HET DORPJE DAUNCEY
West Sussex 2002
Het regende toen ze Kate Rashid, gravin van Loch Dhu, begroeven. De regen viel als een zwaar gordijn over het dorp Dauncey en dreef de mensen naar de beschutting van de kerk. Ze waren er allemaal, de groten der aarde, om afscheid te nemen. Hun auto’s blokkeerden de High Street.
De Daimler van generaal Charles Ferguson was net gearriveerd. Hij zat achterin met Sean Dillon, die een zilveren heupfles uit zijn binnenzak haalde, een slok Bushmills-whiskey nam en een sigaret opstak.
‘Gaan we naar binnen?’
‘Nee,’ zei Ferguson.
‘Waarom zijn we hier dan?’
‘Uit respect, Dillon. En het is een spectaculair verhaal: de rijkste vrouw ter wereld die vlak voor de Engelse kust in zee stort achter de stuurknuppel van haar eigen vliegtuig, terwijl haar neef Rupert op mysterieuze wijze is verdwenen.’ Hij liet zich in de kussens zakken. ‘Als het een televisieserie was geweest had je geen betere plot kunnen verzinnen.’
Dillon nam nog een slok uit zijn heupfles. ‘Ik heb het al eens eerder gezegd, maar u bent een kille klootzak, generaal.’
‘O ja? Ik dacht dat jij dat was, Dillon.’
‘Goed. Maar ik heb nog steeds geen antwoord. Als we niet naar binnen gaan, wat doen we hier dan?’
‘Geduld, Dillon. Ik wacht op iemand.’
‘Op wie dan wel?’
‘Een goede vriend van jou, om te beginnen.’ Een Mercedes reed de straat in en stopte achter hen. ‘Daar zul je hem hebben.’
Blake Johnson sprong de auto uit, sprintte door de regen en dook achter in de Daimler.
‘Goed u te zien, generaal.’ Hij gaf Dillon een hand. ‘En jou ook, mijn goede Ierse vriend.’
‘Waar kom jij in godsnaam vandaan?’ wilde Dillon weten.
‘Van het Witte Huis, natuurlijk.’
Blake moest begin vijftig zijn, maar zijn haar was nog altijd zwart. Hij was niet alleen ex-marinier, maar ook directeur van de afdeling Algemene Zaken van het Witte Huis, hoewel iedereen die dat departement kende - en dat waren er niet veel -over ‘de Kelder’ sprak. Het was in werkelijkheid het persoonlijke doodseskader van de president, dat geheel onafhankelijk opereerde van de cia, de fbi of welke overheidsdienst dan ook.
Dillon was nieuwsgierig. ‘En wat kom jij hier doen?’
Ferguson negeerde hem. ‘Is het waar? Van de baron?’
‘Ja, het is zojuist bekendgemaakt. De president heeft me onmiddellijk naar u toe gestuurd, generaal, en hier ben ik.’
‘En over welke baron hebben we het precies?’ vroeg Dillon.
‘Dat zul je gauw genoeg merken,’ antwoordde Ferguson.
Een Rolls-Royce stopte bij het hek van de kerk. Een chauffeur in uniform kwam uit de auto, stak een paraplu op en opende het achterportier. Een jonge man van begin dertig, met een trenchcoat over zijn schouders, stapte uit, haastte zich naar het andere portier en wachtte daar.
De man die uit de Rolls-Royce stapte was al oud. Hij droeg een zwartleren jas met een slappe hoed en leunde op een wandelstok met een zilveren knop. De jongeman hield de paraplu boven zijn hoofd, bood hem een arm aan en samen liepen ze het pad op naar de kerk.
‘Daar gaat hij,’ zei Blake.
Dillon fronste. ‘Maar wie is het?’
‘Baron Max von Berger,’ zei Ferguson. ‘Een bijzonder rijk man. En… zoals Blake zojuist bevestigde… niemand anders dan Kate Rashids stille vennoot.’
‘Rashid?’ vroeg Dillon. ‘Wacht eens even. Hebben we het over Berger van Berger International?’
‘Precies.’
‘Maar dat is een miljardenbedrijf.’
‘Absoluut.’
‘En Rashid Investments is ook van hen?’
‘Helaas wel.’
‘O,’ zei Dillon, en hij zweeg een moment. ‘Dat zou een probleem kunnen worden.’
De regen kletterde op het dak en orgelmuziek zwol aan vanuit de kerk. ‘Waarom regent het altijd op begrafenissen?’ vroeg Blake.
‘Zo gaat dat in Hollywood,’ zei Dillon. ‘Het leven imiteert de film. Wie was die zware jongen?’
‘Zijn begeleider?’ Blake knikte. ‘Grappig dat je hem zo noemt.’
‘Het was die gebroken neus, Blake. Ik zou niet graag in de schoenen staan van de man die hem dat heeft geflikt.’
‘Zijn naam is Marco Rossi,’ mengde Ferguson zich in het gesprek. ‘Hij heeft economie en bedrijfskunde gestudeerd aan Yale, is daarna bij de Italiaanse luchtmacht gaan werken en heeft op een Tornado gevlogen in Bosnië. Je hebt wel iets met hem gemeen, Dillon. Hij is neergeschoten en heeft een zware tijd gehad achter de Servische linies. Heel onredelijke figuren, die Serviërs, maar dat wist je al. Zijn moeder heeft ooit voor de baron gewerkt. Zij kwam uit Palermo en inderdaad… haar oom, ene Tino Rossi, was iets hoogs binnen de maffia.’
‘En wat doet vriend Marco nu?’ vroeg Dillon.
Het was Blake die antwoord gaf. ‘Hij is onder meer het nieuw aangestelde hoofd van alle veiligheidsoperaties van Rashid Investments, wereldwijd. Maak je geen illusies, Sean, die vent weet wat hij doet. En hij kan keihard toeslaan, ook op straat.’ Hij haalde zijn schouders op. ‘Ik heb hem een keer ontmoet op een party in Washington. Heel beschaafd en charmant, en een groot succes bij de dames.’
‘Maar je moet hem niet voor de voeten lopen,’ vervolgde Ferguson. ‘Toen hij op de vlucht was achter de Servische linies in Bosnië heeft hij minstens vier mensen vermoord - voor zover wij weten. Hij heeft een ivoren madonna in zijn zak. Als je
op een knopje drukt, springt er een knipmes uit dat hij je meteen op je keel zet.’ Ferguson glimlachte fijntjes. ‘Helemaal jouw type, Dillon.’
‘Maar als hij de nieuwe veiligheidschef is van Rashid Investments, heeft hij ook toegang tot alles wat de Rashids in hun computers hebben staan over ons.’
‘Precies,’ zei Ferguson. ‘Zoals het feit dat jij de drie broers van Kate Rashid hebt geëlimineerd en nogal hardhandig hebt ingegrepen in hun aardolie-operaties in Hazar. En hij zal het ongetwijfeld méér dan toevallig vinden dat Kate Rashid vervolgens met haar Black Eagle in zee is gestort en dat haar brave neef Rupert spoorloos is verdwenen.’
‘Dus komen ze achter ons aan.’
‘O, zeker, Dillon. Daar zou ik maar op rekenen.’
Hij opende zijn koffertje en haalde er een grote envelop uit. ‘Lees dit maar eens door. Vooral de passages over wat Von Berger in de Tweede Wereldoorlog heeft gedaan. Bijzonder verhelderend.’
Hij leunde weer naar achteren. ‘Ja, Dillon, ik geloof dat we heel, héél interessante tijden tegemoet gaan.’