55

Nog geen uur na de spontane uitbarsting was het oproer langs Central Park South uitgebrand. Ruim voor elf uur die avond waren de meeste oproerkraaiers zowel door hun woede als door hun energie heen. De gewonden waren opzij geholpen. In plaats van vuisten, knuppels en stenen vlogen nu beledigingen en dreigementen over en weer. Er bleef echter een harde kern van geweld over. Meer mensen verlieten het schouwtoneel, gewond of uitgeput, en hun plek werd ingenomen door anderen: sommigen nieuwsgierig, sommigen boos, sommigen dronken en op zoek naar een reden om te gaan vechten. De televisieberichten werden steeds sensationeler en hysterischer. Het nieuws schoot als een elektrische vonk over het eiland, First en Second Avenue op, waar jonge Republikeinen in vrijgezellenbars samenkwamen om de democratische president uit te jouwen, langs St-Mark's Place en tot in de marxistische uithoeken van East Village, via fax- en telefoonlijnen. Naarmate het bericht verder verspreid werd, namen ook de geruchten toe. Sommigen zeiden dat de daklozen en degenen die hen wilden helpen, werden afgeslacht in een door de politie georganiseerde volksslachting. Anderen beweerden dat links-radicale criminele bendes bezig waren bankgebouwen in brand te steken, burgers neer te schieten en het centrum te plunderen. Degenen die gehoor gaven aan de oproep tot actie liepen, soms op brute wijze, de laatste groepjes daklozen in de armen die nog steeds naar boven stroomden en hier en daar rond Central Park te voorschijn kwamen, op de vlucht voor het traangas dat zich steeds meer verder de tunnels in verspreidde.

De oorspronkelijke voorhoede van Herover de stad, de hogepriesters van de rijkelui van New York, had zich al snel teruggetrokken. De meesten waren vol ontzetting teruggekeerd naar hun dure huizen en appartementen. Anderen waren samengedromd op de Great Lawn in Central Park, in de veronderstelling dat de politie het opstootje al snel de kop ingedrukt zou hebben en dat de slotwake volgens plan zou plaatsvinden. Maar naarmate de politie oprukte en de bende begon in te sluiten, schoven de gevechten ook dieper het park in en kwamen steeds dichter bij het gazon en de vijver daarachter. Het park was donker, en door de dichte bossen, het struikgewas onder de bomen en de doolhof van paden verliep het bestrijden van het oproer traag en moeizaam.

De politie trad de massa met grote voorzichtigheid tegemoet. Vanwege de gigantische ondergrondse operatie was er toch al weinig mankracht beschikbaar, en een deel van de mensen arriveerde te laat op de plek van het oproer. De politieleiding was zich terdege bewust van het feit dat er nog steeds invloedrijke mensen temidden van de kolkende massa's konden zitten, en het idee een lid van de New Yorkse elite met traangas te bestoken of neer te knuppelen was niet iets dat een politiek bewuste burgemeester kon toestaan. Bovendien moest een groot aantal agenten naar aangrenzende stadsdelen gestuurd worden, want daar werden nu plundering en vandalisme gemeld. En stilzwijgend dacht iedereen terug aan het afgrijselijke spektakel van de opstand in Crown Heights, een paar jaar geleden, die drie dagen geduurd had voordat er eindelijk een twijfelachtig einde aan gemaakt was.


 

Hayward keek hoe het eerstehulp-team Beal de klaarstaande ambulance in schoof. De achterpoten van de brancard klapten omhoog terwijl de agent naar binnen gleed. Beal kreunde en hief een hand naar zijn verbonden hoofd.

'Voorzichtig,' snauwde Hayward tegen de verpleger. Ze legde een hand op een van de achterportiers en leunde naar binnen. 'Hoe gaat het?' vroeg ze.

'Ik heb me weleens beter gevoeld,' zei Beal met een zwakke glimlach. Hayward knikte. 'Het komt wel goed.' Ze draaide zich om en wilde weglopen.

'Brigadier?' zei Beal. Hayward wachtte. 'Die klootzak van een Miller had me doodgemoedereerd laten liggen om op eigen houtje weg te komen. Of te verzuipen, misschien. Ik denk dat jullie mijn leven gered hebben.'

'Ach,' zei Hayward. 'Dat hoort erbij. Toch?'

'Misschien wel,' zei Beal. 'Maar hoe dan ook, ik zal het niet vergeten. Dank je wel.'

