8
Ik trof Kate terwijl ze in de Jeep aan het bellen was, de mobiele telefoon in haar hand. Ik hoorde haar zeggen: ‘Ik moet nu ophangen. Ik spreek je morgen weer.’
Ik stapte in de auto en vroeg: ‘Wie was dat?’
‘Jennifer Lupo. Iemand van de werkvloer.’
Ik startte de Jeep en reed terug naar de poort.
‘Hoe is het gesprek verlopen?’ vroeg ze.
‘Het was interessant.’
Zwijgend reden we een tijdje door de duisternis over een smalle weg die wegvoerde van het kustwachtstation. ‘Waar gaan we nu heen?’ vroeg ik.
‘Calverton.’
Ik wierp een blik op het dashboardklokje. Het was bijna elf uur. ‘Is dat de laatste, laatste tussenstop?’ vroeg ik.
‘Ja.’
We begaven ons in de richting van Calverton, een stadje aan de noordkust van Long Island, de plaats waar de Grumman-vliegtuigfabriek en de marinebasis gevestigd waren geweest. Hier waren de brokstukken van de TWA Boeing 747 in 1996 met vrachtwagens naartoe vervoerd om het toestel aldaar ten behoeve van het onderzoek weer in elkaar te zetten. Ik wist niet zeker waarom ik dit diende te zien, maar ik nam aan dat het nodig was.
Ik zette de radio aan, koos een zender met oldies en luisterde naar ‘The Twelfth of Never’ van Johnny Mathis. Geweldige song, schitterende stem.
Er zijn momenten dat ik niets liever zou willen dan een normaal leven leiden, dus zonder vuurwapen, zonder penning en zonder de daaraan inherente verantwoordelijkheid. Nadat ik het NYPD had verlaten, onder gespannen omstandigheden, kon ik en had ik de politiewereld voor gezien moeten houden. Maar mijn stompzinnige voormalige partner Dom Fanelli koppelde mij aan de Anti-Terrorist Task Force.
Aanvankelijk beschouwde ik die keuze als een stap in de richting van het burgerleven. Ik bedoel daarmee te zeggen dat ik in de periode dat ik het NYPD had verlaten alleen mijn maten en de kameraadschap en zo miste. Bij de ATTF was daar namelijk weinig van te merken. FBI-agenten vormen een raar volkje, het huidige gezelschap niet meegerekend.
Nu we het daar toch over hebben, mijn relatie met speciaal agent Mayfield groeide en bloeide in de heksenketel van het onmiskenbaar belangrijke werk dat we verrichtten. Vandaar dat ik me afvroeg of het huwelijk stand zou houden als ik een baan op een vissersboot zou nemen, terwijl zij nog steeds jacht maakte op terroristen.
Genoeg introspectiemateriaal om honderd jaar mee door te komen, dus concentreerde ik me op zaken die nu de aandacht van me opeisten.
We realiseerden ons beiden dat we de grens hadden overschreden tussen wettelijk en toegewezen onderzoek en onwettig en freelance-snuffelen. We zouden er nu mee kunnen stoppen, en waarschijnlijk zou dan datgene wat we sinds de herdenkingsdienst hadden gedaan geen repercussies krijgen. Maar wanneer we naar Calverton zouden gaan, en als we dit spoor bleven volgen, dan zouden we onze baan verliezen en een aanklacht aan onze broek krijgen.
‘Heeft die meneer gewag gemaakt van het feit dat Liam Griffith en Ted Nash een vervolggesprek deden?’ vroeg Kate.
Ik knikte.
‘Vond je zijn ooggetuigenverslag boeiend?’
‘Hij heeft er vijf jaar aan kunnen werken.’
‘Toen ik dat vraaggesprek met hem had, had hij daar amper zestien uur de tijd voor gekregen en was hij nog steeds enigszins van streek. Hij heeft mij overtuigd. Ik heb nog eens elf vraaggesprekken met ooggetuigen gehad,’ voegde ze eraan toe. ‘En die verklaringen waren in wezen niet strijdig met elkaar, waarbij aangetekend moet worden dat die mensen elkaar niet eens kenden.’
‘Ja, dat begrijp ik.’
We reden verder, ongeveer twintig minuten waren verstreken. De zender met oldies slingerde songs de ether in die me sterk terug deden denken aan dansfeestjes op de middelbare school en zwoele zomeravonden op de straten en trottoirs van New York, in een periode dat er op de luchthavens nog geen detectiepoortjes waren en er nog geen vliegtuigen uit de lucht werden gehaald door mensen die terroristen werden genoemd. Het was een tijd waarin de dreiging aan het adres van Amerika van verre oorden kwam, en niet van zo dichtbij als het tegenwoordig leek te komen.
‘Mag ik de radio uitzetten?’ vroeg Kate. Ze deed dat en zei: ‘Enkele kilometers hiervandaan ligt het Brookhaven National Laboratory. Deeltjesversnellers, lineaire versnellers, lasergeweren en subatomaire deeltjes.’
‘Na Laboratory volg ik je niet meer.’
‘Er bestaat een theorie... een vermoeden... dat dit laboratorium op die avond aan het experimenteren was met een plasmagenererend apparaat, een dodelijke straal, en dat die lichtstraal het einde betekende van de TWA 800.’
‘Nou dan, laten we stoppen en het hun vragen. Hoe laat sluiten ze daar?’
Ze negeerde me, zoals gebruikelijk, en vervolgde: ‘Er bestaan zeven belangrijke hypothesen. Wil je de onderzeese-methaangasbelhypothese horen?’
Er schoten verontrustende beelden door me heen over walvissen die in een onderzeese kleedkamer scheten in de fik staken. ‘Later, misschien,’ zei ik.
Kate loodste me over een weg die naar een grote poort en een wachthuisje voerde. Een particuliere beveiligingsbeambte hield ons tegen. Net als bij het kustwachtstation het geval was, negeerde hij mij en keek hij vluchtig naar de identiteitspapieren van Kate, waarna hij een gebaar maakte dat we verder mochten rijden.
We reden over een vrijwel boomloos terrein, bestaande uit vlakke velden waar enkele grote gebouwen van het industriële soort stonden. Verder waren er veel schijnwerpers en minstens twee lange betonnen startbanen.
In de achteruitkijkspiegel zag ik dat de beveiligingsbeambte in zijn mobiele telefoon of walkietalkie aan het praten was. ‘Herinner je die aflevering van X-Files nog waarin Mulder en Scully die geheime basis betraden en...’ begon ik.
‘Ik wil niets horen over de X-Files. Het leven bestaat niet uit afleveringen van X-Files.’
‘Het leven van mij wel.’
‘Beloof me dat je het komende jaar geen parallellen trekt met een aflevering van X-Files.’
‘Hé, ik ben toch niet over dodelijke plasmastralen en methaangasbellen begonnen?’
‘Sla hier rechtsaf. Parkeer bij die hangar.’
Ik parkeerde de Jeep bij een smalle deur naast de enorme schuifdeuren van een kolossale vliegtuigloods. ‘Hoe komt het toch dat we het steeds opnieuw voor elkaar krijgen onaangekondigd langs bewakingspoorten naar binnen te slenteren?’ vroeg ik aan Kate.
‘We hebben de juiste papieren.’
‘Probeer het nog eens.’
Ze zweeg even, waarna ze antwoordde: ‘Het mag duidelijk zijn dat dit van tevoren geregeld is.’
‘Door wie?’
‘Er zijn mensen... overheidsambtenaren, die niet tevreden zijn met de officiële versie van de gebeurtenissen.’
‘Een soort ondergrondse beweging? Een geheime organisatie?’
‘Gewoon, een aantal mensen, meer niet.’
‘Is er sprake van een geheime handdruk?’
Ze opende het portier en maakte aanstalten om uit de auto te stappen.
‘Wacht even.’
Ze draaide zich naar me toe.
‘Hoor jij bij die FIRO-groep?’ vroeg ik.
‘Nee, ik hoor bij geen enkele groep, alleen bij het Federal Bureau of Investigation.’
‘Zonet zei je wat anders.’
‘Het is geen organisatie,’ antwoordde ze. ‘Er is geen naam, maar als die er zou zijn, dan zou die groep de “Mensen-die-tweehonderd-ooggetuigen-geloven” heten.’ Ze keek me aan en vroeg: ‘Ga je mee?’
Ik zette de motor af, deed de lichten uit en liep achter haar aan.
Boven de smalle deur bevond zich een lamp die een bord verlichtte waarop stond: VERBODEN VOOR ONBEVOEGDEN.
De manier waarop ze de deurklink vastpakte, liet je geloven dat ze wist dat die deur niet was afgesloten. We betraden de reusachtige vliegtuigloods, voorzien van een geboende houten vloer, waardoor het pand veeleer op een gymzaal leek dan op een hangar. Het voorste gedeelte, waar wij stonden, was in duisternis gehuld. Maar achter in de vliegtuigloods hingen rijen tl-buizen. Onder die lampen bevond zich de gereconstrueerde Boeing 747 van Trans World Airlines. ‘Dit is de plaats waar Grumman zijn F-14 gevechtsvliegtuigen bouwde, en dus een goede plaats om de 747 weer in elkaar te zetten.’
We stonden in de duisternis en staarden naar het verkeersvliegtuig. Ik was sprakeloos, een van de weinige keren in mijn leven.
De witgeschilderde romp weerkaatste het kunstlicht. Op het gescheurde aluminium aan de linkerzijde stond met rode letters: ANS WOR.
Het voorste gedeelte en de cockpit waren gescheiden van de hoofdromp, de gereconstrueerde vleugels lagen op de geboende houten vloer van de hangar, het staartgedeelte lag aan de rechterkant, eveneens gescheiden van de hoofdromp. Dit waren de brokstukken nadat het toestel was geëxplodeerd.
