9. Kunst omwille van de kunst
De eerste echtgenotes hadden het kantoor van Elise in Rockefeller Center allang verlaten toen Phoebe Van Gelder en de eerste gasten bij de galerie van Shelby arriveerden. Morty stond wat schutterig bij de lift te kijken hoe de mensen begonnen binnen te lopen. ‘Exhibitionisme’ zou een betere titel zijn geweest voor deze tentoonstelling. Als deze enorme schilderijen geen vergrotingen waren uit een of ander pornografisch blad, dan wist Morty het niet meer. Maar wat wist hij van die stomme moderne kunst? Hij dacht dat dit spul meer iets was voor Forty-second Street, maar Shelby was curator geweest in het Museum voor Moderne Kunst, dus zij kon het weten. Maar hij had nog nooit van zijn leven voor een gleuf betaald en hij kon zich niet voorstellen dat deze mensen dat wel zouden doen. Toch zagen ze er niet geschokt uit.
Hoewel de opkomst nog niet geweldig was, liepen er mannen in smoking rond en vrouwen die gekleed waren voor feesten later op de avond, terwijl ze knabbelden op toastjes met paté. Het eten was in ieder geval goed, de gehakte lever was even goed als zijn moeder die altijd maakte, moge ze rusten in vrede. Het waren alleen die panfluiten, of wat het ook was voor muziek, waar hij stapelgek van zou worden.
Bill Atchison hield een arm om Phoebe heen. Zoals gewoonlijk droeg ze iets buitenissigs en zoals gewoonlijk kon Bill zijn ogen niet van haar afhouden. Ze was werkelijk bijzonder en iedereen wist het. Ze had het allemaal, vond hij: geld, klasse, creativiteit en sexappeal. Bill voelde zichzelf groeien. Iedereen keek naar haar en hij voelde hun begeerte, hun jaloezie. Niet slecht voor een man van tegen de zestig. Helemaal niet slecht.
Zoals altijd voelde hij zich niet prettig als hij over zijn leeftijd nadacht. Hij zag er niet uit als zevenenvijftig. Christus, hij zag er niet uit als vijftig en hij voelde zich twintig jaar jonger. Hij dacht als een jong iemand, dus was hij jong. Dat zei Phoebe, hoewel ze hem in hun meest intieme momenten ‘pappie’ noemde.
Hij keek de galerie rond. Het begon drukker te worden. Nu zouden ze allemaal het geweldige talent zien dat hij had ontdekt en gekoesterd. Nu zou ze de wereld toebehoren.
Maar heel even deinsde hij terug voor dat idee. Er waren twee jonge mannen bij hen komen staan. De een zag eruit als een flikker, maar de ander... keek Phoebe naar hem? Bill wou dat zijn scheiding erdoor was, zodat hij met Phoebe kon trouwen en zeker zou weten dat ze de zijne was. O, maar waar maakte hij zich druk om? Ze hield van hem. Dat wist hij. Ze staarde door alle coke die ze had gebruikt. Gewoon zenuwen voor de opening. Alleen hij kon haar begrijpen. Zo’n oude ziel. Weer keek hij naar haar schilderijen. Zo’n oude ziel en zo hitsig.
Aaron Paradise en Leslie Rosen waren op weg naar de opera, maar moesten even bij de opening langs. Niet alleen moest Aaron erheen om Morty een plezier te doen, zijn gewaardeerde hoewel wat onbeschaafde cliënt. ‘Ik wil zien wat dat meisje maakt, Aaron,’ had Leslie toegegeven. ‘Te oordelen naar wat ik van Phoebe heb gezien, denk ik dat ze hulp nodig heeft en ik zou graag degene zijn die haar helpt.’ Leslie wist zeker dat de kunstwerken van Phoebe haar een hoop zouden vertellen en haar zouden helpen Phoebe beter te begrijpen. Bovendien konden zij en Aaron kijken of er misschien klanten te vangen waren. Geen slecht idee. En Gil Griffin zou er zijn. Het kon geen kwaad die relatie een beetje warm te houden.
