Hoofdstuk 19

De hele stam stond perplex over Ayla's zwangerschap. Het leek gewoon onmogelijk dat een vrouw met zo'n sterke totem als de hare leven kon ontvangen. Er werd druk gespeculeerd over de vraag wiens totemgeest de Holeleeuw had kunnen overmeesteren en elke man van de stam had graag de eer voor zichzelf opgeëist, om zodoende in aanzien te stijgen. Sommigen geloofden dat het een combinatie van meerdere totemgeesten moest zijn geweest, misschien wel van alle totemgeesten van het mannelijk deel van de stam tezamen, maar de meningen waren hoofdzakelijk in twee kampen verdeeld, die van de jongere en die van de oudere generatie.
In de nabijheid van de vrouw verkeerd hebben was dé bepalende factor, en daarom geloofden de meeste mannen dat de kinderen van hun gezellinnen het produkt van hun eigen totemgeest waren. Een vrouw bracht onvermijdelijk meer tijd door met de man wiens vuurplaats ze deelde en had dus meer gelegenheid zijn totemgeest in te slikken. En hoewel de totemgeest van een man de hulp van die van een andere man bij de daarop volgende strijd kon inroepen, of die van elke geest die er maar in de buurt was, kon de levensessentie van de eerste de meeste aanspraken op het kind maken. Een assisterende geest kon het privilege gegund worden het nieuwe leven te doen beginnen, maar de beslissing daarover was aan de totem die om hulp had gevraagd. De twee mannen die het meest in Ayla's nabijheid hadden vertoefd sinds ze een vrouw geworden was, waren Mog-ur en Broud.
ik zeg dat het Mog-ur is,' verklaarde Zoug. 'Hij is de enige met een totem die sterker is dan de Holeleeuw. En deelt ze niet zijn vuurplaats?'
'Ursus staat nooit toe dat een vrouw zijn geest inslikt,' wierp Crug tegen. 'De Holebeer kiest alleen diegenen die hij wil beschermen, zoals Mog-ur. Denk je nu echt dat een Ree een Holeleeuw heeft kunnen verslaan?'
'Met de hulp van de Holebeer. Mog-ur heeft twee totems. De Ree zou niet ver hoeven zoeken om hulp te krijgen. Niemand zegt dat de Holebeer zijn geest heeft achtergelaten, ik zeg alleen dat hij geholpen heeft,' weerlegde Zoug verhit. 'Waarom is ze dan de vorige winter niet zwanger geworden? Toen woonde ze ook al bij zijn vuurplaats. Ze is pas zwanger geworden nadat Broud zich steeds zo tot haar aangetrokken voelde, hoewel je me niet moet vragen wat hij in haar zag. Het nieuwe leven begon pas nadat hij zoveel tijd aan haar had besteed. Een Wolharige Neushoorn is ook heel sterk. Met wat hulp zou hij ook de Holeleeuw overwonnen kunnen hebben,' betoogde Crug.
ik denk dat het de totems van alle mannen tezamen moeten zijn geweest,' mengde Dorv zich in het gesprek. 'De vraag is, wie wil haar tot gezellin nemen? Iedereen wil de eer, maar wie wil de vrouw? Brun heeft gevraagd of iemand ervoor zou voelen. Als ze geen metgezel heeft, zal het kind ongeluk aantrekken. Ik ben te oud, hoewel ik niet kan zeggen dat 't me spijt.' 'Ach, als ik nog een eigen vuurplaats had, zou ik haar wel nemen,' gebaarde Zoug. 'Ze is lelijk, maar ijverig en eerbiedig. ze weet hoe ze voor een man moet zorgen. Dat is op de lange duur belangrijker dan een knap gezichtje.' ik niet,' schudde Crug. ik wil de Vrouw Die Jaagt niet bij mijn vuurplaats. Voor Mog-ur geeft het niet, hij kan toch niet jagen en het kan hem niet schelen. Maar stel je voor dat je met lege handen van de jacht terugkomt en het vlees moet eten waar je gezellin voor gezorgd heeft. Bovendien is mijn vuurplaats al vol genoeg met Ika en Borg en de kleine, Igra. Ik ben al blij dat Dorv nog een aandeel in de vleesvoorziening kan leveren. En Ika is nog long genoeg om nog meer kinderen te krijgen wie zal 't zeggen?'
'Ik heb er wel over nagedacht,' zei Droeg, 'maar mijn vuurplaats is gewoon al te vol. Aga en Aba, Vorn en Ona en Groob. Wat moet ik met nog een vrouw en een kind erbij? Kan ze niet bij jou, Grod?'
'Nee. Alleen als Brun 't me beveelt,' antwoordde Grod kortaf. De tweede man had nooit een zeker onbehagen ten aanzien van de vrouw die niet in de Stam geboren was kunnen overwinnen, Ze werkte op zijn zenuwen.
En Brun zelf dan?' informeerde Crug. 'Hij is ten slotte degene die haar in de Stam heeft opgenomen.'
Soms is het verstandig om aan de eerste vrouw te denken voor een man een tweede neemt,' merkte Goov op. 'Je kent Ebra's gevoelens met betrekking tot de rang van de medicijnvrouw. Iza heeft Ayla onderricht. Als zij een medicijnvrouw uit Iza's geslacht wordt, denk je dan dat Ebra 't prettig zou vinden de * uurplaats te delen met een jongere vrouw, een tweede gezellin, met een hogere rang dan zij? Ik zou Ayla wel op willen nemen. Wanneer ik Mog-ur word, zal ik toch niet veel jagen, 't Zou me niet kunnen schelen als ze een hamster of een konijn meenam naar de vuurplaats. Het zijn toch maar kleine dieren. Ik denk zelfs niet dat Ovra bezwaar zou hebben tegen een tweede vrouw met een hogere rang, ze kunnen goed met elkaar overweg. Maar Ovra wil zo graag een kleine van zichzelf, 't Zou haar moeilijk vallen een vuurplaats te delen met een vrouw met een nieuw kleintje, vooral waar niemand ooit had gedacht dat Ayla er een zou krijgen. Ik denk dat Brouds totemgeest het heeft laten beginnen; 't is heel jammer dat hij zo vijandig tegenover haar staat, hij is degene die haar zou moeten opnemen.' ik ben er niet zo zeker van dat het Brouds totemgeest is geweest,' zei Droeg. 'En jij dan, Mog-ur? Jij zou haar ook tot gezellin kunnen nemen.'