Verspreid over de houten vloer lagen enorme zeildoeken, waarop bundels en kluwens elektriciteitskabels en ander wrakgoed waarvan ik niet kon vaststellen wat het precies voorstelde.
‘Deze vliegtuigloods is zo gigantisch dat de mensen fietsen gebruikten om zich snel te verplaatsen en aldus tijd te besparen.’
Langzaam liepen we door de hangar, naar het karkas van deze kolossale machine.
Terwijl we het gereconstrueerde toestel naderden, zag ik dat het glas uit de vliegtuigraampjes was geblazen. Bovendien kon ik nu zien hoe de afzonderlijke fragmenten van de aluminium buitenbekleding uiterst zorgvuldig als puzzelstukjes aan elkaar waren gezet. Sommige waren zo groot als een schuurdeur, weer andere kleiner dan een soepbord.
Het middengedeelte, waar de centrale brandstoftank was geëxplodeerd, bleek het meest beschadigd, met grote gaten in de romp.
Toen we nog ongeveer tien meter van het vliegtuig waren verwijderd, hielden we onze pas in. Ik keek omhoog. Vanaf de vloer, zelfs zonder het landingsgestel, was dit toestel zo hoog als een gebouw met drie verdiepingen.
‘Hoelang heeft deze reconstructie geduurd?’ vroeg ik aan Kate. ‘Ongeveer drie maanden, van het begin tot het einde van de operatie,’ antwoordde ze.
‘Waarom staat dit toestel er na vijf jaar nog steeds?’
‘Dat weet ik niet zeker... uit onofficiële bron heb ik echter gehoord dat er een besluit is genomen om het vliegtuig naar een schroothandel te brengen om gerecycled te worden. Veel mensen zullen ontsteld zijn. Mensen die het nog altijd niet eens zijn met het definitieve rapport, waarbij inbegrepen familieleden van de overledenen die hier elk jaar komen voordat de herdenkingsdienst begint. Zij zijn hier vanmorgen geweest.’
Ik knikte.
Kate staarde naar het gereconstrueerde vliegtuig en zei: ‘Ik was hier toen ze met de reconstructie begonnen... ze bouwden steigers, houten stellages en brachten grof draadgaas aan om de brokstukken aan te bevestigen... De mensen die ermee aan het werk gingen noemden het toestel Jetasaurus rex. Ze hebben fantastisch werk geleverd.’
Het was moeilijk om dit alles te bevatten. In een bepaald opzicht betrof het een reusachtig verkeersvliegtuig, het soort object dat je niet eerst hoefde te bestuderen om te weten te komen wat het precies was. Maar in dit geval was het object op de een of andere manier groter dan de som der delen. Nu pas merkte ik de enorme verschroeide banden van het landingsgestel op, en de verbogen hoofdstijlen ervan, de vier mammoetmotoren die op enige afstand van het toestel op een rij lagen, en de vleugels op de vloer, en overal elektriciteitskabels die met kleuren gecodeerd waren, en het isolatiemateriaal van glasvezel dat in een of ander patroon was geschikt. Alles was gelabeld of met krijt van merktekens voorzien.
‘Elk object werd minutieus onderzocht... ruim dertigduizend kilo metaal en plastic, tweehonderdeenenveertig kilometer bedrading en hydraulische leidingen. In de romp bevindt zich het gereconstrueerde interieur van het vliegtuig... de stoelen, de pantry’s, de toiletten, de vloerbedekking. Alles werd uit de oceaan opgedregd, meer dan een miljoen brokstukken werden weer in elkaar gezet.’
‘Waarom? Op zeker moment moeten ze tot de conclusie zijn gekomen dat het een mechanisch defect is geweest.’
‘Men wilde daarmee andere theorieën uitsluiten.’
‘Nou, dat is dan niet gelukt.’
Ze reageerde niet op die opmerking en zei, terwijl ze zich die tijd herinnerde: ‘Gedurende pakweg zes maanden stonk het hier naar kerosine, zeewier, dode vis en... wat dan ook.’
Ik was ervan overtuigd dat ze het nog steeds kon ruiken.
Zwijgend stonden we voor het witte, bijna spookachtige verkeersvliegtuig. Ik keek door de open vliegtuigraampjes naar binnen en liet mijn gedachten gaan over de tweehonderddertig passagiers met bestemming Parijs. Ik probeerde me de laatste seconden vóór de explosie voor te stellen, en het moment van de explosie, en die laatste seconden nadat de explosie het toestel in de lucht uit elkaar had gereten. Had iemand die eerste vuurbal overleefd?
‘Er zijn momenten dat ik denk dat we nooit zullen weten hoe dit heeft kunnen gebeuren,’ zei Kate zachtjes. ‘En op andere momenten denk ik dat iets in de openbaarheid zal komen dat een kettingreactie veroorzaakt.’
Ik zweeg.
‘Kijk, eens naar het middengedeelte,’ zei ze. ‘Zie je hoeveel materiaal er verdwenen is? De FBI, de National Transportation Safety Board, Boeing, TWA en externe deskundigen hebben geprobeerd gaten te vinden die het gevolg zijn van een projectiel dat zich naar binnen en vervolgens weer naar buiten boorde, en aanwijzingen die duiden op een ontploffing die niet het gevolg was van een brandstof-luchtexplosie. Ze hebben echter niets kunnen vinden. Dus concludeerden ze dat het geen raketaanval is geweest. Zou jij eveneens tot die conclusie kunnen komen?’
‘Nee. Er is te veel materiaal verdwenen, of het is te verwrongen,’ zei ik. ‘Verder heeft die meneer die ik heb gesproken zelf onderzoek gedaan, zoals je ongetwijfeld weet. Op basis van zijn onwankelbare geloof dat hij een raket heeft gezien, kwam hij tot de conclusie dat het projectiel geen explosieve lading had.’
‘Van een raket is beslist geen sprake,’ klonk een stem achter ons.
Ik draaide me om en zag een man uit de duisternis te voorschijn komen. Hij was gekleed in een kostuum, compleet met stropdas. Resoluut liep hij met grote passen door de hangar het licht in. Hij kwam onze richting uit en zei opnieuw: ‘Van een raket is geen sprake.’
‘Volgens mij zijn we gearresteerd,’ zei ik tegen Kate.
9
Welnu, al snel werd duidelijk dat we niet op heterdaad waren betrapt door de afdeling Telepathie van de FBI.
De man die zich bij ons had gevoegd, heette Sidney R. Siben, een veiligheidsinspecteur, verbonden aan de National Transportation Safety Board. Hij zag er beslist niet uit als iemand die je je rechten voorlas en je in de boeien sloeg, zelfs al zou hij handboeien bij zich hebben.
Sterker nog, van dichtbij in het licht leek hij niet zo jong als ik aanvankelijk had gedacht op het moment dat ik hem met zwierige tred naar voren zag komen. Hij zag er intelligent uit, was goed gekleed en leek misschien zelfs een beetje arrogant, of op z’n minst zelfverzekerd. Precies mijn type.
Kate legde uit dat zij en Sid elkaar tijdens het onderzoek hadden leren kennen.
Was u toevallig in de buurt en nam u de kortste weg door de hangar?’
Met een vragende blik keek hij Kate aan, die zei: ‘Je bent vroeg, Sid. Ik heb nog niet de kans gekregen om aan John te vertellen dat je zou komen.’
‘En de reden van uw komst,’ voegde ik eraan toe.
‘Ik wilde dat jij de officiële versie zou horen van een van de mannen die het definitieve rapport hebben geschreven,’ zei Kate tegen mij. ‘Wilt u horen wat er feitelijk is gebeurd?’ vroeg Sidney aan mij. ‘Of wilt u geloven in de complottheorieën.’
‘Dat is een geladen vraag,’ antwoordde ik.
‘Onzin.’
‘In welk team zit die kerel?’ vroeg ik aan Kate.
Op een gespannen schat-waar-heb-je-het-over-toon antwoordde Kate: ‘Er zijn geen teams, John. Alleen oprechte verschillen van mening. Sid heeft tijd vrijgemaakt om met jou te praten over je zorgen en twijfels.’
De meeste zorgen en twijfels die ik over deze zaak had, waren zeer recent door mevrouw Mayfield hoogstpersoonlijk in mijn gedachtewereld gezaaid. Kennelijk had ze aan meneer Siben verteld dat ik iemand nodig had die mijn gedachtewereld zou zuiveren van twijfels en samenzweringstheorieën. Helaas was ze vergeten om dat tegen mij te zeggen. Maar ik speelde het spelletje mee en zei tegen Sid: ‘Nou ja, weet u, ik heb altijd gedacht dat er problemen waren met de officiële versie. Ik bedoel daarmee te zeggen dat er zeven belangrijke hypothesen bestaan over de oorzaak van deze vliegtuigcrash... een raketaanval, methaangasbellen, dodelijke plasmastralen... en... ga zo maar door. Welnu, Kate gelooft op standvastige wijze in de officiële versie, en ik...’
‘Ik zal u vertellen wat er is voorgevallen, meneer Corey.’
‘Goed.’
Hij wees naar iets dat zich achter in de loods in een hoek bevond. Ik keek in die richting en zag daar een kolossaal limoengroen object op de vloer liggen.
‘Dat is de centrale brandstoftank van een 747,’ deelde meneer Siben mij mee. ‘Niet de tank van dit toestel; die werd naar het laboratorium getransporteerd. We hebben deze genomen om de reconstructie compleet te maken.’
Ik keek naar de brandstoftank. Ik had me voorgesteld dat die ongeveer zo groot zou zijn als de tank van een vrachtwagen. Deze had echter de omvang van een garage.
‘De brokstukken van de geborgen originele brandstoftank,’ vervolgde meneer Siben, ‘zijn naar een laboratorium gebracht waar ze aan een zeer grondig onderzoek werden onderworpen.’ Hij keek me zeer aandachtig aan. ‘Ten eerste zijn er absoluut geen chemische explosievenresiduen aangetroffen, behalve die van de brandstof-lucht-explosie. Volgt u me nog?’
