36

Het was ontzettend druk in Starbucks, zoals gewoonlijk. En, zoals gewoonlijk, had Clare desondanks de beste tafel met de mooiste stoelen weten te regelen.

‘Goed om je te zien,’ zei Eve, terwijl ze haar beste vriendin omhelsde. Ze meende het. Ze had Clare niet meer gezien sinds ze haar de zitkamer terug had gegeven – met een nieuw tapijt erin, afgeleverd door Ian toen hij Eve kwam halen. Het was moeilijk te zeggen wie er verbaasder was, Eve, Ian of Clare zelf, toen Clare hem vriendelijk begroette en hem een kop koffie had aangeboden en zich niet een keer had verontschuldigd over het gebrek aan ruimte. Eve was het hele uur bezig geweest om tegen haar tranen te vechten. Wat er met haar zelfbeheersing was gebeurd sinds de miskraam wist ze niet, maar ze was gewoon zo blij om hem te zien en zo blij dat ze haar vriendin weer terug had.

‘Het is goed om jou te zien,’ zei Clare. ‘Ik heb je gemist.’ Ze glimlachte toen ze de blik van ongeloof in Eve's gezicht zag. ‘Op een zieke, masochistische manier dan!’

‘Zal ik koffie halen?’ bood Eve aan.

‘Melanie is al aan het halen. Klaarblijkelijk is het haar beurt. Het lijkt trouwens altijd haar beurt te zijn. Als je het mij vraagt probeert ze gewoon haar schuldgevoel af te kopen omdat ze hier eigenlijk niks te zoeken heeft.’

Eve rolde met haar ogen. ‘Ach, laat Melanie toch lekker,’ zei ze. ‘Bovendien zou ik mijn mond maar houden als ik jou was.’

‘Aha,’ zei Clare. ‘Maar ik heb wel degelijk een excuus.’

‘Wilt u daar misschien een stukje taart bij?’ vroeg het Poolse meisje achter de toonbank.

Zie ik eruit alsof ik taart eet? wilde Melanie zeggen. Ze wist dat dat niet het geval was. Ze was te lang op dat gebroken-hartdieet geweest. Niet dat haar hart ook echt gebroken was.

Vince, hij was gewoon haar tussenman. Arme kerel. Wat had haar in godsnaam bezield om een tussenman mee te nemen naar haar ouders? Een kapitale blunder, zelfs voor Melanie. Het was nu al vier maanden geleden, maar ze miste hem nog steeds. Ze miste de seks en het gezelschap, en zijn vreemde gevoel voor humor. Maar nog veel meer dan dat miste ze Ellie en hoe het misschien allemaal had kunnen lopen. Heel soms, als ze haar gedachten de vrije loop liet, vroeg ze zich af of Ellie ooit wel eens aan haar dacht. Maar dat was gevaarlijk terrein. Het kon niet allebei. Geen Vince betekende geen Ellie, zo zat het nu eenmaal.

Melanie wist dat Grace Vince af en toe nog wel zag, maar ze hadden het nooit over hem. Haar officemanager had Melanie nog steeds niet vergeven dat ze hem pijn had gedaan, dus waren ze tot een stilzwijgende overeenkomst gekomen om het onderwerp te mijden. Niet dat dat zo moeilijk was. Sinds Melanie Per sonalshopper.com had uitgebreid met kinderkleding hadden ze het alleen nog maar over magazijnvoorraden en orderstatussen gehad.

Een moedige beslissing, had haar accountant gezegd. Melanie was bang dat dat zich liet vertalen in stom. Hoewel de investering zich leek terug te betalen, recessie of niet.

‘Dat is dan 10.80 pond, alstublieft.’

Tien pond? Melanie schrok ervan. Ze gaf een briefje, rommelde in haar tas op zoek naar kleingeld en trok een handvol munten, wat pluisjes en een visitekaartje uit haar tas. Ze wilde het kaartje weer in haar tas stoppen toen ze zag dat het eigenlijk een halfvolle stempelkaart was, ze gaf hem aan de caissière.

‘Die nemen we niet meer aan,’ zei het meisje. ‘Dat was maar een proef.’