De oude tovenaar had zwijgend naar de discussie der mannen gekeken, zoals hij zo dikwijls deed. ik heb er over nagedacht. Ik denk niet dat Ursus of De Ree Ayla's kleine hebben doen beginnen. Ik ben er ook niet zeker van dat het Brouds totemgeest is geweest. Haar totem is altijd een raadsel geweest; wie zal ooit weten wat er gebeurd is. Maar ze moet een metgezel hebben. Het gaat er niet alleen om dat de kleine ongeluk zou kunnen aantrekken, er moet ook een man verantwoordelijk voor zijn en ervoor zorgen. Ik ben te oud en als het een jongen zou zijn, zou ik hem niet kunnen leren jagen. En zij kan het niet, ze jaagt alleen met De slinger. Ik zou haar in ieder geval toch niet tot gezellin kunnen nemen, 't zou zoiets zijn alsof Grod Ovra tot gezellin zou nemen, vooral terwijl Oeka nog zijn eerste gezellin is. Voor mij is zij zoiets als de dochter van je gezellin, een kind van je vuurplaats, geen vrouw die je tot gezellin neemt.' "t Is toch wel eens voorgekomen,' zei Dorv. 'De enige vrouw die een man niet tot gezellin kan nemen, is zijn bloedverwante.' 'Het is niet verboden, maar het wordt ook niet aangemoedigd. En de meeste mannen willen het ook niet. Bovendien heb ik nooit een gezellin gehad, ik ben te oud om er nu nog aan te beginnen. Iza zorgt voor me, dat is genoeg voor me. Ik heb het goed bij haar. Men verwacht dat mannen zich regelmatig met hun gezellin verlichten. Ik heb die behoefte al lange tijd niet meer, ik heb haar lang geleden leren beheersen. Ik zou niet zo'n geweldige metgezel zijn voor een jonge vrouw. Maar misschien zal ze er niet eens een nodig hebben Iza zegt dat haar zwangerschap moeilijk verloopt, ze heeft nu al problemen, ze zal haar zwangerschap misschien niet uitdragen. Ik weet dat Ayla de kleine graag wil, maar het zou voor iedereen beter zijn als ze het kind verloor.'
Zoals Mog-ur de mannen had verteld, verliep Ayla's zwangerschap niet voorspoedig. De medicijnvrouw vreesde dat er iets met De baby niet in orde was. Veel miskramen werden veroorzaakt doordat de foetus mismaakt was en volgens Iza was het voor de moeder beter het kind te verliezen dan het levend ter wereld te brengen en zich dan van een mismaakt kind te moeten ontdoen. Ayla bleef nog lang na de eerste drie maanden 's morgens misselijk en zelfs toen in de late herfst haar uitdijend middel tot een dikke bult was gezwollen, had ze nog moeite haar voedsel binnen te houden. Toen ze druppels en klonters bloed begon te verliezen, vroeg Iza Brun toestemming om Ayla van haar normale verplichtingen te ontslaan en beval ze de jonge vrouw in bed te blijven.
Iza's ongerustheid ten aanzien van Ayla's baby nam toe naarmate de zwangerschap moeilijker werd. Ze had sterk het gevoel dat Ayla van het kind zou moeten afzien. Ze was er zeker van dat ei niet veel voor nodig zou zijn om het te laten loskomen, hoezeer de omvang van haar buik ook het bewijs leverde voor het groeien van de baby. Haar bezorgdheid ging meer naar Ayla uit. De zwangerschap eiste te veel van haar krachten. Haar armen en benen werden magerder, in tegenstelling tot haar zwellend middel had geen trek en dwong zichzelf de speciale gerechten die Iza voor haar klaarmaakte te eten. Er verschenen donkere kringen onder haar ogen en haar eens zo dikke en weelderige haar
hing lap en futloos langs haar gezicht omlaag. Ze had het altijd koud, ze bezat eenvoudigweg niet voldoende lichamelijke reserve om warm te blijven en bracht het grootste deel van de tijd dicht bij het vuur gehurkt en in bontvachten gewikkeld door. Maar toen Iza Ayla voorstelde de medicijn te nemen die haar
zwangerschap zou beëindigen, weigerde ze. Iza, ik wil mijn kleine houden. Help me,' smeekte Ayla. 'Je kunt me helpen. Ik weet dat je 't kunt. Ik zal alles doen wat je zegt, als je me maar helpt mijn kind te houden.'
Iza kon niet weigeren. Al geruime tijd liet ze Ayla de planten halen die ze nodig had en ze was bijna nooit meer zelf uitgegaan, Iedere lichamelijke inspanning bezorgde haar hevige hoestbuien. Iza had zichzelf zwaar onder de medicijnen gehouden om
de longziekte die iedere winter verergerde, te verbergen. Maar
voor Ayla zou ze uitgaan om een wortel te zoeken die miskramen
hielp voorkomen. De medicijnvrouw verliet vroeg in de morgen de grot om in de bossen en op vochtige kale gronden hoger in de bergen naar die speciale wortel te gaan zoeken. De zon stond aan een heldere hemel te stralen toen ze op weg ging. Iza dacht dat het een van die warme dagen laat in de herfst zou worden en wilde geen extra kleding meesjouwen. Bovendien wilde ze terug zijn voor de zon hoog aan de hemel zou staan. Ze volgde een pad dat dichtbij de grot het bos in leidde, sloeg dan af bij een beekje en begon de steile berghelling te beklimmen. Ze was zwakker dan ze dacht, en kortademig; ze moest dikwijls rusten of wachten tot een hoestaanval over was. Halverwege de morgen sloeg het weer om. Op een kille wind uit het oosten kwamen wolken aangedreven die bij het bereiken van de heuvels hun zware last lieten vallen in de vorm van voortjagende natte sneeuw. Binnen enkele ogenblikken was Iza doorweekt.