Plichtmatig herhaalde ik: ‘Er zijn absoluut geen chemische explosievenresiduen aangetroffen, behalve die van de brandstof-luchtexplosie.’
‘Juist. Ten tweede zijn er geen aanwijzingen gevonden dat er sprake zou zijn van een explosie door een projectiel dat zich met hoge snelheid in het metaal van de brandstoftank heeft geboord... geen deuken of inkepingen, geen aanwijzingen van wat wij verwrongen of veervormige metaalstructuren noemen. Volgt u mij nog?’
‘Er zijn geen aanwijzingen gevonden...’
‘Ten derde zijn er bij de brandstoftank geen aanwijzingen gevonden dat er sprake zou zijn van doorboring als gevolg van een raket... geen gaten als gevolg van een projectiel dat zich naar binnen en weer naar buiten boorde, wat wij petaling noemen, zoals de bloesemblaadjes van een bloem dat doen. Dat gegeven sluit een raket zonder explosieve lading uit, een kinetische raket.’ Hij keek me aan en zei: ‘Ik heb begrepen dat u gelooft dat het wellicht een kinetische raket is geweest.’
Voordat ik kapitein-ter-zee Spruck had gesproken, had ik zelfs nog nooit van een kinetische raket gehoord. Kate had het script voor vanavond echter al geschreven voordat ik zelfs maar wist dat ik er een rol in speelde. ‘Waar is de originele brandstoftank nu?’ vroeg ik aan meneer Siben.
‘Opgeslagen in het laboratorium in Virginia.’
‘Hoeveel procent van het totale materiaal van de brandstoftank is geborgen?’
Hij keek me aan en antwoordde: ‘Ongeveer negentig procent.’
‘Is het mogelijk, meneer Siben, dat het projectiel zich een weg heeft gebaand door de tien procent die jullie niet hebben geborgen?’
‘Hoe groot is de kans dat dat daadwerkelijk is gebeurd?’
‘Tien procent.’
‘Feitelijk en statistisch gezien is de kans dat twee afzonderlijke gaten, de in- en uitgang, tegenover elkaar liggend en zich niet bevindend in de overige negentig procent van de gereconstrueerde brandstoftank, veel kleiner dan tien procent.’
‘Goed, één procent dan. Dat laat echter nog steeds een mogelijkheid open.’
‘Niet als ik daar mijn gedachten over laat gaan. Goed, we hebben ook gekeken naar bij elkaar passende in- en uitgangsgaten in de romp...’ Hij knikte in de richting van het gereconstrueerde vliegtuig, .. maar vonden geen afzonderlijke gaten met een bloembladstructuur die naar binnen of naar buiten gekeerd was.’
‘Kennelijk zijn de meest essentiële delen van dit vliegtuig zoekgeraakt... de delen waar de explosie heeft plaatsgevonden,’ antwoordde ik.
‘Niet alles. In de romp, zoals u later zult zien als u dat wilt, bevindt zich het gereconstrueerde interieur. De vloeren, de vloerbedekking, de stoelen, de bagagecompartimenten boven de zitplaatsen, het plafond, de toiletten, de pantry’s en de rest. U kunt mij niet wijsmaken dat een kinetische raket door het centrale gedeelte van dit vliegtuig is gegaan zonder verder een spoor achter te laten nadat het zich door het materiaal heeft geboord, om het toestel vervolgens weer te verlaten.’
Natuurlijk had meneer Siben naar alle waarschijnlijkheid gelijk. We hadden hier dus te maken met het klassieke geval van de onweerlegbare ooggetuigenverklaring — die van kapitein-ter-zee Spruck — en het onweerlegbare forensisch bewijs, gerepresenteerd door meneer Siben. De verklaringen spraken elkaar volledig tegen, en om eerlijk te zijn had ik de neiging me aan de zijde van Sidney Siben te scharen.
Vluchtig keek ik naar Kate. Ze leek in gedachten verzonken, of in tweestrijd met zichzelf. Het lag voor de hand dat ze dit al honderd keer had doorgemaakt, maar om de een of andere reden neigde zij er toe in het geheim voor de theorie van de kinetische raket te kiezen.
Ik probeerde me te herinneren wat ik wist over het forensisch bewijsmateriaal, en wat Spruck had gezegd. ‘Hoe zit dat met de klimaatregelingsystemen die zich in de buurt van de centrale brandstoftank bevinden?’ vroeg ik.
‘Wat is daarmee?’
‘Nou ja, waar zijn ze.’
Hij wees rechts van de centrale brandstoftank. ‘Daar. Gereconstrueerd.’
‘En?’
‘Er zijn geen residuen van zeer explosief materiaal aangetroffen, en geen aanwijzingen dat een kinetische raket de systemen heeft doorboord. Wilt u ze gaan bekijken?’
‘Hoeveel van dat materiaal is er zoekgeraakt?’
‘Ook in dit geval ongeveer tien procent.’
‘Nou, meneer Siben, datgene wat niet is gevonden kan een belangrijke aanwijzing bevatten. Als ik een complottheoreticus zou zijn, zou ik nu zeggen dat er wel degelijk iets is aangetroffen dat snel werd weggemoffeld.’
Hij keek geërgerd en zei: ‘Elk onderdeel van dit vliegtuig, zoals geborgen door marineduikers, FBI-duikers, en met behulp van plaatselijke vissersboten en bergingsvaartuigen, is zorgvuldig gecatalogiseerd, gefotografeerd en hier gedeponeerd om verder gerangschikt te worden. Honderden mannen en vrouwen waren bij dit proces betrokken. Niemand, behalve die complottheorie-idioten, heeft gesuggereerd dat er iets zou zijn weggemoffeld. De objecten die naar de forensische laboratoria zijn gebracht, zijn stuk voor stuk verantwoord en in verslagen opgenomen.’ Hij keek me aan en voegde eraan toe. ‘De enige voorwerpen die dat niet zijn, liggen nog op de oceaanbodem. We hebben het over een verbazingwekkend succesvolle bergingsoperatie, waarbij op dieptes tot wel vijfendertig meter is gedregd. Wat nu nog gemist wordt, houdt heus geen verrassingen voor ons in petto.’
‘Als dit een onderzoek naar moord zou zijn geweest, zou de lijkschouwer zo zijn twijfels hebben gehad om dit een ongeluk te noemen en een misdaad uit te sluiten.’
‘Is dat zo?’
‘Ja, dat is zo.’
‘Wat zou u dan willen weten?’
‘Ik zou willen weten waarom u denkt dat het een ongeluk was en geen misdaad. Het gebrek aan aanwijzingen betreffende een misdaad bewijst niet dat het een ongeluk was. Hebt u bewijzen dat het een ongeluk is geweest?’
‘Geen ander bewijs dan het feit dat de explosie plaatsvond toen de omstandigheden zodanig waren dat een onvoorziene explosie het meest waarschijnlijk was... in een lege centrale brandstoftank, gevuld met licht ontvlambare brandstofdampen. Als u van analogieën houdt, zou u zich een huis kunnen voorstellen dat in brand vliegt. Was het brandstichting of een ongeluk? Brandstichting komt zelden voor, maar ongelukken voortdurend. De brandweercommandant komt er zeer snel achter dat de brand in de kelder is ontstaan. Hij gaat meteen naar de ruimte waar zich de verwarmingsketel, de airconditioning, de meterkast of opgeslagen brandbare stoffen bevinden. Hij gaat heus niet op zoek naar een molotovcocktail die door een raam naar binnen is gegooid. Hij richt zijn onderzoek op de meest voor de hand liggende oorzaak, gebaseerd op de wijze waarop de brand zich heeft ontwikkeld, op zijn jarenlange ervaring en vanwege het overweldigende feit dat ongelukken naar alle waarschijnlijkheid gebeuren op een manier en op een plaats zoals en waar dat meestal het geval is.’
Hij keek me aan alsof hij dacht dat ik om het te begrijpen misschien nóg een analogie nodig had. In mijn geval was dat niet zo, maar ik had er zelf ook een. ‘De veilige buurt is veranderd, meneer Siben. Het is nu een gevaarlijke buurt geworden, en het feit dat er molotovcocktails door de ramen naar binnen worden gegooid, is inmiddels geen zeldzaamheid meer.’
‘U als opsporingsambtenaar bent op zoek naar strafbare feiten, en u verwacht die ook te vinden,’ zei hij. ‘Ik als veiligheidsinspecteur ben op zoek naar een veiligheidsprobleem... en ik verwacht dat ook te vinden, zoals ik dat altijd heb gevonden... of een fout van de piloot als oorzaak van een vliegtuigongeluk. Ik ben me zeer zeker bewust van de mogelijkheid dat er kwade opzet in het spel is. Maar er zijn honderden mensen van de technische recherche op deze zaak gezet en niemand heeft ook maar één concrete forensische of zelfs maar een indirecte aanwijzing gevonden dat er sprake zou zijn geweest van een misdaad... geen vijandige raketaanval, geen raket van het Amerikaanse leger die per ongeluk koers heeft gezet naar het toestel, en er was evenmin een bom aan boord. Mijn vraag is dus waarom er nog steeds mensen zijn die geloven dat het allesbehalve een ongeluk is geweest. En wie zou zoiets sinisters in de doofpot willen stoppen? En waarom? Dat is wat ik maar niet kan begrijpen.’
‘Ik evenmin.’ In feite hoor je je tijdens een rechercheonderzoek altijd af te vragen waarom iets is gebeurd. Als het een terroristische aanval was geweest, zouden we ook meteen weten waarom die had plaatsgevonden — ze haten ons. Maar waarom zou de regering een terroristische aanval in de doofpot willen stoppen?
