73
Zodra Fran uit het ziekenhuis kwam, belde ze Molly vanuit de auto. 'Ik moet met je praten,' zei ze op dringende toon. 'Ik ben beslist hier,' zei Molly. 'Kom maar. Jenna is er, maar die moet aanstonds weg.'
'Ik hoop dat ik haar niet misloop. Ik heb geprobeerd een datum te prikken voor een afspraak met haar en haar man. Ik ben over een paar minuten bij je.'
Het gaat maar net, dacht Fran, toen ze op haar horloge keek en zag dat ze binnen een halfuur terug moest rijden naar New York, maar ik wil met eigen ogen zien hoe Molly het maakt. Ze moet het bericht over de bijzondere vergadering van de paroolcommissie op maandag inmiddels ontvangen hebben. Ze bedacht ineens dat als Jenna er nog was, ze Molly niet kon vragen waarom Peter Black door Gary was uitgenodigd om samen met hem het ziekenhuis te leiden. Ze zou het gegarandeerd aan haar man vertellen. Maar gezien hun verleden zou Molly Jenna toch wel vertellen waarover ze gepraat hadden, besefte Fran.
Om tien voor drie draaide Fran de oprit van Molly's huis in. Er stond een Mercedes cabriolet voor het huis geparkeerd, en ze begreep dat dat Jenna's auto moest zijn. Ik heb haar zoveel jaren niet gezien, dacht Fran. Ik ben benieuwd of ze er nog zo fantastisch uitziet als toen. Heel even kwam het oude gevoel van 'niet goed genoeg zijn' weer bij haar op toen ze dacht aan de jaren die ze in Greenwich had gewoond en hier op school had gezeten. Toen ze op de Cranden Academy zaten, was het een publiek geheim dat Jenna's familie geen geld had. Jenna grapte altijd: 'Mijn overgrootvader heeft een stoot geld verdiend, en zijn nazaten hebben het weer uitgegeven!' Maar over haar adellijke afkomst viel niet te discussiëren. Net als Molly's voorouders, waren die van Jenna laat-zeventiende-eeuwse kolonisten geweest die uit Engeland naar Boston waren gekomen. Ze waren vermogend en door de Kroon benoemd, heel anders dan de meesten die hierheen kwamen in de hoop de kost bijeen te kunnen schrapen in de Nieuwe Wereld. Molly deed de deur open toen Fran eraan kwam. Ze had kennelijk op de uitkijk gestaan. Fran schrok van Molly's uiterlijk. Ze was lijkbleek en ze had donkere kringen onder haar ogen. 'Herenigingstijd,' zei ze. 'Jenna heeft op je gewacht.'
Jenna zat in de werkkamer een berg foto's door te kijken. Ze sprong op toen ze Fran zag. 'We'll meet again,' zong ze terwijl ze op Fran toeliep om haar te omhelzen. 'Herinner me alsjeblieft niet aan dat idiote klassenverhaal dat ik geschreven heb,' smeekte Fran met een overdreven vertrokken gezicht. Na de korte omhelzing deed ze een stap achteruit. 'Nou zeg, Jenna, wordt het geen tijd om eens een beetje minder mooi te worden?'
Jenna zag er inderdaad spectaculair uit. Haar donkerbruine haar viel met nonchalante gratie tot net boven de kraag van haar jasje; haar enorme, lichtbruine ogen gloeiden werkelijk; haar tengere lichaam bewoog zich met een klaarblijkelijk onbewuste, achteloze elegantie, alsof haar schoonheid en de complimenten die ze daarover kreeg niet meer waren dan haar toekwam.
Een ogenblik had Fran het gevoel dat de klok was teruggedraaid. Tijdens die vier jaren op de academie was ze nog het dichtst in de buurt van Molly en Jenna geweest in de tijd dat ze aan het jaarboek werkten. Deze kamer deed haar nu denken aan dat jaarboek, met die stapels papieren en dossiers, de rondslingerende foto's, de berg oude tijdschriften. 'Het is een nuttige dag geweest,' zei Molly. 'Jenna kwam om tien uur en ze is sindsdien stug doorgegaan. We hebben alles doorgenomen dat in Gary's bureau en op de planken in deze kamer lag toen het nog zijn werkkamer was. We hebben een hoop spullen weggegooid.'
