98
Mace had van haar zus gehoord dat de kantoorliften onmiddellijk na de arrestatie van de kapitein opnieuw waren geprogrammeerd en niet meer op de derde verdieping stopten. De bouwvakkers hadden het niet leuk gevonden dat ze hun spullen de trap op moesten sjouwen, maar zo was het nu eenmaal. De openbare veiligheid ging boven pijn in de rug.
Mace ging langzamer rijden toen ze dichterbij kwam. Ze nam aan dat er niemand meer in het gebouw overwerkte of ’s morgens vroeg kwam, sinds Roy het lijk van Diane Tolliver in een koelkast had gevonden. Evengoed tuurde ze naar de voorgevel van het gebouw, op zoek naar tekenen dat er iemand was. Daarnaast keek ze of er niet ergens een politiewagen in de buurt geposteerd stond.
Toen ze had geconstateerd dat de omgeving niet in de gaten werd gehouden, parkeerde ze haar Ducati een straat bij het gebouw vandaan en legde de rest van de weg te voet af. Ze ging de garage binnen. Er stonden daar geen auto’s geparkeerd. De garageliften bevonden zich recht tegenover haar.
Even later kwam ze in de hal. Ze glipte achter het bewakingspaneel langs en kwam bij de trap. Daar bleef ze even staan en keek naar de deur van de bezemkast. Ze hield een hand in haar zak, stak haar andere hand uit naar de knop en rukte de deur open. Het enige wat naar buiten viel was een zwabber.
Ze liep de trap op en kwam op de derde verdieping. Mace sloop voorovergebogen door de ruimte zodat ze niet door de ramen te zien was en bereikte het kleine gedeelte waar zich het toilet en de koelkast bevonden. De ketting lag nog precies op de plek waar ze hem had laten vallen toen Roy en zij door het gebouw werden achtervolgd.
Ze pakte hem op en liep naar de koelkast. Het was een groot, al wat ouder Amana-model. Het koelkastgedeelte zat aan de bovenkant en een kleiner diepvriesgedeelte met zijn eigen deurtje zat beneden. Ze scheen er met haar zaklantaarntje op en zag verscheidene roestvlekjes op het witte email van de koelkast. Ze legde de ketting om de koelkast heen en trok hem strak. De vlekken zaten precies op de plek waar de ketting de koelkast raakte. Ze maakte de deur open en zag plastic bakjes met eten, een paar blikjes frisdrank en een gedeukt grijs lunchtrommeltje.
Roy had haar verteld wat de kapitein over de ketting had gezegd. Roy had gedacht dat de bouwvakkers die ketting eromheen hadden gelegd om hun eten te beschermen. Mace had dat eerst ook gedacht, maar nu niet meer. Nu dacht ze dat er heel iets anders achter de ketting zat. Ze wilden niet dat de kapitein in het weekend op het lijk stuitte terwijl hij op zoek was naar voedsel. En dus hadden ze hem buitengesloten en Diane Tollivers lijk opgesloten.
Ze was niet op maandagmorgen vermoord. Ze was op vrijdagavond vermoord, waarschijnlijk meteen nadat ze van haar diner met Meldon was teruggekomen en ze Roy dat mailtje had gestuurd. En de koelkast was niet de enige reden waarom Mace dat dacht. Ze begreep nu ook meer van de sectieresultaten. Ze keek naar de magnetron naast de koelkast. De magnetron. Roy had haar verteld...
Ze glipte de hal weer in en liep vandaar naar het kamertje achter het bewakingspaneel. Ze zag de magnetron op een plank staan. Ze probeerde hem aan te zetten. Er gebeurde niets. Hij was defect. Ze liep vlug naar de derde verdieping terug, nam haar telefoon en belde Roy.
‘Hé,’ zei hij. ‘Die Tyler is me er een. We hebben al deze tijd gebasketbald en die jongen rent nog steeds om me heen.’ Hij zweeg even. ‘Wacht eens. Ik dacht dat jij naar bed ging. Waar bel je vandaan?’
‘Diane is niet op maandagmorgen vermoord, maar op vrijdagavond.’
Ze hoorde alleen stilte.
‘Roy, heb je me gehoord?’
‘Mace, waar ben je?’
‘Op de derde verdieping van jouw kantoorgebouw.’
‘Wat? Ben je gek geworden?’
‘Heb je gehoord wat ik zei?’
‘Ja, dat heb ik, en ik heb een gevoel alsof iemand me net met een plank voor mijn kop heeft geslagen. Waarom denk je dat ze op vrijdagavond is vermoord?’
‘Denk eens na over wat er in haar maag zat.’
‘Vlees, groente, aardappelen, dat soort dingen.’
‘Precies.’