Maar als er per ongeluk een raket op een Amerikaans verkeersvliegtuig was afgevuurd, dan zou ik me kunnen voorstellen waarom de heren die daar verantwoordelijk voor waren dat in de doofpot wilden stoppen. Maar zoals kapitein-ter-zee Spruck zei is er praktisch niemand binnen de hiërarchische commandostructuur of binnen de overheid die zou willen meewerken, of daartoe in staat zou zijn, om zoiets met een ramp van deze omvang te doen.
Kate, die al een hele tijd niets had gezegd, zei tegen meneer Siben: ‘Het schijnt dat John graag zou willen weten hoe het heeft kunnen gebeuren dat de centrale brandstoftank per ongeluk is geëxplodeerd.’
Meneer Siben knikte en keek naar het vliegtuig, vervolgens naar de limoenkleurige brandstoftank en zei tegen mij: ‘Ten eerste hebben we te maken met een praktisch lege centrale brandstoftank, waarin nog maar ruim tweehonderd liter vliegtuigbrandstof op de bodem ligt te klotsen op een plaats waar de reinigingspomp niet bij kan. Verder zijn er de vluchtige brandstofdampen in die tank.’
‘Pardon. Waarom was de brandstoftank leeg?’
‘Omdat er voor die vlucht geen extra brandstof nodig was. De vleugeltanks worden het eerst gevuld, de centrale tank alleen als dat nodig is. Deze vlucht naar Parijs had een lichte lading; passagiers en wat vracht. Bovendien bleek de weersverwachting goed en was er sprake van staartwind. Het mag ironisch worden genoemd dat als het toestel een zwaardere lading... passagiers en vracht... had gehad, en/of er slecht weer of tegenwind was voorspeld, die tank dan met jet-A brandstof gevuld zou zijn, die in feite niet zo snel ontbrand. Brandstofdamp is daarentegen zeer ontvlambaar. Alleen dat feit al past in het scenario van een elektrische kortsluiting die de brandstofdamp heeft laten exploderen op een wijze die door de forensische aanwijzingen sterk wordt gesuggereerd.’
‘Over wat voor kortsluiting hebben we het? Moet ik met andere woorden mijn vlucht naar Bermuda afzeggen?’
Meneer Siben glimlachte niet om mijn stomme grapje. Hij zei: ‘Er zijn vier plausibele en in feite bewezen scenario’s. Het eerste betreft een kortsluiting in de elektrische bedrading van of in de motor van de reinigingspomp. De tweede betreft het feit dat er altijd sprake van statische elektriciteit is. Ten derde hebben we te maken met de elektronische brandstofmeters. En het vierde punt wordt gevormd door de elektrische leidingen van de tank zelf. In en om die grote tank daar is het met andere woorden vergeven van elektriciteit. Indien de brandstoftank was gevuld, zou een vonk de kerosine niet kunnen laten exploderen. Kerosinedamp is echter een ander verhaal.’
‘Daar blijft u maar op hameren.’
‘Dat zal ik inderdaad blijven doen. We hebben het over natuurwetten, meneer Corey, en die kunnen niet door theorieën van tafel worden geveegd.’
‘Ja, maar we weten dat niet honderd procent zeker...’
‘Inderdaad, daar hebt u gelijk in. Maar we denken dat een gerafelde elektriciteitskabel ergens kortsluiting heeft veroorzaakt, binnen of buiten de brandstoftank, en dat een elektrische stroomstoot een vlamboog... een vonk... heeft veroorzaakt. En wat begon als een vergezochte mogelijkheid werd werkelijkheid, namelijk een kortsluiting met als gevolg daarvan een vonk op een plaats waar dat catastrofale gevolgen kon hebben. Het is al twee keer eerder gebeurd bij een Boeing; een keer op de grond, waardoor we precies konden zien wat er gebeurde. In dit geval...’ hij keek naar de 747, ‘... zijn die dampen geëxplodeerd toen het vliegtuig was opgestegen. Een explosie die al dan niet als zodanig catastrofaal geweest zou kunnen zijn, maar die er in dit geval door de hitte en de zijwaartse kracht ervan wel voor gezorgd heeft dat de kerosine in de linkervleugeltank ontbrandde, met als gevolg een explosie, waardoor een gecontroleerde vlucht niet langer mogelijk was.’
‘Leidt u dat alles af van... dat?’ Ik wees naar de 747.
‘Absoluut. Toen we eenmaal te weten waren gekomen dat de eerste explosie in de lege centrale brandstoftank had plaatsgevonden, lagen alle aanwijzingen er. Ook enige informatie van ooggetuigen heeft ons tot die conclusie geleid: sommigen van hen zagen eerst een kleine explosie, gevolgd door een enorme vuurbal,’ voegde hij eraan toe. ‘De kracht van de explosie veroorzaakte een schokgolf die het voorste gedeelte van het toestel van de hoofdromp scheidde. Ook dat werd door mensen op de grond gezien.’
Ik vond het interessant dat de ooggetuigen die hadden waargenomen dat het vliegtuig in de lucht uit elkaar viel, wat als zodanig moeilijk te bevatten zou zijn geweest, werden aangehaald ter ondersteuning van hypothese A, terwijl veel van dezelfde getuigen die onmiskenbaar een lichtstreep hadden gezien niet serieus werden genomen. Maar aangezien meneer Siben kostbare tijd had vrijgemaakt om mij alles uit te leggen, wilde ik dit punt niet te berde brengen.
Ik keek naar Kate. ‘Neem jij dit voor waar aan?’ vroeg ik aan haar. Ze aarzelde en antwoordde vervolgens: ‘Ja... tot op zekere hoogte. Maar zoals Sid je kan vertellen zijn er grondtests uitgevoerd op een oude 747 in een poging deze reeks voorvallen in een brandstoftank na te bootsen. Ze konden echter geen explosie bewerkstelligen.’
Ik keek Sid aan en zei: ‘Waarom is dat niet gelukt?’
Meneer Siben antwoordde zonder ook maar een fractie van een seconde te aarzelen. ‘Je kunt op de grond onmogelijk omstandigheden nabootsen die feitelijk plaatsvonden op vierduizend meter hoogte in een vliegtuig dat zich met grote snelheid door de lucht bewoog. Het was een belachelijke test.’
‘Als er wel een explosie zou zijn geweest, had u die test dan nog steeds belachelijk gevonden?’
‘Ja.’
Die kerel was niet aan het wankelen te krijgen. Ik zou willen dat ik in de periode dat ik diender was zulke getuigen in de getuigenbank had zitten. Ik dacht aan kapitein-ter-zee Spruck en vroeg: ‘Als een kinetische raket het vliegtuig vanaf de onderzijde had doorboord, en vervolgens de airconditioningsystemen, en de elektrische bedrading in en om de brandstoftank had beschadigd, zou dat dan als resultaat kunnen hebben dat de kerosinedamp in de centrale brandstoftank was geëxplodeerd?’
Hij zweeg even. Vervolgens zei hij: ‘Dat is mogelijk. Maar er zijn geen aanwijzingen dat zoiets is gebeurd.’
‘Zijn er sporen aangetroffen van een kortsluiting?’
‘Een kortsluiting laat na een explosie in de lucht boven water weinig sporen achter. Een raketinslag zou daarentegen veel meer sporen achterlaten. Sporen die je moeilijk over het hoofd kunt zien.’
‘Dat begrijp ik. In feite is het gebrek aan bewijs van wat dan ook het enige bewijs dat de officiële oorzaak van de crash staaft.’
‘Ik neem aan dat u dat zo zou kunnen stellen.’
‘Dat heb ik ook gedaan.’
‘Luister, meneer Corey, ik zal u openhartig en botweg vertellen dat ik graag aanwijzingen zou hebben gezien dat er een bom of een raket in het spel is geweest. En dat geldt ook voor Boeing, TWA en de verzekeringsmaatschappijen. Weet u waarom? Een mechanisch defect suggereert dat mensen hun werk niet naar behoren hebben uitgevoerd. En dat de Federal Aviation Administration niet boven op dit potentiële probleem heeft gezeten. En dat de veiligheidsinspecteurs van Boeing dit hadden moeten voorzien. En dat TWA meer en beter onderhoudsbeleid op dit potentiële probleem had moeten zetten.’ Hij keek me strak aan en zei: ‘In de donkere krochten van ons hart zouden we allemaal heel graag willen dat het een raket was geweest, omdat in dat geval niemand de luchtvaartindustrie de schuld kan geven van het feit dat een van haar toestellen met een raket is neergehaald.’
We bleven elkaar nog enkele seconden aankijken. Uiteindelijk knikte ik en herinnerde me dat ik vijf jaar geleden tot dezelfde conclusie was gekomen. Ik zou eraan kunnen toevoegen dat mensen die vaak met het vliegtuig reizen liever de kans van één op oneindig lopen om geraakt te worden door een raket, dan dat ze zich zorgen moeten maken over een inherent veiligheidsprobleem met een vliegtuig. En om eerlijk te zijn zou ik ook graag willen dat het een raket was geweest.
Meneer Siben zei: ‘Vliegtuigen vallen niet zomaar uit de lucht. Er moet een duidelijke oorzaak zijn, en er zijn vier mogelijke oorzaken als het gaat om een vliegtuigcrash...’ Hij begon een opsomming te geven en gebruikte daarvoor zijn vingers. ‘Ten eerste kan het zijn dat de piloot een verkeerde beslissing heeft genomen, wat niet overeenkomt met een explosie in de lucht en waarover op de vluchtrecorder of cockpitrecorder geen gegevens zijn terug te vinden die daarop duiden. Ten tweede zou de natuur een rol gespeeld kunnen hebben... bliksem of andere negatieve weersomstandigheden, maar die avond was daar geen sprake van. Of een object dat met hoge snelheid het toestel doorboorde, en daar bedoel ik een meteoriet mee; het blijft een vergezochte mogelijkheid, wat ook geldt voor ruimteschroot, ofwel delen van een satelliet of een boosterraket. Dit is mogelijk, maar er zijn geen sporen gevonden van iets dat het toestel heeft geraakt. Ten derde is er de vijandelijke aanval...’ Hij was nu bij zijn middelvinger aanbeland, en als ik een gevoelig persoon zou zijn geweest, zou ik kunnen denken dat hij daarmee bedoelde dat ik naar de pomp kon lopen met mijn verhaal over een raket.
