102

Vroeg in de morgen bulderde de Ducati door de poort van Altmans landgoed. De politieagente die erop reed zou eventuele volgers twee uur lang door het landschap van Virginia laten toeren. Enkele minuten later reed de Bentley de poort uit met Herbert aan het stuur. Hij was op weg naar de markt, maar hij moest eerst iets afleveren en dat zou hem tot in het hart van Washington voeren.

Mace Perry lag op de achterbank van de auto.

Vijfendertig minuten later liep ze door het gigantische Union Station. Ze haalde haar kaartje uit de automaat en stapte enkele minuten voor vertrek in de sneltrein. Ze bemachtigde een plaatsje bij het raam en keek de volgende twee uur naar het landschap van het noordoosten dat aan haar voorbijtrok. Intussen dacht ze aan de ontmoeting die ze straks zou hebben met de advocatenfirma Hamilton, Petrocelli & Sprissler. Ze nam een taxi op het station en een kwartier later liep ze het kantoor van de advocatenfirma in een twintig verdiepingen tellend gebouw in het centrum van Newark binnen.

Het kantoor was een en al hout en marmer, met smaakvolle schilderijen aan de muur. Het zag eruit als oud geld, maar Roy had in een onlineadvocatenregister gekeken en haar verteld dat de firma nog maar vijftien jaar bestond. De firma was gespecialiseerd in echtscheiding en andere civiele procedures en had drie vrouwelijke compagnons: Julie Hamilton, Mandy Petrocelli en Kelly Sprissler. Ze kwamen allemaal uit New Jersey, waren in hetzelfde jaar afgestudeerd aan dezelfde rechtenfaculteit en waren naar hun geboortestreek teruggekeerd om de firma op te zetten. Voor zover Roy had kunnen nagaan, was de praktijk bijna vanaf de eerste dag een succes geweest en hadden alle drie de partners een fantastische reputatie in de advocatenwereld van Newark. Momenteel werkten er in totaal veertien advocaten voor de firma, en ze stonden in de omgeving bekend als een firma waar je heen ging voor een echtscheiding die veel publiciteit zou krijgen. Veel cliënten kwamen uit het nabijgelegen Manhattan.

De receptioniste, een uiterst verzorgde vrouw van begin dertig, trok een lelijk gezicht toen Mace haar vertelde wie ze was en waar ze voor kwam.

‘Ze willen niet met u praten,’ zei ze zonder omhaal.

‘Dat weet ik. Daarom ben ik helemaal hierheen gekomen. Het is echt heel belangrijk. Kunt u hun tenminste laten weten dat ik er ben?’

Ze gaf het door, sprak even met iemand en legde de hoorn op de haak.

‘Dat was mevrouw Hamilton.’

‘En?’ zei Mace hoopvol.

‘Ze wenst u een veilige reis terug naar huis.’

‘Kan ik door de telefoon met haar praten?’

‘Dat zal niet gaan.’

‘Ik kan hier wachten tot ze naar buiten komen.’

‘Mevrouw Hamilton verwachtte al dat u dat zou zeggen, en ik moet van haar tegen u zeggen dat het gebouw uitstekend wordt beveiligd en dat het waarschijnlijk geen nuttige besteding van uw tijd zou zijn als u enkele maanden in de cel moet doorbrengen wegens huisvredebreuk.’

‘Goh, ik heb die vrouw nog niet eens ontmoet en ik mag haar al. Oké, dan draag ik het over aan de fbi . Ik ken enkele agenten op het fbi -kantoor hier. Ze zijn bekwaam en gaan heel grondig te werk. Aangezien dit een moordonderzoek is, met mogelijke implicaties voor de nationale veiligheid, hoop ik dat de firma het een tijdje zonder zijn computers kan stellen.’

‘Wat bedoelt u?’ vroeg de receptioniste verbaasd.

‘Nou, bij een onderzoek als dit is het standaardprocedure dat de fbi alle computers in beslag neemt.’

‘U had het over de nationale veiligheid?’

‘Jamie Meldon was officier van justitie. Het is mogelijk dat er een terroristische organisatie achter de moord op hem zat.’

‘O mijn god. Daar wisten we niets van.’

