32

Op het moment dat Krissie in de gemeenschappelijke entree in Gardner Street alles opbiechtte aan Chas, kwam Sarah thuis in de auto die Kyle bij het Kilmore Hotel had laten staan. Ze had ongezien kunnen wegrijden en was opgewekt – zoals je dat kunt zijn als je onder het bloed en de stront zit en kierewiet bent. Ze haalde de reservesleutel onder de potplant op de ve - ran da vandaan en deed de achterdeur van haar huis open.

Sarah had twee doelen: zowel de klootzak die haar gek had gemaakt als Robbie te pakken zien te krijgen. Ze was van plan geweest om Robbie tot het laatst te bewaren, maar toen ze het bericht van de maatschappelijk werkster ontving, besefte ze dat ze de boel enigszins moest omgooien.

Haar oorspronkelijke plan om Robbie de liefde en zorg te geven die hij zo duidelijk tekortkwam zou een uitdaging zijn geweest. Ze was van plan geweest om Robbie te ontvreemden door hem bijvoorbeeld ’s nachts uit zijn wieg te grissen, of nog beter, terwijl Krissie erbij was, net als ze op de wc zat of haar tanden poetste.

Na het voorval met het gecontroleerd huilen had ze Krissie om een sleutel van haar appartement gevraagd (‘voor het geval dat!’), dus dat zou een fluitje van een cent zijn geweest. Ze zou stiekem naar binnen zijn gegaan, zich in een kast of een hoek hebben verstopt, lampen hebben aangedaan en op deuren hebben gebonkt om haar de stuipen op het lijf te jagen, en daarna het kind hebben meegenomen dat haar rechtmatig toebehoorde.

Maar de uitdaging was weggenomen, en het enige wat ze nu hoefde te doen was een afspraak maken met een oude taart op het bureau voor maatschappelijk werk van Gorbals en daarna de touwtjes in handen nemen.

Sarah schonk nauwelijks aandacht aan de rode en bruine smurrie die gorgelend in de afvoer van de douche verdween. Ze dacht diep na. De irritante maatschappelijk werkster met de neusring, het kwellende weekend met het roodharige weglopertje en de eindeloze wachtlijst waren allemaal nuttig geweest. Nu zou de maatschappelijk werkster weten dat ze geschikt was om het jongetje te adopteren, omdat het zwart op wit stond dat ze geschikt was bevonden.

Voordat ze ‘haar kind’ ging ophalen, verbond Sarah haar ribben opnieuw en verzorgde ze haar wonden. Daarna vulde ze twee grote koffers met alle spullen die ze van Kyle niet had mogen meenemen bij het kamperen: haar steiltang, haar gezichtsreinigingsmelk en tonic van Clarins, en vijf paar schoenen. Bijna in trance haalde ze haar oude lijstje van dingen die gedaan moesten worden van haar ijskast en gooide het in de vuilnisbak. Ze sloot het huis af en reed naar het bureau voor maatschappelijk werk.

Toen ze daar aankwam, ging het bureau net open. Nadat ze vijf minuten bij de receptie had zitten wachten, verscheen er een vlezige vijftigjarige bij de balie die haar naam afriep. Ze zaten een paar minuten in een deprimerende kamer die naar geestesziekte en drugsverslaving rook. Sarah legde uit dat ze haar hoofd had gestoten tijdens het opzetten van een babyschommel in de achtertuin, en na een korte samenvatting en een paar vragen kreeg Sarah twee adressen: dat van de pleegouders en dat van de rechtbank waar de hoorzitting voor de kinderrechter werd gehouden, en waar ze Robbie die avond om zes uur naartoe moest brengen. Daarna ging de maatschappelijk werkster er haastig vandoor om een onderzoek te doen ten behoeve van de kinderbescherming.