‘De vierde mogelijkheid betreft een mechanisch defect,’ vervolgde hij. Hij keek me aan en zei: ‘Ik durf mijn hele beroepsmatige reputatie eronder te verwedden dat het een mechanisch defect is geweest. En dat is het geval, geloof me maar. Als u denkt dat het een raketaanval was, zou ik graag de sporen daarvan willen zien.’
‘Hebt u ooit een ooggetuige gesproken?’
‘Nee.’
‘Dat zou u eigenlijk eens moeten doen.’
Hij negeerde mijn raad en zei tegen me: ‘Ik zal u nog iets anders vertellen dat niet overeenkomt met een raketaanval. Nu we toch aan het theoretiseren zijn, zou je je kunnen afvragen waarom een terrorist een vliegtuig zo ver van de luchthaven naar beneden zou willen halen. Een eenvoudig te gebruiken en gemakkelijk te verkrijgen, vanaf de schouder af te vuren hittezoekende raket... in het leger noemt men zo’n ding een fire-and-forget missile... zou dit toestel binnen een afstand van vijf kilometer van het vliegveld uit de lucht kunnen halen. Om dit toestel op vierduizend meter hoogte en op twaalf kilometer uit de kust te vernietigen heb je een zeer geperfectioneerd, gebruikers-onvriendelijk en vrijwel onmogelijk te verkrijgen infrarood- of radargeleid grond-luchtwapen of lucht-luchtwapen nodig. Is dat juist?’
‘Dat is juist.’
‘Voilà, pak aan.’
‘Hebbes.’
‘Ik heb een exemplaar van het officiële definitieve rapport over die zaak,’ zei Kate tegen me. ‘Als je wilt kun je dat lezen.’
En meneer Siben zei vervolgens: ‘Blijf uit de buurt van de idioten die zich in hun boeken en video’s bezighouden met complottheorieën, en die op het internet hun waanzin daarover ventileren.’
Het werd tijd om meneer Siben in een rustiger vaarwater te krijgen. ‘Nou, ik heb nooit iets gelezen of gezien over complottheorieën, en ik ben ook niet van plan om daar verandering in te brengen,’ zei ik. ‘En uw rapport, dat ongetwijfeld goed doorwrocht en overtuigend is, zal ik waarschijnlijk evenmin gaan lezen. Sterker nog, ik heb alleen op bescheiden... en zoals blijkt ben ik slecht ingelicht... wijze mijn mening gegeven aan mevrouw Mayfield, mijn echtgenote en superieur, waardoor ze zich beroepsmatig en persoonlijk zorgen ging maken. Vandaar dat ik me vanavond hier bevind. En dat geldt ook voor u. Bedankt, meneer Siben, dat u de tijd hebt genomen om me bij te praten. Ik weet zeker dat u zulke gesprekken inmiddels vervelend bent gaan vinden. Naar mijn mening hebt u, en verder iedereen die met deze zaak bezig is geweest, uitstekend werk afgeleverd en bent u tot de juiste conclusie gekomen.’
Hij keek me een moment lang aan en vroeg zich volgens mij ongetwijfeld af of ik hem voor de gek hield. Vluchtig keek hij naar Kate, die geruststellend naar hem knikte.
Ik stak mijn hand uit naar meneer Siben, waarna hij mij een ferme handdruk gaf. Ook gaf hij een hand aan Kate, die hem bedankte, waarna hij zich omdraaide en de duisternis inliep.
Vervolgens hield hij prompt zijn pas in, draaide zich om en liep terug het licht in. Ik dacht dat hij zou gaan zeggen: ‘Nog een prettige avond, mevrouw Calabash, waar u ook mag zijn.’ Maar in plaats daarvan riep hij naar me: ‘Meneer Corey. Kunt u die lichtstreep verklaren?’
‘Nee,’ antwoordde ik. ‘U wel?’
‘Optische illusie.’
‘Zo is het.’
Hij draaide zich om en verdween in de schaduw. Toen hij bij de deur was gearriveerd, klonk zijn stem door de verstilde vliegtuigloods. Hij zei: ‘Nee, zo is het niet. Verdomme.’
10
Kate en ik stonden in de verstilde hangar terwijl de afscheidswoorden van meneer Siben nog steeds in mijn hoofd echoden. Want laten we wel wezen, die kerel had me half overtuigd. En bij zijn afscheid liet hij opeens een gedachtescheet, waardoor ik weer bij af was aanbeland.
Kate liep in de richting van het vliegtuig en zei: ‘Kom, we gaan het interieur bekijken.’
De gereconstrueerde 747 rustte op een houten onderstel. Op verschillende plaatsen waren traptreden gemaakt die naar de open deuren van de romp leidden. Ik volgde haar over een aantal treden naar boven, naar het achterste passagierscompartiment.
Kate zei: ‘Het interieur in de romp werd gereconstrueerd als onderzoeksinstrument om de schade aan de romp te vergelijken met die aan het interieur.’
Ik keek door het passagiersgedeelte naar voren, waar het voorste gedeelte van de romp en de cockpit zich hadden moeten bevinden. De cockpit lag echter in een ander gedeelte van de hangar, waardoor er een reusachtige opening was ontstaan waardoor ik de wand van het achterste gedeelte van de vliegtuigloods kon zien.
Ik realiseerde me dat op het moment van de scheuring de passagiers de cockpit hadden zien wegvallen, waardoor ze pal voor hen de lucht konden zien, en dat ze de huilende wind hoorden die het passagiersgedeelte even later uit elkaar had gereten.
En in de cockpit die naar beneden suisde zaten de gezagvoerder, de tweede piloot en de boordwerktuigkundige achter het instrumentarium van een vliegtuig dat niet langer aan de romp vastzat. Wat hadden ze op dat moment gedacht? Wat deden ze? Ik merkte dat mijn hart er sneller van ging kloppen.
De eigenlijke romp van de enorme 747 was een nachtmerrieachtige kopie van het interieur van een verkeersvliegtuig — gescheurde plafonds en lampen, zwevend opgehangen bagagecompartimenten, open vliegtuigraampjes, in elkaar gezette scheidingswanden, verwrongen toiletten en pantry’s, gescheurde en verbrande scheidingsgordijnen, rijen gescheurde en scheve stoelen, vloerbedekking waarvan de lappen op de bodem aan elkaar waren gelegd. Alles werd op zijn plaats gehouden door een geraamte van houten balken en grof draadgaas. Nog steeds hing er vaag een geur van iets heel onaangenaams in de lucht.
Zachtjes zei Kate: ‘Nadat de brokstukken uit de oceaan waren gehaald, hadden mensen van Boeing en de NTSB de leiding over de reconstructiewerkzaamheden. Onder de mensen die vrijwillig het feitelijke werk uitvoerden, waren piloten, pursers en boordwerktuigkundigen... allemaal mensen uit de luchtvaartwereld die gedetailleerde kennis bezaten van het interieur van een Boeing 747. Aangezien elk deel van het vliegtuig van een serienummer was voorzien, was de reconstructie geen onmogelijke taak, hoe moeilijk het verder ook was.’
‘Ze hebben veel geduld nodig gehad,’ gaf ik als commentaar.
‘En veel toewijding, en veel liefde. Ongeveer veertig passagiers waren personeelsleden van TWA.’
Ik knikte.
Ze vervolgde: ‘Aan de hand van de kaart waarop de zitplaatsenverdeling was aangegeven, kregen we een goede indruk waar elke passagier zat. Met gebruikmaking van die kaart maakten de pathologen een computerdatabase en gedigitaliseerde foto’s, en ze vergeleken de verwondingen van de afzonderlijke passagiers met de beschadigingen aan hun stoelen. Ze probeerden daarbij vast te stellen of die verwondingen en de schade aan de stoelen overeenkwamen met de schade die een bom of een projectiel zou kunnen aanrichten.’
‘Verbazingwekkend.’
‘Dat mag je wel stellen. Niemand kan aanmerkingen maken op het werk van welke groep dan ook die aan dit project heeft meegewerkt. Dit oversteeg een gewoon onderzoek. Er werd pionierswerk verricht en er kwam een boek uit over onderzoek naar vliegtuigongelukken. Dat was het enige positieve dat uit deze tragedie te voorschijn kwam. Er werden geen concrete bewijzen gevonden,’ voegde ze eraan toe. ‘Maar er werd wel veel uitgesloten; het belangrijkste was dat ze aan boord geen explosievenresiduen aantroffen.’
‘Ik dacht dat ze chemische sporen hadden gevonden van een explosieve substantie. Ik herinner me dat daarover veel beroering is ontstaan.’
‘Er werden enkele valse sporen aangetroffen,’ antwoordde Kate. ‘Zoals de lijm die gebruikt werd voor de stoelbekleding en de vloerbedekking. In chemisch opzicht leek deze substantie sterk op die van een bepaald soort kneedbom. Ook vonden ze enkele echte sporen in het passagiersgedeelte, maar later bleek dat dit vliegtuig een maand voor de crash in St.-Louis is gebruikt om honden te trainen bij het opsporen van explosieven.’
‘Weten we dat zeker?’