Aaron moest toegeven dat hij zich een beetje ongerust maakte over de mogelijkheid dat hij Annie tegen het lijf zou lopen. Maar, zei hij tegen zichzelf, dat moet toch een keer gebeuren. Hij was voorbereid. En, zoals Leslie vele keren had gezegd, ze moesten Annie gewoon geen kans geven de martelares te spelen.
Leslie zag er vanavond heel mooi uit, vond Aaron terwijl ze de lift uitstapten en de nieuwe galerie binnengingen. Ze kleedde zich niet alleen eenvoudig, maar bijna stijf. Vanavond droeg ze haar haar naar achteren, waardoor haar roomblanke hals te zien was. Haar strapless zwarte jurk sloot nauw om haar volle boezem en viel dan recht op de grond. Het was een McFadden, dacht hij, van die geplooide stof waardoor vrouwen eruit zagen als klassieke beelden. En ze zag er inderdaad klassiek uit. Ze was zoveel vrouwelijker dan Annie. ‘Ik hou van je,’ fluisterde hij in haar oor.
‘Mooi zo,’ zei ze, terwijl ze haar wenkbrauwen optrekkend het vertrek rondkeek. Aaron volgde haar blik.
‘O, lieve hemel,’ zei hij, naar de enorme genitaliën op de muur starend.
‘Wacht tot Jon dit ziet.’
Aaron wist niet zeker of Leslie de aanblik van de schilderijen bedoelde of het uiterlijk van Phoebe Van Gelder. Ze stond voor hen, naast Bill Atchison. Ze had een soort doorzichtige, zwarte bodystocking aan en een slappe, tutu-achtige rok. ‘Hoe noem je dat?’ vroeg Aaron aan Leslie.
‘Exhibitionisme.’
Aaron lachte. ‘Zullen we?’ bood hij aan en samen liepen ze naar het paar. Het was tijd om te gaan slijmen.
Larry Cochran stapte de lift uit en zag Asa bij de ingang van de galerie staan. Met een glimlach liep hij naar hem toe. ‘Asa, sorry dat ik zo laat ben,’ zei Larry, zijn vriend een klap op de rug gevend. Asa begroette Larry wat onhandig, met iets wat het midden hield tussen een hand en een omhelzing. Asa was homo, of misschien biseksueel; Larry had het idee dat Asa het zelf eigenlijk niet zo goed wist. Hij was niet lichamelijk ingesteld. Larry vroeg zich soms af of Asa ooit verliefd op hem was geweest, maar het was iets waar hij niet graag over nadacht.
‘Larry, fijn je te zien. Ik ben er zelf ook nog maar net. Net op tijd voor de champagne,’ zei Asa, terwijl hij een passerende ober riep.
Larry keek langzaam het vertrek rond en nam Asa vervolgens mee naar een rustige hoek. ‘Wat heb je voor nieuws, Asa? Wat is er allemaal gebeurd?’
Asa haalde even zijn schouders op. ‘Niks bijzonders, makker, niks bijzonders. En jij?’ Larry had gehoopt dat Asa het gesprek gaande zou houden tot hij een opening vond om terloops om de lening te vragen. Dat zou hij graag achter de rug hebben. Maar hij zag dat er iets was wat Asa dwarszat. Hij is net zo down als ik, dacht Larry. Niets ongewoons voor hen alle twee natuurlijk, aangezien hun gemeenschappelijk gebrek aan succes en geld al die jaren de basis voor hun vriendschap leek te zijn. Het zou niet gemakkelijk zijn bevriend te blijven met een vent die ineens rijk en beroemd werd.
Altijd wanneer ze elkaar ontmoetten, vroeg Larry Asa langs zijn neus weg: ‘Heb je nog een goede tip voor me voor de beurs?’ Alsof hij aandelen kon kopen als Asa hem een tip gaf.
Zoals gewoonlijk glimlachte Asa en zei: ‘Niets wat we kunnen gebruiken.’ Larry schudde zijn hoofd. Hij kende Asa’s gevoel voor ethiek waar het zijn carrière betrof. Geen inside-information, hou de zaken zuiver. Maar verbazingwekkend genoeg voegde Asa eraan toe: ‘Iedereen is rijk geworden behalve ik en ik weet meer dan de meesten van hen. Ik wou dat ik wat geld had. Zoals de markt zich nu ontwikkelt, ziet het ernaar uit of niemand kan verliezen.’ Larry’s maag kromp in elkaar.
