee dat het gebruik van traangas in ondergrondse tunnels weleens lichtelijk riskant zou kunnen zijn. Ooit, jaren voordat de verkeerspolitie werd samengevoegd met de normale politie, had iemand op het hoofdbureau voorgesteld om een opstootje uiteen te drijven met traangas. Het normale personeel was bijna in opstand gekomen. Traangas was boven de grond al erg genoeg, maar onder de grond was het een pure ramp. En ze zag dat hun groep de dieper gelegen metro- en onder-houdstunnels onder het station Columbus Circle voor zijn rekening moest nemen.

Miller keek weer om zich heen. De donkere bril rond zijn nek zwaaide heen en weer aan een lichtgevend koordje. 'Denk erom, de meeste van die mollen zijn zo stoned als garnalen door een of ander spul, of misschien verzwakt door alcoholgebruik,' blafte hij. 'Laat zien wie de baas is en ze doen wat je zegt. Opdrijven en naar buiten jagen als vee, als je begrijpt wat ik bedoel. Als ze eenmaal in beweging zijn, gaan ze wel door. Ze moeten naar dit centrale punt hier, onder rotonde nummer twee. Dat is het verzamelpunt voor de patrouilles vier tot en met zes. Wanneer de patrouilles verzameld zijn, brengen we de mollen naar de metro-uitgang aan de kant van het park, hier.' 'Luitenant Miller?' zei Hayward. Ze kon zich niet langer inhouden. De luitenant keek haar aan.

'Vroeger heb ik wel overvallen gedaan in die tunnels, en ik ken die lui. Die gaan niet zo gemakkelijk mee als u denkt.' Miller sperde zijn ogen open alsof hij haar voor het eerst zag. 'Jij?' zei hij ongelovig. 'In een overvalteam?'

'Jawel, meneer,' zei Hayward. Intussen bedacht ze dat de volgende kerel die haar die vraag zou stellen, een trap in zijn ballen kon krijgen.

'Jezus,' zei Miller hoofdschuddend.

Er viel een stilte terwijl de andere agenten naar Hayward keken. 'Verder nog ex-verkeerspolitie aanwezig?' vroeg Miller met een blik om zich heen. Een tweede agent stak zijn hand op. Hayward nam de standaard-kenmerken snel op: groot, zwart, een figuur als een tank. 'Naam?' blafte Miller. 'Carlin,' antwoordde de zware man traag. 'Verder nog?' vroeg Miller. Het bleef stil. 'Mooi zo.'

'Wij van de ex-verkeerspolitie kennen die tunnels,' zei Carlin op milde toon. 'Jammer dat ze er niet aan gedacht hebben om meer van ons op dit uitje mee te vragen, meneer.'

'Carlin?' zei Miller. 'Je hebt je gas, je hebt je knuppel, je hebt je wapen. Ga dus niet in je broek staan schijten. En als ik jouw mening weer een keer wil weten, dan vraag ik er wel om.' Miller keek om zich heen. 'We zijn hier met veel te veel. Bij dit soort acties heb je een kleine elitegroep nodig. Maar als de chef het zo wil, kan hij het zo krijgen.'

Hayward keek in het rond. Er waren misschien honderd agenten in het vertrek. 'Alleen al onder Columbus Circle zitten minstens driehonderd daklozen,' zei ze op neutrale toon.

'O ja? En wanneer heb jij die voor het laatst geteld?' vroeg Miller. Hayward zweeg.

'Je hebt er altijd wel eentje bij zitten,' mompelde Miller tegen niemand in het bijzonder. 'Luister, allemaal. Dit is een tactische operatie en we moeten ons strikt aan de orders houden. Is dat duidelijk?' Hier en daar werd geknikt. Carlin zag Haywards blik en rolde even zijn ogen naar het plafond om aan te geven wat hij van Miller dacht. 'Oké, zoek een partner,' zei Miller terwijl hij de kaart oprolde. Hayward keek naar Carlin, en die knikte terug. 'Hoe gaat het?' vroeg hij. Hayward zag dat haar eerste indruk dat de man te dik was, verkeerd bleek. Hij was zwaar gebouwd, als een gewichtsheffer, maar hij vertoonde geen grammetje vet. 'Waar heb jij gezeten voor de fusie?' 'Onder Penn Station. Mijn naam is Hayward.' Uit haar ooghoek zag ze een geringschattende blik over Millers gezicht glijden: Carlin met dat wijf.