Melanie wilde net zeggen dat ze het kaartje dan maar in de prullenbak moest gooien toen ze iets achterop geschreven zag staan. ‘Wacht even,’ zei ze. ‘Mag ik die misschien terug?’

Ze draaide het kaartje om en zag het woord Loni staan, gevolgd door cijfers, in een handschrift dat ze niet herkende.

Wie was in godsnaam Loni?

Melanie liep naar het einde van de toonbank om haar bestelling af te halen, en schoof opzij voor een man van middelbare leeftijd. Toen wist ze het ineens weer. Tijdens een andere bijeenkomst van het SMC had Melanie precies op de plek gestaan waar ze nu die man liet passeren, maar dan met iemand die veel slanker en jonger was. Iemand die haar zijn stempelkaartje had gegeven toen hij wegging, omdat hij hier toch nooit kwam.

De kerel die vond dat ze te mooi was om er verdrietig uit te zien.

Melanie draaide het kaartje om en las het nummer. Was dat Loni? Ze was bijna nieuwsgierig.

‘En, hoe gaat het met Hannah?’ vroeg Mandy toen Melanie weer terug was. ‘Ik bedoel, is er echt iets veranderd?’

Eve glimlachte. Mandy deed haar denken aan Clare, met haar gespeculeer.

‘Ja en nee,’ zei ze. ‘We hebben een wapenstilstand gesloten. Ik behandel Hannah als volwassene – zoveel mogelijk – en laat haar met rust en laat de ouderlijke ruzies aan haar vader over, en dat vind ik eigenlijk wel prima. En Hannah praat tegen me als we elkaar tegenkomen op de trap, en af en toe eet ze iets, en als ze denkt dat er niemand in de buurt is praat ze zelfs tegen me.’

Mandy keek bedenkelijk.

‘Het heeft even gekost voor ik het begreep,’ zei Eve. ‘Maar ik moest of leren om met Hannah te leven of zonder Ian. Het kan niet allebei, dus moest ik kiezen.’ Ze zweeg, want ze besefte dat de woorden niet van haar waren. Ze waren gestolen van iemand die een zware prijs had betaald voor die kennis: Bella.

Ze keek op en ving Clare's blik terwijl die haar koffie oppakte. Ze glimlachten allebei voorzichtig, zich beiden bewust van de zware tijden die hun vriendschap had doorgemaakt. Wat zou Clare zeggen als ze wist dat Eve een ander, groter geheim met zich meedroeg. Eve had geen behoefte om daar achter te komen. Nog niet, in elk geval.

‘Genoeg over Eve,’ zei Clare plotseling. ‘Ik heb nieuws.’

‘O god!’ zei Lily. ‘Wat heeft Will nu weer gedaan?’

‘Niets eigenlijk. Hij haalt Lou elke vrijdag op en brengt haar elke zondag weer terug. En dat gaat allemaal erg beschaafd. Maar het gaat nu eens niet over Lou of Will, dit gaat over mij. Zit iedereen stevig in zijn stoel?’ Ze keek om zich heen. ‘Goed, want ik, Clare Adams, professionele alleenstaande moeder en onvrijwillig celibatair, heb een date!’

Hun gegil was waarschijnlijk tot in Oxford Street te horen. Wie? Waar? Wanneer? Hoe? Ze moesten het weten.

Clare straalde terwijl ze alles vertelde over Osman Dattu. ‘Zo vreemd is het toch ook weer niet, mag ik hopen?’ vroeg ze. ‘Ik ben toch niet zo lelijk dat niemand me mee uit zou kunnen vragen?’ Maar ze was te gelukkig om beledigd te kunnen zijn.

‘Doe niet zo raar.’ Eve omhelsde haar vriendin. ‘De schok is niet dat hij het gevraagd heeft. De schok is dat jij ja hebt gezegd. Ik kan me zo voorstellen dat de docentenkamer al jaren vol zit met mannen die jou meer dan eens goed bekeken hebben.’ Ze dacht even na. ‘Je hebt toch wel ja gezegd, mag ik hopen?’

Clare knikte. ‘Volgende week zaterdag ga ik officieel uit. Alleen, met iemand van de andere sekse; iemand die, zover ik het weet, grappig is, intelligent, niet getrouwd, en die een baan heeft en nog al zijn ledematen.’

