86

Raych was de eerste die op de woorden van Rashelle reageerde. Hij vergat helemaal dat hij zo ongemakkelijk gekleed zat in die beschaafde kleren en begon heel hard te lachen. 'Hee, dame,' riep hij uit, 'hoe ken jij nou Burgemeester zijn? Burgemeesters zijn mannen.'

Rashelle keek hem vriendelijk glimlachend aan en zei, met een perfecte nabootsing van zijn accent: 'Hee, ventje, sommige Burgemeesters zijn mannen en sommige Burgemeesters zijn vrouwen. Laat dat maar eens onder je deksel doordringen.'

Raychs ogen rolden bijna uit hun kassen van verbazing. Eindelijk wist hij uit te brengen: 'Hee... hee, jij praat gewoon, dame.'

'Zeker weten. Zo gewoon mogelijk,' zei Rashelle, nog altijd glimlachend.

Seldon schraapte zijn keel en zei: 'Dat klinkt echt, Rashelle.'

Rashelle keek hem aan. 'Ik heb jaren geen gelegenheid gehad om dit accent te gebruiken, maar je vergeet het nooit. Ik heb een vriend gehad, een goede vriend, die uit Dahl kwam... toen ik nog heel jong was.' Ze slaakte een zucht. 'Hij praatte natuurlijk niet zo - hij was heel intelligent -maar als hij wilde kon hij het en hij heeft het mij ook geleerd. Het was opwindend om zo met hem te praten. We creëerden zo een wereld die onze omgeving buitensloot. Het was heerlijk. Het was ook onmogelijk. Mijn vader maakte dat duidelijk. En nu komt die jonge schavuit van een Raych hier opeens aanzetten om me aan die tijd te herinneren, alweer zo lang geleden. Hij heeft het accent, de ogen, de brutale oogopslag. Over een jaar of zes zal menig meisjeshart sneller gaan kloppen bij het horen van zijn naam. Of niet dan, Raych?'

'Weet ik niet, dame... eh... mevrouw,' zei Raych.

'Ik weet het wel en je zult veel op mijn... oude vriend lijken en het is veel prettiger voor mij als ik je dan niet kan zien. En nu is het eten op en is het tijd dat je naar je kamer gaat, Raych. Je kunt nog wel een poosje holovisie kijken als je wilt. Je zult wel niet lezen, of wel?'

Raych liep rood aan. 'Ik wil wel gaan leze. Meester Seldon zegt dat dat nog wel komt.'

'Dan geloof ik het.'

Een jonge vrouw liep naar Raych toe en maakte een beleefde buiging naar Rashelle. Seldon had niet gezien dat ze gewaarschuwd was.

Raych zei: 'Kan ik niet bij meester Seldon en meesteres Venabili blijven?'

'Die zie je later wel weer,' zei Rashelle vriendelijk, 'maar mijnheer Seldon en mevrouw Venabili en ik moeten nu met elkaar praten... dus je moet gaan.'

Dors vormde een streng: 'Weg!' met haar lippen. Met een grimas stond Raych op van zijn stoel en volgde hij de vrouw.

Toen hij het vertrek verlaten had wendde Rashelle zich tot Seldon en Dors en zei: 'De jongen is natuurlijk veilig en er wordt goed voor hem gezorgd. Wees daar alsjeblieft niet ongerust over. En ik ben ook veilig. Zoals die vrouw hier net aankwam, zo kan er ook een dozijn gewapende mannen tevoorschijn komen - nog veel sneller dan zij - als ik dat nodig acht. Ik wil dat jullie dat begrijpen.'

Op effen toon zei Seldon: 'We zijn absoluut niet van plan je aan te vallen, Rashelle... of moet ik nu "Mevrouw de Burgemeester" zeggen?'

'Zeg maar Rashelle. Ik heb begrepen dat jij een goede worstelaar bent, Hari, en jij, Dors, kunt uitstekend overweg met de messen die ik uit je kamer heb laten halen. Ik wil niet dat jullie onnodig gebruik maken van die talenten, aangezien ik Hari levend wil, gezond en wel, en als vriend.'

'Het is genoegzaam bekend, madame Burgemeester,' zei Dors, nog steeds even afstandelijk als voorheen, 'dat de heerser van Wye, nu en de afgelopen veertig jaar, Mannix is, Vierde van die Naam, en dat hij nog in leven is en bij zijn volle verstand. Wie bent u dan?'

