109

De Hole in the Wall was niet een van Mickeys favoriete plekken in Colchester. In feite was het een van zijn minst favoriete pubs.

Hij associeerde het café met de resten van de subcultuur in de stad: alternatieve jongelui, bierliefhebbers en studenten. Kunstzinnige types, aangetrokken door het theater aan de overkant van de weg. Een allegaartje van houten meubels en oude leren banken waar je in wegzakte. Dat was het probleem. Als je er eenmaal in weggezakt zat, was zo je hele dag voorbij. En voor je het wist, je leven. Zitten met je maten, drinken, discussiëren over iets wat je in The Guardian had gelezen, het nieuwste boek, een film of cd ontleden, de hele wereld ontwarren voordat het jouw beurt was om een rondje te geven. Zelfs als student had hij niet van dit soort tenten gehouden. Hij voelde zich er niet op zijn gemak. Hij vond het zonde van de tijd, zitten kletsen terwijl je iets nuttigs zou kunnen doen. Maar dat, dacht hij, terwijl hij een flesje bier aan zijn lippen zette, lag gewoon aan hem.

Ondanks de alcohol was het geen sociale bijeenkomst. Ze hadden een plek nodig gehad om bij elkaar te komen, niet te ver van het bureau, maar net ver genoeg weg om niet te worden gezien. En de pub was perfect. De laatste plek waar iemand een clandestiene politiebriefing zou verwachten.

Mickey keek langs de tafel. Marina zat naast Phil, en ze oogden allebei een stuk aardiger en tevredener dan de laatste tijd. Aan de andere kant van Phil zat Don Brennan. De oudere man leek opgetogen dat hij weer aan de strijd deelnam. Verjongd. En hij genoot van het glas donker bier dat voor hem stond. Aan de overkant van de tafel zaten twee agenten van de afdeling Georganiseerde Misdaad, Fennell en Clemens. Clemens leek boos, popelend om in actie te komen. Fennell was rustiger. Hij, dacht Mickey, zou de meest benaderbare van de twee zijn. Hoewel, zoals ze erbij zaten, met een rechte rug en gekleed in bijna identieke pakken met stropdassen, hadden ze ook kunnen doorgaan voor mormonen of Jehova’s getuigen.

Het was laat in de middag. De pub bevond zich in de rustige tussenfase na de lunch en voordat de avonddrukte begon. De duisternis kroop naar binnen door de ramen. Ze hadden de grootste tafel weten te bemachtigen, het verst weg bij de bar. Niemand zag hen of hoorde hen. Maar toch dempten ze hun stemmen, voor de zekerheid.

Phil stelde iedereen aan elkaar voor en keek rond de tafel. ‘Jullie zullen je wel afvragen waarom ik jullie hierheen heb laten komen,’ zei hij met een grimmige glimlach. De glimlach verdween. ‘Iedereen is op de hoogte gebracht. Iedereen weet wat er gaat gebeuren. Het lijkt erop dat dit het mis-team is, en niet de groep die zich verzamelt in Southway.’ Niemand sprak hem tegen. ‘We weten nu dat de zending vanavond aankomt. Maar er is een extra complicatie opgetreden. Mickey?’

‘Glass zal er niet bij zijn,’ zei deze. ‘Hij heeft net bekendgemaakt dat hij weet waar de Tuinier zit en gaat er met een gewapend team naartoe.’

‘En dat moet vanavond?’ vroeg Clemens.

‘Het is een rookgordijn,’ zei Marina. ‘Om de aandacht af te leiden van de zending die in Harwich aankomt. Hij regelt een alibi voor zichzelf en kan tegelijkertijd een belangrijke arrestatie verrichten.’

‘En wij lopen hem mis,’ klaagde Fennell.

‘Niet per se,’ zei Phil. ‘Zijn dna ligt nog overal in Donna Warrens huis. En we hebben Donna’s ooggetuigenverslag. Zo kun je hem ook pakken. Bovendien verlinken de andere Ouderlingen hem misschien wel in ruil voor wat inschikkelijkheid.’

Clemens haalde zijn schouders op. ‘Het zou kunnen. Maar we hadden liever een heterdaadje gehad.’

‘Dat geloof ik best. Maar dit werkt ook wel. Hij zal zich er niet onderuit kunnen draaien. En over de inval gesproken,’ voegde hij eraan toe, kijkend naar de twee soca-agenten, ‘ik zal daar geen actieve rol in kunnen spelen vanwege mijn schorsing, vrees ik.’

‘Dat geeft niet,’ zei Clemens. ‘We hebben je ook niet uitgenodigd.’

‘Hij bedoelt,’ Fennell probeerde Clemens’ woorden te verzachten, ‘dat we geen rekening met je hadden gehouden.’

‘Nee,’ zei Phil, ‘maar het lijkt me toch dat het tijd wordt dat jullie ons hierbij betrekken, denk je ook niet?’

‘Wat had je in gedachten?’ vroeg Fennell.

Phil wees naar Mickey. ‘De beste rechercheur in de gemeente. Mickey Philips. Neem hem mee.’

‘Nou,’ zei Clemens, ‘we hebben niet –’

‘Ik sta erop.’

De twee soca-mannen keken hem aan en wisselden toen een blik met elkaar.

‘Tijd om lief samen te spelen,’ zei Phil.

Fennell knikte. ‘Je hebt gelijk.’