‘Nou, de fbi mag het graag zelf uitzoeken.’ Mace haalde haar telefoon tevoorschijn, drukte op een sneltoets en zei: ‘Mag ik fbi -agent Morelli van u? Met Mace Perry.’

‘Wacht!’

Mace keek naar de vrouw in de deuropening. Ze was ongeveer veertig, net zo lang als Mace, een beetje zwaarder, en droeg een jasje, een rok, een zwarte panty en schoenen met hoge hakken. Haar bruine haar was kort en volgde precies de contouren van haar hoofd. Mace verbrak de telefoonverbinding. Per slot van rekening had ze alleen maar het inlichtingennummer gedraaid. ‘Bent u Julie Hamilton? Ik herken uw stem van ons telefoongesprek.’

‘Ik kan u vijf minuten geven.’

‘Geweldig.’

Ze liep door de gang en Mace liep vlug achter haar aan. Onderweg keek Hamilton in twee kamers naar binnen en knikte de mensen die er zaten toe. Toen Mace en Hamilton een kleine vergaderruimte binnengingen, voegden twee andere vrouwen zich bij hen.

Hamilton wees met haar hand: ‘Mijn compagnons, Mandy Petrocelli en Kelly Sprissler.’

Petrocelli was lang en grof gebouwd, met blondgeverfd haar, terwijl Sprissler klein en pezig was en haar rossige haar in een strakke vlecht droeg. Alle drie de vrouwen maakten een harde en professionele indruk en waren waarschijnlijk heel goed in hun werk, dacht Mace. Als ze ooit kans zag met iemand te trouwen en het liep niet goed af, dan zou ze waarschijnlijk een van deze vrouwen bellen om haar te vertegenwoordigen.

‘Ik ben Mace Perry, privédetective uit Washington.’

‘Ter zake,’ onderbrak Sprissler haar scherp.

‘Ter zake. Diane Tolliver is vorige week vrijdag op brute wijze vermoord in haar advocatenkantoor. Haar lijk is in een koelkast gestopt. Een paar dagen later werd Jamie Meldon in een vuilcontainer gevonden. Op de avond dat Diane werd vermoord hadden Meldon en zij met elkaar gedineerd. We denken dat ze van een of andere illegale activiteit wist en Meldons hulp probeerde te krijgen. We weten niet waarom ze voor hem heeft gekozen. Voor zover we tot nu toe hebben kunnen nagaan, hebben ze nooit iets met elkaar te maken gehad.’

De drie advocaten keken elkaar aan. Hamilton zei: ‘U zei in de hal dat deze zaak implicaties voor de nationale veiligheid had?’

Mace knikte. ‘Er is misschien sprake van terrorisme.’

Met een bulderende stem zei Petrocelli: ‘Waarom zien we u dan hier, en niet de fbi ?’

‘Ik wilde dat ik daar een goed antwoord op had, maar dat heb ik niet. Ik wil alleen maar weten hoe Meldon en Tolliver elkaar kenden.’

‘Hoe hebt u zelfs maar van ons gehoord?’ onderbrak Sprissler haar.

‘Van Joe Cushman, de ex van Diane. Hij heeft een hoge dunk van uw firma.’

‘Ja, omdat we hem hebben kaalgeplukt in de scheidingszaak,’ zei Petrocelli.

‘Tegenwoordig hebben we een contract met zijn onderneming,’ voegde Sprissler daaraan toe. ‘Dat is het kenmerk van goed advocatenwerk: vijanden tot cliënten maken.’

‘Maar om terug te komen op de reden van uw komst...’ zei Hamilton.

‘Ja. Hoe kenden Meldon en Tolliver elkaar?’

‘Ik denk dat ik u dat wel kan vertellen. Het zijn openbare gegevens. Voordat Diane ons vroeg haar te vertegenwoordigen, was Jamie haar advocaat in de echtscheidingsprocedure tegen Joe.’

‘Toen hij nog advocaat in New York was?’

‘Ja.’

‘Maar ik heb gehoord dat hij vooral maffia-advocaat was.’

Hamilton zei streng: ‘Jamie vertegenwoordigde veel ondernemingen en personen die betrokken waren bij tal van civiele en strafrechtelijke zaken. Ik zou hem geen maffia-advocaat willen noemen.’