De bui was in hevigheid afgenomen tegen de tijd dat ze het soort naaldbomenbos en vegetatie gevonden had dat ze zocht. Rillend in de koude motregen groef ze de wortels uit de modderige bodem op. Op de terugweg hoestte ze veel erger; om de paar minuten schokte haar hele lichaam ervan en kwam er bloederig schuim op haar mond. Ze was met het terrein rond deze grot niet zo vertrouwd als met de omgeving van het vorige thuis van de stam. Ze raakte gedesoriënteerd, volgde de verkeerde beek de helling af en moest teruglopen voor ze de goede vond. Het liep al tegen donker toen de doornatte en verkleumde medicijnvrouw bij de grot terugkeerde.
'Moeder, waar ben je toch geweest?' gebaarde Ayla. 'Je bent kletsnat en kijk toch eens hoe je beeft. Kom gauw bij het vuur, dan geef ik je wat droge kleren.'
ik heb wat slangebloemwortel voor je gevonden, Ayla. Was hem en kauw…' Iza moest ophouden toen de zoveelste hoestbui haar overviel. Haar ogen glansden koortsig, op haar wangen brandden blosjes: '. . . kauw hem rauw. Hij zal je helpen de kleine te houden.' 
'Je bent toch niet in die regen uitgegaan, alleen om een wortel voor me te vinden? Weet je dan niet dat ik liever de kleine zou verliezen dan jou? Je bent te ziek om zo'n tocht te maken, dat weet je toch.'

Ayla wist wel dat Iza al jaren niet in orde was, maar ze had niet eerder beseft hoe ziek de vrouw eigenlijk wel was. De jonge vrouw vergat haar zwangerschap, sloeg er geen acht op wanneer ze af en toe vloeide, vergat de helft van de tijd te eten en weigerde van Iza's zijde te wijken. Wanneer ze sliep was het op een bontvacht naast het bed van de vrouw. Ook Oeba waakte voortdurend bij haar moeder.
Het was voor het jonge meisje de eerste keer dat ze meemaakte dat iemand die ze liefhad ernstig ziek was en ze trok het zich enorm aan. Ze keek toe bij alles wat Ayla deed, hielp haar en kreeg al doende enig besef van haar eigen erfgoed en bestemming. Oeba was niet de enige die Ayla's verrichtingen nauwlettend volgde. De hele stam was bezorgd over het welzijn van de medicijnvrouw en niet helemaal van Ayla's bekwaamheid overluid. De jonge vrouw was zich hun gespannen aandacht niet bewust; al de hare was gericht op de vrouw die ze haar moeder noemde.
Ayla zocht haar geheugen af naar elke remedie die Iza haar ooit geleerd had, ze ondervroeg Oeba om de informatie te achterhalen die naar ze wist in het geheugen van het kind opgeslagen lag en paste enig logisch denken van zichzelf toe. De speciale gave die Iza had opgemerkt, een vermogen om de ware kwaal te ontdekken en te behandelen, was Ayla's sterke punt. Ze was een diagnosticus. Uit kleine aanwijzingen kon ze zich een beeld vormen als uit de stukjes van een puzzel en de lege plekken vulde ze door middel van verstandelijk redeneren en intuïtie op. Het was iels waarvoor onder allen die de grot deelden alleen zij het geschikte brein bezat. De crisis van Iza's ziekte was de prikkel die haar talent scherpte.
Ayla paste remedies toe die ze van de medicijnvrouw had geleerd en probeerde daarna nieuwe technieken die zich vanuit soms volslagen andere toepassingen aanboden. Of het nu door de medicijnen kwam of door de liefdevolle verzorging of door de sterke wil tot leven van de medicijnvrouw zelf waarschijnlijk door alle drie te zamen maar toen de winter hoge heuvels van meeuw tegen de windvang bij de grotingang begon op te hopen, was Iza voldoende hersteld om zich weer met Ayla's zwangerschap te gaan bezighouden. Het was niets te vroeg. De inspanningen van het verplegen van Iza eisten hun tol. Ayla vloeide de rest van de winter onophoudelijk en had voortdurend rugpijn. Ze werd midden in de nacht met kramp in haar benen wakker en gaf nog steeds veel over. Iza verwachtte niet anders of kon de kleine elk ogenblik verliezen. Ze begreep niet hoe Ayla hei kind in haar lichaam vasthield, noch hoe het zich kon blijven omwikkelen terwijl Ayla zo zwak was. Maar groeien deed het. De buik van de jonge vrouw zwol op tot ongeloofwaardige proporties en de baby trappelde zo krachtig en veelvuldig dat ze er nauwelijks van kon slapen. Nooit had Iza een vrouw zo'n zware zwangerschap zien doormaken.
Ayla klaagde nooit. Ze was bang dat Iza dan zou denken dat ze de kleine misschien wel op zou willen geven, hoewel de zwangerschap veel te ver gevorderd was om een abortus ook maar te overwegen. En Ayla dacht er ook niet over. Haar lijden sterkte haar alleen maar in de overtuiging dat als ze deze baby verloor ze nooit meer een andere zou hebben.
Vanuit haar bed zag Ayla hoe de lenteregens de sneeuw wegspoelden en de eerste krokus die ze zag, was die welke Oeba haar bracht. Iza wilde haar de grot niet uit laten gaan. De wilgekatjes waren uitgebloeid en emerald gekleurd en de eerste knoppen vormden al een belofte van groen welig lover op de zoele lentedag vroeg in haar elfde jaar dat Ayla's bevalling zich aankondigde.
De eerste weeën waren heel goed te verdragen. Ayla nipte wilgebastthee en babbelde druk met Iza en Oeba, opgewonden dat haar tijd eindelijk gekomen was. De volgende dag zou ze vast en zeker haar eigen kleintje in haar armen houden. Iza had haar bedenkingen, maar probeerde ze niet te laten blijken. Het gesprek kwam, zoals zo vaak de laatste tijd tussen Iza en haar beide dochters, op medicijnen.