Hayward liet Beal over aan de zorgen van de verpleger en liep om naar de chauffeur. 'Nog nieuws?' vroeg ze.

'Wat wil je horen?' vroeg de chauffeur die druk bezig was een formulier in te vullen. 'Goudprijzen? De internationale situatie?' 'Ga dat ergens anders doen,' antwoordde ze. 'Ik heb het hierover.' En ze maakte een gebaar naar Central Park West. Er hing een onwerkelijke rust over de donkere omgeving. Afgezien van de ambulances en de politieauto's die op bijna iedere hoek stonden, was er in de directe omgeving geen verkeer. Er lagen plassen duisternis over de avenue verspreid; slechts een handvol straatlantaarns was nog niet kapot; ze sisten en sputterden. De brede straat lag vol stukken beton, glasscherven en afval. Verder naar het zuiden, zag Hayward, waren veel meer zwaailichten te zien. 'Waar heb jij gezéten?' vroeg de chauffeur. 'Tenzij je het afgelopen uur in een gat diep onder de grond hebt gelegen, kun je amper gemist hebben wat hier aan de hand was.'

'Je zit er niet ver naast,' zei ze. 'Wij hebben de daklozen uit de tunnels onder het park gehaald. Die boden verzet. Deze vent is gewond geraakt, en het duurde een hele tijd voordat we hem wegkregen. We zaten nogal diep en we wilden hem niet te veel heen en weer schudden. Oké? Vijf minuten geleden zijn we bij station 72nd Street naar boven gekomen en wat treffen we aan, een spookstad.' 'De daklozen uit de tunnels gehaald?' vroeg de chauffeur. 'Dus die hele toestand is jullie schuld.' Hayward fronste. 'Welke hele toestand?'

De ambulancechauffeur tikte op zijn oor en wees naar het oosten alsof dat voldoende antwoord moest zijn.

Hayward spitste haar oren. Boven het gekwaak van de ambulancescanner en het stadsrumoer in de verte uit, hoorde ze geluiden die vanuit het duistere midden van Central Park kwamen aandrijven: het boze gegons van megafoons, geschreeuw, gegil en het gejank van sirenes.

'Die demonstratie van Herover de stad?' vroeg de chauffeur. 'Die onaangekondigde mars die langs Central Park South zou gaan?' 'Heb ik iets van gehoord, ja,' zei Hayward.

'Ja. Nou, plotseling kwamen al die daklozen van onder de grond aanzetten. Niet in een opperbeste stemming. Het schijnt dat jullie de knuppels flink gehanteerd hadden. Begonnen te ruziën met de demonstranten. En eer je het doorhad, was er een volwassen gevecht aan de gang. De mensen gingen volledig uit hun dak, heb ik gehoord. Gillen, schreeuwen, slaan. Toen begon het geplunder langs de randen van het gevecht. Duurde een uur voordat de politie dat de kop ingedrukt had. In feite is het nog steeds niet helemaal afgelopen. Maar ze hebben kans gezien alles te beperken tot het park.' De verpleger achterin gaf een teken en de chauffeur zette de ambulance in zijn versnelling en gaf gas. Het zwaailicht tekende strepen over de kalkstenen gevels. Verderop aan Central Park West zag Hayward nieuwsgierige mensen uit hun ramen kijken en naar het park wijzen. Een paar dapperder zielen stonden op de stoep voor hun entrees, maar bleven dicht bij de bescherming van de geuniformeerde conciërges. Ze keek omhoog naar de gigantische gothische vorm van het Dakota-gebouw, ongeschonden en zo te zien onaangedaan door de chaos, alsof op een of andere manier de smalle, symbolische slotgracht de boze massa op afstand had gehouden. Onbewust dwaalde haar blik naar de hoektoren, naar wat Pendergasts ramen moesten zijn. Ze vroeg zich af of hij heelhuids was teruggekeerd uit de Duivelszolder.

'Is Beal afgevoerd?' hoorde ze Carlin roepen. Zijn grote gestalte verscheen uit de schaduw in de verte.

'Ja, daarnet,' antwoordde ze terwijl ze zich naar hem omdraaide. 'En die ander?'

'Wilde geen medische hulp,' zei Carlin. 'Enig teken van Miller?' Hayward trok een gezicht. 'Die zal intussen wel in een of andere bar aan Atlantic Avenue met een biertje voor zich zitten opscheppen over zijn avonturen. Zo werkt het, nietwaar? Hij krijgt een promotie en wij krijgen een waarschuwing wegens insubordinatie.' 'Misschien werkt het vaak op die manier,' zei Carlin met een veelbetekenende glimlach. 'Maar ditmaal niet.'

