6
Honderdzestig kilometer ten zuiden van Denver, Colorado, aan Highway 67 op het vlakke land in de schaduw van de Rocky Mountains, ligt een terrein van 260 hectare met gebouwen, torens en hekken.
De officiële naam is Florence Federal Correctional Complex en de aanduiding bij het Bureau of Prisons is: United States Penitentiary Administrative Maximum, adx Florence.
Het Bureau of Prisons deelt zijn 114 gevangenissen in vijf veiligheidsniveaus in, en adx Florence staat in zijn eentje boven aan deze lijst. Het staat bovendien in Guinness World Records als de veiligste gevangenis ter wereld. Het is de strengste supermax (extra beveiligde) gevangenis van Amerika, waar de gevaarlijkste, de dodelijkste en de moeilijkst gevangen te houden gevangenen zijn opgesloten.
Voorbeelden van de veiligheidsmaatregelen zijn laser-struikeldraden, bewegingsmelders, nachtcamera’s, automatische deuren en hekken, bewakingshonden en gewapende bewakers. Uit adx Florence is nog nooit iemand ontsnapt. Het is zelfs onwaarschijnlijk dat iemand ooit uit een cél van adx Florence is ontsnapt.
Het is weliswaar heel moeilijk om de ‘Alcatraz of the Rockies’ uit te komen, maar het is misschien wel even moeilijk om binnen te komen. In Florence zitten minder dan 500 gevangenen, op een totaal van meer dan 210.000 gevangenen in alle federale gevangenissen van Amerika samen. De meeste reguliere federale gevangenen zouden eerder op Harvard worden toegelaten dan in Florence.
Negentig procent van de veroordeelden in adx Florence zijn mannen die uit andere gevangenissen zijn gehaald omdat ze een gevaar vormen voor anderen. De resterende tien procent wordt gevormd door high-profile (in de publiciteit staande) of special-risk (bijzonder risico) gevangenen. Deze zijn voornamelijk ondergebracht in general-population units waar de gevangenen drieëntwintig uur per dag in eenzame opsluiting doorbrengen, maar wel een bepaalde vorm van niet-fysiek contact kunnen onderhouden met andere gevangenen en − door middel van bezoek, post en telefoontjes − met de buitenwereld.
In de D Unit zitten onder anderen Ted Kaczynski, de Unabomber; Oklahoma City-bomber Terry Nichols; de Olympic Park bomber Eric Robert Rudolph; de Mexicaanse drugslord Francisco ‘El Titi’ Arellano; de onderbaas van de maffiafamilie Lucchese, Anthony ‘Gaspipe’ Casso; en Robert Philip Hanssen, de fbi-verrader die gedurende twee decennia Amerikaanse geheimen verkocht aan de Sovjet-Unie en daarna aan Rusland.
De H Unit is nog strenger, nog eenzamer, en hier worden de gevangenen geconfronteerd met sam’s, Special Administrative Measures; de uitdrukking die het Bureau of Prisons gebruikt voor de regels voor de huisvesting van bijzonder moeilijke gevallen. In het hele federale systeem vallen minder dan zestig gevangenen onder de sam’s, en meer dan veertig van hen zijn terroristen. Richard Reid, de Shoe Bomber, heeft vele jaren in H doorgebracht tot hij dankzij opzienbarende rechtszaken en wegens goed gedrag naar D werd overgeplaatst. Omar Abdel-Rahman, ‘de Blinde Sjeik’, zit in de H Unit, evenals Zacarias Moussaoui, ‘de twintigste kaper’. Ramzi Yousef, de leider van de cel die in 1993 de bom in het World Trade Center heeft laten ontploffen, verdeelt zijn tijd tussen H en een zelfs nóg strengere afdeling, afhankelijk van zijn wisselende stemmingen en gedrag.
De mannen hier hebben toestemming voor een bezoek van slechts één uur in een eenpersoons betonnen recreatieterrein dat op een leeg zwembad lijkt, en alleen nadat ze zijn gefouilleerd en na een wandeling met handboeien en beenijzers om, onder begeleiding van twee bewakers; een van hen houdt de ketting vast, de andere een knuppel.
Toch is de H Unit niet de sterkst beveiligde vleugel. Dat is de Z Unit, de ultramax disciplinary unit, waar de slechte jongens naartoe gaan om over hun zonden na te denken nadat ze een van hun sam’s hebben overtreden. Hier is geen sprake van recreatie of bezoekers, en zelfs het contact met de bewakers is minimaal.
Vreemd genoeg heeft zelfs de Z Unit een speciale afdeling, waar alleen de ergste van de ergste gevangenen naartoe worden gestuurd. De naam is Range 13, en op dit moment zijn daar slechts drie gevangenen gehuisvest.
Ramzi Yousef werd hiernaartoe overgeplaatst wegens overtreding van zijn sam’s terwijl hij in de Z Unit zat, waar hij verbleef omdat hij zijn sam’s in de H Unit had overtreden.
Tommy Silverstein, een zestigjarige beroepsgevangene die in 1977 werd veroordeeld voor een gewapende overval, werd hier lang geleden geplaatst voor de moord op twee gevangenen en een gevangenisbewaker in een andere maximum-security gevangenis.
De derde gevangene werd hier een paar maanden geleden door gemaskerde fbi-agenten naartoe gebracht, maar pas nadat een bestaande Range 13-cel van de rest van de ultramax subunit was afgescheiden, waardoor die zelfs nog strenger was. De nieuwe cel is alleen bekend bij Range 13-personeel, en slechts twee van deze mensen hebben het gezicht van de nieuwe bewoner gezien. Hij wordt niet door Federal Bureau of Prison (bop)-bewakers bewaakt, maar door een speciale unit van het Hostage Rescue Team (hrt) van de fbi, volledig bewapende en bepantserde paramilitaire agenten die hun ene gevangene vierentwintig uur per dag door een glazen afscheiding observeren.
