Patrick
Patrick
Hij hield al heel lang van haar, maar op het moment dat ze voor hem in de bres sprong nog wel het allermeest.
‘Zo is het helemaal niet gebeurd!’ Helen vloog overeind. ‘Dat is niet... Laat het! Je mag de schuld niet op je nemen, pa, want zo is het níét gebeurd. Jij hebt niet... Je was niet eens...’
Patrick stak glimlachend zijn hand naar haar uit. Ze pakte hem beet en hij trok haar naar zich toe. Ze was zacht, maar niet slap. Haar bescheidenheid en haar ongegeneerde lelijkheid vond hij veel opwindender dan welk knap gezichtje dan ook. Ook nu deed het hem wat; zijn bloed ging sneller stromen, zijn zwakke oude hart pompte harder.
Niemand zei iets. De zus huilde stilletjes, praatte geluidloos. De brigadier hield hem en Helen in de gaten, en haar ogen straalden autoriteit uit.
‘Bent u...’ Erin schudde haar hoofd, wist zo gauw niets te zeggen. ‘Meneer Townsend, ik...’
‘Kom op dan!’ Hij ergerde zich ineens kapot, wilde maar al te graag uit de buurt zijn van het verdriet van die vrouw. ‘Je bent toch verdomme van de politie, doe je werk dan ook!’
Erin haalde diep adem en liep op hem af. ‘Meneer Patrick Townsend, u staat onder arrest voor de moord op Danielle Abbott. U hoeft niets te zeggen...’
‘Jaja, al goed,’ zei hij vermoeid, ‘dat weet ik allemaal wel. Jezus, vrouwen zoals jij hebben geen flauw benul wanneer ze hun mond moeten houden.’ Hij keek Helen aan. Maar jij wel, hè, schat, jij wel. Jij weet precies wanneer je wel en wanneer je niet moet spreken. Vertel hun de waarheid, meisje.’
Ze barstte in snikken uit, en hij wilde met heel zijn hart boven in de kamer naast haar liggen, nog één keer, voordat hij bij haar werd weggevoerd. In plaats daarvan kuste hij haar op haar voorhoofd en nam, voordat hij achter de rechercheur aan de kamer uit liep, op die manier afscheid van haar.
Patrick had nooit veel opgehad met voorgevoelens, onderbuikgevoelens en ingevingen, maar eerlijk gezegd had hij die ochtend de afrekening voelen aankomen. Het eindspel. Hij voelde het al voordat ze Nel Abbotts koude lijk uit het water hadden gehaald, maar toen had hij het van de hand gedaan als iets wat bij oude mensen hoorde. Zijn geest hield hem de laatste tijd wel vaker voor de gek, verlevendigde de kleuren en het geluid bij zijn oude herinneringen, maar zwakte de nieuwe af. Hij wist dat het zo begon, het verlengde afscheid, dat hij van binnenuit uitgehold zou worden, tot er alleen nog maar een buitenkant overbleef. Hij mocht al blij zijn dat hij de tijd had om alles af te sluiten, om het heft in handen te nemen. Hij besefte nu dat dat de enige manier was om nog iets te redden van het leven dat zij hadden opgebouwd, hoewel het duidelijk was dat niet iedereen gespaard kon worden.
Toen hij plaatsnam in de verhoorkamer op het politiebureau van Beckford, dacht hij dat hij de vernedering niet zou aankunnen, maar hij hield vol. Het hielp dat hij, verbazingwekkend genoeg, opgelucht was. Hij wilde zijn verhaal maar al te graag kwijt. Als het dan verteld moest worden, dan deed hij dat het liefst zelf, nu hij nog de tijd had, nu zijn verstand nog werkte. Het was zelfs meer trots dan opluchting. Zijn hele leven had hij al willen vertellen wat er was gebeurd in de nacht dat Lauren was overleden, maar hij had het nooit gekund. Hij had, uit liefde voor zijn zoon, zijn mond gehouden.
Hij hield het bij korte, eenvoudige zinnen. Hij was erg duidelijk. Hij zei dat het zijn bedoeling was om de moorden te bekennen op Lauren Slater in 1983 en Danielle Abbott in 2015.
Die van Lauren was gemakkelijker, want het was simpel zat. Ze hadden thuis ruzie gehad. Ze had hem aangevallen en hij had zichzelf verdedigd en toen was ze ernstig gewond geraakt, te ernstig om het te kunnen overleven. Dus, om zijn zoon de waarheid te besparen, en – dat gaf hij ruiterlijk toe – zichzelf de cel, was hij met haar naar de rivier gereden, had haar naar de top van het klif gedragen en haar inmiddels levenloze lichaam in het water gegooid.
Brigadier Morgan luisterde beleefd, maar viel hem toen in de rede. ‘Was uw zoon de hele tijd bij u, meneer Townsend?’ vroeg ze.
