Ruïnes van Xitaclán
Maandag, dageraad
Zoals Fernando Aguilar voorspeld had, waren de plaatselijke helpers bij het krieken van de dag terug. De gids zat bij het afkoelende kampvuur een van zijn zelf gedraaide sigaretten te roken en keek fronsend naar de indianen, die met gebogen hoofd en blijkbaar vol schaamte het plein op slopen. Mulder kwam uit zijn tent en bekeek de mannen. Ze gedroegen zich net zoals een gewone groep arbeiders die zich meldde voor de ochtendploeg. Vladimir Rubicon was al op. Hij bestudeerde een gevederde slang op de dichtstbijzijnde stéle en schraapte met zijn zakmes stukjes mos weg om de schrifttekens beter te kunnen zien.
'Juist. Agent Mulder, u bent dus wakker,' zei Rubicon. 'Vandaag komen we beslist te weten wat mijn dochter en haar team aan het doen waren. Ze moet in deze ruïnes een geheim hebben ontdekt. Als ook wij dat geheim kunnen vinden, weten we waarom de expeditie verdwenen is.' Scully hoorde hen praten en kwam eveneens haar tent uit. 'Goeiemorgen, Mulder. Maak jij het ontbijt klaar?'
'Geef mij maar alleen cornflakes met melk. Dank je,' antwoordde hij. Aguilar gooide de peuk van zijn stinkende sigaret weg. Hij had zich kennelijk net geschoren. Nu hij zag dat zijn werkgevers wakker waren en rondliepen, begon hij de indianen uit te foeteren in een taal die Mulder niet begreep. Aguilars stem droop van walging. 'Wat zegt hij?' vroeg Scully. 'Wat hebben ze gedaan?' Vladimir Rubicon zweeg even, maar schudde toen zijn hoofd. 'Het moet een derivaat van de mayataai zijn. Veel dorpsbewoners spreken die oude taal nog steeds.' Hij haalde zijn schouders op. 'Eh ... het enige dat ze verkeerd hebben gedaan, zal wel zijn dat ze gisteravond wegliepen. Aguilar probeert gewoon met zijn gezag indruk op ons te maken.' 'Vroeger had ik net zo'n chef,' zei Mulder.
Aguilar kwam grijnzend naar hen toe alsof hij net had ontdekt wat ze hem voor zijn verjaardag gingen geven. 'Goedemorgen, amigos,' zei hij.
'Vandaag gaan we de mysteries van het verloren Xitaclán opsporen, nietwaar? We zullen ontdekken wat er met de lieflijke señorita Rubicon en haar collega's gebeurd is.'
'Hebt u het aan de mensen in de buurt gevraagd?' vroeg Scully met een gebaar naar de indianen, die naar behoren geïntimideerd leken door zijn lange donderpreek.
Aguilar zei: 'Volgens hen heeft de geest van deze stad señorita Rubicon meegenomen. De oude goden dorsten na zoveel jaar naar bloed. Daarom kamperen de inheemsen altijd uit de buurt van de ruïnes. Het zijn geen beschaafde mensen zoals u en ik. Ze houden niet eens de schijn op.' 'Maar is een van deze arbeiders de archeologen blijven helpen?' vroeg Scully. Ze ging harder praten en wilde met alle geweld een antwoord. 'Er moet toch iemand zijn die het weet.'
'Señorita Scully, ik heb de expeditie naar Xitaclán gebracht. Ze hebben me er veel Amerikaans geld voor betaald, en daar ben ik heel dankbaar voor. Deze indianen, afstammelingen van de maya's, zeggen dat er na mijn vertrek hier veel harde geluiden en vreemde activiteiten zijn geweest. Señorita Rubicon en haar vrienden lachten hen uit om hun dwaasheid, maar alle mayahelpers namen de benen en brachten zich in veiligheid. Nu zeggen ze dat de goden hebben laten zien wie dwaas was en wie wijs.' 'Alsof ze gezakt zijn voor een bovennatuurlijke iq-test,' mompelde Mulder. Aguilar rommelde in zijn zak op zoek naar vloei en tabak voor een nieuwe sigaret. Een mooie, groengevederde vogel schoot van de ene hoge boom naar de andere over het plein en zong een dun wijsje. De indianen hielden op met werken, wezen naar boven en kwetterden verbaasd tegen elkaar.
'Kijk, een quetzal,' zei Aguilar knikkend. Hij zette zijn hoed van ocelot- bont af en hield hem in het schuine ochtendlicht boven zijn ogen. 'Heel kostbaar. De maya's gebruikten quetzal-veren voor veel van hun ceremoniële mantels.'
