ZEVENENDERTIG
ELVIS COLE
Cole haalde die ochtend op kantoor de gespreksgeschiedenissen op, voor hij verder reed om het meisje gezelschap te houden. Zijn vriendin bij de telefoonmaatschappij had zesentwintig pagina’s met nummers van uitgaande en binnenkomende gesprekken gefaxt, waarvan sommige voorzien waren van een naam, maar veel niet. Cole zou de nummers een voor een moeten controleren, maar het meisje zou waarschijnlijk wel helpen. Cole vond haar aardig. Ze had humor, ze was slim en ze lachte om zijn grapjes. Alle belangrijke ingrediënten.
Toen hij zichzelf binnenliet, lag ze languit op de bank tv te kijken met de koptelefoon van de iPod in haar oren.
‘Hoe kun je nou tegelijkertijd tv-kijken en naar muziek luisteren?’ zei Cole.
Ze zwaaide met zijn iPod. ‘Is er na 1980 geen muziek meer gemaakt?’
Zie je wel? Humor.
‘Ik moet een paar telefoontjes plegen en daarna moet je me ergens mee helpen.’
Ze ging geïnteresseerd rechtop zitten. ‘Waarmee?’
‘Met telefoonnummers. We moeten een schema opzetten om de gesprekken van en naar de telefoons die Pike heeft gevonden in kaart te brengen. We volgen de gesprekken van de ene telefoon naar de andere tot we bij iemand terechtkomen die ons kan helpen Vahnich, op te sporen. Leuk, hè?’
‘Nee.’
‘Het is hetzelfde als de puntjes met elkaar verbinden. Zelfs jij kunt het.’
Ze stak haar middelvinger op.
Cole vond haar geweldig.
Hij zette haar aan tafel met de lijst nummers en wees haar de nummers van Jorge en Luis aan en van de man van wie ze aannamen dat het Khali Vahnich was. Hij liet haar zien wat ze moest doen en ging naar de bank met zijn telefoon. Die ochtend op kantoor had hij een bericht van Marla Hendricks gevonden, waarin ze hem meedeelde dat 18185 eigendom was van de Tanner Family Trust, die ook enkele andere grote bedrijfspanden in het centrum van Los Angeles bezat, die allemaal te koop stonden. Zoals gebruikelijk was Marla grondig te werk gegaan. 18185 was in 1968 gekocht door dr. William Tanner en in 1975 ondergebracht in een trust. Er waren uit die periode geen boetes, overtredingen, vonnissen of pandrechten met betrekking tot het gebouw te vinden. De bewindvoerder van de trust was Tanners oudste dochter, Ms. Lizabeth Little, een voormalig advocaat, en de verkoop van het onroerend goed gebeurde onder haar verantwoordelijkheid. Marla had het adres in Brentwood en drie telefoonnummers van Lizabeth Little bijgevoegd.
‘Gaat het goed daar?’ zei Cole.
Larkin was druk bezig met de nummers. ‘Het is geen hogere wiskunde.’
‘Ik ga nu even bellen. Niet storen, graag.’
Ze stak opnieuw haar middelvinger op.
Cole belde Lizabeth Little en had direct beet. Zo te horen had Lizabeth haast.
‘Met Lizabeth Little.’
‘U spreekt met Elvis Cole. Ik ben privédetective en ik ben bezig met –’
‘Hoe bent u aan dit nummer gekomen?’
‘Dat is het geheim van de smid, mevrouw. Ik bel over een pand dat u te koop hebt staan. Ik vertegenwoordig een geïnteresseerde koper.’
Speel in op hun hebzucht. Werkt altijd.
‘Welk pand?’
‘Een pakhuis in het centrum. 18185.’
‘O, ja. Dat is van mijn vader. We zijn de trust aan het ontbinden. Ik zal uw vragen zo goed mogelijk beantwoorden, maar u zult met onze makelaar moeten overleggen over de voorwaarden.’
Ze klonk normaal. Niet als iemand die een paar lijken zou verstoppen, of iemand kende die dat zou doen.
