6
Met pijnlijke vuisten bonkte Roselli nogmaals op de deur, en daarbij liet hij vochtige plekken op het koele metaal achter. Hij werd verteerd door woede, en daardoor besefte hij niet dat zijn pogingen uit deze kluis te komen futiel waren.
Hij had tevergeefs geprobeerd de vitrinekasten met de bronzen werktuigen te openen, want hij had gedacht dat hij met een bronzen bijl of zoiets wel het slot kapot kon maken. Maar alles zat goed dicht, zelfs aan de vloer geschroefd, en er lag niets los wat hij zou kunnen gebruiken. Dus was hij maar met zijn vuisten op de deur gaan rammen. En dat was uiteraard een verspilling van energie. Hij wist eigenlijk ook wel dat zo’n bronzen werktuig te zacht zou zijn om schade aan de dikke veiligheidsdeur toe te brengen.
Dus bleef hem niets meer over dan een kinderlijke driftaanval.
De luchtkokers zoemden. Maar de airconditioning ververste de lucht in de ruimte niet met koele, schone lucht, maar zoog de zuurstof eruit. Het rook al naar ozon.
Na verloop van tijd hield hij op met bonken en leunde verslagen met zijn rug tegen de deur, waarna hij zich op het berbertapijt liet zakken. Vervolgens maakte hij zijn stropdas los en knoopte de kraag van zijn overhemd open. Terwijl hij nogmaals om zich heen keek, vervloekte hij het feit dat er geen ramen of andere deuren waren. Zelfs de luchtkanalen waren te klein voor een muis, laat staan voor een stevige kerel van middelbare leeftijd.
Hij ademde nog slechts oppervlakkig, en het werd een pijnlijke bezigheid. Het leek alsof hij door onzichtbare handen langzaam werd gewurgd. Opeens drong het besef van zijn uitzichtloze situatie tot hem door: hij kon niet ontsnappen. Deze kluis zou zijn graf worden. Ironisch genoeg werd hij kwaad omdat die sluwe dominee hem de beloofde whisky niet had gegeven. Ze waren samen in de meest ongastvrije oorlogsgebieden ter wereld geweest, en daar hadden ze voor elkaar gezorgd. En nu dit... ‘Als je me dan toch wilt vermoorden, had je dat iets beleefder kunnen doen,’ mopperde hij.
Hij vroeg zich af waar Stokes zijn lijk zou dumpen: in zijn eigen huis, zodat zijn echtgenote zou denken dat de hoge cholesterolwaarde en de hoge bloeddruk hem eindelijk de baas waren geworden? Of op kantoor, zodat zijn secretaresse kon mopperen dat hij zichzelf dood had gewerkt? Of in een hotelkamer in Caesar’s Palace, zodat kon worden gedacht dat zijn enorme verliezen en te veel drinken hun tol hadden geëist?
‘Sluwe klootzak,’ bracht hij met een iel stemmetje uit.
Hij hijgde flink, en hij voelde zich duizelig. Alles werd wazig.
Misschien was dit wel een passend einde na alles wat hij de afgelopen jaren had gedaan om Stokes te helpen zijn ambitieuze plannen voor wereldoverheersing in werking te stellen. Armageddon, of hoe je het laatste onderdeel ook wilde noemen. Zou Stokes ooit worden geoordeeld voor wat híj had gedaan? Als God bestond, waarom zou hij zo’n door en door slechte ijdeltuit dan belonen? Wat was er gebeurd met hel en verdoemenis, de toorn en de wraak?
Vastbesloten niet zonder strijd het loodje te leggen, deed Roselli zijn best een manier te bedenken waarop hij de anderen kon waarschuwen die Stokes misschien ook als een bedreiging beschouwde. Uit de zak van zijn jasje haalde hij zijn BlackBerry. Zoals hij al had verwacht, kon die hier geen verbinding krijgen.
Loom bewegend ging hij naar het midden van de ruimte en hield het apparaatje bij het plafond. Geen signaal. ‘Geweldig,’ mopperde hij.
Omdat hij draaierig werd, ging hij op de grond zitten en leunde tegen het voetstuk. Ademhalen was een echte worsteling.
Met de stilus opende hij het adresboek en begon aan een e-mail voor iedereen die in het adresboek stond. Het moest een waarschuwing worden voor iedereen die aan het project had meegewerkt, plus een bekentenis dat hijzelf had meegeholpen aan een verschrikkelijke daad waarvan de gevolgen het verdere bestaan van de mens in gevaar brachten. Daarvan zouden ze wel rechtop gaan zitten, dacht hij. Misschien zouden de wetenschappers dan beseffen dat ze zonder het te weten hadden meegewerkt aan een sinister plan waarbij vergeleken het Manhattan Project slechts kinderspel was. Misschien zouden ze dan samen optrekken en om rechtvaardigheid roepen. Van die mogelijkheid kreeg Roselli nieuwe hoop.
Eindelijk zou hij open kaart spelen en alles openbaar maken.
Hij stelde nog een e-mail op, maar zorgde ervoor dat die later zou worden verstuurd. Deze was voor Stokes. Het zou Roselli’s laatste woord zijn, uit het graf. Zodra hij klaar was en alles nog eens had doorgelezen, verscheen er ondanks zijn benarde situatie een grijns op zijn gezicht.
Hij maakte bijzondere instellingen voor het verzenden van beide e-mails. Om de minuut moest het apparaatje controleren of er al verbinding kon worden gemaakt, en dan kon het versturen een aanvang nemen. Zodra de e-mails waren verzonden, zouden ze worden gewist van de BlackBerry.
Hij haalde hijgend adem en voor zijn ogen dansten vlekken.
Uit zijn jaszak haalde hij een glazen buisje waarin wit poeder zat. Hij haalde de rubberen dop eraf. Heel voorzichtig strooide hij een paar korreltjes op het toetsenbord van de BlackBerry. Vervolgens stopte hij het lege buisje terug in zijn zak, gevolgd door de BlackBerry.
Zijn handen liet hij op de grond vallen. Alles draaide om hem heen.
Veel plezier in de hel, Stokes, dacht hij nog.
Even later werd alles zwart, en toen verloor hij het bewustzijn.