Rubicon fronste zijn wenkbrauwen en keek om zich heen alsof hij een
spoor van zijn dochter zocht. Mulder wendde zich weer geïrriteerd tot
Aguilar. 'Maar weten ze nu wat er met Cassandra gebeurd is of niet?'
Aguilar haalde zijn schouders op. 'Ik weet niet beter dan dat señorita
Rubicon bij mijn vertrek naar Cancún veilig was en heel blij was met al
het werk dat haar wachtte.'
'Laten we haar dan maar gaan zoeken,' zei Scully.
'Deze ruïnes zijn misschien zo'n anderhalve kilometer groot,' zei
Rubicon met uitgestrekte hand, 'en de afzonderlijke vindplaatsen en
tempelgebouwen zijn door dicht geboomte en veel begroeiing van elkaar
gescheiden.' 'Vertel de arbeiders wat we zoeken,' stelde Scully voor. 'Misschien kunnen ze ons helpen om de stad uit te kammen.'
Aguilar gaf die inlichting door, en de indianen verspreidden zich door het oerwoud. Ze liepen ijverig de ruïnes af en praatten opgewonden met elkaar. Sommigen keken bij hun onderzoek angstig, anderen verward, weer anderen gretig.
Scully, Mulder en Rubicon wandelden door Xitaclán. Ze staken de hele lengte van het balsportterrein over, porden in alkoven en nissen, zochten sporen, lijken - of misschien wel een briefje met de mededeling dat Cassandra en haar collega's even naar de kruidenier waren. Scully zei: 'De expeditie bestond uit een ingenieur, twee archeologen, een hiëroglyfendeskundige en een fotograaf. Niemand van het stel was een echte survivalexpert.' Ze bekeek de dicht opeenstaande bomen en de vele begroeiing die van de takken omlaag hing. De zon verlichtte alles als een schijnwerper.
'Maar ook als alle helpers waren weggelopen, net als gisteravond, kan ik me niet voorstellen dat Cassandra's team op eigen houtje de weg terug door het oerwoud is gaan zoeken. We hebben net onze eigen tocht achter de rug,' zei ze, 'en die had ik niet graag zonder gids ondernomen.' 'Cassandra was goed in survival,' zei Rubicon. 'Ze had topografische kaarten en een flinke dosis gezond verstand.'
Scully dempte haar stem. 'Ik heb gisteravond zelf de kaarten bekeken, maar ik betwijfel of Aguilar ons langs de kortste weg hierheen heeft gebracht. Volgens mij heeft hij ons om de een of andere reden opgehouden.' 'Ik vertrouw hem evenmin,' zei Mulder, 'maar hij maakt op mij eerder de indruk van een lastige handelaar in tweedehands auto's dan van een regelrechte misdadiger.'
'Vergeet niet dat dit een ruig land is, agent Mulder,' zei Rubicon. 'Als de mayahelpers Cassandra en haar helpers inderdaad in de steek hebben gelaten, zou ze toch vroeg of laat iets drastisch hebben moeten ondernemen. Op de een of andere manier hadden ze zich dan weer een weg naar de beschaving moeten banen.'
'Aguilar heeft ze hier dus afgezet in gezelschap van zijn indiaanse helpers ... Daarna kunnen de indianen best de benen hebben genomen,' zei Scully. 'Misschien wel omdat de grond weer ging trillen.' Rubicon knikte en knipperde in het felle zonlicht herhaaldelijk met zijn ogen. 'Ik hoop dat het zo gegaan is.'
'Als Cassandra geen voorraden meer had,' merkte Scully op, 'had ze zich noodgedwongen weer in het oerwoud moeten wagen.' 'Maar zouden ze dan allemaal samen zijn gegaan?' vroeg Mulder. Hij liet zijn vingers over de uitgehakte schrifttekens op de muurstenen van het
balsportterrein glijden. Iets kleins en snels schoot een beschaduwde spleet in. 'Het lijkt me logischer dat bijvoorbeeld twee expeditieleden hulp gingen halen terwijl de rest hier bleef.'
'Je hebt gezien hoe moeilijk het oerwoud is, Mulder,' zei Scully. 'Misschien vonden ze het wel beter om bij elkaar te blijven.' 'Toch klinkt het nog steeds raar,' zei Mulder.
Rubicon schudde zijn hoofd. Zijn asblonde haar zat met zweet tegen schedel geplakt. 'Wat mij betreft hoop ik dat het verhaal klopt, want dan is er nog hoop voor mijn kleine meisje.'
