TIEN
Buiten de muren van het huis in Echo Park ontwaakte de buurt tegelijk met de langzaam opkomende zon. Vinken en mussen tjilpten. De tuinsproeier van het naburige huis sprong aan, spoot twintig minuten en ging toen vanzelf weer uit. Auto’s startten, kwamen achteruit het tuinpad af, of reden weg van de stoeprand. De dunne gordijnen die voor de ramen hingen, lichtten op tot er in het hele huis een zachte, goudkleurige gloed hing. Op ochtenden als deze met hun stilte en rust had Pike soms het idee dat hij de aarde voelde draaien. Hij vroeg zich af of er nog iemand in huis was.
Het meisje sliep.
Pike gooide gemalen koffie in een kleine pot, liet de pot vollopen met water en zette hem op het fornuis. Pike zette al jaren koffie op deze manier. Hij liet hem aan de kook komen en schonk hem dan door een stukje keukenpapier, of hij liet het keukenpapier achterwege. De koffie smaakte toch wel goed. Hoe simpeler, hoe beter.
Na een tijdje kookte de koffie. Pike keek even hoe hij borrelde, draaide de pit uit en liet de drab bezinken. Het keukenpapier liet hij achterwege. Hij schonk een piepschuimen bekertje vol met koffie en nam het mee naar de tafel. Hij was net gaan zitten toen zijn telefoon weer trilde.
‘Kun je praten?’ zei Cole.
Pike kon vanaf de tafel de deur van het meisje zien. Hij zat dicht. ‘Ja.’
‘Er zijn vanochtend twee agenten van het ministerie van Justitie geweest, Donald Pitman en Kevin Blanchette. Ze hadden je wapen bij zich. Het zat in een bewijszak van de politie.’
‘Oké,’ zei Pike.
‘Ze hebben het niet over King, Meesh en het meisje en zo gehad. Ze hebben niet gevraagd of ik wist wat er aan de hand was, en of ik je had gezien. Ze hebben me alleen het wapen gegeven en tegen me gezegd dat ik tegen jou moest zeggen dat ze het zouden regelen.’
‘Je kunt me waarschijnlijk beter niet meer vanuit je huis bellen.’
‘Ik ben bij de buren.’
‘Oké.’
‘Pitman zei dat ik, als ik van je hoorde, tegen je moest zeggen dat je moest bellen. Wil je het nummer?’
‘Hij zei dat het wapen een teken van vertrouwen was, maar dat er een einde aan het vertrouwen zou komen als je niet belde.’
‘Ik begrijp het.’
‘Ga je bellen?’
‘Nee.’
‘Nog een paar dingen. Er staat niets in het dossier waaruit blijkt dat Meesh connecties in Los Angeles heeft, of waar we iets mee kunnen, dus we hebben alleen de lijken. Als we daar de identiteit van te weten kunnen komen, kunnen we aan de hand daarvan Meesh zien te vinden.’
‘Ik zal met Bud praten.’
‘Ik heb het niet echt druk. Ik kan er langsgaan.’
Pike nam een slokje koffie en keek naar Larkins deur. ‘Bud is ermee bezig. Heb je het meisje nagetrokken?’
Cole aarzelde en Pike hoorde een andere klank in zijn stem. ‘Heeft ze je nog niets over zichzelf verteld?’
‘Wat zou ze me moeten vertellen?’
‘Ze is het meisje uit de bladen.’
‘Is ze fotomodel?’
‘Nee, zo bedoel ik het niet. Ze is rijk. Ze is beroemd omdat ze rijk is. Ik kon haar niet thuisbrengen met dat korte haar. Mensen zien er in het echt soms anders uit. Er staat altijd wel iets over haar in de roddelbladen, dat ze uit haar dak gaat in een club ergens, een hoop trammelant maakt, dat soort dingen. Je hebt haar vast wel eens gezien.’
‘Ik lees geen roddelbladen.’
‘Haar vader heeft een imperium geërfd. Ze bezitten hotelketens in Europa, een paar luchtvaartmaatschappijen, olievelden in Canada. Ze is zeker zo’n zes miljard waard.’
‘Hm.’
‘Als ze zich gedeisd houdt, is het goed, maar hou haar in de gaten. Ze is het klassieke voorbeeld van een wilde meid uit Los Angeles.’
Pike wierp een blik op de deur. ‘Ze houdt zich rustig.’ ‘Dat je het maar weet.’
Pike nam nog een slok koffie. Hij was koud geworden, maar dat vond Pike niet erg. Hij dacht na over het feit dat Pitman en Blanchette bij Cole thuis waren opgedoken met het wapen. Een teken van goede wil. Hij vroeg zich af waarom twee federale agenten dat zouden doen, maar eigenlijk kon het hem niet schelen. Hij wilde Meesh vinden.
‘Kun je aan het adres van Bud Flynn komen?’ zei Pike.
‘Ben ik niet de beste detective ter wereld?’