Voordat Sarah haar autoportier openklikte, gooide ze een van de adressen in de vuilnisbak en bekeek ze het andere.
Een halfuur later parkeerde ze haar auto voor een rij dichtgespijkerde huurhuizen. Aan de overkant van de straat stonden bewoonde rijtjeshuizen. Sarah zocht nummer 21 op en drukte op de bel. Een vrouw van middelbare leeftijd deed open. De vrouw schrok een beetje van Sarahs geschramde voorhoofd en gezwollen lip, maar de maatschappelijk werkster had haar gebeld, dus ze wist dat Sarah zou komen.
Ook Sarah schrok, maar veel heviger: mochten mensen met een slecht gebit en een comedy-accent werkelijk zomaar de rol van pleegouder vervullen? Het huis bezat alle handelsmerken van de lagere sociale milieus: roze gordijnen met stroken en te veel volmaakt bij elkaar passende, fluwelen banken, om de standaard onbemiddelbare echtgenoot urenlang zitcomfort te bieden.
Sarah verveelde zich binnen twee seconden terwijl de vrouw aan één stuk door stond te leuteren. Robbie had om twee uur twee uur lang geslapen en daarna om acht uur negen uur lang, zijn gepureerde lievelingsgroente bleek wortel te zijn, en zijn luiergrootte was maxi voor Pampers maar maxi-plus voor Huggies.
Voordat de vrouw dieper in kon gaan op het feit dat Robbie zo had genoten van de dvd van Thomas the Tank Engine die ze voor hem had afgespeeld, kapte Sarah haar af met: ‘Het zal wel lukken, dank u wel.’ Ze pakte hem en zijn kleine tas op en nam hem mee naar de auto.
Sarah deed het portier open en op het moment dat ze besefte dat ze geen autozitje had, kwam de arbeiderstroela er met een aanzetten, dat ze vervolgens vastsnoerde in de auto.
Toen de Land Rover met gierende banden wegreed, herinnerde de pleegmoeder zich dat Robbies medicijnen nog in de ijskast lagen.

Sarah besloot naar Perth te gaan. Niemand zou haar daar op het spoor komen en Paul de Sainsbury’s-man was anders. Hij luisterde naar haar, vond haar leuk, hield misschien zelfs van haar, en ze kon hem vertrouwen. Het zou de juiste plek zijn om alles eens op een rijtje te zetten en na te gaan op welke manier ze het laatste, allerbelangrijkste punt op haar lijstje het beste kon afwerken.

Sarah deed er twee uur over om Perth te bereiken. Normaal gesproken zou het anderhalf uur vergen, maar Robbie huilde bijna aan één stuk door en dat zorgde voor oponthoud. Na een halfuur zette Sarah de auto stil om hem te knuffelen. Toen ze Robbie in het ziekenhuis voor het eerst had gezien, hadden zijn ogen haar in vervoering gebracht, haar aangesproken. Het waren ogen die haar liefhadden en begrepen.

Maar nu ze Robbie opnieuw in de ogen keek, zag ze geen spoor meer van begrip en liefde. Het waren samengeknepen, lelijke krijsoogjes en ze vroeg zich af wat Krissie het kind had aangedaan om deze verandering te bewerkstelligen. Door haar geknuffel hield hij even op met huilen, maar toen ze weer wegreed hief hij een gejammer aan dat haar er bijna toe dreef recht op het tegemoetkomende verkeer in te rijden.

Ze hief al rijdend een liedje aan:
‘Train whistle blowin’ makes a sleepy noise,
All bound for Morning Town many miles away
Underneath their blankets go all the girls and boys
Rockin’ Rollin’ Ridin’

Wat ís er nu in vredesnaam?
all bound for morning town many miles… Hóú je kóp!’ Maar deze benadering bracht hem niet tot bedaren. Hij hield alleen op met huilen toen hij met kracht Sarahs Land Rover onderkotste. Een tornado van braaksel raakte Sarahs achterhoofd en spatte uiteen tegen de voorruit. Ze gilde het mooie dorpje Dunblane bij elkaar en rende een café in.

‘Mag ik het toilet gebruiken? Dit is een noodgeval!’ ‘Bij de vvv zijn openbare toiletten,’ zei de barkeeper. Sarah stapte weer in de auto waar Robbie nu op vol volume

krijste, en reed almaar rondjes door het dorp. Waarom een dorp zo nodig eenrichtingsverkeer en veertien tegenstrijdige verkeersborden moest hebben, ging haar verstand te boven. Uiteindelijk stopte Sarah dan toch bij de vvv. Ze haalde Robbie uit zijn zitje, dat zo ingewikkeld in elkaar bleek te zitten dat je minstens gepromoveerd fysicus moest zijn om het los en vast te maken, en ze rende naar binnen.