‘Bedoel je dat je niets hebt?’
‘Ik ben volkomen platzak,’ gaf Asa somber toe. ‘Ik leef van mijn cheques.’
‘Ik had je vandaag om een lening willen vragen,’ kreunde Larry. ‘Allemachtig, Asa. Ik moet nu zevenhonderdtweeënveertig dollar huur betalen, anders word ik op straat gezet. Hoe laag de huur ook is, als je het niet hebt, heb je het niet.’ Larry nam een grote slok champagne.
‘Nee, ik heb alleen maar betaalpasjes.’ Asa zweeg even en voegde er toen aan toe: ‘Maar als je het kunt rekken tot eind oktober, kan ik je royaal uit de brand helpen.’
‘Aan het eind van de maand krijg ik ook wat geld binnen. Nee, ik heb het nú nodig,’ zei Larry, zijn teleurstelling wegslikkend.
Larry keek Asa weer aan en vroeg: ‘Wat gebeurt er aan het eind van de maand? Win je dan de staatsloterij?’
‘Ik heb iets op stapel staan,’ zei Asa wat ontwijkend. ‘Maar jij bent aan het schrijven geweest en hebt geen foto’s gemaakt. Ik dacht dat jij wel goed in de slappe was zou zitten.’
‘Nee,’ zei Larry, ‘alleen maar in de puree.’
Toen Gil en Mary Griffin de galerie binnenstapten, werden ze besprongen door Morty en Shelby. ‘O, wat ben ik blij dat ik jullie zie,’ teemde de geelharige Shelby. ‘Ik popel om jullie reactie te horen.’ Gil keek om zich heen. Een beetje veel. Persoonlijk vond hij het openbaar vertonen van dit soort dingen weerzinwekkend, maar hij wist dat hij dat beter niet kon laten merken. Hij was een volger, geen leider in de wereld van de kunst en hij was zo wijs dat in te zien. Het was Mary die wat geschokt keek. Hij zou haar daarover moeten onderhouden.
‘Ik wilde jullie meenemen naar de privé-toonzalen,’ vervolgde Shelby. ‘Ik heb daar wat selecte werken van Phoebe.’
Gil was niet geïnteresseerd. Mary had al die sociale aspiraties, zoals het appartement aan Fifth Avenue en die belachelijke liefdadigheidscomités. Het kon Gil geen zier schelen. Cynthia had die society-onzin gedaan, waar hij ooit profijt van had gehad. Maar nu niet meer. Daar stond hij nu boven, en bovendien verveelde het hem. Maar als Mary het wilde, vond hij het best. Tot op zekere hoogte. Maar hij was niet van plan dit aan de muur te hangen, hoezeer het ook in de mode mocht zijn. Hoewel het prettig was meegenomen te worden naar de privé-vertrekken, ver van de hoi polloi. Hij gaf Mary een arm en volgde Shelby en die walgelijke Morty Cushman, onbeschaafd en zo nouveau. Morty werd de laatste tijd een beetje opdringerig. Gil had hem miljonair gemaakt, maar de kleine wezel bleef snuffelen of er nog meer te halen viel. Gil zou hem binnenkort wel lozen.
Op dat moment wilde Shelby Morty ook lozen. Ze maakte zich zorgen. Waarom was de opkomst zo slecht? Ze liet haar ogen door het vertrek gaan, maar kon zich er niet toe zetten hoofden te tellen. Ze wist dat het er niet erg veel konden zijn, aangezien het mogelijk was zonder te duwen en te dringen bij de bar te komen. Waar waren de bekende figuren? Mensen zoals Gunilla Goldberg en Khymer Mallison? Was het Morty die de mensen weghield? Misschien had mijn moeder gelijk? Uiteindelijk is hij een NewYorkse jood, rijk of niet. En kunst was een gevoelig iets; deze werken in het bijzonder. Ze rekende een hoop voor een betrekkelijk onbekende kunstenares. Ze zuchtte. Ze hoopte alleen maar dat Morty zijn mond dicht zou houden.