‘Oké, maar deed hij ook scheidingszaken in New Jersey?’

‘Diane woonde in New Jersey, al had ze haar praktijk in Manhattan,’ zei Sprissler.

‘Dat komt heel veel voor,’ merkte Petrocelli op.

‘Maar kwam het ook heel veel voor dat Meldon scheidingszaken deed?’

Hamilton schraapte haar keel. ‘Nee.’

‘Gaf hij daarom het estafettestokje aan u door?’

‘We hadden al vaker met Jamie samengewerkt. Hij wist dat we in huwelijksrecht gespecialiseerd waren.’

‘Waarom werd u er dan niet vanaf het begin bijgehaald?’

‘Dat was een kwestie van timing,’ legde Hamilton uit.

‘Timing? Ik weet dat scheidingszaken jaren kunnen duren. Vanwaar die haast?’

‘Jamie kreeg voor elkaar dat Joe Cushman een contactverbod werd opgelegd. Blijkbaar bedreigde hij Diane. Om voor de hand liggende redenen moest dat verbod er snel komen, al ken ik Joe inmiddels al jaren en geloof ik niet dat hij er iets van meende.’

‘Dat verklaart nog steeds niet waarom Meldon erbij betrokken was. Hoe kende hij Tolliver?’

‘Dat lijkt me niet relevant,’ blafte Sprissler, die eruitzag alsof ze zin had over de tafel te springen en een hap uit Mace’ been te nemen.

‘Nou, ik denk dat het wel relevant is. En ik weet verdomd zeker dat de fbi er ook zo over zou denken.’

‘Ze waren vrienden,’ zei Hamilton na enkele ogenblikken van gespannen stilte.

Mace trok haar wenkbrauwen op.

‘Héél goede vrienden,’ verbeterde Hamilton.

‘Ik begrijp het. Wist Joe Cushman dat ze een verhouding met elkaar hadden?’

‘Hoewel ik de juistheid van uw woorden niet bevestig noch ontken, ga ik er zuiver hypothetisch gesproken van uit dat hij het niet wist.’

‘Maar ze bleven uiteindelijk niet bij elkaar.’

‘Jamies vrouw kreeg borstkanker,’ zei Petrocelli. ‘Laten we zeggen dat hij haar fatsoenlijk heeft behandeld.’

‘We waren verbaasd toen hij naar Washington verhuisde en officier van justitie werd,’ voegde Hamilton daaraan toe. ‘Maar in zekere zin begrepen we het wel. Hij wilde een nieuw begin maken.’

‘We waren geschokt toen we over zijn dood hoorden,’ zei Sprissler.

‘Dat waren veel mensen,’ zei Mace.

Ze stelde nog een paar vragen, kreeg verder niets nuttigs te horen en ging terug naar het station. Het was goed om eindelijk te weten wat de connectie tussen Tolliver en Meldon was geweest, maar voor zover Mace kon zien, bracht dit het onderzoek niet verder. Toen ze op haar trein zat te wachten, had ze het gevoel dat ze geen stap verder waren gekomen en niet veel tijd meer hadden.