‘Maar dat heb je allemaal in de vuilnisbak bij haar thuis gevonden.’
‘Het is ook precies het eten dat ze op vrijdagavond bij Simpsons heeft gehad, toen ze daar met Meldon zat te dineren. En in Lowell Cassells rapport stond dat er een sterke knoflooklucht uit haar maaginhoud opsteeg. Ik wist dat iets me daaraan dwarszat. Ik heb haar keuken doorzocht en nergens een spoor van knoflook gevonden, zelfs niet in de vuilnisbak. Maar ik herinnerde me van het menu van Simpsons dat ze daar aardappelpuree met knoflook op het menu hadden staan. Ik denk dat degene die haar heeft vermoord wist wat ze in het restaurant had gegeten en al die dingen in haar huis heeft gelegd om het erop te laten lijken dat ze haar laatste maaltijd dáár had gehad, op zondagavond en dus niet op vrijdagavond bij Simpsons. Alleen wisten ze niet van de knoflook of zijn ze dat gewoon vergeten. En volgens het sectierapport was haar maagwand groen van de spinazie. Die kan dat niet zijn geworden doordat het spul één nacht in haar maag had gezeten. Eerder twee of meer dagen.’
‘En het lijk?’
‘Ze vermoordden haar op vrijdagavond in jullie kantoor. Toen werd ze in de koelkast op de derde verdieping gelegd, waarschijnlijk terwijl de kapitein daar ergens in een hoek lag te slapen. Je hebt me verteld dat hij zei dat hij ging slapen toen hij daar aankwam en niet wist of de ketting er toen al op zat. Ik weet zeker van niet, want Diane kwam pas na tien uur op kantoor terug en de kapitein was toen al op de derde verdieping. Ze stopten haar in de koelkast en deden hem op slot met die ketting. De bouwvakkers werken niet in het weekend. En de kapitein ging op zondag weg, zoals hij zei, want waarschijnlijk had hij op zaterdag alles opgegeten wat er op de derde verdieping rondslingerde. Hij merkte dat hij de koelkast niet open kon krijgen en besloot ergens anders zijn heil te zoeken. Maandagmorgen in alle vroegte verplaatsten ze haar lichaam naar de koelkast in jullie kantoor. En toen vond jij haar.’
‘Waarom lieten ze haar niet gewoon het hele weekend in onze koelkast liggen?’
‘Omdat er in het weekend een advocaat op kantoor zou kunnen werken en de koelkast open zou kunnen maken. En ze konden geen ketting om júllie koelkast heen leggen. En wat nog het belangrijkst is: ik denk dat ze dat allemaal hebben gedaan om de schuld op de kapitein af te schuiven.’
‘Ze konden er gemakkelijk achter komen dat hij het gebouw binnensloop.’
‘Ja, daar heb ik ook een theorie over. En ik heb ontdekt dat het alarmsysteem van de spermabank op woensdag is uitgevallen.’
‘Denk je dat ze toen het zaadmonster van de kapitein hebben genomen?’
‘Ze zijn gesloten op woensdag en zondag. Sperma blijft maar een beperkte tijd goed. Cassell zei dat het sperma in Tolliver daar duidelijk langer dan een dag maar niet langer dan drie dagen was geweest. Dat sluit zondag uit, maar niet woensdag. Waarschijnlijk hebben ze het eerst in een vrieskast gelegd om het een tijdje goed te houden. Nadat ze Tolliver hadden vermoord, injecteerden ze het in haar vagina. Cassell zei dat het onwaarschijnlijk is dat iemand met zo’n slechte gezondheid als de kapitein op maandagmorgen een erectie heeft gekregen in maar een uur of zo. En hij kan ook niet zo krachtig hebben geëjaculeerd dat het sperma zo hoog in de baarmoederhals terechtkwam. Met een injectiespuit is dat vast geen probleem.’
‘Dit is ongelooflijk, Mace.’
‘Maar het klopt. De temperatuur in de koelkast voorkomt dat het lichaam tot ontbinding overgaat. Het is bijna niet na te gaan of het twee uur of twee dagen in een koelkast heeft gelegen, vooral omdat ze ook nog al die tijd dat de politie met het onderzoek bezig was op de vloer heeft gelegen. En toen is het lijk naar het mortuarium gebracht en daar gekoeld bewaard. Alle normale indicatoren van het tijdstip van overlijden zijn daardoor onbetrouwbaar.’
‘Maar in de loop van het weekend heeft ze vanuit haar huis gemaild en gebeld.’
