49
De volgende morgen, uitgerust en verfrist en vol verlangen om zijn studie van het Boek weer te hervatten, vroeg Hari aan Dors: 'Hoe oud denk je dat de gezusters Regendruppel zijn?'
'Ik zou het niet weten. Twintig... tweeëntwintig?'
'Welnu. Als we nu eens stellen dat ze inderdaad drie of vier eeuwen te leven hebben...'
'Hari. Dat is belachelijk.'
'Ik zeg stel. In de mathematica zeggen we dat de hele tijd en kijken we steeds of we dan op iets absoluut onwaars of tegenstrijdigs stuiten. Een langer leven zou bijna zeker ook inhouden dat de ontwikkeling in een lager tempo plaatsvindt. Ze zien eruit als begin twintig en ze zijn misschien wel in de zestig.'
'Je kunt het hun vragen.'
'We kunnen aannemen dat ze zouden liegen.'
'Zoek hun geboortecertificaten op.'
Seldon glimlachte zuur. 'Ik wil alles met je wedden, een partijtje vrijen in het hooi als je dat zou willen, dat ze beweren dat daar geen gegevens over bewaard worden of, als ze het bestaan van die gegevens toegeven, dat ze zeggen dat die niet toegankelijk zijn voor stamverwanten.'
'Daar hoeven we niet om te wedden,' zei Dors. 'En als dat inderdaad waar is, dan heeft het ook geen zin naar hun leeftijd te raden.'
'O nee? Bekijk het eens van de andere kant. Als de Mycogeners inderdaad vier of vijf keer zo lang leven als hun gewone medemens, kunnen ze moeilijk veel kinderen baren zonder dat er een enorme bevolkingsgroei van komt. Je zult je nog wel herinneren dat Zonnemeester iets zei over het tegengaan van groei van het inwonertal en nogal verbeten deed over dat onderwerp.'
'Waar wil je naar toe?' vroeg Dors.
'Toen ik met Regendruppel Drieënveertig op stap was, heb ik geen kinderen gezien.'
'Op de microboerderijen?'
'Ja.'
'Had je daar dan kinderen verwacht? Ik ben met Regendruppel Vijfenveertig aan het winkelen geweest en ik heb woonwijken gezien en ik kan je verzekeren dat ik toen heel wat kinderen gezien heb, van alle leeftijden, ook kleuters. Echt heel veel.'
'Ah.' Seldon keek getergd. 'Dat zou betekenen dat ze helemaal geen verlengd leven genieten.'
'Zoals jij redeneert zou ik zeer zeker zeggen van niet. Dacht je echt dat het wel zo was?'
'Nee, niet echt. Maar je kunt je geest niet zomaar afsluiten en veronderstellingen maken zonder die op de een of andere manier uit te testen.'
'Je kunt ook een heleboel tijd verspillen, als je iedere belachelijke veronderstelling uit gaat zitten kauwen.'
'Dingen die belachelijk lijken, zijn het soms niet. Dat is gewoon zo. En dat doet me eraan denken. Jij bent thuis in de historische wetenschap. Ben jij tijdens je studie ooit weleens objecten of fenomenen tegengekomen die "robots" werden genoemd?'
'Ah! Nu praat je over een andere legende, en een hele populaire. Er zijn talloze werelden waar men denkt dat er in prehistorische tijden machines in de vorm van mensen bestaan hebben. Die worden "robots" genoemd.
'De verhalen over robots stammen waarschijnlijk allemaal van één legende af, want het thema is altijd hetzelfde. Robots werden gemaakt, er kwamen er steeds meer, ze konden steeds meer en overtroffen uiteindelijk de mens. Ze begonnen een bedreiging te vormen voor de mensheid en werden vernietigd. In elke versie van de legende vond die vernietiging plaats voordat de betrouwbare historische bronnen bestonden die voor ons vandaag de dag toegankelijk zijn. Over het algemeen wordt verondersteld dat het verhaal een symbolische voorstelling geeft van de risico's en gevaren die verkenning van de Galaxis met zich meebrengt. Die verkenning bracht de mensheid naar andere werelden dan die waar ze oorspronkelijk vandaan kwamen. Er moet altijd de angst geweest zijn dat ze een andere - superieure -intelligentie zouden tegenkomen.'
'Misschien is dat inderdaad weleens gebeurd en is zo de legende ontstaan.'
'Er is op geen enkele door mensen bewoonde wereld ooit een spoor aangetroffen van enige voormenselijke of niet-menselijke intelligentie.'
'Maar waarom "robots"? Betekent dat woord iets?'
'Niet dat ik weet, maar het is equivalent aan ons woord "automaten".'
'Automaten! Waarom zeggen de mensen dat dan niet?'
'Omdat mensen ervan houden hun oude legenden wat smakelijker te maken met behulp van archaïsche termen. Waarom vraag je dit eigenlijk allemaal?'
'Omdat er in dit oude Mycogener boek over robots gesproken wordt. En in zeer gunstige zin, overigens... Luister, Dors, ga je vanmiddag niet weer uit met Regendruppel Vijfenveertig?'
'Vermoedelijk wel... als ze tenminste komt opdagen.'
'Zou je haar het een en ander willen vragen en zien dat ze die vragen beantwoordt?'
'Ik kan het allicht proberen. Wat zijn de vragen?'
'Ik zou graag willen weten, zo tactisch mogelijk, of er een of ander gebouw in Mycogen is dat een speciale betekenis heeft, dat met het verleden verbonden is, dat een zekere mythische waarde heeft, dat kan...'
Dors onderbrak hem. Ze deed haar best niet te glimlachen. 'Ik geloof dat wat je eigenlijk wilt weten is of Mycogen een tempel heeft.'
Het was onvermijdelijk: Seldon staarde haar niet-begrijpend aan. 'Wat is een tempel?'
'Weer zo'n archaïsche term van onduidelijke oorsprong. Het betekent al die dingen waar je naar vroeg - speciale betekenis, verleden, mythe. Prima, ik zal het vragen. Maar het zou weleens het soort vraag kunnen zijn waar ze moeilijk antwoord op geven. Zeker als de vraag door stamverwanten gesteld wordt.'
'Probeer het toch maar.'