‘Ik wilde alleen wat inlichtingen over het gebouw,’ zei Cole.
‘U werkt voor een koper?’
‘Dat klopt.’
‘Dan is er wel iets wat u moet weten. We zullen een bod wel in overweging nemen, maar elk bod dat we accepteren, zal in reserve worden gehouden. Gaat uw koper daarmee akkoord?’
‘In reserve. Is het pand al verkocht?’
‘We hebben een optieovereenkomst met een koper voor de zeven panden. Maar ik denk niet dat uw koper zich er zorgen over hoeft te maken. De optie is bijna verlopen.’
‘Koopt iemand de zeven panden tegelijk?’
‘De winstverwachtingen zijn enorm gezien de snelle stijging van de prijzen voor onroerend goed in de stad. Zou uw koper in alle panden geïnteresseerd zijn?’
‘Over wat voor bedrag praten we dan?’
‘Rond de twee.’
‘Twee miljoen dollar?’
Ze lachte. ‘Tweehonderd miljoen.’
‘Het was maar een grapje. Ik wist wel wat u bedoelde.’
‘Dat dacht ik al. Opties zijn gebruikelijk bij transacties van deze omvang. Mensen hebben tijd nodig om het geld bij elkaar te krijgen. Soms gaat de koop door, soms niet. Het ziet ernaar uit dat deze niet doorgaat. Als dat zo is, zullen we de panden afzonderlijk verkopen. Als uw koper geïnteresseerd is, moeten we praten.’
‘Ik zal het doorgeven. Hoe lang liep de optie?’
‘In dit geval vier maanden.’
‘Hm, en hoeveel kost een optie van vier maanden op tweehonderd miljoen aan pakhuizen?’
‘In dit geval zes miljoen.’
‘Dat u mag houden als de optie verloopt?’
‘O, ja. Volgens mij verloopt hij, o, even nadenken, ik heb mijn agenda niet hier… over vier dagen. Misschien over drie. U kunt de makelaar bellen voor de precieze datum.’
‘Dat zal ik doorgeven. Nog één vraag. Zou ik de naam van de koper mogen weten?’
‘Natuurlijk. Stentorum Real Holdings. Ik heb het nummer niet, maar mijn makelaar kan u het nummer geven. Nu zij het geld niet bij elkaar hebben kunnen krijgen, kan uw koper misschien helpen en een deel van het krediet verschaffen. We zouden het erg op prijs stellen als deze transactie doorging.’
Cole noteerde de naam op zijn blocnote. Stentorum Real Holdings. Hij hing op toen Joe Pike binnenkwam.
Pike bleef als een standbeeld bij de deur staan.
‘Hé, Pike!’ zei het meisje opgewekt.
Cole zei: ‘Hoi.’
Pike bleef doodstil staan en zei geen woord. Pike zag er altijd vreemd uit, maar nu zag hij er nog vreemder uit. Cole vroeg zich af wat er was.
‘Heb je met die kerel gesproken?’
Pike liep de woonkamer uit naar de badkamer. Vreemd.
Cole pakte zijn telefoon weer en belde Inlichtingen. ‘Ik wil graag het nummer van Stentorum Real Holdings. Ze zitten in Los Angeles,’ zei hij.
Larkin keek op. ‘Wat zei je?’
‘Stentorum Real Holdings.’
‘Dat is een van mijn vaders bedrijven.’
De computer van Inlichtingen hoestte het nummer op. Cole noteerde het, maar haalde zijn blik geen moment van het meisje. Toen hij klaar was, liep hij naar de tafel. Hij legde zijn blocnote op tafel en draaide het zo dat zij het kon lezen. Stentorum Real Holdings.
‘Is dit van je vader?’
‘Ook van mij, technisch gezien. Het is een van onze familiebedrijven.’