De hrt-mannen kennen de echte identiteit van deze gevangene, maar daar praten ze niet over. Zij en de paar Range 13-personeelsleden die op de hoogte zijn van dit vreemde gebeuren, refereren alleen maar aan de man achter het glas met zijn registratienummer 09341-000.
Gevangene 09341-000 heeft niet, zoals de meeste andere gevangenen, de beschikking over een kleine zwart-wittelevisie en hij mag zijn kamer niet verlaten om naar de betonnen recreatieplaats te gaan.
Nooit.
De meeste gevangenen mogen per week één telefoongesprek van vijftien minuten voeren, áls ze hiervoor van tevoren betalen met hun eigen trust fund account, een gevangenisbanksysteem.
Gevangene 09341-000 heeft geen telefoonpriviliges en ook geen trust fund account.
Hij heeft geen bezoek- of postprivileges en ook geen toegang tot de psychologische of educatieve diensten die de andere gevangenen wel hebben.
Zijn kamer, zijn hele wereld, is 7,6 vierkante meter: 210 cm bij 365 cm. Het bed, het bureau en de stoel voor het bureau zijn in het beton gegoten en behalve de toilet-wastafelcombinatie − die zo is ontworpen dat hij automatisch sluit wanneer hij onbedoeld wordt doorgetrokken − staan er geen meubels in de cel.
Voor het tien centimeter brede raam in de achterwand van de cel staat een muur, zodat de gevangene niet naar buiten kan kijken en ook geen daglicht in zijn cel heeft.
Gevangene 09341-000 is de meest eenzaam opgesloten gevangene in Amerika, misschien wel in de wereld.
Hij heet Saif Rahman Yasin, bijgenaamd de Emir, en is de leider van de urc, de Umayyad Revolutionary Council. Hij is het terroristische brein dat verantwoordelijk is voor de dood van honderden mensen dankzij een aantal aanvallen op Amerika en andere westerse landen, en bovendien de pleger van een aanval op het westen waarmee hij gemakkelijk honderd keer dat aantal doden had kunnen veroorzaken.
De Emir stond na zijn ochtend-salat op van zijn gebedskleed en ging weer op de dunne matras op zijn betonnen bed zitten. Op de witte kalender op zijn bureau aan zijn linkerelleboog zag hij dat het dinsdag was. Hij had die kalender gekregen zodat hij op het juiste moment zijn wasgoed door het elektrisch bediende stalen luik kon afgeven. Dinsdag, wist Yasin, was de dag waarop zijn wollen deken door het luik moest worden overhandigd om gereinigd te worden. Plichtsgetrouw rolde hij hem op tot een stevige bal, liep langs zijn stalen eendelige wasbak-toilet en zette nog een stap langs de douche die op een timer werkte zodat hij de afvoer niet kon afdekken en zijn cel onder water kon zetten.
Na nog een stap stond hij bij het raam met het luik. Daar keken twee mannen in een zwart uniform, een zwart kogelvrij vest en een zwarte bivakmuts met een nietszeggende blik door het plexiglas naar hem. Op hun borst hing een MP5-machinepistool voor het grijpen.
Ze droegen geen enkel embleem of insigne.
Alleen hun ogen waren zichtbaar.
De Emir keek hen strak aan, de een na de ander, lange tijd, met zijn gezicht minder dan zestig centimeter van het hunne. De beide mannen waren een paar centimeter langer dan hij. De drie paar ogen straalden haat en boosaardigheid uit. Een van de gemaskerde mannen zei waarschijnlijk iets tegen de ander aan de andere kant van het geluiddichte glas, want twee andere gemaskerde en gewapende mannen, die aan een bureau achter in het vertrek zaten, keken nu ook naar de gevangene en een van hen zette een schakelaar op een console om. In de cel van de Emir werd een luide piep hoorbaar en daarna ging het luikje onder het raam open. De Emir negeerde het en bleef zijn bewakers strak aankijken. Na een paar seconden hoorde hij weer een piep en vervolgens de stem van de man aan het bureau door een luidspreker die was weggewerkt in het plafond boven het bed van de Emir.
De gemaskerde bewaker sprak Engels. ‘Leg uw deken in het luik.’
De Emir verroerde zich niet.
‘Leg uw deken in het luik.’
Geen enkele reactie van de gevangene.
‘Laatste kans.’
Nu gehoorzaamde Yasin. Hij had een klein beetje verzet gepleegd en dat was hier een overwinning. De mannen die hem de eerste weken na zijn gevangenneming hadden vastgehouden waren allang verdwenen en sindsdien had Yasin de felheid en de vastberadenheid van zijn bewakers uitgetest. Hij knikte langzaam en liet zijn deken in het luik vallen, waarna het luik dichtging. Aan de andere kant haalde een van de twee bewakers die het dichtst bij het raam zaten de deken eruit, rolde hem open en controleerde hem. Daarna liep hij in de richting van de wasmand, maar hij liep er voorbij en smeet de wollen deken in een plastic vuilnisbak.
De man aan het bureau zei in de microfoon: ‘U bent zojuist uw deken kwijtgeraakt, 09341. Blijf ons maar uittesten, klootzak. Wij zijn gek op dit spelletje en kunnen het elke verdomde dag spelen.’ Met een luide klik werd de microfoon uitgeschakeld. De lange bewaker liep terug naar het glas en ging weer naast zijn partner staan. Roerloos keken ze door de ooggaten in hun muts naar de man aan de andere kant van het raam.
De Emir draaide zich om en liep terug naar zijn betonnen bed.
Hij zou die deken missen.