'Moeder, wat was dat voor wortel die je voor me meebracht, die dag dat je uitging en zo ziek werd?' gebaarde Ayla. 'Dat was slangebloemwortel. Hij wordt niet dikwijls gebruikt omdat je hem vers moet kauwen en hij in de late herfst uitgegraven moet worden. Hij is erg goed om miskramen te voorkomen, maar hoeveel vrouwen dreigen alleen in de late herfst een miskraam te krijgen? Gedroogd werkt hij niet meer.' 'Hoe ziet hij eruit?' vroeg Oeba. Iza's ziekte had Oeba's belangstelling voor de kruiden die ze eens zou uitdelen doen toenemen en zowel Iza als Ayla waren haar aan het onderrichten. Maar Oeba onderrichten was iets anders dan Ayla onderrichten. Oeba hoefde, om haar brein ten volle te kunnen benutten, alleen maar herinnerd te worden aan hetgeen ze al wist, en het toegepast te zien.
"t Zijn eigenlijk twee planten, een mannelijke en een vrouwelijke. Ze bestaan beide uit een lange stengel die uit een groepje laag bij de grond groeiende bladeren omhoog steekt, en kleine bloempjes dicht bij de top, een stukje lager op de stengel. De
mannelijke bloemen zijn wit. De wortel is van de vrouwelijke plant afkomstig; daarvan zijn de bloemen kleiner en groen.' 'Zei je niet dat hij in naaldbossen groeit?' gebaarde Ayla. 'Alleen in vochtige. Hij houdt van vocht, moerassen, natte plekken in grasland, dikwijls ook in hooggelegen bos.' 'Je had helemaal niet uit moeten gaan die dag, Iza. Ik was zo ongerust o wacht, daar komt er weer een!' De medicijnvrouw sloeg Ayla gade. Ze probeerde het tijdsverloop tussen de weeën te schatten, 't Zou nog een hele tijd duren, besloot ze.
Het regende niet toen ik wegging,' zei Iza. ik dacht dat het een warme dag zou worden, maar ik had het verkeerd. Herfstweer is altijd onvoorspelbaar. Ik had je nog iets willen vragen, Ayla. Ik was een deel van de tijd wel in de war door de koorts, maar ik «lacht dat je toen een borstkompres had gemaakt van kruiden die we gebruiken om Crebs reumatiek te verlichten." 'Dat is ook zo.'
'Dat heb je niet van mij geleerd.'
' Nee, maar je hoestte zo erg en spuwde zoveel bloed, dat ik je iets wilde geven om de krampen te kalmeren. Maar ik vond dat je ook het slijm wat makkelijker op moest kunnen hoesten. De medicijn voor Crebs reumatiek heeft een diep doorwerkende warmte en stimuleert de bloedsomloop. Ik dacht dat het misschien het slijm los zou maken zodat je niet zo hard zou hoeven hoesten en dan kon ik je toch nog het brouwsel geven om de krampen te verlichten. Het scheen te werken.' la, dat geloof ik ook.' Toen Ayla het had uitgelegd leek het heel logisch, maar Iza vroeg zich af of zij op de gedachte gekomen zou zijn Ik heb het goed gezien, dacht Iza. Ze is een goede medicijnvrouw, en ze zal nog beter worden. Ze verdient de hoge rang van ""in geslacht. Ik moet eens met Creb praten. Het zal misschien nu t meer zo heel lang duren voor ik deze wereld verlaat. Ayla is nu een vrouw, ze zou officieel medicijnvrouw moeten worden als ze deze geboorte overleeft.
Na het ochtendmaal kwam Oga aanwandelen met Grev, haar tweede zoon, en ging naast Ayla haar kind zitten voeden. Kort 'l « nop voegde ook Ovra zich bij hen. De drie jonge vrouwen zaten tussen Ayla's weeën door gemoedelijk te babbelen, hoewel er niets over haar aanstaande bevalling gezegd werd. Die hele morgen dat Ayla in de eerste fase van haar bevalling verkeerde,
bezochten de vrouwen van de stam Crebs vuurplaats. Sommigen kwamen alleen even wat morele steun verschaffen, anderen bleven praktisch onafgebroken bij haar zitten. Er zaten wel steeds een paar vrouwen aan haar bed, maar Creb bleef uit de buurt. Hij liep nerveus de grot in en uit, bleef af en toe staan om enkele gebaren te wisselen met de mannen die bij Bruns vuurplaats bijeen zaten, maar kon niet lang op een plek blijven. De voor die dag afgesproken jacht werd uitgesteld. Bruns excuus was dat het nog te nat was, maar iedereen wist wat de werkelijke reden was.
Laat in de middag werden Ayla's weeën heviger. Iza gaf haar het kooknat van de wortel van een bepaalde broodboom, die de bijzondere eigenschap had dat hij de pijnen van de baring verlichtte. Toen de dag aarzelend in de avond overging, werden de weeën steeds sterker en volgden ze elkaar sneller op. Ayla lag badend in haar zweet op bed en hield Iza's hand omklemd. Ze probeerde haar kreten binnen te houden, maar toen de zon achter de horizon zakte, kronkelde Ayla van de pijn en schreeuwde ze het uit bij iedere wee die haar lichaam verscheurde. De meeste vrouwen konden het niet langer aanzien; behalve Ebra gingen ze allen naar hun eigen vuurplaats terug. Ze vonden iets te doen en keken alleen even op wanneer Ayla de zoveelste smartelijke kreet slaakte. Ook rond Bruns vuur was de conversatie stilgevallen. De mannen zaten lusteloos naar de grond te staren. Iedere poging tot een gesprek over koetjes en kalfjes werd door Ayla's jammerkreten afgesneden.
'Haar heupen zijn te smal, Ebra,' gebaarde Iza. 'Haar geboortekanaal kan zich niet genoeg verwijden.'
'Zou het helpen als we de vliezen braken? Soms gaat 't dan beter,' opperde Ebra.