'Dit is in feite mannenwerk,' zei Miller met een blik op Hayward. 'Het kan altijd gebeuren dat het wat ruiger wordt. We nemen het je niet kwalijk als...'

'Met brigadier Carlin hier,' onderbrak Hayward hier, 'zijn we mans genoeg voor twee.' Ze liet haar ogen keurend over Carlins stevige gestalte gaan en keek toen veelbetekenend naar Millers buikje. Een paar agenten schoten in de lach en Miller fronste. 'Ik zoek wel iets in de achterhoede voor jullie.'

'Heren agenten!' blafte Horlockers stem plotseling door de microfoon. 'We hebben minder dan vier uur om de daklozen uit de gebieden onder en rond Central Park te jagen. Vergeet niet dat precies om middernacht vele miljoenen liters water uit het meer de riolen in gaan stromen. De stroom zal exact gekanaliseerd worden. Maar er is geen garantie dat er niet een paar rondzwervende daklozen mee-gespoeld zullen worden. Het is dus van groot belang dat jullie klaar zijn met de klus, en dat iedereen binnen de aangegeven zone ruim voor die tijd weg is. Iedereen. Dit is geen tijdelijke ontruiming. We gaan deze unieke kans gebruiken om de daklozen eens en voor altijd te verwijderen uit deze gebieden. Nu. Jullie weten watje te doen staat, jullie hebben teamleiders die speciaal vanwege hun ervaring gekozen zijn. Er is geen enkele reden waarom de klus niet kan worden geklaard, zonder nog een paar uur over te hebben ook. We hebben ervoor gezorgd dat die mensen voor vannacht onderdak en eten krijgen. Dat kun je ze indien nodig uitleggen. Vanuit de uitgangspunten op de kaarten gaan ze met bussen naar Manhattan en de andere wijken. We verwachten geen verzet. Maar als er verzet is, hebben jullie je orders.'

Hij keek even naar de verzamelde groep en zette de megafoon weer aan zijn mond.

'Jullie collega's in de noordelijke secties zijn volledig ingelicht en beginnen hun werk op hetzelfde tijdstip als jullie. Ik wil dat iedereen samenwerkt. Vergeet niet, als je eenmaal onder de grond zit, heb je weinig meer aan je radio. Je kunt misschien onderling praten of met teamleiders in de buurt, maar communicatie met mensen boven de grond zal op zijn best onzeker zijn. Hou je dus aan het plan, hou je aan het schema en doe je werk.' Hij stapte naar voren. 'En nu, mannen, aan de slag!' De rijen geuniformeerde mannen gingen rechtstaan terwijl Horlocker tussen hen door liep. Hier en daar klopte hij iemand op de rug en sprak een paar bemoedigende woorden. Toen hij Hayward passeerde, fronste hij. 'Jij bent toch Hayward? D'Agosta's meisje?' D'Agosta's meisje, krijg nou wat. 'Ik werk voor D'Agosta, meneer,' zei ze.

Horlocker knikte. 'Nou, vooruit dan maar.'

'Eh, meneer, volgens mij kunt u beter...' begon Hayward, maar een assistent was naar Horlocker toe gekomen en ratelde iets over een demonstratie in Central Park die volkomen uit de hand aan het lopen was, en de korpschef liep met grote passen weg. Miller schoot haar een waarschuwende blik toe.

Terwijl Horlocker met zijn gevolg de promenade verliet, pakte Masters de megafoon. 'De patrouilles gaan een voor een op pad!' blafte hij.

Miller draaide zich met een scheve grijns om naar zijn groep. 'Oké, mannen. Mollen vangen.'