26 juli
Nog 159 dagen te gaan…
00.02 uur
‘Weet je,’ Winter keek om zich heen, ‘je kunt hier een perfecte schuilplaats van maken. Genoeg privacy en een goed slot op de deur. En ik weet zeker dat je geen last zult hebben van de buren.’ Ze giechelde.
De waxinelichtjes waren bijna op.
Winter boog zich voorover en doopte haar vinger in de smeltende was. ‘Het is na middernacht,’ verklaarde ze terwijl ze haar vingertop bekeek.
‘Laten we maar gaan,’ zei ik. ‘Ik heb het gevoel dat ik hier iets moet achterlaten, iets om te laten zien dat ik hier was, op de sterfdag van mijn vader.’ Ik zocht in mijn rugzak naar niets in het bijzonder. Toen voelde ik de beschermengel die Paria me had gegeven.
Voorzichtig legde ik die op mijn vaders urn, waar hij zachtjes lag te glimmen. ‘Ik mis je, pap,’ fluisterde ik. ‘Hier is een engel die over je zal waken.’