‘Laat mij een outfit voor je regelen,’ zei Melanie.

Eve glimlachte. ‘Lou mag wel naar ons toe komen als ze daar zin in heeft,’ bood ze aan. ‘Op een of andere bizarre manier denk ik dat zij en Hannah het nu wel beter met elkaar zullen vinden.’

‘Niet overhaasten, hoor.’ Dat was Mandy, natuurlijk.

‘Jezus,’ zei Lily geërgerd. ‘Ze gaat uit eten, niet op bezoek bij de koningin.’

‘Klopt,’ zei Melanie. ‘Dit is veel belangrijker!’

‘Ik heb nog veel groter nieuw,’ zei Lily.

‘Groter dan mijn date?’ vroeg Clare, met overslaande stem. ‘Dat kan niet, sorry.’

‘Wat is er dan?’ vroeg Melanie. ‘Is alles wel in orde?’

Lily haalde haar schouders op. ‘Ja en nee.’ Maar haar ogen vulden zich al met tranen.

‘Liam is verhuisd,’ zei ze. ‘Naar Manchester. Siobhan is met een kerel getrouwd die daar woont en ze heeft Rosie meegenomen. Liam heeft besloten om daar dan ook maar te gaan wonen. Zo kan hij Rosie vaker zien.’

‘Nou, dit is inderdaad groot nieuws,’ zei Mandy. ‘Misschien win je de wedstrijd dan toch nog. Wanneer is dit gebeurd?’

‘Een paar weken geleden,’ zei Lily. ‘Hij vertelde me dat hij zijn keuze had gemaakt en hij is vrijwel meteen vertrokken. Ik zit nu in zijn flat.’

‘Mooi zo,’ zei Mandy vals.

Clare keek haar waarschuwend aan. Niet dat ze het er niet mee eens was. Want dat was ze zeker. Maar ze wist dat Lily dat niet vond, dus had ze besloten om haar gedachten over Liam voor zich te houden.

‘We gaan een lange-afstandsrelatie proberen,’ zei Lily. ‘Ik ga eens per maand naar Manchester, en hij komt eens per maand hierheen. En voor jullie iets zeggen,’ voegde ze toe, voorbereid op hun protest. ‘Hij kwam daar niet mee. Het was mijn idee. Hij had gedacht dat ik hem zou dumpen, maar dat wil ik niet. Ik wil zien of we het redden.’

‘Manchester is niet zo heel ver,’ zei Melanie. ‘Ik ken mensen die om de week van New York naar Chicago reizen.’

‘Als je het zo zegt, snap ik eigenlijk niet waar we over zeuren,’ zei Eve. ‘Wanneer zie je hem dan weer?’

‘Volgend weekend,’ zei Lily. ‘Wens me maar sterkte.’ Ze tilde haar kop koffie op om een toost uit te brengen. ‘Ik denk dat ik dat wel nodig zal hebben.’

‘Ik heb ook een nieuwtje,’ zei Mandy. ‘Maar ik weet niet of dit wel het juiste moment is.’

‘Geen beter moment dan dit,’ zei Lily. ‘Maar alleen als het goed nieuws is. Ik heb het monopolie op slecht nieuws tijdens deze vergadering. Dat zijn toch de regels, Clare? Maar één domper per bijeenkomst?’

Haar zus negeerde haar.

Mandy keek bedachtzaam. ‘Ja,’ zei ze. ‘Ik denk dat het goed nieuws is.’

‘Dat dénk je?’ Eve klonk verbaasd.

‘Nee, ik weet dat het goed nieuws is. John en ik zijn uit elkaar.’

De andere vrouwen keken haar aan.

‘Wanneer is dat dan gebeurd?’ vroeg Clare. ‘Ik wist niet eens dat dat eraan zat te komen. Gaat alles wel goed met je?’

‘Het gaat beter dan goed, om eerlijk te zijn. Het gaat geweldig. Het is mijn eigen beslissing.’ Mandy keek verbaasd. ‘Ik heb het uitgemaakt. Tweeënveertig jaar en nu pas maak ik voor het eerst een eind aan een relatie.’

‘Waarom?’ vroeg Melanie.