'Wat bedoel je daarmee?' vroeg Hayward en zonder Carlin de tijd te geven voor een antwoord ging ze door: 'Je kunt onmogelijk zeggen wat Miller wel of niet gedaan heeft. We kunnen ons maar beter gaan melden.' Ze greep naar haar radio en zette hem aan. Maar op alle frequenties kwamen vloedgolven van lawaai, ruis en paniek op haar af.


 

... Naar de Great Lawn, en we hebben meer mankracht nodig om... Acht te pakken maar ik kan ze niet veel langer in bedwang houden en als die wagen niet snel komt verdwijnen ze gewoon in het donker... Heb verdomme al een halfuur geleden om een ambulance gevraagd, we hebben hier gewonden... Jezus, dat zuidkwadrant moet worden afgesloten, er komen er steeds meer...


 

Hayward schakelde de radio uit en stopte hem weer in haar riem. Daarna gebaarde ze dat Carlin haar moest volgen naar de patrouillewagen op de volgende hoek. Naast de auto stond een ME'er met volledige uitrusting waakzaam de straat af te speuren, wapen in de aanslag.

'Waar is de commandopost voor deze operatie?' vroeg Hayward. De agent klapte zijn vizier omhoog en keek haar aan. 'In het kasteel is de voorste commandopost,' zei hij. 'Dat zegt de centrale tenminste. Het is hier momenteel lichtelijk chaotisch, mocht het je nog niet opgevallen zijn.'

'Belvedere Castle.' Hayward draaide zich om naar Carlin. 'Laten we daar maar snel heen gaan.'

Terwijl ze over Central Park West renden, moest Hayward vreemd genoeg denken aan haar bezoek aan een filmset in Hollywood, twee jaar geleden. Ze herinnerde zich hoe ze over een nagebouwde straat van Manhattan gelopen had, waar talloze musicals en gangsterfilms waren opgenomen. Ze had namaakstraatlantaarns gezien, etalages, wateraansluitingen... maar geen mensen. Op dat moment had haar gezond verstand haar gezegd dat maar honderd meter verderop de drukke, volle straten van Californië lagen, maar de stille leegte van het decor had bijna spookachtig aangedaan.

Vanavond voelde Central Park West net zo aan. Hoewel ze in de verte het geblaat van claxons en de fluitende sirenes hoorde en hoewel ze wist dat in het park zelf de politie massaal bezig was een einde te maken aan het oproer en de verwarring, leek deze donkere avenue schimmig en onecht. Hier en daar was een waakzame conciërge te zien, een nieuwsgierige bewoner of een politiecontrolepost, maar dat was dan ook het enige dat de atmosfeer in deze spookstraat doorbrak.

'Holy shit,' mompelde Carlin naast haar. 'Moet je daar eens kijken.' Hayward keek op en op datzelfde moment was haar dromerij afgelopen.

Het leek alsof ze een gedemilitariseerde zone overstaken en van orde in chaos belandden. Naar het zuiden, aan de overkant van 65th Street, zagen ze een zee van ruïnes. Ramen van lobby's waren ingeslagen, markiezen boven elegante entrees waren aan flarden gescheurd en fladderden los in de wind. Er was hier meer politie en overal lagen blauwgeverfde barricades. Geparkeerde auto's waren ontdaan van portierramen en voorruiten. Een paar straten verderop verwijderde een sleepauto van de politie met gele zwaailichten het rokende skelet van een taxi.

'Zo te zien zijn hier een paar tamelijk kwaaie mollen voorbijgekomen,' mompelde Hayward.

Ze staken de straat over en liepen naar de ingang van het park. Na de vernielingen die ze zojuist gepasseerd waren, leken de smalle asfaltpaden rustig en verlaten. Maar de kapotgeslagen bankjes, over-hoopgegooide vuilnisbakken en het smeulende afval vormden stille getuigen van wat hier niet lang geleden gebeurd was. En het lawaai dat vanuit het midden van het park naar hen toe dreef, beloofde dat er een nog groter pandemonium aankwam.