'Precies wie ik zeg, Dors. Mannix IV is mijn vader. Hij is, zoals je zegt, nog in leven en bij zijn volle verstand. In de ogen van de Keizer en van het hele Imperium is hij de Burgemeester van Wye, maar hij is zijn macht moe en wil de teugels eindelijk aan mijn handen toevertrouwen en mijn handen willen ze graag overnemen. Ik ben zijn enig kind en ik ben er mijn hele leven op voorbereid om te heersen. Mijn vader is dan ook Burgemeester in naam der wet, maar ik ben de eigenlijke Burgemeester. Het is aan mij dat het leger van Wye nu trouw heeft gezworen en in Wye is dat het enige dat telt.'

Seldon knikte. 'Het zij zo. Maar zelfs dan, of het nu Burgemeester Mannix IV is of Burgemeester Rashelle I - ik neem aan dat jij de Eerste van die Naam bent - het heeft geen zin om mij vast te houden. Ik heb je verteld dat ik geen werkbare psychohistorie heb en ik denk niet dat ik of iemand anders er ooit één zal hebben. Dat heb ik de Keizer verteld. Ik ben totaal nutteloos, voor hem en voor jou.'

'Wat ben je toch naïef,' zei Rashelle. 'Ken je de geschiedenis van het Imperium?'

Seldon schudde zijn hoofd. 'Ik ben er nog niet zo lang achter dat ik er veel te weinig van afweet.'

'Maar ik,' zei Dors, 'ken de Imperiale geschiedenis vrij goed, hoewel de pre-Imperiale tijd mijn specialiteit is, madame Burgemeester. Maar wat maakt het uit of we die geschiedenis wel of niet kennen?'

'Als je de geschiedenis kent, weet je dat het Huis van Wye oud en eerbiedwaardig is en afstamt van de Daciaanse dynastie.'

'De Dacianen heersten vijfduizend jaar geleden,' zei Dors. 'Het aantal afstammelingen dat de honderdvijftig generaties telde die sinds die tijd geleefd hebben en gestorven zijn beslaat zo ongeveer de helft van de bevolking van de Galaxis... als alle aanspraken daarop, hoe belachelijk ook, tenminste geaccepteerd worden.'

'Onze aanspraken daarop, dr. Venabili' - voor de eerste keer klonk de stem van Rashelle koud en onvriendelijk en haar ogen fonkelden als van metaal - 'zijn niet belachelijk. Ze zijn volledig gegrond. Het Huis van Wye heeft door al die jaren heen machtige posities bekleed en er zijn zelfs tijden geweest dat wij op de Keizerlijke troon zaten en als Keizer geregeerd hebben.'

'De geschiedenisboekfilms,' zei Dors, 'noemen de heersers die Wye heeft geleverd meestal "anti-Keizers", nooit erkend door een meerderheid in het Imperium.'

'Dat hangt er vanaf wie die boekfilms schrijft. In de toekomst zullen wij dat doen, want de troon die van ons geweest is zal weer van ons zijn.'

'Om dat te bewerkstelligen zult u een burgeroorlog moeten beginnen.'

'De kans dat dat nodig zal zijn is vrij klein,' zei Rashelle. Ze glimlachte weer. 'Dat is wat ik aan u wil uitleggen omdat ik de hulp van dr. Seldon wil om een dergelijke catastrofe te voorkomen. Mijn vader, Mannix IV, is al zijn leven lang een man van vrede. Hij is loyaal geweest aan wie er maar in het Keizerlijke Paleis regeerde en hij heeft er altijd voor gezorgd dat Wye een welvarende en sterke steunpilaar van de Trantoriaanse economie was, voor het welzijn van het hele Imperium.'

'Ik geloof niet dat hij daar ooit enig vertrouwen van de Keizer mee gewonnen heeft,' zei Dors.