‘Ik zat er al sinds de Kerst over te denken, eigenlijk al daarvoor. Maar toen pas realiseerde ik me dat ik eigenlijk helemaal niet wist waarom ik bij hem was. Of eigenlijk juist wel, omdat ik bang was om niet bij hem te zijn. Omdat ik altijd met iemand samen ben geweest, behalve toen dat poosje, vlak na Dave. Jaren terug zei Dave dat ik het nooit zonder hem zou overleven, en ik denk dat ik hem al die tijd heb geloofd…’

Ze zuchtte. ‘Met Kerstmis keek ik mezelf aan in de spiegel en toen realiseerde ik me dat ik niet meer wist wie ik was. Anders dan mevrouw McMasters, de moeder van Matt, Nathan en Jason. Ik ben zo druk bezig geweest om hun moeder te zijn, en toen Johns partner. En misschien was ik ook nog wel zijn echtgenote geworden…’

Mandy stak haar hand op naar Clare als teken dat ze niet onderbroken wilde worden. ‘Nee, hij heeft me niet gevraagd, maar het was wel duidelijk dat dat wel te gebeuren stond. zo'n vent is het gewoon. zo'n stel waren wij gewoon. Hoe dan ook, met Kerstmis keek ik naar mezelf en mijn huis vol met familie – mijn familie, Dave's familie, onze kinderen, waarvan het wel duidelijk was dat geen van allen het echt leuk vond om daar te zijn op dat moment – en mijn gootsteen stond vol met vuile vaat en ik vroeg mezelf maar een ding af: waarom? Voor wie deed ik dit eigenlijk? Wie dwong mij in godsnaam om het zo te doen? Er was maar een antwoord op al die vragen: ikzelf. Dus, als ik de enige motor was, dan was ik ook de enige die er een einde aan kon maken.’

‘Hoe reageerde hij?’ vroeg Clare.

‘Niet zo best. Hij denkt dat ik in de menopauze zit!’

‘En is dat zo?’ vroeg Lily.

‘Nee!’ gilde Mandy, en Clare gaf haar zus een mep. ‘Maar zo is John nou eenmaal. Lang niet zo slecht als Dave. Maar telkens als we ruzie hebben, denkt hij dat ik ongesteld ben, in plaats van dat hij naar me luistert.’

Melanie glimlachte.

‘En dat is nog niet alles,’ zei Mandy. ‘Ik ga mijn huis verkopen.’

‘Ga je weg uit Clapham?’ vroeg Lily. ‘Hoe moet dat dan met de kinderen?’ Meteen toen de woorden haar mond uit waren gerold, wenste ze dat ze ze terug kon nemen.

‘Ben bang van wel. Allereerst is Clapham te prijzig voor mij alleen. Ik ben het zat om Dave iets verschuldigd te zijn, dus geef ik hem de helft van het huis en ga zelf kleiner wonen. Ik ga niet ver weg hoor. Naar Tooting, waarschijnlijk. De jongens hoeven in elk geval geen andere school te zoeken.’

Ze dacht na. ‘Nou ja, Matt en Jason in elk geval niet. Nathan heeft het er altijd over dat hij bij zijn vader wil wonen. Dit is zijn kans.’

‘Je maakt een geintje.’ Dat was Clare.

‘Zie je me lachen dan?’ Mandy lachte niet.

‘Het spijt me Mandy, maar dat is wel een hele grote stap,’ zei Lily.

‘Dat is het niet.’ Mandy schudde haar hoofd. ‘Het is beter voor iedereen. We hebben het er over gehad – Nathan en ik. Het is wat hij wil. Dus Nathan gaat bij Dave wonen. En we zien wel hoe ze dat vinden. We zien wel hoe Dave's vriendin dat vindt. Daar zou ik best getuige van willen zijn: van die strijd. Matt en Jason gaan met mij mee. Het vreemde is dat Jack ook met mij mee wil. Niet de hele tijd, natuurlijk. Hij heeft me gevraagd of hij af en toe eens een weekend mag langskomen.’ Ze glimlachte, stralend van trots dat ze op een of andere vreemde manier toch haar samengestelde familie bijeen had weten te houden. ‘Hij is tegenwoordig vrienden met Jason, vandaar.’