'Daar heb ik ook al aan gedacht. Ik wilde het niet te snel doen; een droge bevalling zou ze niet kunnen hebben. Ik hoopte dat ze vanzelf zouden breken, maar ze wordt zwakker en 't schiet niet erg op. Misschien kan ik het nu maar beter doen. Wil je me die rode iepetak even aangeven? Er komt net een wee aan, ik zal het doen als hij voorbij is.'
Ayla kromde haar rug en greep de twee vrouwen ieder bij een hand, terwijl ze het uitschreeuwde in een gefolterd crescendo. 'Ayla, ik ga proberen je te helpen,' gebaarde Iza toen de wee voorbij was. 'Begrijp je me?' Ayla knikte stom.
'Ik ga de vliezen breken en dan wil ik dat je in hurkhouding overeind komt. Het helpt als de kleine omlaag geduwd wordt. Kun je het?' ik zal 't proberen,' wenkte Ayla zwakjes. Iza bracht de tak in en Ayla's vruchtwater stroomde weg, wat meteen de volgende wee op gang bracht. 'Sta nu op, Ayla,' gebaarde de medicijnvrouw. Zij en Ebra trokken de verzwakte jonge vrouw van haar bed overeind en ondersteunden haar toen ze neerhurkte op de gelooide dierehuid die onder alle vrouwen werd neergelegd wanneer ze hun kind baarden.
'Nu persen, Ayla. Hard persen.' Ze spande zich in bij de volgende pijnkramp.
'Ze is te zwak,' seinde Ebra. 'Ze kan niet hard genoeg persen.' Ayla, je móet harder persen,' beval Iza. ik kan niet,' gebaarde Ayla.
'Je móet, Ayla. Je móet, anders sterft je kleine.' Ze zei er niet bij dat ook Ayla zou sterven. Iza kon haar spieren zich zien samen trekken voor de volgende wee.
'Nu, Ayla! Pers! Pers zo hard je kunt,' vuurde Iza haar aan. Ik kan mijn kleine niet laten doodgaan, dacht Ayla. Dat mag niet. Ik zal nooit meer een kleintje krijgen als deze sterft. Van uit ren onbekende reserve haalde Ayla de kracht voor een laatste inspanning. Terwijl de pijn rees, haalde ze diep adem en greep lza's hand voor steun. Ze perste het kind uit alle macht omlaag, zodat het zweet op haar voorhoofd parelde. Haar hoofd tolde. Ze had het gevoel alsof haar beenderen kraakten, alsof ze probeerde haar ingewanden naar buiten te duwen. Gloed zo, Ayla, goed zo,' zei Iza bemoedigend. 'Het hoofdje is al zien, nog één keer zo eentje.'
Ayla ademde opnieuw diep in en perste wederom. Ze voelde huid en spieren scheuren en nog perste ze. In een vloedgolf van dik rood bloed werd het babyhoofdje door het nauwe geboortekanaal uitgedreven. Iza pakte het beet en trok, maar het ergste was al achter de rug.
Nog eventjes, Ayla, alleen nog voor de nageboorte.' Ayla perste nog eenmaal, en zag alles om zich heen draaien. Toen werd het haar zwart voor de ogen en ze zakte ineen, bewusteloos.
Ze bond de navelstreng van de baby af met een roodgeverfd stukje pees en beet de rest af. Ze sloeg hem op de voetjes tot een zwak mekkergeluidje overging in een luid gekrijs. De kleine leeft dacht Iza opgelucht terwijl ze het kind begon schoon te maken Dan maakte zich een diepe teleurstelling van haar meester. Waarom dit, na al haar lijden, na alles wat ze heeft doorgemaakt? Ze wilde de kleine zo graag. Iza wikkelde de baby in de zachte konijnehuid die Ayla had geprepareerd, maakte dan een nat verband van gekauwde wortels voor Ayla dat met een absorberende reep leer op zijn plaats gehouden werd. Ayla kreunde en sloeg haar ogen op.
'Mijn kleintje, Iza. Is het een jongen of een meisje?' "t Is een jongen, Ayla,' zei de vrouw, sprak dan haastig verder om haar niet te vroeg blij te maken, 'maar hij is mismaakt.' Ayla's eerste begin van een glimlach maakte plaats voor een blik vol ontzetting. 'Nee! Dat kan niet! Laat me hem zien!' Iza bracht haar het kind. ik was er al bang voor. Het is vaak zo wanneer een vrouw een moeilijke zwangerschap heeft. Het spijt me heel erg voor je, Ayla.'
De jonge vrouw sloeg het dek terug en bekeek haar zoon. Zijn armen en benen waren dunner dan die van Oeba bij haar geboorte geweest waren, en langer, maar hij had het juiste aantal vingers en tenen op de juiste plaats. Zijn kleine penis en testikels vormden het stille bewijs van zijn geslacht, maar zijn hoofd zag er erg onnatuurlijk uit. Het was abnormaal groot, wat de oorzaak van Ayla's zware bevalling was geweest, en een beetje vervormd door zijn moeizame intrede in deze wereld, maar dat was op zich geen reden tot ongerustheid. Iza wist dat dat alleen door de tijdens de geboorte erop uitgeoefende druk kwam en dat het weldra weer in orde zou komen. Maar het was de bouw van het hoofd, de grondvorm die nooit veranderen zou, die afwijkend was, evenals de dunne, iele hals die het grote babyhoofd niet dragen kon.