‘Hij heeft niets gezien,’ antwoordde Patrick. ‘Hij was nog te jong en bovendien te bang om te beseffen wat er aan de hand was. Hij heeft niet gezien dat zijn moeder gewond was geraakt en hij heeft haar ook niet zien vallen.’
‘Hij heeft niet gezien hoe u haar van het klif wierp?’
Het kostte hem moeite om haar geen klap in het gezicht te geven. ‘Hij heeft níéts gezien! Hij moest wel mee, want ik kon moeilijk een kind van zes jaar alleen thuislaten in een storm. Als jij kinderen had gehad, had je dat wel begrepen. Hij heeft niets gezien. Hij was in de war, en dus vertelde ik hem... een versie van de waarheid die hij kon begrijpen. Die aannemelijk voor hem zou zijn.’
‘Een versie van de waarheid?’
‘Ik hing een verhaal op, want dat doe je voor kinderen als er dingen zijn die ze nog niet kunnen begrijpen. Ik vertelde hem een verhaal waar hij mee kon leven, eentje waardoor hij door kon gaan met zijn leven. Kunt u dat begrijpen?’ Hij ging ongemerkt harder praten. ‘Ik kon hem niet in de steek laten. Zijn moeder was er niet meer, en als ik de gevangenis in moest, wat zou er dan van hem terechtkomen? Wat voor soort leven had hij dan gehad? Hij zou in een kindertehuis zijn gestopt. Ik heb gezien wat er van dat soort kinderen terechtkomt, stuk voor stuk zijn ze beschadigd en er is altijd iets mis met hen. Ik heb hem beschermd,’ zei Patrick en hij stak zijn borst trots naar voren, ‘zijn hele leven lang.’
Wat er met Nel Abbott was gebeurd, was veel moeilijker om te vertellen. Toen hij erachter was gekomen dat ze met Nickie Sage had gesproken en haar beweringen over Lauren had geloofd, ging hij zich zorgen maken. Niet dat ze ermee naar de politie zou stappen. Het ging haar niet om gerechtigheid of zo, zij was alleen geïnteresseerd in een sensatieverhaal voor haar waardeloze boek. Waar hij zich zorgen om maakte was dat ze iets zou zeggen waardoor Sean van slag zou raken. Ook deze keer deed hij het om zijn zoon te beschermen. ‘Zo zijn vaders nu eenmaal,’ legde hij uit. ‘Hoewel jij je daar wellicht niet bewust van bent. Ik heb gehoord dat jouw vader een dronkenlap was.’ Hij keek Erin Morgan glimlachend aan terwijl zij in elkaar kromp alsof ze een vuistslag in haar maag had gekregen. ‘En ik heb ook gehoord dat hij losse handjes had.’
Hij vertelde dat hij ’s avonds laat met Nel had afgesproken om het over die uitlatingen te hebben.
‘En ze sprak bij het klif met u af?’ vroeg brigadier Morgan vol ongeloof.
Patrick glimlachte. ‘U hebt haar niet gekend. U weet niet hoe ijdel ze was, hoe belangrijk ze zichzelf vond. Ik hoefde alleen maar voor te stellen dat ik haar alles zou vertellen over wat er tussen Lauren en mij was voorgevallen. Ik zou haar op de plek waar het allemaal was gebeurd laten zien hoe die vreselijke nacht was verlopen. Ik zou haar het verhaal vertellen zoals ik nog niet eerder had gedaan, en zij zou het als eerste horen. Toen ik haar eenmaal boven op het klif had, was het een makkie. Ze had gedronken, ze stond te wankelen op haar benen.’
‘En de armband?’
Patrick ging anders zitten en dwong zichzelf rechercheur Morgan recht aan te kijken. ‘Ze stribbelde tegen en ik pakte haar bij de arm toen ze zich los wilde trekken. Haar armband viel op de grond.’
‘U hebt hem toch van haar pols gerukt? Dat hebt u me daarstraks althans verteld.’ Ze keek naar haar aantekeningen. ‘U “trok hem van die hoer d’r pols af”.’
Patrick knikte. ‘Ja, ik was boos, dat moet ik toegeven. Ik was boos omdat ze met mijn zoon naar bed was geweest en een gevaar voor zijn huwelijk had gevormd. Zij heeft hem verleid. Zelfs de sterkste en keurigste man kan bezwijken voor een vrouw die zichzelf zo aanbiedt...’
‘Hoe bood ze zich dan aan?’
Patrick klemde zijn kaken op elkaar. ‘Ze bood hem seksuele uitspattingen aan die hij thuis waarschijnlijk niet zou krijgen. Vreselijk, toch? Maar dat gebeurde wel. Daar was ik kwaad om. Het huwelijk van mijn zoon is erg goed.’ Patrick zag dat de wenkbrauwen van brigadier Morgan omhoogschoten en wederom moest hij zich inhouden. ‘Daar was ik boos over. Ik trok de armband van haar pols. Ik gaf haar een zetje.’