Het was Gils mond die openging toen Shelby hen meenam naar de kleinere schilderijen. Seksuele standjes vulden ieder doek, met de vrouw als receptakel. De beelden waren verontrustend, sadistisch en ontzettend opwindend voor Gil. Onwillekeurig kneep hij in Mary’s arm.
‘Interessant,’ was alles wat hij zei, zich snel herstellend.
‘Ja, zeer,’ stemde Mary in en Gil hoorde de ademloosheid in haar stem. Een van deze, misschien. Ja. Een van deze in hun slaapkamer. Zwijgend liepen ze door de twee privé-vertrekken om alle doeken met verstrengelde gestalten te bekijken.
Shelby had de ademloosheid van Mary ook gehoord. Ze keerde zich naar Morty om en trok haar wenkbrauwen op. Hij haalde zijn schouders op en zei godzijdank niets. Shelby keek naar het andere, gebiologeerde paar. Ze rook haar eerste verkoop. En als ze aan Gil en Mary Griffin verkocht, zouden anderen hals over kop volgen.
In het openbare gedeelte van de galerie was Duarto net aangekomen. Hij kon zijn ogen niet geloven. Maar het was niet de tentoonstelling die hem schokte. Daar, te midden van al die nutteloze kut-schilderijen, stond de man met wie hij de rest van zijn leven zou willen doorbrengen. Hij had nog nooit zo’n sterke ruk in zijn kruis gevoeld en in de loop der tijden had hij er heel wat gevoeld. Zoals altijd was hij hierheen gekomen om te zien of hij wat zaken kon doen en hij kwam in het bijzonder voor Mary Griffin Birmingham. Hij had net van een spion in het kantoor van Linda Stein gehoord dat Linda, de makelaar die nou zo ‘in’ was voor society-appartementen, de Griffins het penthouse had laten zien in het gebouw van Jackie Onassis aan Fifth Avenue 1040 en Duarto wilde die klus vreselijk graag hebben. Maar hij wilde ook deze man, die naast een van die vreselijke, aanstootgevende schilderijen van Phoebe stond.
Het was duidelijk dat hij homo was, maar was hij beschikbaar? Hij stond voor een donker, lang, knap studententype, maar Duarto was nooit op de Jimmy Stewarts gevallen. Hij neigde altijd naar de zandkleurige, kleine maricons met sproeten. Wie kon dat soort dingen doorgronden? Zelfs de terugwijkende haarlijn van de man vond hij aantrekkelijk. Wie was hij en wat deed hij ?
Als je een afspraak maakte met een vreemde, waagde je tegenwoordig natuurlijk je leven. Zoveel van Duarto’s vrienden waren dood, het was te pijnlijk geworden om ze te tellen. Zelf was hij altijd voorzichtig geweest en hij had geluk gehad. Hij had elf jaar met Richard samengewoond, was nooit vreemd gegaan en nadat Richard seropositief was gebleken, was de test bij Duarto negatief uitgevallen. Hij mocht zichzelf gelukkig prijzen en dat deed hij ook. Duarto herinnerde zich hoe stimulerend Richard voor zijn werk was geweest. Maar ondanks Brenda’s hulp voelde hij zich overwerkt zonder de hulp van Richard. En sinds de dood van Richard was hij eenzaam. Nu staarde hij naar Asa Ewell en visioenen van met wijnranken begroeide huisjes en jonge hondjes flitsten voor zijn ogen.
‘Dus in plaats van het oude klik-klik, is het tik-tik geweest?’ vroeg Asa aan Larry.
‘Ja, ik ben aan het schrijven geweest. Ik had inspiratie,’ zei Larry. Ja, dacht hij. En Elise Elliot is mijn inspiratie.
Lieve Elise. En ik heb de foto die ik van haar heb genomen aan People verkocht. Nu zal ik de hoop moeten opgeven haar ooit weer te zien. Ik heb haar verkocht. Ze zou het nooit begrijpen, dacht hij. Ze zou geloven dat hij haar alleen maar gebruikte als ze de foto in het tijdschrift zag.
Hij probeerde de donkere wolk van zich af te schudden. Hij merkte dat Asa er ook somber uitzag; ze waren wel een zielig stel met z’n tweeën. ‘Inspiratie? Dat is geweldig, Larry. Maar waarom zo somber? Heb je meer dan alleen maar geldproblemen?’