‘Ik moet straks iets doen. Ik kan het meisje niet meenemen en ik wil haar niet alleen laten. Kun jij bij haar blijven?’
‘Op een vurige, jonge, rijke meid passen? Ik denk wel dat me dat lukt.’
Pike maakte een einde aan het gesprek en toetste het nummer in van de mobiel van Bud Flynn. Flynn nam op toen de telefoon drie keer was overgegaan. Hij klonk schor en slaperig. Pike vroeg zich af of Bud ergens aan een tafel koffie zat te drinken zoals hij, maar kwam tot de conclusie dat Bud in bed lag. Het was pas tien over halfacht. Bud was waarschijnlijk pas laat gaan slapen.
‘Je klinkt slaperig. Heb ik je wakker gemaakt?’ zei Pike.
Toen hij het zei, ging de deur van het meisje open en Larkin kwam de slaapkamer uit. Haar gezicht was dik van de slaap en ze had nog steeds enkel de bh en de kleine groene string aan. Ze zag er niet erg wild uit.
Pike legde een vinger tegen zijn lippen. Sst. Larkin knipperde slaperig met haar ogen en ging de badkamer in.
‘Ik word gek van je, Joe. Waar zit je in godsnaam?’ zei Bud.
‘Het gaat goed met ons. Waarom is iedereen zo van slag?’
Pike, die zich vrolijk maakte.
‘Je bent van de aardbodem verdwenen, daarom! Het is de bedoeling dat je haar beschermt, ja, maar je kunt niet zomaar verdwijnen. Justitie –’
Pike viel hem in de rede. ‘Hoeveel mensen weten dat ik haar heb?’
‘Wat een stomme vraag! Wat wil je daar nou mee zeggen?’
‘Jij, je jongens in hun mooie zijden pakjes, Justitie, haar familie? Iemand heeft vanochtend bij mij thuis ingebroken, Bud, dus je lek lekt nog steeds. Het vertrouwen is dun gezaaid.’
Larkin stapte de badkamer uit en kwam naar de woonkamer. Haar blote voeten petsten op de vloer. Pike hield zijn beker omhoog om te laten zien dat er koffie was en gebaarde ermee naar de keuken. Ze geneerde zich blijkbaar niet voor het gebrek aan kleren. Ze scheen zich er niet eens bewust van te zijn en liep langs hem heen naar de keuken.
Buds stem klonk nog steeds onzeker.
‘Ik begrijp wel wat je bedoelt, maar we zitten met vijf lijken waar we een oplossing voor moeten zoeken. We zitten met een politieonderzoek en –’
Pike snoerde hem opnieuw de mond. ‘We doen het zo. Larkin en ik komen naar je toe. Je zegt niets tegen haar vader, of die mensen van Justitie, of je jongens in hun zijden pakjes. Je komt alleen en dan zoeken we het uit. Kun je je daarin vinden?’
‘Waar?’
Het meisje kwam de keuken uit met de pot. Ze hield de pot omhoog met een verbaasd gezicht dat zei: Wat is dit in hemelsnaam? Pike stak een vinger op om haar duidelijk te maken dat ze even moest wachten en keek toen op zijn horloge. Het was nu dertien voor acht.
‘Waar ben je op dit moment?’
‘Thuis. In Cheviot Hills.’
‘Twaalf uur bij het metrostation in Universal City. Kun je om twaalf uur?’
‘Ja.’
‘Met wat voor auto kom je?’
‘Een bruine Explorer.’
‘Parkeer op de noordelijke parkeerplaats. Zo ver noordelijk als je kunt. Wacht in je auto tot ik bel.’
Pike zette zijn telefoon uit. Larkin vatte dit op als een teken dat ze kon praten en zwaaide met de pot. ‘Wat is dit?’
‘Koffie.’
‘Het is modder. Er drijft troep in.’
Pike dronk zijn bekertje leeg, ging naar de bank en trok het overhemd met lange mouwen aan. ‘Pak je spullen. We gaan naar Bud.’
Ze liet de pot zakken en keek hem aan alsof ze volledig gekleed was. ‘Ik dacht dat we hier veilig waren.’
‘Dat zijn we ook. Maar als er iets gebeurt, zijn we blij dat we onze spullen bij ons hebben.’
‘Wat gaat er gebeuren?’
‘Als we het huis uit gaan, nemen we onze spullen mee. Altijd. Zo doen we dat.’
‘Ik heb geen zin om de hele dag opgevouwen in die auto te zitten. Kan ik niet hier blijven?’
‘Ga je aankleden. We moeten opschieten.’
‘Maar je hebt om twaalf uur met hem afgesproken. Universal is hier maar twintig minuten vandaan.’
‘Kom. We moeten opschieten.’
Ze stampte terug naar de keuken en gooide de pot in de gootsteen. ‘Je koffie is smérig!’
‘We halen wel koffie bij Starbucks.’
Ze leek niet zo wild, zelfs niet als ze met dingen gooide.