‘Ja. De hondentrainer werd ondervraagd door de FBI. Hij verklaarde dat er misschien wat sporen van semtex waren achtergebleven.’ We liepen door het rechtergangpad, tussen de verwrongen en gescheurde stoelen door. Op enkele van die stoelen waren vlekken te zien waarover ik eigenlijk niets wilde weten. Bovendien lagen op sommige stoelen anjers en rozen. Kate zei: ‘Sommige mensen die jij tijdens de herdenkingsdienst hebt gezien zijn hier vanmorgen geweest om dicht bij de laatste plaats te zijn waar hun geliefden hebben gezeten... Ik ben tijdens een van die gelegenheden, enkele jaren geleden, hier geweest... en de mensen knielden naast de stoelen en praatten tegen...’
Ik legde mijn hand op haar schouder. Zwijgend bleven we zo even staan, waarna we verder liepen door het gangpad.
In het midden van het passagiersgedeelte hielden we onze pas in, precies boven de centrale brandstoftank, tussen de gedeelten waar de vleugels zich hoorden te bevinden. Het rompmateriaal rondom dit middengedeelte onder de geëxplodeerde brandstoftank was zeer beschadigd. Toch waren alle stoelen geborgen, net als het grootste gedeelte van de vloerbedekking.
Kate zei: ‘Als een raket, al dan niet met een explosieve lading, zich door dit gedeelte had geboord, zou je daar toch sporen van moeten aantreffen. Die zijn echter niet gevonden. Niet in het passagiersgedeelte, noch in het rompmateriaal en al evenmin in de centrale brandstoftank of in de klimaatregelingsystemen onder de brandstoftank.’
Ik keek naar de vloer en vervolgens naar de stoelen, het plafond en de zwevend opgehangen bagagecompartimenten. ‘Toch zijn veel brokstukken niet geborgen,’ zei ik.
‘Dat is zo... maar je zou toch denken dat die raket waar Spruck het over had sporen zou hebben achtergelaten toen dat projectiel zich dwars door al dat materiaal boorde.’ Kalm keek ze om zich heen naar de verwrongen resten van het interieur in het passagiersgedeelte en zei: ‘Maar het is theoretisch mogelijk dat die raket dwars door alles heen ging, waarna alle sporen tijdens de explosie en daaropvolgende vrije val van vierduizend meter werden vernietigd.’ Ze keek me aan.
Ik dacht een moment na en zei: ‘Daarom zijn we hier.’
We liepen naar de voorkant van het passagiersgedeelte en arriveerden bij de eerste klas, waar de stoelen breder waren. Het vliegtuig was hier doormidden gebroken, halverwege het voorste gedeelte, dwars door het upper deck-gedeelte dat zich erboven bevond. Een verwrongen wenteltrap, omgeven door versplinterde scheidingswanden, voerde naar dat bovendek.
Kate zweeg even en zei vervolgens: ‘De TWA 800, met bestemming luchthaven Charles de Gaulle in Parijs, had Kennedy Airport tien minuten daarvoor verlaten, klom naar een hoogte van elfduizend voet en bevond zich op ongeveer twaalf kilometer van de zuidkust van Long Island. De snelheid was ongeveer zeshonderdvijftig kilometer per uur.’
Ze haalde diep adem. ‘We weten dat van de passagiers die nog steeds in hun stoel en in de veiligheidsgordel zaten er minstens twaalf van stoel zijn verwisseld.., het gebruikelijke gedrang bij het begin van een nachtvlucht naar lege middenrijen waar ze hun benen konden strekken.’
Ik draaide me om en keek naar de stoelrijer van de tweede klasse. Op de avond van 17 juli 1996 was van dit vliegtuig maar ongeveer de helft van alle stoelen bezet, een geluk bij een ongeluk. Er zouden dus genoeg rijen zijn, met aan weerszijde drie aaneengeschakelde stoelen, die onbezet waren. Vanavond waren ze allemaal onbezet.
‘De piloot, gezagvoerder Ralph Kevorkian,’ vervolgde ze, ‘had het boordpersoneel toestemming gegeven uit hun stoel te komen, net vóór de explosie. We mogen aannemen dat iedereen daar gehoor aan had gegeven en bezig was met het voorbereiden van de cateringservice.’ Vluchtig keek ze naar de nabijgelegen pantry en zei: ‘De duikers troffen een koffiezetapparaat uit dit gedeelte aan waarvan de knop was omgezet.’
Ik zweeg.
Kate vervolgde: ‘Om achtentwintig minuten over acht is op de cockpitvoicerecorder te horen dat gezagvoerder Kevorkian zei: “Kijk eens hoe raar die brandstoftoevoermeter van nummer vier doet.” Met nummer vier bedoelde hij straalmotor nummer vier. Vervolgens zei hij opnieuw: “Zie je hoe raar die brandstoftoevoermeter doet?” Noch de tweede piloot noch de boordwerktuigkundige reageerde daarop. Om dertig minuten over acht gaf de verkeersleiding van Boston de TWA 800 toestemming om naar vijftienduizend voet te klimmen. De tweede piloot, kapitein Steven Snyder, bevestigde het radiobericht. Gezagvoerder Kevorkian zei toen: “Klimvermogen voor vijftienduizend voet.” De boordwerktuigkundige Oliver Krick zei: “Vermogen gestabiliseerd.” Dat waren de laatste op band vastgelegde woorden. Om eenendertig minuten en twaalf seconden over acht bereikte dit vliegtuig een hoogte van 13.760 voet... en explodeerde het.’
Ik zweeg even, waarna ik vroeg: Wat heeft die zogenoemde rare brandstoftoevoermeter te betekenen?’
Ze haalde haar schouders op. ‘Geen idee. Volgens de meeste piloten betrof het een tijdelijke storing in een van de cockpitinstrumenten. Het zou echter ook kunnen duiden op een ernstig mechanisch defect.’
Ze vervolgde: ‘De piloot van een klein forensenvliegtuig bevond zich op ongeveer zestienduizend voet hoogte en zag dat de TWA 800 zijn kant uit vloog, ongeveer veertig kilometer van hem vandaan. Volgens hem voerde de 747 nog steeds de startlichten, hoewel die op een hoogte van tienduizend voet allang gedoofd hadden moeten zijn. Volgens hem scheen dat licht ook feller dan eigenlijk zou moeten. Opeens realiseerde hij zich dat het geen startlicht was, maar dat dat licht zich dicht bij straalmotor nummer twee van de 747 bevond, en hij dacht dat die misschien in brand stond. Hij liet zijn eigen lichten knipperen om de bemanning van de 747 daarop attent te maken. Op dat moment veranderde het verkeersvliegtuig in een vuurbal.’
Ik dacht een moment na. ‘Dat klinkt of het toch een mechanisch defect betrof.’
Kate knikte. ‘In hetzelfde tijdsbestek keek een passagier van een jet van USAir door zijn raampje en zag iets dat leek op een lichtkogel die snel hoogte won. Ongeveer tien seconden later zag dezelfde passagier een kleine explosie op de plaats waar hij die lichtkogel voor het laatst had gezien, waarna een seconde later een gigantische explosie volgde.’
‘Dat doet denken aan een raket,’ merkte ik op.
Ze knikte weer. ‘Die passagier was een technicus op het gebied van elektronische oorlogvoering bij de Amerikaanse marine.’
Ik herinnerde me dat kapitein-ter-zee Spruck het over hem had gehad.
Kate zei: ‘Nog een waarneming vanuit de lucht... twee helikopterpiloten van de Air National Guard voerden een routinetrainingsvlucht uit. Ze vlogen boven de oceaan, in noordelijke richting, en gingen terug naar hun basis op Long Island. Het schijnt dat deze mannen het dichtst bij de explosie zijn geweest, op ongeveer elf kilometer afstand en enkele honderden meters lager dan de 747. Ze vlogen in de richting van het verkeersvliegtuig. Volgens de piloot zag hij een lichtstreep die op een lichtkogel leek, roodoranje licht, klimmend van west naar oost, en in dezelfde richting waarin de 747 vloog. Zijn copiloot bevestigde deze waarneming. Sterker nog, hij riep over de intercom naar zijn boordwerktuigkundige: “Hé, wat doet dat vuurwerk daar?” Een seconde later zagen beide piloten een kleine geelachtig-witte explosie, gevolgd door een tweede, bijna zuiver witte ontploffing. Volgens hun rapportage namen ze daarna de derde explosie waar, die kolossale vuurbal. Nu hebben we dus te maken met drie explosies, in plaats van twee, zoals gerapporteerd door de meeste ooggetuigen. Maar zoals ik al zei waren zij er het dichtst bij. Bovendien waren het ervaren piloten die hoorden te weten wat ze precies zagen.’
‘Is die helikopter naar het crashgebied gevlogen?’ vroeg ik.
‘Ja, deze piloten waren de eersten die in het gebied arriveerden. Ze cirkelden om de brokstukken heen, maar zagen geen tekenen die erop duidden dat er overlevenden waren. Deze twee piloten herriepen later hun eerste rapport over die lichtstreep. Later hield de eerste vlieger, nadat hij de Air National Guard had verlaten en met pensioen was gegaan, zich weer bij zijn oorspronkelijke verhaal.’
Ik knikte. Het had er alle schijn van dat iemand die twee pikten van de Air National Guard onder druk had gezet om hun oorspronkelijke ooggetuigenverslag te veranderen.
Kate keek naar de driedimensionale legpuzzel die eens een Boeing 747 was geweest, en zei: ‘Samengevat veroorzaakte iets om eenendertig minuten en twaalf seconden over acht, bijna twaalf minuten na de start, een explosie in de centrale brandstoftank, een ontbranding van kerosinedampen. De tank ontplofte en door de kracht van die explosie scheurde de cockpit en de helft van het eerste-klascompartiment van de rest van de romp... waar we nu staan... waarna de cockpit naar beneden in de oceaan viel.’
Ik staarde naar de gapende opening waar de cockpit zich hoorde te bevinden. Er liep een koude rilling over mijn rug.