'Daar ben ik van overtuigd,' zei Rashelle kalm, 'want de Keizers die het Paleis bezet hebben sinds mijn vader geboren is, wisten heel goed dat ze usurpators waren uit een huis van usurpators. Usurpators kunnen het zich niet veroorloven om de ware heersers te vertrouwen. En toch heeft mijn vader de vrede bewaard. Hij heeft, uiteraard, een schitterend veiligheidsleger opgebouwd en getraind om de vrede, welvaart en stabiliteit van de sector te handhaven en de Imperiale autoriteiten hebben dat goedgevonden omdat ze graag wilden dat Wye vredelievend, welvarend en stabiel was... en trouw.'

'Maar is Wye trouw?' vroeg Dors.

'Aan de ware Keizer, natuurlijk,' zei Rashelle, 'en we zijn nu zover dat onze kracht zo groot is dat we de regering snel kunnen overnemen - in een flits, als het ware - en voor iemand "burgeroorlog" kan zeggen zit er een ware Keizer - of Keizerin, als u dat wilt - op de troon en is Trantor weer vredig als altijd.'

Dors schudde haar hoofd. 'Mag ik u even een lesje leren? Een geschiedenislesje?'

'Ik ben altijd bereid om te luisteren.' En ze draaide zich naar Dors toe.

'Hoe groot uw troepenmacht ook is, hoe goed getraind en uitgerust ook, uw leger kan nooit zo groot en sterk zijn als het Keizerlijke leger dat door vijfentwintig miljoen werelden gesteund wordt.'

'Ah, maar je legt precies je vinger op de wonde van de usurpator, dr. Venabili. Er zijn vijfentwintig miljoen werelden en de Keizerlijke troepen zijn daar helemaal over verspreid. De troepen zijn uitgedund in een oneindige ruimte, onder ontelbare officieren die geen van allen klaar zijn voor acties buiten hun Provincie en liever voor zichzelf vechten dan voor het Rijk. Onze troepen daarentegen zijn allemaal hier, op Trantor. Wij kunnen optreden en de zaak beslechten voor die verre generaals en admiraals beseffen dat hun hulp nodig zou zijn.'

'Maar hun reactie zal komen... en met onweerstaanbare kracht.'

'Weet je het zeker?' vroeg Rashelle. 'Wij zitten dan al in het Paleis. Trantor is van ons en er heerst hier vrede. Waarom zouden die Imperiale troepen zich verroeren als ieder generaaltje of admiraaltje, door zich met zijn eigen zaken te bemoeien, een eigen wereld kan besturen, een eigen Provincie?'

'Maar is dat dan wat je voor ogen staat?' vroeg Seldon verbaasd. 'Je gaat me toch niet vertellen dat je over een Keizerrijk zou willen heersen dat aan het versplinteren is?'

'Toch is het zo,' zei Rashelle. 'Ik zou Trantor besturen en een paar ruimtekoloniën, een paar planetaire systemen hier in de buurt die deel uitmaken van de Provincie Trantor. Ik zou veel liever de Keizerin van Trantor zijn dan de Keizerin van de Galaxis.'

'U zou tevreden zijn met Trantor alleen,' zei Dors diep ongelovig.

'Waarom niet?' zei Rashelle, opeens gloeiend van opwinding. Ze leunde enthousiast naar voren, haar beide handen met de palmen op tafel gedrukt. 'Dat is wat mijn vader al veertig jaar lang gepland heeft. Hij blijft alleen nog maar in leven om getuige te kunnen zijn van de uitvoering. Waarom hebben we miljoenen werelden nodig, verre werelden die geen betekenis voor ons hebben, die ons verzwakken, die ons nopen onze troepen ver weg te sturen, naar betekenisloze kubieke parsecs ruimte, die ons onderdompelen in een administratieve chaos, die ons ruïneren met hun eindeloze ruzies en problemen, als het in onze ogen toch alleen maar verre leegten zijn? Onze eigen dichtbevolkte wereld - onze eigen planetaire stad - is genoeg voor ons. We hebben alles wat we nodig hebben om onszelf overeind te houden. Wat de rest van de Galaxis betreft, laat maar versplinteren. Ieder militairtje kan zijn eigen splinter krijgen. Ze hoeven er niet eens voor te vechten. Er is genoeg voor iedereen.'

'Maar vechten doen ze toch,' zei Dors. 'Ieder weigert om tevreden te zijn met zijn Provincie. Ieder is bang dat zijn buurman niet tevreden is met zijn eigen Provincie. Ze voelen zich allemaal onveilig en dromen van de Galactische heerschappij als enige garantie voor veiligheid. Zoveel is zeker, madame Keizerin van Niets. Er zullen eindeloze oorlogen zijn waar u en Trantor onvermijdelijk bij betrokken raken - met als gevolg dat alles in rook zal opgaan.'