'Geen gezellige dag, maar daar is later nog tijd genoeg voor, is het niet zo, Fran?' vroeg Jenna. 'Als deze nachtmerrie achter de rug is, komt Molly in New York bij me logeren. We gaan dagen doorbrengen in een fantastische nieuwe salon die ik heb ontdekt en laten ons verwennen. We zullen zo'n koopwoede tentoonspreiden dat de term "buitensporig" ontoereikend lijkt, en dan gaan we ons door de beste restaurants van New York heen eten. We beginnen bij Le Cirque 2000.' Ze sprak met zoveel overtuiging dat Fran de realiteit heel even uitschakelde en haar nog geloofde ook. Het ging zelfs zo ver dat ze zich buitengesloten voelde en ernaar verlangde bij de plannen betrokken te worden. Weer die schaduwen uit het verleden, dacht ze.
'Ik heb het opgegeven om in wonderen te geloven, maar mocht dit wonder zich voordoen, dan is Fran absoluut een van de feestvierders,' zei Molly. 'Zonder jullie twee aan mijn kant, had ik het niet zover gered.'
'Je redt het wel, dat beloof ik op mijn eer als vrouw van Cal de Formidabele,' zei Jenna glimlachend. 'Over Cal gesproken, Fran, ik ben bang dat hij door dat gedoe met die fusies drukbezet en tegelijkertijd chagrijnig is, en dat is een nogal vervelende combinatie. Ik kan voor bijna elke dag van de volgende week een afspraak met je maken, maar het lijkt me beter als je je pogingen om een afspraak met hem te maken nog even uitstelt.'
Ze omarmde Molly. 'Ik moet ervandoor en Fran zal wel dingen met je willen bespreken. Fran, het is echt leuk je weer te zien. Volgende week, oké?'
Fran dacht snel na. Als Molly's parool werd ingetrokken, zou dat maandag gebeuren en dan zou Jenna vast bij haar willen zijn. 'Wat vind je van woensdag, om een uur of tien bij jou op kantoor?' 'Uitstekend.'
Molly liep met Jenna mee naar de deur. Toen ze terugkwam in de werkkamer zei Fran: 'Molly, ik moet zo terug naar New York, dus ik zal snel zijn. Je hebt vast al gehoord over de bijzondere vergadering van de paroolcommissie.' 'O, ja, ik heb er niet alleen over gehoord, ik heb bericht ontvangen dat ik moet verschijnen.' Molly's gezicht en stem waren kalm.
'Ik weet wat je denkt, maar hou vol, Molly. Er gaat iets gebeuren, dat zweer ik je. Ik heb vandaag met de zuster van Annamarie gesproken en ze heeft me over Lasch Hospital een paar schokkende dingen verteld waar jouw man en Peter Black bij betrokken waren.'
'Peter Black heeft Gary niet vermoord. Ze waren dikke vrienden.'
'Molly, als zelfs maar de helft van wat ik vermoed over Peter Black waar is, is hij een door en door slecht mens die tot zowat elke misdaad in staat is. Dit is wat ik van je wil weten, en ik hoop dat je de antwoorden hebt: waarom heeft je man Peter Black hierheen gehaald om de praktijk met hem te delen? Ik heb Black nagetrokken. Hij was geen geweldige arts en hij had geen stuiver om in de onderneming te steken. Niemand geeft zomaar een half ziekenhuis weg aan een oud vriendje - en volgens mij was Black dat niet eens van Gary Lasch. Weet jij waarom je man Black hierheen haalde?' 'Peter was al in het ziekenhuis toen ik met Gary begon uit te gaan. Het onderwerp is nooit ter sprake gekomen.' 'Daar was ik al bang voor. Molly, ik weet niet wat ik zoek, maar doe me een plezier en laat me terugkomen en al Gary's dossiers doornemen voor je iets weggooit. Misschien vind ik iets waar we wat aan hebben.'
'Zoals je wilt,' zei Molly onverschillig. 'Ik heb al drie volle vuilniszakken in de garage gezet. Ik zal ze voor je in de bergkast zetten. En de foto's?'
'Bewaar ze nog even. Misschien hebben we er een paar van nodig als we het programma doen.'