Kate zei: ‘Toen het gewicht van de cockpit verdwenen was, verschoof het zwaartepunt waardoor het staartgedeelte van het toestel naar beneden zakte. De motoren hadden nog vermogen, waardoor het onthoofde verkeersvliegtuig nog eens ongeveer vierduizend voet hoger klom, waarna de romp om zijn as begon te draaien en naar beneden viel, de vleugeltanks scheurden en de brandstof explodeerde. Dat was de gigantische vuurbal die door ruim zeshonderd mensen werd waargenomen.’ Ze zweeg even, waarna ze vervolgde: ‘De opeenvolging van gebeurtenissen is grotendeels gebaseerd op forensisch bewijsmateriaal en enkele satelliet- en radargegevens. Dit alles strookt echter niet helemaal met datgene wat de ooggetuigen hebben gezien, en al evenmin helemaal met de animatiefilm van de CIA.’
‘En de vluchtrecorder?’
‘Die hield op te functioneren op het moment van de eerste explosie, toen de cockpit van de vliegtuigromp scheurde. In feite hebben we drie feitenreeksen,’ vervolgde ze, ‘die echter niet helemaal sluitend zijn. Op de animatiefilm van de CIA is te zien dat hetgeen de ooggetuigen zagen... die lichtstreep... in feite de brandende romp was die na de explosie verder de hoogte inging. Maar forensisch materiaal en satellietgegevens duiden erop dat de romp pas begon te branden toen die naar beneden viel. En wat die stroom brandende kerosine betreft, zoals gesuggereerd door de CIA, waarbij gezegd werd dat die eveneens per vergissing werd aangezien voor een lichtstreep, mogen we wel stellen dat dat schromelijk overdreven is. Met andere woorden, wat hebben de ooggetuigen dan gezien waarbij ze per vergissing aannamen dat het een lichtstreep was? Het brandende vliegtuig dat hoogte won of de stroom kerosine die naar beneden viel?’ Ze keek me aan. ‘Of geen van beide?’
‘Soms kun je ook te veel getuigen hebben,’ zei ik. ‘Enkele tientallen mensen hebben gezien hoe rabbi Meir Kahane tussen het publiek werd neergeschoten, maar nadat de strafpleiters klaar waren met hun ooggetuigenverslagen bleek niet één persoon hetzelfde te hebben waargenomen, waardoor in die moordzaak de in verwarring geraakte juryleden de schutter vrijspraak verleenden. En vergeet de moord op JFK niet.’
Ze dacht even na waarna ze in mijn herinnering bracht: ‘Jij krijgt graag forensisch bewijsmateriaal onder ogen. Sidney heeft jou die gegeven. Ben je ermee in je schik?’
‘Forensisch bewijsmateriaal is het beste, maar het moet wel op één lijn liggen met andere feiten.’
We liepen via het linkergangpad terug naar het achterste gedeelte van het vliegtuig. Ik nam de houten traptreden naar beneden en wilde dit vliegtuig uit. Er hing niet alleen een enge, maar ook verschrikkelijk trieste sfeer.
Kate volgde me. We verlieten de hangar en liepen de koele nachtlucht in. Ik voelde me meteen een stuk beter. Nadat ik in de Jeep was gestapt, met Kate naast me, startte ik de motor, deed de lichten aan en reed terug naar de poort.
Terwijl ik daarmee bezig was, vroeg ik: ‘Wat had de CIA met deze zaak te maken?’
‘Aanvankelijk, toen de bommen- of rakettentheorie actueel was, zat die organisatie er bovenop en zocht naar buitenlandse terroristen.’
‘Buitenlandse terroristen, als ze zich in de Verenigde Staten ophouden, vallen onder jurisdictie van de FBI,’ bracht ik te berde.
‘Dat is zo. Maar zoals je weet zitten er in onze organisatie CIA-agenten. Je zult je Ted Nash nog wel herinneren.’
‘Ik herinner me Ted Nash. Ik herinner me bovendien dat je met hem enkele keren uit eten bent gegaan.’
‘Eén keer.’
‘Hoe dan ook. Waarom heeft hij kapitein-ter-zee Spruck ondervraagd?’
‘Dat weet ik niet. Nogal ongewoon, dat is waar.’
‘Wat heeft Ted jou verteld tijdens dat etentje?’
‘John, raak nou niet geobsedeerd door die ene keer dat ik met Ted Nash uit eten ben geweest. We koesterden heus geen romantische gevoelens voor elkaar.’
‘Het maakt mij ook niet uit als dat wel het geval zou zijn geweest. Hij is namelijk dood.’
Ze ging verder met het oorspronkelijke gespreksonderwerp en zei: ‘Nadat de FBI en de NTSB tot de conclusie waren gekomen dat het een ongeluk was, had de CIA uit beeld moeten verdwijnen. Maar dat gebeurde niet echt, en het was de CIA die de videoanimatie maakte, zoals vertoond op de televisie. Volgens onofficiële berichten wilde de FBI niet geassocieerd worden met die animatiefilm.’
‘Waarom niet?’
‘Ik neem aan dat de aard van die film te speculatief was. Het zou meer vragen opwerpen dan wat anders. Bovendien werden veel ooggetuigen kwaad. Ze zeiden dat de animatiefilm absoluut niet overeenkwam met wat zij hadden gezien. De hele zaak kwam weer in beroering.’
We passeerden de ingangspoort. Kate loodste me naar de Long Is-land Expressway. ‘Nu ik Spruck gesproken heb, zal ik die animatiefilm weer eens moeten zien.’
‘Ik heb een exemplaar in mijn bezit.’
‘Prima.’ Ik dacht even na en zei: ‘In feite zijn we op zoek naar dat stel dat zich tijdens die crash op het strand bevond. En laten we in hemelsnaam hopen dat ze zichzelf filmden terwijl ze ondeugende dingen met elkaar deden, en dat die band, als die heeft bestaan, nog steeds bestaat en dat we ergens achter hun blote kont kunnen zien wat er met de TWA 800 is gebeurd.’
‘Dat is zo ongeveer alles wat we over hebben waarmee we wellicht alle tegenstrijdige aanwijzingen en sporen overhoop kunnen gooien om het dossier opnieuw geopend te krijgen. Ook zou die zaak weer opengaan indien een of andere organisatie op geloofwaardige wijze de verantwoordelijkheid voor die vliegtuigcrash opeist.’
‘Hebben enkele terroristische groeperingen uit het Midden-Oosten dat inmiddels niet gedaan?’
‘Het betrof alleen maar de gebruikelijke verdachten in zaken als deze,’ antwoordde ze. ‘Niemand van hen had echter vertrouwelijke informatie die hun claims geloofwaardig zouden maken. Ze sloegen zelfs de plank mis als het om algemeen bekende informatie ging. In wezen is niemand naar voren gestapt die van enige geloofwaardigheid getuigde inzake een aanslag. En dat heeft er weer voor gezorgd dat we meer geloof mogen hechten aan een mechanisch defect. Aan de andere kant zijn er tegenwoordig nieuwe terroristische groeperingen die de verantwoordelijkheid voor een aanslag simpelweg nooit opeisen. Ze houden zich alleen met dood en vernietiging bezig, en een van hen is Osama bin Laden en zijn groep Al Qaeda.’
‘Dat is waar.’ Ik dacht weer aan dat stel op het strand. ‘Waarom heb je Romeo en Julia niet kunnen vinden?’ vroeg ik aan Kate.
‘Mij werd niet gevraagd om ze te gaan zoeken.’
‘Je zei dat je de naam kent van dat hotel waar ze wellicht verbleven.’
‘Dat is ook zo.’ Ze zweeg even, waarna ze vervolgde: ‘Eerlijk gezegd was ik niet direct betrokken bij dat deel van het onderzoek. Ik heb alleen toevallig het rapport ingezien van die agent van de gemeentepolitie. Ik heb daar op eigen initiatief een telefonisch vervolg aan gegeven. Daarna werd ik al snel op een zijspoor gezet.’
‘Ik begrijp het... jij hebt dus geen idee hoe dit spoor heeft kunnen verzanden.’
‘Inderdaad.’
Ik geloof niet in complottheorieën, met name niet als er regeringsambtenaren of militairen in het spel zijn; zij kunnen het nergens over eens worden, laat staan dat ze in staat zijn geheimen te bewaren of iets te doen dat hun baan of hun pensioen in gevaar zou kunnen brengen.
CIA-agenten vormden de enige uitzondering hierop. Zij leefden van en gedijden op misleiding, samenzweringen en dubieuze activiteiten die de illegaliteit raakten. Daar kregen ze namelijk voor betaald.
Ondanks al mijn problemen die ik met de FBI had, moest ik toegeven dat het fatsoenlijke lui waren, goede burgers die zich aan de wet hielden, onder wie mijn vrouw die op het punt stond een kleine zenuwinstorting te krijgen door het feit dat ze een stap over die scheidslijn deed.
Kate zei, alsof ze het tegen zichzelf had: ‘Als we hiermee doorgaan, zullen we niet veel tijd hebben voordat ze ons op de hielen zitten.’ Ik gaf daar geen antwoord op. ‘Gaan we naar huis?’
‘Naar huis.’
Ik reed westwaarts over de Long Island Expressway, richting Manhattan. Er was niet veel verkeer, en op dit late uur schoot het lekker Op. Ik koos voor de linkerrijbaan en overschreed niet lang daarna de maximumsnelheid.
Ik ben degene die altijd anderen had geschaduwd. Maar mijn wereld was veranderd. Om die reden keek ik in de achteruitkijkspiegel en zijspiegels, waarna ik plotseling een ruk aan het stuur gaf, twee rijbanen in een bijna haakse hoek doorsneed en de volgende afrit nam.
Niemand volgde.
Een tijdlang reed ik over de parallelweg en koos vervolgens weer voor de Expressway.