Met onverholen minachting zei Rashelle: 'Zo lijkt het misschien, als je niet verder kunt zien dan jij, als je je verlaat op doodgewone geschiedenislessen.'

'Wat is er dan nog meer te zien?' kaatste Dors terug. 'Waar moet je je anders op verlaten dan op de lessen die het verleden ons leert?'

'Waarop?' vroeg Rashelle. 'Op hem natuurlijk!'

En haar arm schoot uit, haar wijsvinger wees op Seldon.

'Op mij?' zei Seldon. 'Ik heb je toch gezegd dat psychohistorie...'

'Herhaal niet wat je al verteld hebt, mijn beste dr. Seldon,' zei Rashelle. 'Daar is niemand bij gebaat. Denk je, dr. Venabili, dat mijn vader zich nooit bewust is geweest van het risico dat er een eindeloze burgeroorlog zou kunnen uitbreken? Denk je dat hij zijn machtige hoofd er niet over gebogen heeft om een manier te verzinnen die dat zou kunnen voorkomen? Hij is al tien jaar zover dat hij op ieder willekeurig moment kan beslissen dat het Imperium binnen een dag een andere regering zal hebben. Het enige wat nog nodig was, was de garantie dat hij niet alleen zou winnen, maar ook dat de vrede en veiligheid geen moment in gevaar zouden komen.'

'En die garantie bestaat niet,' zei Dors.

'Die garantie hadden we op het moment dat we van de redevoering van dr. Seldon op het Tienjaarlijks Congres op de hoogte waren. Ik zag meteen dat dat was wat we nodig hadden. Mijn vader was te oud om de betekenis er meteen van in te zien. Maar toen ik het hem uitlegde zag hij het ook en toen heeft hij gelijk alle formele macht op mij overgedragen. Dus het is aan jou, Hari, dat ik mijn positie te danken heb en aan jou dank ik de nog veel hogere positie die ik in de toekomst zal bekleden.'

'Ik zeg toch de hele tijd dat het niet kan...' begon Seldon hevig verontwaardigd.

'Het is niet belangrijk wat wel kan en niet kan. Wat belangrijk is, is wat de mensen gelóven dat kan. Ze zullen je geloven, Hari, als jij ze vertelt dat Trantor, volgens de voorspellingen der psychohistorie, zichzelf kan besturen en dat de Provinciën Koninkrijken kunnen worden die met elkaar in vrede leven.'

'Ik zal die voorspelling niet doen,' zei Seldon, 'zonder ware psychohistorie. Ik ga niet de charlatan uithangen. Als je dat wilt, zeg het dan zelf maar.'

'Toe nou, Hari. Ze geloven mij niet. Jou geloven ze wel. De grote mathematicus. Waarom zou je ze dat genoegen niet willen doen?'

'Toevallig,' zei Seldon, 'had de Keizer ook bedacht dat hij mij wel kon gebruiken als marionet om hun wensen tegenover het volk als voorspellingen uit te spreken. Dat heb ik geweigerd. Denk je dat ik het voor jou wel zou doen?'

Rashelle was even stil en toen ze weer begon te praten had haar stem niet meer die gespannenheid, die opgewondenheid. Ze klonk bijna vleiend.

'Hari,' zei ze, 'denk eens na over het verschil tussen Cleon en mij. Wat Cleon ongetwijfeld van je verlangde was propaganda om hem op de troon te houden. Dat zou onbegonnen werk zijn, want zijn troon wankelt al. Weet je dan niet dat het Galactische Imperium in verval is, dat het niet lang meer zo kan doorgaan? Trantor zelf glijdt naar de afgrond door het almaar groeiend gewicht dat het besturen van vijfentwintig miljoen werelden met zich meebrengt. Wat voor ons ligt is chaos en burgeroorlog, wat je ook doet voor Cleon.'

'Zoiets heb ik vaker gehoord,' zei Seldon. 'Misschien heb je gelijk, maar wat dan nog?'