Niet ver weg in het oerwoud hoorden ze iemand opgewonden roepen. Een van de indianen schreeuwde zonder ophouden. 'Laten we gaan kijken,' zei Mulder onder het rennen. 'Ze hebben iets gevonden.' Vladimir Rubicon hield hen puffend en piepend bij. Ze sprongen over omgevallen bomen, beklommen rotsblokken en waadden door beken. Op zeker moment bracht Mulder een groot dier aan het schrikken; het sprong tussen de varens en de struiken weg. Hij kon niet zien wat het was, maar had het plotseling koud en kreeg een brok in zijn keel. Misschien kreeg hij nu wel een beter zicht op een van de glibberende beesten die hij zich in het maanlicht van de vorige nacht min of meer had verbeeld. Was dat misschien de basis voor bepaalde mayamythen? Waren monsterlijke roofdieren al vele jaren de oorzaak van die talrijke verdwijningen, en van die van Cassandra Rubicon? Even later bereikten ze een tempeltje dat nauwelijks groter was dan een gereedschapsschuur. Het was oud en overwoekerd, maar kennelijk stevig genoeg. Veel van het kreupelhout was weggehakt en kruipende planten waren verwijderd, zodat stenen muren en een laag plafond zichtbaar werden.
Bij de opening stond een van de mayahelpers geïntimideerd te kijken terwijl Fernando Aguilar hem woest en woedend iets toebeet - maar zodra Aguilar de Amerikanen zag naderen, veranderde zijn uitdrukking als bij toverslag en zette hij met een zwaai zijn gevlekte hoed af. 'Kijk eens wat we gevonden hebben, amigos!' zei hij. 'De uitrusting die de ploeg van señorita Rubicon had opgeslagen!'
In de schaduw van de tempel stond een hoop kisten onder een zeildoek. Als een stierenvechter die een stier tergt, greep Aguilar de hoek van het zeildoek beet en trok het eraf, zodat de voorraad zichtbaar werd. 'De ploeg van señorita Rubicon heeft deze kisten hier kennelijk neergelegd om ze tegen wilde dieren te beschermen. De rest van de spullen is weg, maar deze kisten zijn door niemand aangeraakt. Wat een geluk dat we ze gevonden hebben!'
'Maar waarom hebben ze dat allemaal laten liggen?' vroeg Scully zachtjes.
'Kijk, voedselvoorraden en hun zender,' zei Aguilar. 'In deze grote kist zit nog iets anders.' Aguilar bukte zich om de kist te bekijken. Hij gebaarde naar een van de indianen dat de man moest helpen om het deksel open te wrikken.
'Mulder,' zei Scully, nog steeds zachtjes, 'weet jij wat dit betekent? Cassandra kan niet zijn weggegaan om dingen te halen. Er ligt hier voedsel voor een paar weken, en de expeditie had via de zender op elk moment hulp kunnen vragen.'
Vladimir Rubicon bukte zich gretig om de grote kist te inspecteren. Hij duwde met zijn schouder de indiaan opzij en trok met zijn breed- geknokkelde vingers het deksel van de kist open. Aguilar deed een stap opzij en keek toe.
Ook Scully keek toe en verbaasde zich over de inhoud. 'Een duikpak met luchtslangen,' zei ze verbijsterd. 'Wilde Cassandra de cenote onderzoeken?'
'Archeologisch gezien zou dat heel verstandig zijn,' zei Rubicon krachtig knikkend. 'In die diepe putten blijven allerlei dingen eeuwenlang bewaard. Ja, mijn Cassandra wilde daar ongetwijfeld omlaag - net als Thompson.'
Scully sloeg een steekvlieg weg. 'Wie is Thompson? Ik kan me geen expeditielid van die naam herinneren.'
Rubicon, die geconcentreerd naar de verweerde kisten had staan kijken, schrok op. 'Wie? O, Thompson. Nee, ik bedoelde Edward Thompson, de laatste grote amateur-archeoloog hier in Yucatán. Hij heeft jarenlang de cenote van Chichén Itzá bestudeerd, waarin hij de grootste schatkamer van mayavoorwerpen aantrof die ooit gevonden is.' Mulder pakte sceptisch de slappe mouw van het duikerpak van met rubber behandeld zeildoek. 'Is hij in een diepe offerput gedoken, net zoals die daar?' Hij gebaarde achterom in de richting van het hoofdplein en de hoge piramide.
