Beter laat dan nooit
Adam Vine was vroeg naar bed gegaan om zijn pijnlijke voet rust te geven. Peggy en haar moeder zaten in de keuken met een kop warme chocolademelk en een pak kokoskoekjes.
„Mam?" Peggy voelde zich ongemakkelijk, omdat ze niet goed wist hoe ze haar vraag moest inleiden. „Mag ik je wat vragen?"
„Natuurlijk," zei haar moeder bemoedigend.
Peggy haalde diep adem. „Weet je, ik wou het je steeds al vragen... Weet je... Mijn ene borst is groter dan de andere." Ze beet op haar lip.
„O lieverd, wat is dat toch irritant!" riep haar moeder uit, alsof ze het over een cake had die niet wilde rijzen.
„Die van mij sloegen helemaal nergens op toen ik zo oud was als jij. Er is echt niks aan de hand, maar als je je zorgen maakt, wil ik best een keer met je meegaan naar de dokter, om je gerust te stellen."
Jennifer Vine was even stil. „Het spijt me, Peggy, echt," zei ze.
„Wat dan?" vroeg Peggy verbaasd.
Haar moeder zuchtte. „Ach, weet je, ik doe altijd zo mijn best om me niet met jouw zaken te bemoeien... Misschien ben ik daarin wel een beetje te ver gegaan. Ik weet niet... Na de jongens was ik zo dolblij met een dochter, dat ik vastbesloten was de boel niet te verpesten door de overbezorgde moeder uit te hangen."
„Echt waar?" onderbrak Peggy haar. „Was je echt dolblij?"
„Maar Peg toch, natuurlijk. Ach, als ik geweten had dat je je daar zo druk over maakte. Dan had ik je al veel eerder gerust kunnen stellen."
Peggy keek haar moeder opgelucht en vol warmte aan. „Geeft niet," zei ze. „Beter laat dan nooit."