'O ja, het programma!' Molly zuchtte. 'Is het echt pas tien dagen geleden dat ik je vroeg een onderzoek in te stellen waarvan ik dacht dat het mijn onschuld zou bewijzen? O, wat een onnozele hals,' zei ze met een flauwe glimlach. Ze heeft de hoop opgegeven, dacht Fran. Ze weet dat ze naar alle waarschijnlijkheid maandag weer op weg is naar de gevangenis om de rest van haar oorspronkelijke straf van tien jaar uit te zitten, en dan is het proces voor de moord op Annamarie Scalli nog niet eens begonnen. 'Molly, kijk me aan,' beval ze. 'Ik kijk je aan, Fran.'
'Molly, je móét me vertrouwen. Ik denk dat de moord op Gary er maar één is in een serie van moorden die jij beslist niet gepleegd hebt en ook niet gepleegd kunt hebben. Geloof me, ik ga dat bewijzen, en als ik dat doe, zul jij van alle blaam gezuiverd worden.'
Ze moet dat geloven, dacht Fran, in de hoop dat ze overtuigend genoeg had geklonken. Het was haar duidelijk dat Molly bezig was in een depressie weg te zakken. 'En dan laat ik me helemaal mooi maken en ga in de beste restaurants van New York dineren.' Ze zweeg en schudde haar hoofd. 'Jij en Jenna zijn fantastische vriendinnen, maar ik geloof dat jullie alle twee feiten en fictie door elkaar halen. Ik ben bang dat mijn lot is bezegeld.' 'Molly, ik heb een uitzending vanavond, dus ik moet nu weg om me voor te bereiden. Gooi alsjeblieft niets weg van wat hier ligt.' Fran keek vluchtig naar de bank. De foto's lagen uitgespreid, en ze zag dat Gary Lasch overal op leek te staan.
Molly merkte dat Fran naar de oude foto's keek. 'Jenna en ik waren herinneringen aan het ophalen voor je kwam. We hebben met z'n vieren ook heel leuke tijden gehad, dat dacht ik tenminste. God mag weten wat mijn liefhebbende echtgenoot toen dacht. Waarschijnlijk zoiets als: ha fijn, weer een avondje uit met de saaie tuttebel.'
'Molly, hou daarmee op! Kwel jezelf niet zo,' smeekte Fran. 'Mezelf kwellen? Dat hoef ik niet zelf te doen. Daar is de hele wereld al mee bezig. Die hebben mijn hulp niet nodig. Fran, je moet terug naar New York, dus ga nu maar. Maak je om mij geen zorgen. O, wacht even - een snel vraagje. Heb jij iets aan deze oude tijdschriften? Ik heb ze even doorgebladerd, maar er staan alleen medische artikelen in die Gary las. Ik was van plan ze te lezen, maar mijn intellectuele nieuwsgierigheid is op het ogenblik zoek.' 'Zijn er artikelen bij die hij geschreven heeft?' 'Nee. Hij heeft alleen aangestreept wat hem interesseerde.' Wat Gary Lasch als arts interesseerde, daar ben ik zeker benieuwd naar, dacht Fran. 'Laat ik die tijdschriften maar meenemen, Molly. Ik kijk ze even door en dan gooi ik ze wel weg.' Ze boog zich voorover en raapte de zware stapel op van de vloer.
Molly hield de voordeur voor haar open. Fran bleef even staan, in tweestrijd tussen de noodzaak om op weg te gaan en haar tegenzin om Molly alleen te laten in haar duidelijk zwaarmoedige geestestoestand. 'Zijn er nog herinneringen bij je opgekomen, Molly?'
'Die dacht ik te hebben, maar net als alles hadden ze geen enkele betekenis. Mijn dappere gepraat over herinnering was beslist een vergissing, vind je ook niet? Het ziet ernaar uit dat het me maandag viereneenhalf jaar vrije kost en inwoning gaat opleveren, en dat staat nog los van de vraag of ze me schuldig bevinden en veroordelen voor de moord op Annamarie.' 'Molly, geef het niet op!'
Molly, geef het niet op. Dat was het refrein dat door Frans hoofd speelde toen ze, met af en toe een bezorgde blik op haar dashboardklokje, door het drukke verkeer terugreed naar New York.