‘E-mails bewijzen niets. Iedereen kan ze hebben verstuurd. En blijkbaar heeft ze in het weekend alleen gebeld met mensen die ze niet persoonlijk kende. Dus die konden haar stem niet herkennen. De enige buurman die zei dat hij haar had gezien zag haar alleen maar wegrijden in haar auto. Hij kon niet met absolute zekerheid zeggen dat zij het was geweest. En de dame had blijkbaar niet veel vrienden en kennissen; per slot van rekening belde ze een escort als ze wilde uitgaan. De bedriegster is waarschijnlijk het hele weekend in haar huis geweest om de rol van Diane te spelen. Op maandagmorgen reed ze in alle vroegte met Dianes auto naar kantoor, zodat niemand haar zou zien. Ze nam de lift naar boven en ging het advocatenkantoor binnen. Dat deed ze om een elektronisch spoor achter te laten. Daarna maakte ze rechtsomkeert en liep weer naar buiten.’
‘Maar Ned zweert dat hij haar op maandagmorgen hoorde binnenkomen.’
‘Ja, Ned. Weet je nog dat hij achterin was om zijn ontbijt in de magnetron te doen?’
‘Ja. Daarom had hij haar wel gehoord, maar niet gezien.’
‘Maar jij zei dat de dagportier naar de derde verdieping ging om zijn soep op te warmen in een magnetron. Waarom gebruikte hij de magnetron achter het bewakingspaneel niet? Waarvan Ned zei dat hij hem die ochtend gebruikte?’
‘Ik weet het niet.’
‘Dan zal ik het je vertellen. Omdat de magnetron in de hal defect is. Als we het de dagportier vragen, vertelt hij ons vast hetzelfde: dat die magnetron al een tijdje stuk is.’
‘Dus je zegt dat die dikke, domme Ned dit heeft uitgedacht en Diane heeft vermoord?’
‘Hij is dik, maar het is maar de vraag of hij wel zo dom is. En ik denk niet dat hij iets hiervan in zijn eentje heeft gedaan. Ik denk dat hij een oogje toekneep toen de kapitein het gebouw binnensloop, omdat ze hadden gezegd dat hij dat moest doen.’
‘Mace, we moeten naar je zus toe en haar dit alles vertellen. Ik zie je daar.’
‘Wat moeten we haar vertellen? Een heleboel vermoedens? Want dat zijn het. We hebben geen concreet bewijs.’
‘Wat doen we dan?’
‘Bereid jij je maar voor op de zitting van morgen. Ik ga naar Newark. We zeggen niets, maar we houden die ouwe Ned in de gaten. Misschien leidt hij ons naar de oplossing.’
‘Ik wil niet dat je nek wordt gebroken door die kerel.’
‘Ik zou hem al op een kilometer afstand horen als hij met dat dikke lijf komt aansloffen.’
‘Oké, maar wil je dan nu hier terugkomen? Dan weet ik tenminste dat je in veiligheid bent.’
‘O, Roy, je geeft écht om me,’ zei ze sarcastisch.
‘Als jou iets overkomt, geeft je zus mij de schuld. En dan zou ik nog liever dood zijn.’
Ze verbrak de verbinding en liep vlug naar de uitgang. Ze deed hem achter zich dicht en maakte aanstalten de trap af te lopen, toen er iets hards tegen haar hoofd dreunde.
Toen ze bewusteloos op de vloer viel, boog Ned zich over haar heen. Hoewel hij nog steeds zwaargebouwd was, leek hij niet meer zo dik als tevoren. Hij was helemaal in het zwart gekleed, droeg handschoenen, tilde de vrouw met soepele bewegingen op en hing haar over zijn schouder. Hij ging naar de bouwplaats terug en toetste een nummer in op zijn mobiele telefoon.
De stem nam op.
Ned zei: ‘Ik heb haar. Op de derde.’
Jarvis Burns leunde in zijn fauteuil achterover en legde het dossier weg dat hij aan het lezen was.
‘Begrepen,’ zei hij.
‘Orders?’
‘Onveranderd. Ga verder. Een imitatie van de vorige keer.’
‘Begrepen.’
Ned verbrak de verbinding en droeg Mace naar de koelkast. Hij fouilleerde haar en vond haar telefoon, die hij op de vloer gooide. Hij haalde al het eten en alle schappen uit de koelkast, propte haar erin, deed de deur dicht en legde de ketting eromheen. Toen stak hij een hangslot door twee schakels van de ketting en drukte het dicht. Hij probeerde de deur open te trekken, maar die kwam amper een centimeter in beweging. Even later liep hij vlug de trap af naar de hal.
In zijn huis op Capitol Hill pakte Burns het dossier weer op. ‘Ik heb je nog een kans gegeven, Mace. Jammer dat je hem niet hebt gegrepen.’
Hij sloeg de bladzijden om en zette Mace Perry volledig uit zijn hoofd.