Larry was dankbaar voor het aanbod van een oor en een schouder, maar bang om überhaupt te praten over wat hij werkelijk voelde. Christus, wat zou Asa van hem denken als hij wist wat hij had gedaan? Hij zou het erop moeten wagen, want anders zou hij gek worden als hij het allemaal voor zich moest houden. Langzaam begon hij het verhaal van Elise aan zijn oude vriend te vertellen. Hij vertelde hem alles en zweeg abrupt aan het eind van zijn volledige bekentenis.
‘Ik kon het niet geloven, Asa. Elise Elliot, zomaar op Madison Avenue. Ik bleef maar foto’s van haar maken terwijl ze de straat afliep. Toen ze de bar van het Carlyle binnenging, was ik buiten mezelf. Het was geen besluit. Ik volgde haar gewoon naar binnen. Het was er donker en koel, bijna leeg. Ze zat alleen.’ Hij nam nog een slokje uit het champagneglas in zijn hand en zei: ‘Dus bestelde ik een drankje voor haar.’
‘En toen?’ vroeg Asa.
‘En toen zei ze dat het goed was. Ik ging bij haar zitten en we praatten wat. Daarna hebben we de hele middag in bed doorgebracht.’ Larry liet zijn hoofd zakken.
Asa lachte. ‘Wat is dan het probleem? Volgens mij is er geen probleem.’
‘Dat is er wel. Ik heb je net toch verteld hoe platzak ik ben?’ Asa schuifelde ongemakkelijk met zijn voet heen en weer. Hij knikte.
‘Ik heb een van de foto’s die ik van haar heb gemaakt moeten verkopen, zo blut ben ik. Ik heb haar verraden, Asa. Nadat ik de meest verrukkelijke tijd van mijn leven met een vrouw heb doorgebracht, heb ik haar verraden om het hoofd boven water te houden.’
Larry dacht dat zijn schuldgevoel aanstekelijk moest zijn. Hij zag het gezicht van Asa betrekken toen hij het woord ‘verraden’ zei.
Asa keek langzaam op. ‘Ik weet iets van grote vergissingen. Sommige kunnen worden vergeven door gewoon te zeggen "het spijt me”. Voor sommige moet je boeten. Maar Larry, ik denk dat deze niet moeilijk is. Schrijf haar gewoon een briefje en zeg tegen haar dat het je spijt en vraag haar je te vergeven. Geen uitleg, geen gemaar, gewoon “het spijt me”.’
‘Maar ze zou me nooit meer willen zien.’
Asa knikte instemmend. ‘Wat heb je dan te verliezen?’ zei hij, op zijn lip bijtend.
Zelfs midden in zijn eigen probleem, merkte Larry dat er iets met zijn vriend was. ‘Is alles goed met je?’ vroeg hij.
‘Met wie is alles goed?’ vroeg Asa. ‘We hadden het trouwens over jou. Vraag haar je te vergeven.’
‘Maar als ze dat niet wil?’
‘Dan heb je niets verloren door het te proberen. Larry, doe het nou maar.’
Larry dacht na over de gezonde raad van Asa. Zoals gewoonlijk heeft hij gelijk. Ik zal haar schrijven. Biechten is goed voor de ziel, dacht hij, zich al beter voelend. Hij begon beter op Asa te letten. Goed idee. Goede vriend. Maar waarom was Asa nu zo down? En was dat een nieuw pak? Waarom leefde de zuinige Asa op krediet? Wat is hier aan de hand?
‘Asa, wat is er met je? Heb jij iets op je lever?’ Larry was er zeker van dat Asa niet alleen reageerde op zijn eigen schuldbewuste stemming. Asa had wèl iets op zijn lever, of op zijn geweten.
Larry boog zich naar hem toe en toen hij geen antwoord gaf, zei hij zacht: ‘Je weet dat je het me kunt vertellen, makker. Voor de draad ermee.’
Asa keerde zich half van Larry af en vermeed zijn ogen. ‘Ik heb de boel ook verraden, Larry. En zoals ik al zei, voor sommige dingen is meer nodig dan een verontschuldiging.’
‘Waar heb je het over? Wat heb je gedaan?’ vroeg Larry, bijna fluisterend.