Plotseling bleef Hayward stokstijf staan en gebaarde dat ook Carlin moest stoppen. Voor zich in het donker zag ze een groep mensen, hoeveel het er waren kon ze niet zeggen, die in de richting van de Great Lawn wankelde. Dat kan geen politie zijn, dacht ze. Ze hebben geen helmen op, of zelfs maar petten. Een luidruchtige uitbarsting van geschreeuw en gevloek bevestigde haar vermoeden. Snel liep ze naar voren, op de ballen van haar voeten hollend om zo weinig mogelijk geluid te maken. Op tien meter afstand bleef ze staan. 'Halt!' zei ze met haar hand op haar dienstwapen. 'Politie!' De groep kwam aarzelend tot stilstand en draaide zich om om naar haar te kijken. Vier, nee vijf jongemannen met sportieve jasjes en poloshirts. Haar blik viel op de zichtbare wapens: twee aluminium slaghouten en iets wat eruitzag als een vleesmes.

Ze staarden haar aan, met rode gezichten waarop nog een grijns lag.

'Ja?' zei een van hen terwijl hij een stap naar voren deed.

'Geen stap verder,' zei Hayward. De man bleef staan. 'Nou, jongens, vertel eens precies waarheen jullie op pad zijn?'

De man voor haar gnoof minachtend bij zo'n stomme vraag en gaf met een vage hoofdknik het centrum van het park aan.

'Wij hebben hier even wat te regelen,' kwam een stem uit de groep.

Hayward schudde haar hoofd. 'Wat hier aan de hand is, is absoluut niet jullie zaak.'

'O jawel,' snauwde de voorste jongeman. 'Er zijn daar vrienden van ons, en die worden volslagen in elkaar gemept door een stelletje tuig. Dat kunnen we natuurlijk niet laten gebeuren.' Hij deed nog een stap naar voren.

'Dat is een zaak voor de politie,' zei Hayward. 'De politie heeft tot nu toe geen ruk gedaan,' antwoordde de man. 'Kijk maar eens om je heen. Jullie laten dat tuig gewoon de stad vernielen.'

'Het schijnt dat ze al twintig of dertig mensen vermoord hebben!' kwam de lallende stem van een man die een mobiele telefoon bij zich had. 'Waaronder mevrouw Wisher. Ze slaan de stad aan puin. Ze hebben klootzakken uit East Village en Soho laten komen om ze te helpen. Verdomde vakbondsleden. Onze vrienden hebben ons nodig.' 'Begrepen?' zei de voorste man. 'Uit de weg dus, dame.' Hij deed nog een stap naar voren.

'Nog één stap en ik trek hiermee een scheiding in je haar,' zei Hayward. Ze verplaatste haar hand van haar pistool naar haar wapenstok en haalde die met een soepel gebaar uit zijn ring. Ze voelde hoe Carlin naast haar verstijfde.

'Jij hebt makkelijk praten,' zei de man geringschattend. 'Met een pistool aan je riem en zo'n klerenkast naast je.' 'Dacht jij dat je ons alle vijf aankon?' zei iemand in de groep.

'Misschien denkt ze dat ze ons kan doodpersen tussen die tieten van haar,' zei een ander. Een paar grinnikten.

Hayward haalde diep adem en stak haar stok weg. 'Agent Carlin,' zei ze. 'Gaat u alstublieft twintig passen naar achteren.' Carlin bleef roerloos staan. 'Doe wat ik zeg!' blafte ze. Carlin keek haar even aan. Toen begon hij, zonder zich om te draaien en zonder zijn blik van de groep af te wenden, achteruit over het pad te lopen.

Hayward stapte met weloverwogen passen op de voorste jongeling af. 'En nu even luisteren,' zei ze op neutrale toon zonder haar blik af te wenden. 'Ik kan natuurlijk mijn badge en mijn pistool wegleggen en al jullie zielige verwende kontjes terugschoppen naar Scarsdale of Greenwich of waar jullie moeders jullie 's avonds onder de wol stoppen. Maar dat hoef ik niet te doen. Want kijk, als jullie mijn instructies niet letterlijk opvolgen, dan stoppen jullie moeders je vanavond helemaal niet onder de wol. Dan staan ze morgenochtend in de rij bij het hoofdbureau om jullie borgtocht te betalen. En met al het geld, alle macht of alle invloed in de wereld krijg je de woorden "intentie tot het plegen van misdadige agressie" niet uit je strafblad. In de staat New York kan iemand die wegens een misdaad is veroordeeld, nooit advocaat of rechter worden. Of een ander publiek ambt bekleden. En zo iemand krijgt nooit een vergunning voor de handel in aandelen. En dat zullen jullie pappies niet zo leuk vinden. Helemaal niet leuk.'