'Welnu, als we nu eens helpen en zorgen dat het Imperium uiteenvalt zonder oorlog. Help me Trantor over te nemen. Help me een stevige regering in het zadel te zetten, die het bestuur zal voeren over een rijk dat klein genoeg is om dat nog efficiënt te kunnen doen. Laat me de rest van de Galaxis vrijheid geven, zodat iedere wereld zijn eigen weg kan gaan, met zijn eigen gebruiken, zijn eigen cultuur. De Galaxis wordt vanzelf weer een geheel door de vrije handel, het toerisme, onderlinge communicatie. We kunnen het lot ontlopen uiteen te barsten in een rampzalige explosie die het Imperium boven het hoofd hangt onder de huidige regering, die de zaak nog maar nauwelijks bij elkaar kan houden. Mijn ambitie is inderdaad bescheiden; één wereld, niet miljoenen; vrede, geen oorlog; vrijheid, geen slavernij. Denk erover na en help me.'

'Waarom zou de Galaxis mij wel geloven en jou niet?' vroeg Seldon. 'Ze kennen me niet en welke vlootcommandant is nu onder de indruk van het enkele woordje "psychohistorie"?'

'Je zult nu niet geloofd worden, maar ik vraag ook niet om je voorspelling nu te doen. Het Huis van Wye heeft duizenden jaren gewacht en daar kunnen nog duizenden dagen bij. Werk met me samen en ik zal je roem verschaffen. Ik zal zorgen dat de belofte der psychohistorie op elke wereld licht zal brengen. Als de tijd rijp is, als ik het moment gekomen acht, kom jij met je voorspelling en slaan we toe. Dan zal de Galaxis, in een mum van tijd, onder een Nieuwe Orde geplaatst worden die het rijk eonen lang stabiliteit en geluk zal brengen. Toe nou, Hari, kun je me weigeren?'

Prelude op de Foundation
Section0001.xhtml
Section0002.xhtml
Section0003.xhtml
Section0004.xhtml
Section0005.xhtml
Section0006.xhtml
Section0007.xhtml
Section0008.xhtml
Section0009.xhtml
Section0010.xhtml
Section0011.xhtml
Section0012.xhtml
Section0013.xhtml
Section0014.xhtml
Section0015.xhtml
Section0016.xhtml
Section0017.xhtml
Section0018.xhtml
Section0019.xhtml
Section0020.xhtml
Section0021.xhtml
Section0022.xhtml
Section0023.xhtml
Section0024.xhtml
Section0025.xhtml
Section0026.xhtml
Section0027.xhtml
Section0028.xhtml
Section0029.xhtml
Section0030.xhtml
Section0031.xhtml
Section0032.xhtml
Section0033.xhtml
Section0034.xhtml
Section0035.xhtml
Section0036.xhtml
Section0037.xhtml
Section0038.xhtml
Section0039.xhtml
Section0040.xhtml
Section0041.xhtml
Section0042.xhtml
Section0043.xhtml
Section0044.xhtml
Section0045.xhtml
Section0046.xhtml
Section0047.xhtml
Section0048.xhtml
Section0049.xhtml
Section0050.xhtml
Section0051.xhtml
Section0052.xhtml
Section0053.xhtml
Section0054.xhtml
Section0055.xhtml
Section0056.xhtml
Section0057.xhtml
Section0058.xhtml
Section0059.xhtml
Section0060.xhtml
Section0061.xhtml
Section0062.xhtml
Section0063.xhtml
Section0064.xhtml
Section0065.xhtml
Section0066.xhtml
Section0067.xhtml
Section0068.xhtml
Section0069.xhtml
Section0070.xhtml
Section0071.xhtml
Section0072.xhtml
Section0073.xhtml
Section0074.xhtml
Section0075.xhtml
Section0076.xhtml
Section0077.xhtml
Section0078.xhtml
Section0079.xhtml
Section0080.xhtml
Section0081.xhtml
Section0082.xhtml
Section0083.xhtml
Section0084.xhtml
Section0085.xhtml
Section0086.xhtml
Section0087.xhtml
Section0088.xhtml
Section0089.xhtml
Section0090.xhtml
Section0091.xhtml
Section0092.xhtml
Section0093.xhtml
Section0094.xhtml
Section0095.xhtml
Section0096.xhtml
Section0097.xhtml
Section0098.xhtml