‘Ik moet naar het toilet!’

De vrouw aan de balie was met iemand in gesprek en vroeg of ze even wilde wachten, maar aangezien Sarah daar geen zin in had, riep ze onmiddellijk: ‘Ik moet nú naar het toilet!’

De vrouw en alle anderen in het vertrek trokken synchroon hun wenkbrauwen op, en toen zag Sarah voor de zaak het bordje van de toiletten. Ze rende naar buiten en probeerde de deur open te krijgen, maar die zat op slot. Ze schopte er een paar keer tegenaan en zette een keel op totdat de geschrokken baliemedewerkster met de sleutel naar buiten kwam.

Na zich provisorisch gewassen te hebben, droogde Sarah haar haar met de handendroger en inspecteerde zichzelf in de spiegel. Ze voelde zich wat beter en ze kon er weer mee door. Ze kocht kleding voor Robbie in een liefdadigheidswinkel en voeding en luiers bij de drogist, en vervolgens belde ze Paul, de manager van Sainsbury’s. Daarna vertrok ze. Robbie viel in slaap, zodat ze in alle rust kon rijden, en hij sliep nóg toen ze de bestrate oprit op reed van een kleine, nieuwe twee-onder-een-kapwoning in een voorstad van Perth. Er stonden honderden van die huizen in de straat, allemaal eender, allemaal blokkendozen.

