Damon Knight

Als gegoten


 

Het zonlicht van de Côte d'Azur, gedempt door de jaloezieën, zorgde voor een gouden schemering in de kamer. Op de met groen brokaat beklede chaise-longue lag een slanke blondine in tenniskleding en zwaaide een racket heen en weer. En elke keer dat ze dat deed zei er iets bomp op de vloer.

'Ik wou dat je dat niet deed,' zei de gebaarde jongeman geërgerd. 'Ik heb nou al twee kaarten verknoeid.' Hij gooide een kleurig stukje karton in de prullenmand en pakte een ander.

'Ik wou dat je in het café niet met van die koeienogen naar niet meer zo jonge brunettes zat te kijken,' zei het meisje. Wrok blonk in haar grote blauwe ogen.

'Niet meer zo jong!' zei de jongeman werktuiglijk, terwijl hij ophield met schrijven.

'Ze is op z'n minst dertig,' zei het meisje. Bomp, deed het tennisracket.

'Umm,' zei de jongeman en keek op.

'Umm - wel verdomme!' zei het meisje. De uitdrukking op haar gezicht was duidelijk onaangenaam geworden. 'Ik zou bijna -'

'Wat?' vroeg de jongeman schichtig.

'O, niks.' Na een ogenblik zei ze: 'Moeder had wel geweten wat ze met jou moest doen. Die was een heks.'

De jongeman klakte afkeurend met zijn tong, zonder op te kijken van zijn kaart. 'Zo zou je niet over je moeder mogen praten,' zei hij.

'Ze was een heks, 'zei het meisje. 'Ze kon zich veranderen in een wolf of een tijger of in iets anders. Wat ze maar wilde.'

'Tuurlijk, tuurlijk,' zei de jongeman, terwijl hij zijn naam zette onder wat hij geschreven had. 'Zo, klaar.' Hij schoof de kaart van zich af, stak een sigaret op en keek een tikje nerveus op zijn horloge. 'Even serieus, Yana ... We hebben het fijn gehad, samen...'

'Maar eens komt aan alles een eind?' vroeg het meisje, en haar stem klonk nu heel gevaarlijk. 'We zijn allebei volwassen? We moeten realistisch zijn? Wil je me dat zeggen?' Ze stond op en liep naar de kast.

'Tja...' zei de jongeman, slecht op zijn gemak. Zijn gezicht werd weer wat vrolijker. 'Wat doe je nou?'

Het meisje haalde een leren koffer te voorschijn en rukte hem onnodig wild open. Ze rommelde in een zak en haalde er een versleten zeemleren tas uit. 'Ik zoek iets,' zei ze over haar schouder.

'O,' zei de jongeman teleurgesteld. Hij keek toe hoe het meisje de riempjes waarmee de tas was gesloten losmaakte en er iets kleins uithaalde dat in een vuile rode lap was gewikkeld en omwonden met touw. Hij keek weer op zijn horloge; toen hij opkeek had het meisje een klein, vreemd gevormd flesje in haar hand.

'Wat is dat?'

'Iets dat moeder me heeft nagelaten,' zei het meisje. Haar nagels knarsten met een onaangenaam geluid over het glas toen ze de was wegkrabde en de stop eruit trok. Ze keek hem strak aan. 'Je verandert dus niet van gedachten?'

'Hoor nu eens, Yana -'

'Vooruit dan maar.' Ze zette het flesje aan haar mond, haar hoofd ging naar achteren en ze dronk het leeg. 'Zo,' zei ze, terwijl ze het lege flesje liet zakken. 'Eens zien...' Keurend balde en strekte ze een van haar handen en keek naar de lange nagels.

De jongeman keek voor de zoveelste keer op zijn horloge. 'Bijna drie uur,' mompelde hij. 'Yana, zei je niet dat je vanmiddag naar de kapper ging?'

'Ik heb me bedacht.' Peinzend keek ze hem aan. 'Waarom? Verwacht je iemand?'

'O, nee, nee,' zei de jongeman haastig. Hij kwam energiek overeind. 'Weet je wat, Yana... We gaan het elkaar niet moeilijk maken, hè? Ga je mee een eindje zwemmen?'

'Zo,' zei het meisje. 'Zeg eens, wat zijn je plannen voor vanavond? Komt er niemand?'

'Nee, niemand.'

'Dan zijn we dus alleen - met z'n tweetjes.' Ze glimlachte, zodat haar scherpe hoektanden zichbaar werden. 'Dan heb ik meer dan genoeg tijd om tot een besluit te komen. Wat zal ik worden, lieveling... je grote gestreepte tijgerpoes ... of je trouwe, hongerige hond?'

De jongeman, die net zijn hemd over zijn hoofd uittrok, hoorde haar woorden niet. Zijn stem klonk onduidelijk. 'Als we gaan zwemmen kunnen we nu maar beter weggaan.'

'Goed,' zei het meisje. 'Even van uiterlijk veranderen. Bikini. Zo.'

Het hoofd van de jongeman kwam onder zijn hemd tevoorschijn. 'Blij dat je toch niet -' Hij keek om zich heen, maar het meisje was niet in de kamer. 'Yana? Yana? ... Hé, dat is raar.' Hij liep naar de slaapkamer en het bad, maar ook daar was niemand.

Er werd zacht op de openslaande deuren getikt, en hij draaide zich om. De deuren gingen open en een knap donkerharig meisje stak haar hoofd naar binnen. 'Robert? Ik kom niet ongelegen?'

'Giselle!' riep de jongeman, terwijl hij lachte van plezier. 'Nee, kom maar binnen... je bent net op tijd. Ik wou net gaan zwemmen.'

De jonge vrouw liep met een charmante glimlach op hem toe; haar figuur, omhuld door een diep uitgesneden zonnejurkje was ook charmant. 'Ach, wat jammer,'zei ze. 'Ik heb geen badpak bij me.'

'Hier is er een,' zei de jonge man opgewekt, terwijl hij twee zuurstokkleurige stukjes textiel van de chaise-longue pakte. 'Probeer maar of hij past.'

'Maar is hij niet van je - vriendinnetje? Vindt zij het wel goed?'

'Nee, nee... maak je over haar nu maar geen zorgen.' Toen ze weggingen keek de jongeman met een eigenaardige uitdrukking op zijn gezicht naar de gestreepte bikini, die het donkere meisje zat als gegoten.

'Wat is er? Is er iets aan de hand?'

'Ik dacht net aan iets wat Yana zei voor ze wegging... Nee, dat kan echt niet. Ga je mee?'

Arm in arm, lachend, liepen ze naar buiten, het zonlicht in.