Ayla's baby had zware wenkbrauwbogen, zoals de mensen van de Stam, zijn voorhoofd echter week niet terug maar verhief zich hoog en recht boven de wenkbrauwen en ging over in een in Iza's ogen hoge kruin, voor de schedel vandaar naar achteren wegliep in een langgerekte, ronde vorm. Maar zijn achterhoofd was niet helemaal zo lang als het had moeten zijn. Het zag eruit alsof de schedel van de baby naar voren was geduwd tot het bollende voorhoofd en de ronde kruin, waardoor het achterhoofd korter en ronder was geworden. Hij had maar een kleine achterhoofdsknobbel en zijn gelaatstrekken waren op een vreemde manier gewijzigd. Hij had grote ronde ogen, maar zijn neus was veel kleiner dan normaal. Zijn mond was groot, zijn kaken niet helemaal zo zwaar als die van mensen van de Stam; maar onder zijn mond bevond zich een benige knobbel die zijn gezicht misvormde, een goed ontwikkelde, enigszins wijkende kin, die bij mensen van de Stam geheel ontbrak. Het hoofdje van de baby viel achterover toen Iza hem voor het eerst opnam en ze legde er onwillekeurig haar hand achter ter ondersteuning, ondertussen haar eigen hoofd schuddend op haar korte stevige nek. Ze betwijfelde of de jongen ooit in staat zou zijn zijn hoofd rechtop te houden.
De baby wreef zijn gezichtje tegen het warme lichaam van zijn moeder toen hij in Ayla's armen lag en probeerde al te zuigen, alsof hij vóór zijn geboorte niet genoeg had gehad. Ze hielp hem aan haar borst.
'Dat kan je eigenlijk beter niet doen, Ayla,' zei Iza zachtmoedig. 'Je zou hem geen extra levenskrachten moeten geven wanneer hem het leven zo snel ontnomen wordt. Het zal het alleen moeilijker voor je maken afstand van hem te doen.' 'Afstand van hem te doen?' Ayla keek geschokt. 'Hoe kan ik ooit afstand van hem doen? Hij is mijn kleine, mijn zoon.' 'Je hebt geen keus, Ayla. Dat moet nu eenmaal. Een moeder moet haar kind altijd afstaan wanneer het mismaakt blijkt te zijn. Hij kan het beste zo snel mogelijk weggebracht worden, voor Brun het beveelt.'
'Maar Creb was ook mismaakt. En hij mocht wél in leven blijven,' protesteerde Ayla.
' De metgezel van zijn moeder was de leider van de stam; hij heeft liet toen toegestaan. Jij hebt geen metgezel, Ayla, die voor je zoon kan pleiten. Ik heb je in 't begin al gezegd dat je kind ongeluk zou kunnen aantrekken als het geboren werd voor je gekoppeld was. Is zijn mismaaktheid er niet het bewijs van, Ayla? Waarom een kind in leven laten blijven dat zijn hele leven alleen maar ongeluk zal hebben? 't Is heus beter er maar meteen een eind aan te maken,' betoogde Iza.
Aarzelend maakte Ayla haar zoon van haar borst los terwijl de lianen haar over de wangen stroomden. 'Oh Iza,' huilde ze, 'ik wilde zo graag ook een kleintje van mezelf, net zoals de andere vrouwen. Ik had nooit gedacht er een te zullen krijgen. Ik was er ui zo blij mee. Het kon me niets schelen dat ik steeds misselijk was, ik wilde gewoon zo graag een kleintje van mezelf. En 't ging zo moeilijk, ik dacht dat hij er nooit uit zou komen, maar toen je zei dat hij zou sterven, moest ik wel persen. Als hij toch moest sterven, waarom was zijn geboorte dan zo moeilijk? Moeder, ik wil mijn kleine houden, dwing me niet hem af te staan.' Ik weet dat het niet gemakkelijk is, Ayla, maar het moet.' Iza's hart bloedde voor haar. De baby zocht naar de borst waar hij zo abrupt van was losgemaakt, verlangend naar de geborgenheid en de mogelijkheid zijn behoefte tot zuigen te bevredigen. Ayla had nog geen melk voor hem, dat zou nog een dag of twee duren; hij kreeg nu alleen nog de dikke, melkachtige vloeistof waarmee ze hem haar eigen immuniteit voor bepaalde ziekten voor de eerste paar maanden van zijn leven kon doorgeven. Hij begon te jengelen en barstte weldra los in een hevig geschrei, driftig met zijn armpjes zwaaiend en zijn dek wegtrappelend. Zijn kreten vulden de grot met de dwingende eistoon van een woedende, rood aangelopen baby. Ayla kon het niet verdragen. Ze legde hem weer aan.
ik kan 't eenvoudig niet,' gebaarde ze. ik wil niet! Mijn zoon leeft. Hij ademt. Hij is misschien mismaakt, maar hij is sterk. Heb je gehoord hoe hij tekeer ging? Heb je ooit een kleintje zo hard horen huilen? Heb je gezien hoe hij trappelde? Kijk toch eens hoe hij zuigt! Ik wil hem houden, Iza, ik wil hem houden en ik ga hem houden. Ik ga liever weg dan dat ik hem laat doodgaan. Ik kan jagen. Ik kan voedsel vinden. Ik zal zelf voor hem zorgen.'
Iza verbleekte. 'Ayla, dat kun je niet menen. Waar zou je naar toe kunnen? Je bent te zwak, je hebt te veel bloed verloren.' ik weet 't niet, moeder. Ergens heen. 't Geeft niet waarheen. Maar ik sta hem niet af.' Ayla was niet te bepraten, vastbesloten. Iza twijfelde er niet aan of de jonge moeder meende wat ze zei. Maar ze was te zwak om waar dan ook heen te gaan; ze zou zelf sterven als ze probeerde de baby te redden. Iza werd van afschuw vervuld bij de gedachte dat Ayla de gewoonten van de Stam zou schenden, maar ze was er zeker van dat ze het zou doen.
'Ayla, zeg zulke dingen toch niet,' smeekte Iza. 'Geef hem mij nu maar. Als jij het niet kunt, zal ik het wel voor je doen. Ik zal Brun zeggen dat je te zwak bent, dat is voldoende reden.' De vrouw stak haar armen naar het kind uit. 'Laat me hem nu meenemen. Als hij eenmaal weg is, zul je hem gemakkelijker kunnen vergeten.'