Asa liep terug naar de bar, geen antwoord gevend op de vraag van Larry. ‘Ik wil er nu niet over praten, Larry,’ zei hij. ‘Wacht tot Halloween,’ voegde hij eraan toe. Ze stonden een ogenblik zwijgend naar de spaarzame aanwezigen te kijken. ‘Sorry dat ik je niet kon helpen, Larry. Wat ga je nu doen?’
Larry zweeg even en zei toen, als tegen zichzelf: ‘Ik ga doen wat iedere mislukkeling in New York doet. Ik ga mijn moeder bellen.’ Toen zag hij de nogal exotische man naar hen kijken, of liever, naar Asa. Dankbaar voor de kans om van onderwerp te veranderen, zei hij tegen zijn vriend: ‘Ik geloof dat je sjans hebt.’
Asa volgde de blik van Larry en keek in de smeltend bruine ogen van een lange, Spaans uitziende man met een dun snorretje. Asa wendde zijn blik af. Hij wist nooit hoe hij dit soort dingen aan moest pakken.
Maar toen hij de andere kant uitkeek, zag hij Gil Griffin aankomen. Jezus, hij wilde niet dat men hem met Griffin zag praten! Gil had hem laten weten dat hij het bericht tot Halloween moest uitstellen. Hij had ermee ingestemd. Het zou moeilijk worden om het er gewoon uit te laten zien. Asa wilde dat hij eronderuit kon. Maar het was te laat. Hij had het meeste geld dat hij te goed had al uitgegeven.
‘Laten we naar een paar van die schilderijen gaan kijken,’ stelde hij Larry voor, zijn vriend bij de arm nemend.
‘Moet dat?' vroeg Larry.
Jon Rosen vond het niet zo vreselijk om naar de kunst te kijken als Larry. Het was eigenlijk zo eenvoudig. Hij was laat gekomen, zoals hij altijd deed, en had in één oogopslag de tentoonstelling bekeken. Niet origineel, opzettelijk provocerend. Maar uiteindelijk onbelangrijk en nauwelijks schokkend. Phoebe Van Gelder daarentegen was uiterst provocerend. Jon wachtte tot Shelby Symington, de barracuda uit Atlanta hem zachtjes beetpakte, zoals hij wist dat ze zou doen, en hem meenam naar Phoebe en het groepje om haar heen. Ze vormden een interessant stel - Shelby gebruind, blond en weelderig, Phoebe bleek, met zwart haar en broodmager. Twee uitersten van de vrouwelijke soort.
‘Phoebe,’ zei Shelby. ‘Ik wil je voorstellen aan Jon Rosen. Dé Jon Rosen.’
‘Hallo, dé Jon. Ben je familie van dé Donald?’ Phoebe keek hem recht aan, haar pupillen groot van opwinding, en van nog iets anders. Haar kleine, bijna jongensachtige lichaam werd nauwelijks verborgen door het chiffon dat eromheen was gedrapeerd. Ze stak haar hand naar hem uit. Die was heel klein en heel warm.
Jon wist niet zeker hoe hij dit wilde aanpakken. Hij wist meteen dat ze beschikbaar was en hij vond het leuk om te stoken. Ik ben net als mijn zus Leslie, dacht hij. Geen schuldgevoel. Hij vroeg zich alleen af of hij haar liever zou grijpen en een vernietigende recensie schrijven, of dat het hem meer zou amuseren haar èn het publiek te naaien door haar in de krant te prijzen. Het was een interessante keus en hij voelde zijn bloed sneller stromen. Shelby sloeg hen beiden aandachtig gade, evenals een oudere man. Voor Shelby nog anderen kon voorstellen, zette Jon de eerste stap.
‘Waarom laat je me niet zien wat je kunt?’ vroeg hij haar.
Phoebe glimlachte. Zonder nog een woord te zeggen verlieten ze de groep.