In het geheim
titlepage.xhtml
In_het_geheim_split_0.xhtml
In_het_geheim_split_1.xhtml
In_het_geheim_split_2.xhtml
In_het_geheim_split_3.xhtml
In_het_geheim_split_4.xhtml
In_het_geheim_split_5.xhtml
In_het_geheim_split_6.xhtml
In_het_geheim_split_7.xhtml
In_het_geheim_split_8.xhtml
In_het_geheim_split_9.xhtml
In_het_geheim_split_10.xhtml
In_het_geheim_split_11.xhtml
In_het_geheim_split_12.xhtml
In_het_geheim_split_13.xhtml
In_het_geheim_split_14.xhtml
In_het_geheim_split_15.xhtml
In_het_geheim_split_16.xhtml
In_het_geheim_split_17.xhtml
In_het_geheim_split_18.xhtml
In_het_geheim_split_19.xhtml
In_het_geheim_split_20.xhtml
In_het_geheim_split_21.xhtml
In_het_geheim_split_22.xhtml
In_het_geheim_split_23.xhtml
In_het_geheim_split_24.xhtml
In_het_geheim_split_25.xhtml
In_het_geheim_split_26.xhtml
In_het_geheim_split_27.xhtml
In_het_geheim_split_28.xhtml
In_het_geheim_split_29.xhtml
In_het_geheim_split_30.xhtml
In_het_geheim_split_31.xhtml
In_het_geheim_split_32.xhtml
In_het_geheim_split_33.xhtml
In_het_geheim_split_34.xhtml
In_het_geheim_split_35.xhtml
In_het_geheim_split_36.xhtml
In_het_geheim_split_37.xhtml
In_het_geheim_split_38.xhtml
In_het_geheim_split_39.xhtml
In_het_geheim_split_40.xhtml
In_het_geheim_split_41.xhtml
In_het_geheim_split_42.xhtml
In_het_geheim_split_43.xhtml
In_het_geheim_split_44.xhtml
In_het_geheim_split_45.xhtml
In_het_geheim_split_46.xhtml
In_het_geheim_split_47.xhtml
In_het_geheim_split_48.xhtml
In_het_geheim_split_49.xhtml
In_het_geheim_split_50.xhtml
In_het_geheim_split_51.xhtml
In_het_geheim_split_52.xhtml
In_het_geheim_split_53.xhtml
In_het_geheim_split_54.xhtml
In_het_geheim_split_55.xhtml
In_het_geheim_split_56.xhtml
In_het_geheim_split_57.xhtml
In_het_geheim_split_58.xhtml
In_het_geheim_split_59.xhtml
In_het_geheim_split_60.xhtml
In_het_geheim_split_61.xhtml
In_het_geheim_split_62.xhtml
In_het_geheim_split_63.xhtml
In_het_geheim_split_64.xhtml
In_het_geheim_split_65.xhtml
In_het_geheim_split_66.xhtml
In_het_geheim_split_67.xhtml
In_het_geheim_split_68.xhtml
In_het_geheim_split_69.xhtml
In_het_geheim_split_70.xhtml
In_het_geheim_split_71.xhtml
In_het_geheim_split_72.xhtml
In_het_geheim_split_73.xhtml
In_het_geheim_split_74.xhtml
In_het_geheim_split_75.xhtml
In_het_geheim_split_76.xhtml
In_het_geheim_split_77.xhtml
In_het_geheim_split_78.xhtml
In_het_geheim_split_79.xhtml
In_het_geheim_split_80.xhtml
In_het_geheim_split_81.xhtml
In_het_geheim_split_82.xhtml
In_het_geheim_split_83.xhtml
In_het_geheim_split_84.xhtml
In_het_geheim_split_85.xhtml
In_het_geheim_split_86.xhtml
In_het_geheim_split_87.xhtml
In_het_geheim_split_88.xhtml
In_het_geheim_split_89.xhtml
In_het_geheim_split_90.xhtml
In_het_geheim_split_91.xhtml
In_het_geheim_split_92.xhtml
In_het_geheim_split_93.xhtml
In_het_geheim_split_94.xhtml
In_het_geheim_split_95.xhtml
In_het_geheim_split_96.xhtml
In_het_geheim_split_97.xhtml
In_het_geheim_split_98.xhtml
In_het_geheim_split_99.xhtml
In_het_geheim_split_100.xhtml
In_het_geheim_split_101.xhtml
In_het_geheim_split_102.xhtml
In_het_geheim_split_103.xhtml
In_het_geheim_split_104.xhtml
In_het_geheim_split_105.xhtml
In_het_geheim_split_106.xhtml
In_het_geheim_split_107.xhtml
In_het_geheim_split_108.xhtml
In_het_geheim_split_109.xhtml
In_het_geheim_split_110.xhtml
In_het_geheim_split_111.xhtml
In_het_geheim_split_112.xhtml
In_het_geheim_split_113.xhtml
In_het_geheim_split_114.xhtml
In_het_geheim_split_115.xhtml
In_het_geheim_split_116.xhtml
In_het_geheim_split_117.xhtml
In_het_geheim_split_118.xhtml
In_het_geheim_split_119.xhtml