Rubicon schudde zijn hoofd. 'Eh ... aanvankelijk niet. Hij is jarenlang aan het dreggen geweest, waarbij hij een gietijzeren emmer naar de bodem liet zakken, een lading modder omhooghaalde en die met zijn handen doorzocht. Op die manier vond hij beenderen, textiel, jade en diverse nog intacte schedels. Een daarvan was als ceremoniële brander gebruikt en rook nog steeds naar parfum. Maar na een tijdje stelde Thompson vast dat dat onhandige gedreg nooit zo efficiënt kon zijn als een duiker ter plaatse. Met die mogelijkheid had hij al rekening gehouden toen hij zijn eerste expeditie voorbereidde. Hij had uitrusting gekocht en een cursus gedaan. Nu leerde hij zijn vier indiaanse helpers om de luchtpompen en lieren te bedienen.'
Rubicon bekeek het duikpak dat zijn dochter had willen aantrekken en leek een huivering te onderdrukken. 'Toen Thompson in de cenote afdaalde, zwaaiden de indianen hem ernstig vaarwel. Ze gingen ervan uit dat ze hem nooit meer zouden, terugzien. Volgens zijn eigen woorden zonk hij "als een zak lood" tien meter omlaag in water dat zo donker was dat zelfs zijn lantaarn er niet doorheen kwam. Op de bodem vond hij tastend in de modder allerlei voorwerpen - munten, jade, snijwerk, dingen van rubber. Maar ondanks zijn gepantserde pak hield Thompson aan zijn duiktochtjes een ernstige gehoorschade over. De plaatselijke bevolking bekeek hem vanaf dat moment met groot ontzag: hij was de enige mens die ooit in een cenote was afgedaald en er levend weer was uitgekomen.'
Scully knikte. 'En u denkt dus dat Cassandra zijn voorbeeld wilde volgen door de cenote van Xitaclán te onderzoeken.'
Mulder ging met zijn handen door de inhoud van de kist. 'Maar ze heeft niet de kans gekregen om het pak te gebruiken,' zei hij. 'De garantiesticker van de fabrikant zit er nog op.'
'Ze werd gestoord voordat ze haar onderzoek kon afronden,' zei Rubicon. Mulder zag Fernando Aguilar nog één woedende blik op de indiaan werpen, die zich met hangende schouders omdraaide. 'Ja, maar gestoord door wat?' vroeg Mulder.
Gezamenlijk beklommen ze de trappen van de centrale Piramide van Kukulkán. Ze liepen in de vochtige lucht te hijgen en hadden heel wat moeite met de steile helling en de smalle, ongelijkmatige kalkstenen treden.
'Wees voorzichtig,' zei Mulder ernstig. 'De trap is niet erg stevig.' Rubicon bukte zich om de verweerde treden te bekijken en wees naar reliëfs die waren schoongemaakt. Het mos was verwijderd, aarde en kalksteenpoeder waren uit de groeven geborsteld. 'Kijk, Cassandra's expeditie heeft de eerste twaalf treden schoongemaakt. Als ik deze schrifttekens kon lezen, dan wisten we waarom de maya's Xitaclán gebouwd hebben en waarom deze plek hier zo magisch was.' Hij stond op en legde zijn hand op zijn onderrug. 'Maar ik ben geen expert in deze schriftvorm. Dat zijn maar weinig mensen. Het mayaschrift hoort tot de moeilijkst ontcijferbare van alle geschreven talen. Daarom nam Cassandra een speciale epigraaf in het team op.' 'Ja,' zei Scully. 'Christopher Porte.'
Rubicon haalde zijn schouders op. 'Hij schijnt heel bekwaam te zijn.' 'Laten we maar eens kijken wat er op de top van de piramide te zien is,' zei Mulder. Hij zwoegde verder de trap op.
'Waarschijnlijk een openluchttempel,' antwoordde Rubicon. 'De hogepriester ging op het plateau staan en keerde zich naar de rijzende zon voordat hij zijn offers bracht.'
Mulder bleef boven staan. Hij zette zijn handen op zijn heupen, haalde diep adem en nam het spectaculaire uitzicht in zich op. Het Midden-Amerikaanse oerwoud lag als een vlak tapijt onder hem, zover als zijn oog reikte. De bomen waren met lianen beladen en alles was welig, o zo welig groen. In de verte staken de ruïnes van stenen tempels als reuzengrafstenen boven het gebladerte uit. 'Het verleden is hier sterk aanwezig,' mompelde Rubicon. Mulder kon zich voorstellen dat de mayapriesters zich net goden voelden als ze onder de brandende ochtendzon zo dicht bij de hemel stonden. De menigtes zouden wel op het plein beneden hebben staan wachten. Daar hadden ze zich verzameld na hun arbeid in het woud, waarvan ze een deel hadden afgebrand en weggehakt om er maïs, bonen en paprika's te planten. Intussen stond de priester hier op de top, misschien met een verdoofd of vastgebonden slachtoffer, klaar om bloed te vergieten ter ere van de goden.