'Nee! Nee, Iza.' Ayla schudde heftig het hoofd en klemde het bundeltje in haar armen steviger tegen zich aan. Ze boog zich erover heen als om het met haar lichaam te beschermen, onderwijl met één hand in Crebs afgekorte gebaren sprekend, ik ga hem houden. Hoe dan ook, langs welke weg ook, al moet ik met hem weggaan, ik ga mijn kleine houden.' Oeba sloeg de beide vrouwen gade, door beiden genegeerd. Ze had Ayla's moeilijke bevalling gezien, zoals ze ook andere vrouwen had zien baren. Geen enkel aspect van leven of dood werd voor kinderen geheim gehouden; net als hun ouderen deelden ze mee in het wel en wee van de stam. Oeba had de goudharige jonge vrouw die haar speelkameraad en vriendin, haar moeder en haar zuster was, innig lief. De zware, pijnlijke bevalling had het meisje angst aangejaagd, maar Ayla's opmerkingen over weggaan deden dat nog meer. Ze herinnerden haar aan de vorige keer dat ze was weggegaan, toen iedereen zei dat ze nooit meer terug zou komen. Oeba wist zeker dat als Ayla nu wegging ze haar nooit terug zou zien.
'Ga niet weg, Ayla,' gebaarde het meisje, in paniek op haar toekennend. 'Moeder, je mag Ayla niet weg laten gaan. Ga niet weer weg.'
ik wil ook niet weg, Oeba, maar ik kan mijn kleine toch niet laten doodgaan,' zei Ayla.
'Kun je hem niet hoog in een boom leggen, zoals de moeder uit Aba's verhaal? Als hij dan zeven dagen in leven blijft, moet Brun je hem laten houden,' pleitte Oeba.
'Aba's verhaal is maar een legende, Oeba,' legde Iza uit. 'Geen enkele kleine kan buiten in de kou en zonder voedsel in leven
blijven.' Ayla keek niet naar Iza's uitleg; Oeba’s kinderlijke voorstel had haar op een idee gebracht.
'Moeder, een deel van die legende is wel waar.'
'Hoezo?'
'Als mijn kleine na zeven dagen nog in leven is, moet Brun hem accepteren, nietwaar?' vroeg Ayla ernstig. 'Waar denk je aan, Ayla? Je kunt hem niet buiten neerleggen en dan maar hopen dat hij na zeven dagen nog leeft. Je weet dat dat onmogelijk is.'
'Niet buiten neerleggen, meenemen. Ik weet een plek waar ik me kan verstoppen, Iza. Daar kan ik hem mee naar toe nemen en dan op zijn naamdag terugkomen. Dan zal Brun me wel moeten toestaan hem te houden. Er is een kleine grot…' 'Nee! Ayla, zeg zulke dingen niet tegen me. Dat zou verkeerd zijn. Het zou ongehoorzaam van je zijn. Ik kan dat niet goedkeuren; dat is bij de Stam niet gebruikelijk. Brun zou heel boos zijn. II ij zou je gaan zoeken, hij zou je vinden en je naar de grot terugbrengen. Het zou niet juist zijn, Ayla,' vermaande Iza. Ze stond op en liep naar het vuur, maar kwam na enkele stappen
terug. 'En als je wegging, zou hij me vragen waar je heen gegaan was.'Iza had nooit in haar leven iets gedaan dat tegen de gewoonten van de Stam of tegen Bruns wensen indruiste. Het idee alleen vervulde haar al met afgrijzen. Zelfs de geheime anticonceptiemedicijn was door de goedkeuring van voorbije generaties medicijnvrouwen gewettigd en maakte deel uit van haar erfgoed. Het bewaren van het geheim was geen ongehoorzaamheid er bestond geen traditie of zede die het gebruik van de medicijn verbood ze sprak er alleen niet over. Ayla's plan was regelrechte rebellie, een rebellie waar Iza nooit of te nimmer zelfs maar van gedroomd zou hebben; ze kon het niet goedkeuren. Maar ze wist hoe graag Ayla het kind wilde hebben; haar hart kromp ineen bij de herinnering aan haar lijden, die hele moeilijke zwangerschap lang, en hoe alleen de angst dat het kind zou sterven haar de kracht had gegeven die ook haar eigen leven had gered.
Ayla heeft gelijk, dacht Iza, terwijl ze naar de pasgeborene keek. Hij is mismaakt, maar verder sterk en blakend van gezondheid. Creb was ook mismaakt en nu is hij Mog-ur. Dit is ook haar eerstgeboren zoon. Als ze een metgezel had, zou hij misschien wel toestaan dat de kleine in leven bleef. Nee, dat zou hij niet, dacht ze dan weer. Ze kon tegen zichzelf al evenmin liegen als tegen iemand anders. Maar ze kon zwijgen. Ze dacht eraan Creb of Brun erover te vertellen en ze wist dat ze dat ook hoorde te doen, maar ze kon zich er niet toe brengen. Iza kon Ayla's plan niet goedkeuren, maar ze kon het verzwijgen. Het was het ergste opzettelijk verkeerde dat ze ooit in haar leven had gedaan.
Ze legde wat hete stenen in een kom water om een moederkorenthee voor Ayla te maken. De jonge vrouw lag met de baby in haar armen te slapen toen Iza haar de medicijn kwam brengen. Ze schudde haar zachtjes wakker.
'Drink dit, Ayla,' zei ze. ik heb de nageboorte ingepakt en in die hoek gelegd. Vannacht kun je nog rusten, maar morgen moetje hem begraven. Brun weet er al van, Ebra heeft 't hem verteld. Hij wil liever niet verplicht worden de kleine te bekijken en een officieel bevel te geven. Hij verwacht dat je de zaak in orde maakt wanneer je het blijk van de geboorte gaat verbergen.' Zo liet Iza haar dochter weten hoe lang ze had om haar plannen te maken.