Larry Cochran was geschokt door de schilderijen. Niet vanwege het onderwerp, maar door de stomme, smakeloze, levenloze uitwerking ervan. ‘Wat was dat?’ vroeg hij zich hardop tegenover Asa af. ‘Zelfhaat, denk je? Of een of andere politieke verklaring?’ Hij keek naar Phoebe Van Gelder. Ze zag er volkomen stoned uit, niet in staat tot welke verklaring dan ook. Een rijk prinsesje dat dacht dat alles haar in de schoot zou worden geworpen. Hoewel hij zijn camera bij zich had, zou hij nooit een foto kunnen verkopen die een van Phoebes schilderijen als achtergrond had. Larry probeerde niet te denken aan de schoonheid die hij kon creëren als hij haar middelen had. Dat zou hem te kwaad maken.
Zijn moeder zou hem een cheque sturen en hij zou het toneelstuk afmaken en foto’s van deze idioten maken zodat hij brood op de plank had. Hij keek hoe Phoebe het op de foto zou doen. Ze stond naast een lange, zilverharige man. Hij droeg een werkelijk belachelijke, zwarte leren blazer met gouden knopen. Een op hol geslagen Chanel. Misschien een foto van hen beiden. Het viel niet mee om een foto te maken zonder dat er een schaamlip in de zoeker kwam. Maar ze was de lieveling van de pers deze maand, dus kon hij waarschijnlijk een week van deze foto eten. Larry was de vier vertrekken doorgelopen. Hij had een paar foto’s gemaakt, maar niet veel. Hij had weinig hoop. Sylvia Miles, maar zij was degene van wie Warhol zei dat ze nog bij de opening van een envelop verscheen. Castelli, Harris, een paar andere grote jongens uit de kunst. Een paar ondergeschikte Broadway-types, wanhopig op zoek naar wat public relations. Niet de moeite waard om je film aan te verspillen. Hij zou zijn moeder om een lening moeten vragen. En hij zou een gewone baan moeten zoeken. En hij zou Elise schrijven dat het hem speet. Niet dat dat zou helpen. Ach, het eten was in ieder geval goed.
‘Is dat haar vader?’ vroeg hij aan Asa.
‘Welnee. Dat is Bill Atchison, haar verloofde.’
‘Dat is Bill Atchison?’ Larry kon het niet geloven. Deze man verliet Elise voor zo’n raar mokkel? Larry schudde zijn hoofd. Hij keek naar Phoebe, die nu over Morty Cushman heen gedrapeerd zat, die vent van de tv-advertenties. Ze kromde haar rug, waardoor de kleine knopjes van haar borsten duidelijk te zien waren door haar dunne blouse.
‘Ze is niet goed wijs,’ zei hij tegen Asa. ‘Ik zou haar met jouw pik nog niet neuken.’
‘Nou, dat is een hele opluchting.’
De homo kwam eindelijk in actie en Asa liep weg om met hem te praten. Dus nu stond Larry alleen aan het buffet, op koude garnalen knabbelend.
Terwijl hij somber naar een van de doeken stond te kijken, bedacht Larry dat het misschien tijd was om naar huis te gaan, toen hij de gastvrouw van de galerie, of hoe ze ook mocht heten, uit een van de privé-vertrekken zag komen. Larry vroeg zich af wat er daar binnen te zien was. De hele avond waren er mensen in- en uitgegaan met de vrouw. Misschien was het de vip-lounge. Larry besloot eens een kijkje te nemen.
Zo gewoon mogelijk kijkend liep hij naar de deur. Hij voelde eraan en hij was niet op slot. Hij draaide de knop om en glipte naar binnen.
Het was er betrekkelijk donker en er hingen kleinere schilderijen met spots erop gericht. Zijn ogen pasten zich snel aan en hij zag hoe ongelofelijk obsceen ze waren. En toen, even later, zag hij hen.
Jon Rosen stond met zijn rug naar de deur en met zijn gezicht naar de muur, waartegen hij zich met zijn armen schrap zette. Door de manier waarop hij voorovergebogen stond, dacht Larry even dat hij zich misschien niet goed voelde. Maar toen zag hij Phoebe Van Gelder, die bijna helemaal achter hem schuilging, tussen zijn lichaam en de muur in staan. Daar zat ze, op haar knieën, haar eigen rode mond open, met de pik van Jon Rosen diep in haar keel. Ik vraag me af of Art World hier een foto van zou willen hebben, grapte Larry tegen zichzelf, terwijl hij stilletjes achterwaarts het vertrek verliet.