Mulders dartele fantasie werd wreed verstoord toen de oude Vladimir Rubicon zijn handen aan zijn mond legde en 'Cassandra!' riep naar het oerwoud. Zijn stem echode over het landschap en maakte in de boomtoppen vogels aan het schrikken. 'Cassandra!' schreeuwde hij opnieuw. Rubicon keek om zich heen. Hij luisterde en wachtte. Mulder en Scully stonden naast hem en hielden hun adem in. De oude man had tranen in zijn ogen. 'Ik moest het even proberen,' zei hij, terwijl hij zijn magere schouders ophaalde.
Toen wendde Rubicon zich met een verlegen blik tot de hoge tempelzuilen en het vlakke plateau. Mulder zag dat in het kalksteen gedetailleerde reliëfs waren uitgehakt, en in beschermde spleten en kieren waren nog steeds resten verf te zien.
De bouwers van Xitaclán hadden het motief van de gevederde slang steeds opnieuw herhaald en daarmee de tegenstrijdige indruk van angst en bescherming, macht en onderdanigheid opgeroepen. Andere reliëfs vertoonden een lange, gezichtsloze man in een vreemd lichaamspantser of pak, terwijl achter hem vlammen stroomden. Een ronde hoofdbedekking leek sterk op een ... 'Doet die gestalte je niet aan iets denken, Scully?' vroeg hij. Ze vouwde haar armen voor haar borst en schudde haar hoofd. 'Je gaat toch geen verband leggen tussen oeroude astronauten en een zaak van een paar vermisten, hè, Mulder?'
'Ik bekijk de aanwijzingen gewoon met eigen ogen,' zei hij zachtjes.
'Cassandra had misschien wel iets gevonden dat anderen verborgen wilden houden.'
'Dat is Kukulkán,' zei Rubicon, die niet gehoord had wat Mulder zei. Hij wees naar andere afbeeldingen, die een vreemd gevormd schip vertoonden plus spiralende dingen die best onderdelen van machines of andere uitrusting hadden kunnen zijn. 'Hij was heel machtig en wijs en bracht kennis van de hemel naar de aarde. Hij stal vuur van de goden en bracht het aan de mensen.'
Mulder keek Scully aan en trok zijn wenkbrauwen op. 'Gewoon een mythe,' zei ze.
Rubicon zette zijn halve bril op zijn neus, maar besefte toen hoe nutteloos dat was. Hij liet hem dus weer van zijn neus glijden en aan zijn hals bengelen. 'Kukulkán was de god van de wind en de heer van het leven. Aan het begin van de tijd bracht hij de maya's de beschaving. Hij vond de metallurgie uit en was de beschermheer van alle kunsten.' 'Echt iemand uit de renaissance,' zei Mulder.
'Kukulkán heerste vele eeuwen, maar werd toen verdreven door Tezcatlipoca. Dat eh ... was die vent met dat stinkende lijk. Kukulkán moest naar zijn vaderland terugkeren. Daarom verbrandde hij zijn huizen, die van zilver en schelpen waren opgetrokken, en voer hij naar het oosten over de zee weg, maar bij zijn vertrek beloofde Kukulkán dat hij ooit naar de mensen zou terugkeren.'
Mulder voelde zijn hart van opwinding kloppen. 'Huizen van zilver en schelpen' kon betekenen: van metaal en glas. Als hij daar al die vuur- beelden aan toevoegde, kreeg hij een raket of een ruimteschip. 'De maya's waren zó van hun legende overtuigd,' vervolgde Rubicon, die zijn hand boven zijn ogen legde en naar de horizon keek, 'dat ze wachtposten langs de oostkust zetten om eh ... Kukulkán op te wachten. Toen de Spanjaarden kwamen met hun hoge galjoenen en blinkende borstpantsers, waren de maya's ervan overtuigd dat Kukulkán was teruggekeerd.'
'Mannen in zilveren pakken zie je makkelijk voor ruimtevaarders aan,' zei Mulder.
'Je mag denken wat je wilt, Mulder,' zei Scully, 'en ik weet dat het geen zin heeft om het je uit het hoofd te willen praten. Maar we moeten nog steeds een vermist team archeologen zien op te sporen. Wat hebben mayagoden en oude astronauten met onze zaak te maken?' 'Helemaal niets natuurlijk, Scully,' zei Mulder met een stem die precies het tegendeel suggereerde. Hij glimlachte onzichtbaar. 'Volstrekt niets.'