In de badkamer keek Van Damme voor de laatste keer in de spiegel en depte wat aftershave over zijn gladgeschoren kin. Vrouwen waren daar gek op, dat wist hij uit ervaring. Hij had net de mp3-speler gepakt toen de bel ging.
Hij liep de trap af en opende de deur. Een man met een open gezicht en een vriendelijke glimlach stond voor de deur.
'Ik heb een pakje voor u.'
Verbaasd pakte hij de doos aan. 'Hoef ik niet te tekenen?' vroeg hij toen hij zag dat de man zich al omdraaide.
'Nee, dat is niet nodig. Prettige avond!'
'Ja, dank u.' Hij sloot de deur en keek wie de afzender was. Hij verwachtte helemaal geen post. Er stond geen afzender op het etiket. De doos was vierkant en niet echt zwaar. Hij werd toch wel een beetje nieuwsgierig. Misschien had Sabine hem wel een cadeau gestuurd, nadat ze van hem die prachtige lingerie had gekregen? Of Line? Nee, die waarschijnlijk niet. Al denkend liep hij naar de keuken en pakte een scherp mesje uit de la.
De doos hield hij op zijn ene hand in balans, terwijl hij met de ander de doos opensneed. Daarna opende hij de Happen en zag vaag wat hooi onder het deksel. Zeker breekbaar, dacht hij. Vaag drong een bekende lucht tot hem door, maar voordat hij daar verder over nadacht graaide hij met zijn hand onder het hooi. Hij voelde zijn hand in een smeuïge massa verdwijnen en tegelijkertijd kwam er een enorme stank uit de geopende doos.
'Gatverd...' Hij trok zijn hand met een ruk uit de doos, waardoor de doos weggleed en de gehele inhoud op de keukenvloer terechtkwam. Een enorme hoeveelheid stront liep uit de doos over zijn keukenvloer.
'Gatverdamme!' Hij hield zijn stinkende hand ver van zich af en liep zo naar de gootsteen. Hij liet eerst een tijdlang de waterstraal over zijn hand lopen voordat hij hem met zeep ging wassen.
De lucht in de keuken leek op de landelijke geur die uit een gierput van een veehouderij kwam. Hij ademde zo oppervlakkig mogelijk en pompte meerdere keren een grote hoeveelheid zeep uil de flacon om zijn handen schoon te krijgen. Maar hij had het gevoel dat het al diep in zijn poriën was doorgedrongen en dat zijn nagelriemen vergeven waren van de dubieuze bacteriën. Toen hij het idee had dat zijn hand enigszins schoon was, keek hij hulpeloos naar de troep op de keukenvloer.
Wat een vuile streek, dacht hij. Wie zou hem dat nou weer geflikt hebben?
Hij ging op zoek naar keukenhandschoenen die zijn huishoudster toch ergens moest hebben liggen. Uiteindelijk vond hij ze onder in een emmer, maar tegen die tijd was de lucht in de keuken niet meer om te harden.Hij opende het keukenraam om wat frisse lucht binnen te laten en greep de keukenrol. Luid vloekend schoof hij de stront met behulp van het keukenpapier in de vuilnisbak. Hoe meer hij de stront aanraakte, hoe meer de lucht leek los te komen. Verdomme, wat een klotestreek! Had iedereen het op hem gemunt? Of was dit een streek van dezelfde klootzak? Uiteindelijk mikte hij geïrriteerd tot op het bot de rest van de keukenrol ook in de vuilnisbak. En de keukenhandschoenen erachteraan, waar hij direct spijt van kreeg toen hij bedacht dat hij de vloer nog moest dweilen.
Een kwartiertje later stond hij zuchtend op en streek zijn haar uit zijn gezicht. Hij gooide het vuile water door de gootsteen en waste zijn handen. Zo moest het dan maar. Gelukkig kwam zijn huishoudster morgenochtend weer.
Hij zette de vuilniszak buiten en gooide de deur met een enorme klap achter zich dicht, alsof hij het stankmonster de deur uitgezet had. Voor de zoveelste keer waste hij zijn handen.
In de badkamer keek hij in de spiegel. Boven zijn gladgeschoren kin zag hij een bezweet gezicht met haar dat de kam in tijden niet gezien kon hebben. Hij voelde zich smerig en zijn neus was doordrongen van de penetrante mestlucht. Hij kleedde zich uit, mikte al zijn kleren in de wasmand en stapte opnieuw onder de douche.