Ze bracht de auto tot stilstand en controleerde het adres. Dit was niet bepaald een kasteel.
Ze klopte aan en Paul kwam glimlachend naar buiten.
‘Waarom heb je tegen me gelogen?’
‘Ik weet het niet.’
‘Wilde je indruk op me maken?’
Sarah was altijd terughoudend geweest, niet geneigd om de eerste stap te zetten, netjes en beleefd. Maar dat was vroeger. In de tijd voordat ze dood was gegaan en weer tot leven was gekomen.
Ze keek Paul even aan terwijl ze daar op de drempel van zijn huis stond, trok vervolgens zijn gulp open, haalde zijn penis tevoorschijn en begon die langzaam van boven tot onder te likken, pal voor de ogen van al die kleinzielige mensen in al hun kleinzielige blokkendozen. Hij trok haar overeind, keek om zich heen of iemand het had zien gebeuren en sleurde haar naar binnen.
Sarah had geen zin in het soort seks waarmee baby’s gemaakt worden. Het soort waarbij de man zijn penis in de vagina van de vrouw steekt en een zaadlozing heeft. Dat soort seks had ze jarenlang vruchteloos bedreven.
Dus toen Paul zijn penis in haar vagina probeerde te steken na de bijterige kus en het afrukken van kleren, duwde ze hem van de bank op de grond en ging ze onbeschaamd wijdbeens over zijn hoofd heen staan.
‘Alleen maar kijken,’ zei ze, en dat deed hij, hoewel het na een paar minuten wel wat saai werd. Hij stond op het punt om de touwtjes in handen te nemen en de zaak in beweging te zetten, toen Robbie in de auto wakker werd en het op een krijsen zette.
‘Wat is dat?’
‘Shit, dat is Robbie.’
‘Wie?’
Het valt niet mee om moeder te zijn, om nooit eens iets spontaan te kunnen doen, dacht Sarah bij zichzelf toen ze Robbie het huis in droeg, om te ontdekken dat Paul de Sainsbury’sman haar bijzonder vreemd aankeek.
‘Heb jij een kind?’ vroeg hij.
‘Jazeker.’
‘Wil je een kop koffie?’ vroeg hij, toen ze de Pampers maxi in de vuilnisbak gooide.
‘Ja, graag,’ zei Sarah, terwijl ze Robbie wat gepureerde wortel uit blik voerde.
‘Jij geilt op buitenissig, hè?’
Hij begon weer opgewonden te raken. ‘Je bent een vuile sloerie.’
Sarah staakte haar bezigheden even en hield oogcontact met Paul.
‘Waar hoort deze?’ vroeg Sarah, terwijl ze de lepel afdroogde waarmee ze Robbie zijn wortel had gevoerd.
Hij wees op de bestekla.
‘Je kunt me niet zo achterlaten, zonder me te bevredigen.’
‘Tuurlijk,’ zei Sarah, ‘ik zal hem even in de auto zetten.’
Ze zette Robbie terug in haar Land Rover, boos omdat ze – alweer – een leugen te horen had gekregen. Alweer was verraden. Paul hield niet van haar, mocht haar zelfs niet eens. Hij vond haar een vuile sloerie. Ze had gedacht dat Paul anders was, maar dat had ze ook van haar stiefvader en haar man gedacht… Ze waren geen van allen anders, dacht ze bij zichzelf toen ze het huis weer betrad, met een waanzinnige, woedende blik in haar ogen.
Paul had zijn wurmpje al klaar, met een sneu druppeltje pis aan het uiteinde. Hij zat op de bank een poging te doen om een stijve te krijgen, terwijl zij de bestekla opendeed en de lepel erin legde. Haar oog viel op een glanzend mes in het vakje naast de lepels.
Ze liep naar Paul toe en trok haar broek uit.
‘Op voorwaarde dat je tegelijkertijd iets voor mij doet,’ zei ze, en ze ging boven op zijn gezicht zitten.
Daarna bukte ze zich om hem in haar mond te nemen, terwijl hij deed wat Kyle die avond in het hotel had gedaan voordat ze wakker werd en hem onder het uitroepen van ‘Ga je tanden poetsen!’ een dreun op zijn hoofd had gegeven. Het was eigenlijk best lekker.
Ze voldeed aan Pauls beleefde verzoek, maar het was verdomd saai, en verdomd irritant toen hij haar vroeg zijn harige ballen te likken. Nadat ze met haar tong over de leerachtige scheuten had gestreken en een paar zwarte haren tussen haar tanden vandaan had getrokken, haalde ze het glanzende mes tevoorschijn dat ze uit de bestekla had weggenomen, en ze streek ermee over zijn nietsvermoedende onderste. Ze genoot ervan om de scherpe kant van het koude lemmet rond te laten glijden en tegelijkertijd haar mond plagerig op en neer te bewegen, maar uiteindelijk vond ze het toch wat banaal. Ze kon wel wat fantasievollers bedenken. Ze verborg het mes onder de bank en bewerkte hem op een spectaculaire manier tot hij op het punt stond klaar te komen, en daarna deed ze een beroep op de vaardigheid die ze zich in de rotsspleet eigen had gemaakt, de vaardigheid die toen een zwakte had geleken. Ze herinnerde zich het urenlange, uiterst pijnlijke afknijpen, en de zalige bevrijding toen ze verslapte en het laatste beetje zelfrespect losliet.
Pauls orgasme werd in de kiem gesmoord door dat van Sarah, dat sensationeel en veelkleurig was.
‘Gadverdamme! Vuile sloerie!’
Sarah stond op met het mes in haar hand en maakte een snee in zijn been.
‘Aaah! Nee! Hou op!’
Ze hield het mes tegen zijn hals en smeerde haar uitwerpselen uit in zijn gezicht, mond, neus en oren.

Hij stond nog kokhalzend in de badkamer de plakkerige smurrie uit zijn haar te vegen en de verkleefde brokken uit zijn lichaamsopeningen te schrapen, toen hij haar auto toeterend afscheid hoorde nemen. ‘gore hoer!’ schreeuwde hij, waarbij het bruine speeksel uit zijn mond spatte.

Dat is prima verlopen, dacht Sarah bij zichzelf, terwijl ze haar handen schoonveegde met babydoekjes van Pampers. De rust waarop ze had gehoopt had ze niet gekregen, maar het was stimulerend geweest en ze voelde zich energiek en geïnspireerd genoeg om het laatste punt van haar lijst af te werken.

Mike vermoorden.