Ayla bleef nog lang wakker liggen nadat Iza was weggegaan, bedenkend wat ze mee moest nemen. Ik zal mijn slaapvacht nodig hebben, konijnehuiden voor de kleine en dons; en wat extra dekens om ze te kunnen verwisselen. Verband voor mezelf, mijn slinger en messen. Oh, en eten, ik moest ook maar wat eten meenemen en een waterzak. Als ik wacht tot de zon hoog staat voor ik ga, kan ik 's morgens alles klaar leggen. De volgende morgen kookte Iza veel meer dan nodig was voor een ochtendmaal voor vier personen. Creb was laat bij zijn vuurplaats teruggekeerd om te gaan slapen; hij wilde liever ieder contact met Ayla vermijden. Hij wist niet wat hij tegen haar moest zeggen. Haar totem was gewoon te sterk, dacht hij. Hij is nooit geheel verslagen; daarom bleef ze tijdens haar zwangerschap ook zoveel vloeien. Daarom is de kleine ook mismaakt. Heel jammer, ze wilde hem zo graag.
Iza, dat is genoeg voedsel voor een hele stam,' merkte Creb op. 'Hoe krijgen we ooit zoveel op?' "t Is voor Ayla,' zei Iza, en boog vlug het hoofd. Iza had veel meer kinderen moeten hebben, dacht de oude man, ze is zo dol op die ze heeft. Maar Ayla moet inderdaad aansterken. 't Zal lang duren voor ze hier overheen is. Ik vraag me af of ze ooit een normaal kind zal hebben?
Alles draaide om Ayla heen toen ze opstond en ze voelde hoe ze een golf warm bloed verloor. Een paar stappen lopen bezorgde haar al veel pijn en bukken was een marteling. Ze was zwakker dan ze beseft had en werd bijna door paniek bevangen. Hoe moet ik die hele klim naar de grot maken? Maar 't móet. Als ik 't niet haal zal Iza me mijn kleintje afnemen en zich ergens van hem ontdoen. Wat moet ik beginnen als ik mijn kleintje verlies? Ik ga hem niet verliezen, dacht ze gedecideerd, de paniek uit haar hart verdrijvend. Op de een of andere manier kom ik boven, al moet ik de hele weg kruipen.
Het motregende toen Ayla de grot verliet. Ze pakte enkele dingen onder in haar verzamelmand en bedekte ze met het riekende pakje geboorteresten. De andere voorwerpen verborg ze onder hum buitenomslag van bont. De baby droeg ze in een draagmantel stevig tegen haar borst gebonden. De eerste duizeligheid trok weg toen ze het bos inliep, maar ze bleef misselijk. Ze verliet het pad en baande zich een weg diep het bos in voor ze bleef staan, ze begroef het pakje diep in de grond zoals Iza haar had opgedragen en maakte de gepaste symbolen. Dan keek ze naar haar zoon die rustig sliep, warm en geborgen. Niemand gaat jou in
zo'n gat stoppen, zei ze bij zichzelf. Daarop begon ze de steile helling te beklimmen, zich er niet van bewust dat iemand haar gadesloeg.Kort nadat Ayla De grot had verlaten, was Oeba achter haar aan naar buiten geglipt. Door het onderricht dat ze die winter na haar moeders ziekte had ontvangen, besefte het meisje veel beter in welk een gevaarlijke situatie Ayla zich bevond. Ze wist hoe zwak de jonge vrouw was en vreesde dat ze zou bezwijken en een gemakkelijke prooi zou worden voor een ronddolend roofdier dat op de geur van bloed om haar heen zou kunnen afkomen. Oeba was bijna naar de grot teruggerend om Iza te gaan waarschuwen, maar ze wilde Ayla niet alleen laten, dus begon ze haar te volgen. Het meisje verloor haar uit het oog toen ze van het pad afging, maar zag haar later weer een open stuk helling opklimmen.
Ayla leunde onder het voortgaan zwaar op haar graafstok, die ze nu als wandelstok gebruikte. Ze bleef dikwijls staan, heftig slikkend tegen haar misselijkheid en de duizeligheid die steeds in duisternis over wilde gaan. Ze voelde bloed langs haar benen sijpelen, maar nam niet de tijd om de absorberende reep te vervangen. Ooit, zo herinnerde ze zich, kon ze de steile helling oprennen zonder zelfs buiten adem te raken. Nu kon ze gewoon niet geloven dat het zo ver was naar het hooggelegen bergweitje. De afstand tussen de bekende oriëntatiepunten was onmogelijk groot. Ayla dreef zichzelf voort tot ze op het punt stond neer te vallen en moest dan vechten om bij bewustzijn te blijven tot ze genoeg uitgerust was om verder te gaan. Toen de baby laat in de middag begon te huilen, hoorde ze hem maar vaag, als door een dichte mist. Maar ze bleef niet staan om aan zijn wensen gehoor te geven, ze dwong zichzelf door te klimmen. Ze klemde zich maar aan één gedachte vast ik moet de wei bereiken, ik moet bij de grot komen. Ze wist niet eens meer precies waarom.
Oeba was ver achtergebleven, daar ze niet wilde dat Ayla haar zou zien. Ze wist niet dat Ayla nauwelijks verder dan haar volgende stap kon kijken. De jonge moeder zag alles slechts vaag, als door een rood waas. Nog een klein eindje, zei ze tegen zichzelf, een klein eindje maar. Ze ploeterde het veldje over en had nauwelijks nog genoeg kracht om de takken opzij te duwen toen ze de kleine grot binnenstrompelde die al zo dikwijls haar toevluchtsoord was geweest. Zonder erop te letten dat haar bontomslag nat was, zakte ze ineen op de hertehuid en was zich niet eens meer bewust dat ze haar schreiende zoon aan haar borst legde voor ze zich eindelijk aan haar uitputting overgaf. Het trof gelukkig dat Oeba net de wei bereikte toen Ayla in de grot verdween of ze zou gedacht hebben dat de vrouw in het mets was opgelost. De dichte oude hazelaars met hun dooreengegroeide takkenmassa camoufleerden het gat in de bergwand zelfs zonder gebladerte volledig. Oeba rende terug naar de grot van de stam. 
Ze was veel langer weggebleven dat ze verwacht had; Ayla had er veel langer over gedaan de kleine grot te bereiken dan het meisje had voorzien. Ze was bang dat lza zich ongerust had gemaakt en haar zou berispen. Maar Iza negeerde Oeba' late terugkeer Ze had haar dochter na Ayla naar buiten zien
zeker weten.