De kraan werd dichtgedraaid en Pike kwam de badkamer uit. Hij had geen overhemd aan en was fris gewassen, alsof hij bij thuiskomst de plek waar hij was geweest of de persoon bij wie hij was geweest, direct van zich af had moeten poetsen. Een spinnenweb van oude littekens sierde zijn borst op de plaats waar hij door kogels was geraakt. Hij trok zijn sweatshirt aan.
‘We hebben je nodig,’ zei Cole.
Cole wachtte tot Pike naar hen toe kwam.
‘Wat is er?’ zei Pike.
‘Larkins vader is eigenaar van iets wat Stentorum Real Holdings heet. Stentorum wil 18185 kopen, met nog zes andere panden van dezelfde eigenaar. Ze hebben een koopoptie van vier maanden gekregen, maar hun optie loopt binnenkort af.’
Cole keek naar Pike en Pike keek terug met een ondoorgrondelijk en effen gezicht. Larkin had door dat er iets ernstigs aan de hand was, maar ze begreep niet waarom, omdat ze nog niet wist wat zij wisten. Cole liet de beslissing wat ze haar wel en niet zouden vertellen over aan Pike.
Larkin schudde haar hoofd. ‘Wat betekent dat? Weet je het zeker? Mijn vader is bezig dat pand te kopen waar we de lijken hebben ontdekt?’
Pike boog zich over de tafel heen en bood haar zijn hand aan. Larkin legde haar vingers op de zijne. Pike kneep. Cole had Pike zich zien opdrukken op zijn duimen; push-ups zien doen waarbij hij enkel zijn twee wijsvingers gebruikte. Pike kraakte walnoten als zeepbellen, maar nu niet.
‘Hou je vast, oké? Zet je schrap, want het wordt nog erger,’ zei Pike.
Vijf minuten geleden vond Cole Larkin net een meisje van twaalf. Nu zag ze eruit alsof ze honderd was. Ze keek even naar Cole, richtte haar blik weer op Pike en knikte.
‘Vertel het maar. Recht voor zijn raap.’
‘Je vader en Gordon Kline wisten allebei dat Meesh Khali Vahnich was. Ze hebben met Pitman afgesproken dat het voor jou zou worden verzwegen. Pitman zegt dat dat niet zijn idee was. Hij zei dat het van je vader kwam.’
Cole keek naar haar hand in die van Pike. Haar vingers spanden zich tot de pezen strak stonden, maar haar gezicht verried niets.
‘Waarom deden ze dat?’
‘Dat weet ik niet.’
‘Deden ze zaken, die walgelijke mensen en mijn vader?’
‘Daar lijkt het wel op.’
Larkin leunde naar achteren en lachte, maar ze bleef zijn hand vasthouden.
‘Het zijn maar vermoedens. We gaan het vragen,’ zei Cole.
‘Ik ben hiermee opgegroeid! Ik weet wel hoe een zakelijk geschil eruitziet! Ze konden de deal niet sluiten, dus moet iemand de aanbetaling voor zijn rekening nemen. Vahnich heeft de Kings vermoord. Nu wil hij mij en mijn…’
Opeens zweeg ze en ze liet haar ogen over de vele vellen met telefoonnummers gaan voor ze opkeek. ‘Was het mijn vader?’
Cole begreep niet wat ze bedoelde, maar Pike kennelijk wel en hij antwoordde: ‘Dat zal ik uitzoeken.’
Ze trok wit weg en in haar ogen stond het soort verdriet dat je zou voelen als je vermorzeld werd, alsof het laatste beetje liefde uit je hart werd gewrongen.
‘Ik wil het niet weten. Zoek het alsjeblieft niet uit. Vertel het me alsjeblieft niet,’ zei ze.
Toen besefte Cole wat ze aan Pike had gevraagd: was haar vader de persoon geweest die Vahnich had verteld waar zij te vinden was.
‘We zitten maar een beetje te gissen. We gaan ons als detectives gedragen en gaan op onderzoek uit,’ zei Cole.
Hij stond op en liep naar de deur. Pike talmde een moment en liep toen achter hem aan het huis uit.