‘En Izzy?’ vroeg Eve.

Mandy schudde haar hoofd. ‘Waarschijnlijk niet,’ zei ze. ‘Die kwam alleen maar om haar vader te zien, en dan ook alleen maar als ze er niet onderuit kwam. Zo gaan die dingen,’ zei ze opgetogen, en toen vroeg ze: ‘Ik mag toch wel nog steeds komen, of niet? Ook als ik niet langer een echte stiefmoeder ben.’

‘Waarom niet?’ zei Melanie. ‘Ik kom toch ook.’

‘Natuurlijk kan dat,’ zei Clare. ‘We zijn gewoon vrienden nu. En bovendien, zonder jou zou het niet het SMC zijn.’

Het voelde vreemd om over een met bladeren bedekte straat te lopen die op een bepaalde manier behaaglijk aanvoelde; kijken naar de lichten in de Victoriaanse huizen; het gietijzeren hek opentrekken; haar sleutel in het slot steken en luisteren naar de vertrouwde klik. De eerste keer woonde ze daar voor een paar maanden, veel langer dan ze weg was geweest. Maar die vier weken hadden alles veranderd. Wat Eve nog het meest verbaasde was het gevoel dat het huis haar nu gaf. Ze durfde het woord thuis nog niet te gebruiken, maar zo voelde het wel. Alsof het van haar was.

‘Evie?’ Alfies stem echode in het trapgat zodra ze de deur open deed. ‘Ben jij dat?’

‘Ik ben het,’ fluisterschreeuwde ze. ‘Moet jij niet allang slapen?’

‘Ik slaap al,’ protesteerde hij. ‘Kom je me een kus geven?’

‘En mij ook?’ Dat was Sophie.

‘Ik kom er zo aan. Ik ga even naar papa toe en dan kom ik.’

Ian zat aan de keukentafel op Eve's favoriete stoel, foto's te bewerken op zijn laptop. Een maar al te bekende beker rustte in zijn rechterhand. ‘Waar komt die vandaan?’ vroeg Eve, terwijl ze zich voorover boog om hem te kussen.

‘Uit jouw dozen,’ zei hij. ‘Ik heb ze uit de bijkeuken gehaald en Sophie heeft me geholpen om ze uit te pakken. Dat mocht toch wel, of niet?’

‘Natuurlijk.’ Ze liep naar de gang om haar jas op te hangen. ‘Maar het had niet gehoeven hoor.’

‘Ik wilde het graag.’ Zijn stem was zo dichtbij dat ze er van schrok. Toen ze zich omdraaide, stond hij in de deuropening naar haar te glimlachen.

Ze hing haar jas op aan een haakje en draaide zich om. Hij stond er nog. Nog steeds met een glimlach op zijn gezicht. ‘Waarom lach je?’

‘Nergens om,’ zei hij, maar zijn ogen dwaalden af naar de achterdeur.

Ze volgde zijn blik en keek naar de rij regenlaarzen, die daar altijd stond. Een rij die begon met rode kinderlaarzen van Alfie en eindigde met Ians enorme groene laarzen aan de andere kant, met twee roze paren van verschillende maten en twee groene tussen die van de meisjes en die van Ian. Een groen paar, Caro's, en tussen die en Ians, een nieuw paar, donkerblauw met glitters.

‘Ian,’ zei ze, terwijl ze hem omhelsde. ‘Ik… dank je.’

‘Je moet mij niet bedanken,’ zei hij. ‘Hannah en Sophie hebben ze uitgezocht.’

‘Hannah?’

‘Prijs jezelf maar gelukkig. Als zij zich er niet mee had bemoeid… nou ja, laten we zeggen dat het aan haar te danken is dat Sophie ze niet helemaal met glitters heeft bedekt.’

Hij aarzelde. ‘Je mag die van Caro wel weggooien, als je dat wilt.’

Eve glimlachte, en schudde haar hoofd. ‘Dat hoeft niet.’

Caro was niet helemaal weg, dat zou ze nooit zijn. Ze was immers de moeder van de kinderen. En dat zou Eve nooit kunnen zijn. Maar haar geest was verdwenen, en die had in het gezin plaatsgemaakt voor Eve.