‘Mooi,’ zei Phil. ‘Bel de Super in Chelmsford, breng hem op de hoogte. Maak je geen zorgen. Hij zal niks tegen Glass zeggen. Niet als hij zijn baan wil houden.’

‘Prima.’ Fennell wendde zich tot Mickey. ‘Er komt een gewapende eenheid uit Londen hierheen. Ze zijn al onderweg.’

‘Oké. Laten we naar ze toe gaan.’

‘Dat is allemaal mooi,’ zei Marina, ‘maar nu weten we nog steeds niet waar Glass zal zijn. Waar die boerderij is. Of de Tuinier. Dat weten we allemaal niet.’

Phil dacht even na. ‘Nee, maar ik denk dat ik iemand weet die het ons kan vertellen.’

‘Wie dan?’ vroeg Clemens.

‘Weet je nog dat ik je over die zwerver vertelde? Paul?’

‘Die vent van wie je denkt dat hij misschien Paul Clunn is,’ zei Fennell.

‘Die, ja. Als iemand weet waar de Tuinier is, en de boerderij, dan is hij het. Op zijn eigen verwarde manier.’

‘En weet je waar hij is?’ vroeg Marina.

‘Ja. Wil je mee?’

Dat wilde ze wel.

Phil glimlachte. ‘Trek maar laarzen aan dan.’

‘En ik?’ vroeg Don.

Phil keek hem aan. Mickey was zich ervan bewust dat er iets tussen hen werd uitgewisseld. Hij wist niet wat: hij kreeg de indruk dat het een moment tussen vader en zoon was, dat er een stokje werd doorgegeven. ‘Kun jij je om Donna en de jongen bekommeren?’ vroeg Phil.

Don knikte. ‘Ik zal Eileen bellen. Zeggen dat er een paar mensen komen eten.’

‘Bedankt, Don.’

Don knikte. Wendde zijn blik af.

En in die beweging, die bedroefde, verslagen, overtollige beweging, zag Mickey zijn eigen toekomst. Hij wist zeker dat Phil hetzelfde zag.

‘Zo.’ Fennell keek op zijn horloge. ‘We kunnen beter gaan.’

Phil keek Marina aan. ‘Wij ook. Succes allemaal.’

Gekooid
Gekooid1.html
Gekooid2.html
Gekooid3.html
Gekooid4.html
Gekooid5.html
Gekooid6.html
Gekooid7.html
Gekooid8.html
Gekooid9.html
Gekooid10.html
Gekooid11.html
Gekooid12.html
Gekooid13.html
Gekooid14.html
Gekooid15.html
Gekooid16.html
Gekooid17.html
Gekooid18.html
Gekooid19.html
Gekooid20.html
Gekooid21.html
Gekooid22.html
Gekooid23.html
Gekooid24.html
Gekooid25.html
Gekooid26.html
Gekooid27.html
Gekooid28.html
Gekooid29.html
Gekooid30.html
Gekooid31.html
Gekooid32.html
Gekooid33.html
Gekooid34.html
Gekooid35.html
Gekooid36.html
Gekooid37.html
Gekooid38.html
Gekooid39.html
Gekooid40.html
Gekooid41.html
Gekooid42.html
Gekooid43.html
Gekooid44.html
Gekooid45.html
Gekooid46.html
Gekooid47.html
Gekooid48.html
Gekooid49.html
Gekooid50.html
Gekooid51.html
Gekooid52.html
Gekooid53.html
Gekooid54.html
Gekooid55.html
Gekooid56.html
Gekooid57.html
Gekooid58.html
Gekooid59.html
Gekooid60.html
Gekooid61.html
Gekooid62.html
Gekooid63.html
Gekooid64.html
Gekooid65.html
Gekooid66.html
Gekooid67.html
Gekooid68.html
Gekooid69.html
Gekooid70.html
Gekooid71.html
Gekooid72.html
Gekooid73.html
Gekooid74.html
Gekooid75.html
Gekooid76.html
Gekooid77.html
Gekooid78.html
Gekooid79.html
Gekooid80.html
Gekooid81.html
Gekooid82.html
Gekooid83.html
Gekooid84.html
Gekooid85.html
Gekooid86.html
Gekooid87.html
Gekooid88.html
Gekooid89.html
Gekooid90.html
Gekooid91.html
Gekooid92.html
Gekooid93.html
Gekooid94.html
Gekooid95.html
Gekooid96.html
Gekooid97.html
Gekooid98.html
Gekooid99.html
Gekooid100.html
Gekooid101.html
Gekooid102.html
Gekooid103.html
Gekooid104.html
Gekooid105.html
Gekooid106.html
Gekooid107.html
Gekooid108.html
Gekooid109.html
Gekooid110.html
Gekooid111.html
Gekooid112.html
Gekooid113.html
Gekooid114.html
Gekooid115.html
Gekooid116.html
Gekooid117.html
Gekooid118.html
Gekooid119.html
Gekooid120.html
Gekooid121.html
Gekooid122.html
Gekooid123.html
Gekooid124.html
Gekooid125.html
Gekooid126.html
Gekooid127.html
Gekooid128.html
Gekooid129.html
Gekooid130.html
Gekooid131.html
Gekooid132.html
Gekooid133.html
Gekooid134.html
Gekooid135.html
Gekooid136.html
Gekooid137.html
Gekooid138.html
Gekooid139.html
Gekooid140.html
Gekooid141.html
Gekooid142.html