Kate gaf geen direct commentaar op mijn ontwijkingsmanoeuvres, maar zei wel: ‘Misschien moeten we deze zaak laten rusten.’
Ik gaf geen antwoord.
Wat vind jij?’
Wat zit er voor mij in?’
‘Alleen maar problemen.’
‘Dat is een zeer overtuigend argument.’
11
Een tijdlang reden we zwijgend verder. Opeens zei Kate: ‘Wat Sidney Siben betreft vond ik dat je de officiële versie uit de eerste hand diende te horen.’
‘Ik waardeer jouw gevoel voor fair play. Wat wil je dat ik nu ga doen?’
‘Er een nachtje over slapen.’
‘Nu?’
‘Nee, natuurlijk niet. Nu bestuur je deze auto. Ik ben degene die nu gaat slapen.’ Ze draaide de rugleuning van haar stoel naar beneden, schopte haar schoenen uit en deed haar ogen dicht. Vrouwen kunnen binnen tien seconden in slaap vallen, en dat deed ze dan ook.
Een paar minuten later passeerde ik de afrit van het Brookhaven National Laboratory en zei luid: ‘Hé, hoe zat dat ook al weer met die zeven hypothesen.’
‘Huh...?’
‘Word wakker. Houd me gezelschap. Hoe luiden de zeven theorieen?’
Ze geeuwde en zei: ‘Hypothese een... een verdwaalde raket... die avond hield de marine op zee oefeningen... Naar verluidt werd er rond dat tijdstip een radiografisch bestuurd doelvliegtuigje gelanceerd... de raket miste het doelvliegtuigje en zette per ongeluk koers naar de 747... of het radiografisch bestuurde doelvliegtuigje raakte het toestel... onwaarschijnlijke hypothese. Te veel getuigen aan boord van de schepen.’
‘Goed. Hypothese twee.’
‘Hypothese twee. Het scenario van de elektromagnetische pulsen... militaire oefeningen creëren krachtige elektromagnetische velden die in theorie een vliegtuig kunnen omhullen... dat verklaart echter niet de lichtstreep.’
‘Nummer drie.’
‘Nummer drie. Onderzeeër van andere mogendheid. Zee-luchtwapen, onder water afgevuurd.’
‘Wat is er mis met die hypothese?’
‘Denk aan hypothese nummer een. De militaire oefeningen in dat gebied, waarbij inbegrepen onderzeebootbestrijdingsoefeningen... een onderzeeër van een andere mogendheid zou dus ongetwijfeld zijn opgespoord.’
‘Stel dat het een van onze onderzeeboten zou zijn geweest?’
‘Dat maakt onderdeel uit van hypothese een. Hypothese vier. De theorie die meteorieten en ruimteschroot behelst. Mogelijk, maar niet waarschijnlijk. Waar zijn we gebleven?’
‘Nu volgt hypothese vijf.’
‘Vijf. De hypothese omtrent de methaangasbel. Verschijnt op natuurlijke wijze. Onzichtbaar gas dat vanaf de bodem van de oceaan naar de oppervlakte gaat. Dat gas zou zijn ontbrand door de motoren van de 747. Erg vergezocht. Strookt niet met het sporenonderzoek. Hypothese zes, de dodelijke plasmastraal. Het Brookhaven National Laboratory. Zo belachelijk dat er een kern van waarheid in zou kunnen zitten. Brookhaven ontkent echter.’
‘Zeven.’
‘Zeven. Het vrachtluik van de 747... er zijn aanwijzingen die erop duiden dat het luik vóór de explosie ontplofte. Dat zou een snelle daling van de luchtdruk tot gevolg kunnen hebben gehad, met in het kielzog daarvan de reeks gebeurtenissen die leidden tot de fatale explosie. Maar de explosie was er waarschijnlijk de oorzaak van dat het luik uit de hengsels sloeg. Welterusten.’
‘Wacht even. Wat te denken van een terroristische aanslag met behulp van een raket?’
‘Dat is een aparte categorie op zich.’
‘Goed. Ik blijf echter denken aan wat jouw vriend Sidney heeft gezegd. Waarom zou een toestel zover van het vliegveld uit de lucht worden gehaald? En waarom zou de regering een terroristische aanval in de doofpot willen stoppen? Een terroristische aanval boven open zee pleit iedereen vrij van enige verdenking. Het bespaart miljoenen dollars aan verzekeringsclaims. Om maar te zwijgen van de miljoenen die nodig zijn voor een andere constructieaanpak van de centrale brandstoftank. Goeie genade, als er een complottheorie zou zijn met de regering in de hoofdrol, zou dat te maken moeten hebben met het verzinnen van een terroristische aanval in plaats van iedereen te doen geloven dat het een mechanisch defect was. Tenzij natuurlijk de regering paniek wil voorkomen en moet toegeven dat er in de wereld van de inlichtingendiensten gigantische fouten zijn gemaakt. Vandaar dat de CIA in beeld kwam en...’ Vluchtig keek ik naar Kate. ‘Ben je daar nog?’
Ze snurkte.
En dus bleef ik alleen met mijn gedachten, waarbij ik langzaam de controle begon te verliezen.
Ik drukte op de pauzeknop van mijn hersenen, vervolgens spoelde ik terug en liet mijn gedachten weer gaan over de herdenkingsdienst. En ik dacht aan mijn collega, Liam Griffith. Ik zag Kate er wel voor aan om Griffith voor haar karretje te spannen; hij had me zodanig het bloed onder de nagels vandaan gehaald dat ik geïnteresseerd raakte in deze zaak. Van de andere kant was het misschien simpelweg zoals het was overgekomen: een FBI-agent maakte me duidelijk dat ik vooral niet moest gaan snuffelen, en dat hij dat gewoon meende.
Ik keek even naar Kate, die als een engeltje lag te slapen. Mijn schatje zou het niet in haar hoofd halen om haar liefhebbende echtgenoot op slinkse wijze te beïnvloeden. Of wel?
Episode twee. Het Cupsogue Beach County Park in de schemering. Een stelletje op het strand.
Hadden ze die lichtstreep en de explosie daadwerkelijk gezien en alles op videoband opgenomen? Bovendien vroeg ik me af waarom ze nooit waren opgespoord.
Of was dat misschien wel gebeurd?
Episode drie. Het Moriches Coast Guard Station. Kapitein-ter-zee Tom Spruck. Een betrouwbare, zeer zelfverzekerde ooggetuige.
Dat was wat ik niet uit mijn gedachten kon krijgen. Die man was een van de ongeveer tweehonderd mannen, vrouwen en kinderen die allemaal afzonderlijk of als groep en op verschillende plaatsen hetzelfde hadden gezien. Die kant is omhoog, hè?
Tot slot episode vier. Calverton. De vliegtuigloods. Meneer Sidney R. Siben, veiligheidsinspecteur, verbonden aan de National Transportation Safety Board. De eerlijke en onwankelbare getuige-deskundige. Of was hij dat niet? Meneer Sidney Siben had namelijk enkele twijfels geuit terwijl hij van het podium stapte. Optische illusie. Zo is het. Nee, zo is het niet. Verdomme.
Wat had dit alles te betekenen?
Onuitgenodigd verscheen het beeld van de gereconstrueerde Boeing 747 in mijn hoofd. In gedachten liep ik door de verscheurde vliegtuigromp. Opnieuw begaf ik me door de gangpaden, liep over de vloerbedekking — lapwerk — en tussen de lege stoelen door. Zoals de lijkschouwers graag zeggen: ‘De doden spreken tot ons.’
En dat doen ze zeker, en op een bepaalde manier kunnen ze tijdens een hoorzitting of een proces zelfs met bewijzen op de proppen komen.
De 747 had de meeste geheimen prijsgegeven. Hetzelfde gold voor de geborgen lichamen. De ooggetuigen hadden hun verklaringen afgelegd. En de deskundigen hadden gesproken. Het probleem was dat niet iedereen op één lijn zat.
Ik herinnerde me dat enkele carrières en reputaties geruïneerd, beschadigd of gecompromitteerd waren door deze zaak. Ik wilde niet dat mijn carrière of die van Kate aan die lijst werd toegevoegd.
Ik keek naar Kate. We waren een jaar getrouwd en deze zaak was in onze relatie nooit voor het voetlicht gekomen, hoewel ik me nu herinnerde dat ze in juli vorig jaar zonder mij naar de herdenkingsdienst was gegaan. Ik vroeg me af waarom ze had gewacht tot er met betrekking tot die ramp precies vijf jaar waren verstreken. Misschien had ik in een proefperiode gezeten, misschien was er nieuwe informatie opgedoken. Hoe dan ook, ik had een kijkje genomen bij een groep mensen, als je dat gezelschap zo kon noemen, die dit dossier niet gesloten wilden zien.
Deze zaak was altijd al gevaarlijk geweest voor iedereen die wilde gaan wroeten. Het ging over een dodelijke plasmastraal, een explosieve gasbel, een fantoomraket, een verdwaalde raket van eigen bodem, een elektromagnetische puls, een explosief gasmengsel van brandstof en lucht, en een optische illusie.
Mijn intuïtie maakte me duidelijk dat het voor mijn eigen bestwil, en om Kate te beschermen, beter was dat ik alles zou vergeten wat ik vanavond had gezien en gehoord. Maar dit ging niet over Kate of mij, of om wie dan ook die al dan niet deel uitmaakte van een overheidsdienst.
Het ging over hen. Tweehonderdertig personen. En over hun families en geliefden, mensen die rozen op de stoelen in dat verkeersvliegtuig hadden gelegd, die de kaarsen hadden aangestoken en door het water van de oceaan hadden gewaad, die de bloemen in zee hadden gegooid. En over de mensen die deze herdenkingsdienst niet hadden bijgewoond, maar die thuis zaten en huilden.