Ze zweeg even. 'Laat dus je wapens vallen,' zei ze koel. Even bewoog niemand.

'Ik zei, laat je wapens vallen,' gilde ze zo hard ze kon. In de daaropvolgende stilte hoorde ze het gekletter van een aluminium slaghout dat op asfalt viel. Toen nog een. Daarna kwam een lichter geluid: een stalen mes dat in de aarde viel. Ze bleef een tijdje staan wachten en stapte toen langzaam achteruit. 'Agent Carlin,' zei Hayward rustig. Even later stond hij naast haar. 'Zal ik ze fouilleren?' vroeg hij.

Hayward schudde haar hoofd. 'Rijbewijzen,' zei ze tegen de groep. 'Die wil ik ook. Op de grond laten vallen, hier.' Een tijdje gebeurde er niets. Toen stak de voorste jongeman een hand in de zak van zijn jasje, haalde zijn portefeuille eruit en liet de plastic kaart op de grond vallen. De anderen volgden zijn voorbeeld. 'Morgenmiddag kunnen jullie ze ophalen op het hoofdbureau,' zei ze. 'Vragen naar brigadier Hayward. En nu lopen jullie langs mij heen naar Central Park West. En dan gaan jullie allemaal een andere kant uit. Ga niet langs START, u ontvangt geen tweehonderd dollar. Meteen naar huis en naar bed. Begrepen?' Weer bleef het stil.

'Ik hoor jullie niet!' brulde Carlins stem, en de mannen schrokken. 'We begrijpen het,' klonk het in koor.

'Opgerot dan,' zei Hayward. De jongens bleven roerloos staan, als aan de grond genageld.

'Vooruit!' blafte ze. De groep kwam in beweging, zwijgend, recht voor zich uit kijkend. Eerst traag maar al sneller liepen ze naar het westen. Al gauw waren ze in het donker verdwenen. 'Wat een lulletjes,' zei Carlin. 'Zouden er echt twintig of dertig doden zijn gevallen?'

Hayward snoof terwijl ze zich bukte om de wapens en de rijbewijzen op te pakken. 'Welnee. Maar als de geruchten blijven rondgaan, blijven wij dat soort mensen tegenkomen. En dan komt er nooit een einde aan de hele toestand.' Met een zucht gaf ze hem de slaghouten. 'Kom op. Laten we ons maar gaan melden en kijken of we vanavond nog iets kunnen doen. Want morgen krijgen we een reprimande vanwege wat er in die tunnels gebeurd is, dat weet je.' 'Ditmaal niet,' antwoordde Carlin met een lichte grijns. 'Dat zei je daarstraks ook al,' zei Hayward met een blik op hem. 'Wat bedoel je daarmee precies, Carlin?'

'Daarmee bedoel ik dat ditmaal de rechtvaardigen beloond zullen worden, en de Millers van deze wereld hun trekken thuiskrijgen.' 'En sinds wanneer bezit jij deze profetische gaven?' 'Sinds ik hoorde dat onze vriend Beal, die jij zojuist de ambulance in geholpen hebt, de zoon is van ene Steven X. Beal.' 'Steven Beal, de senator?' vroeg Hayward terwijl ze haar ogen opensperde.

Carlin knikte. 'Hij wil liever niet dat mensen het weten,' zei hij. 'Bang dat ze dan gaan denken dat hij zijn invloed gebruikt om gunstig ingedeeld te worden. Maar volgens mij heeft die klap op zijn hoofd zijn tong een beetje losgemaakt.'

Hayward bleef even roerloos staan. Toen schudde ze haar hoofd en draaide zich weer om in de richting van de Great Lawn. 'Brigadier?' vroeg Carlin. 'Ja?'

'Waarom wilde u dat ik bij die rotjongens vandaan ging?' Hayward zweeg even. 'Ik wilde ze laten zien dat ik niet bang was. En dat ik meende wat ik zei.' 'Zou u dat echt gedaan hebben?' 'Zou ik wat gedaan hebben?' 'U weet wel,' gebaarde Carlin. 'Hun konten terugschoppen naar Scarsdale, en zo.'

Hayward keek hem aan en hief haar kin iets. 'Wat denk jij?' 'Ik denk...' Carlin aarzelde even. 'Ik denk dat u geen gemakkelijke tante bent, mevrouw Hayward.'